Historisch Archief 1877-1940
JSF°.. 439.
A°. 1885.
DB AMSTERDAMMER
i«M
WEEKBLAD VOOK NEDERLAND.
Verschijnt 'eiken Zaterdagavond.
?EIiLBBMAN, HABMS 4 O o.
Kantoor: Singel 211.
Hoofd-Agenten: téBatavia, G. KOLFP ft Co.
Zondag 22 November.
Abonnement per Sjm. . f 1.?. tr. p. p. f 1.15.
Afzonderlijke Nummers a»n de Kiosken verkrijgbaar & . 0.10.
Advertentisn van 5 regels f 1.10, elke regel meer . , 0.20,
, tnsschen den tekst per regel ...... o.-to
INHOVDs
BOTTBBLASn». BINNENLAND. Warme Kadetjes, Een
ZaterdagavondPraatje, O, door Aquarius. Uit het Haagje LVI, door Paaquino. Kunst:
Xevrottv 8ophk» de Vries. 'Het tooneel te Kot ter dam, door M. H. Harmonie
«n Melodie, door B. D. P. Ten-toon-stelling Internationale Kunstoereeniging, I,
door Alb. Th. Vu fmifa XL V, door A. B, Letterkunde: Moderne
Problaine, van Edoard von Hartmann, I, (alol), door F. 3. v. U. Peraephone en
andere gedichten, door Albert Tervrey, beoordeeld door Scaramouche, XXXVII.
H»latensoh»p van Ann» Maria, dochter van den Admiraal Maarten Harpeïtz. Tromp.
Eene Camee, door Louis Conp'erns. Faraoo's dochter, door Louis Coaperas.
Berichten en Hededeelingen. Inhoud van Tijdschriften. Militaire Zaken:
Overplanting van besmettelijke ziekten door gedragen kleeding, door Y. Z.
Wetenschappelijke bijeenkomsten voor % onderofficieren, I, door B. Schaakspel.
Feuilleton: Vader en Zoon. naar het Zweedsch van Ernst Ahlgren, I.
Porns, door A. v. P. NIEUWS VAN DE "WEEK. Faillissementen. Overzicht
van de Effectennwkt, ??Te huur. Advertenties.
BUITENLAND.
De heer Gladstone heeft in de afgeloopen week zijn politieken
.veldtocht voortgezet, *H. Dinsdag sprak hij te West-Galder voor
eene vergadering van ruim tweeduizend personen, die hem met
groote geestdrift ontvingen. Hij sprak de hoop uit, dat de uit
breiding van het ? kiesrecht, die bij de aanstaande verkiezingen
\oor de eerste maal in toepassing zal worden gebracht, het Par
lement zou versterken, en verklaarde, dat het doel van zijn bezoek
aan Schotland was, de politieke eensgezindheid in alle deelen des
rijks te bevorderen. Hij was dankbaar voor de welwillende wijze,
waaróp men zijne opmerking over de scheiding van Kerk en
Staat bad ontvangen, en betoogde opnieuw, dat het overtollig
watt zo» wezen, indien men het programma voor hel. aanstaande
Parlement overlaadde met onderwerpen, die toch niet aan de orde
zouden kunnen komen. Over den kwijnenden toestand van handel
eu nijverheid sprekende, waarschuwde hij met eene duidelijke
toespeling op de commissie van enquête, die door het tegenwoor
dige Knbinet was ingesteld voor geneesmiddelen op economisch
gebied, die nog erger waren dan de kwaal, en besloot zijne rede
met eene welsprekende verdediging van het vrijhandelssteisel.
Wat .de beer Gladstone met zijne reeks van redevoeringen, door
hem in de jongste dagen gehouden, nog ten gunste der liberale
party zal kunnen uitwerken, valt moeielijk te beoordeelen. Zeker is
het, dat het vraagstuk der scheiding van kerk en staat, door de Tories
op zoo behendige wijze in den verkiezingsstrijd gebracht, aan de
liberale zaak veel afbreuk kan doen. Da verklaringen en raadge
vingen van den heer Gladstoue, voor zoo ver zij niet reeds door
hare onduidelijkheid en algemeenheid elke waanie missen, zullen
in de meeste kiesdistricten te laat komen om de eenheid in de
gelederen der liberalen nog op het laatste óogejnblik, als het ware
aan den vooravond van den beslissenden slag, te kunnen herstel
len, Vooral de Schotsche liberalen hebben zich reeds al te dik
wijls en, wat meer zegt, in al te beslisten zin over de genoemde
scheiding uitgesproken, om nu nog daarop terug te kunnen komen
en dezen eisch te laten varen.
Ook do heer Parnell, de leider der lersche partij, wantrouwt
de algemeenheid en onduidelijkheid van deze toezeggingen. »De
heer Gladstone", merkt hij zeer terecht op, »is nog steeds in ge
breke, gebleven,, voor de kiezers van het koninkrijk eene duide
lijke verklaring af te leggen ten opzichte van de lersche aange
legenheden. Ik noodig hem derhalve in allen ernst uit, zijn groot
talent dienstbaar te maken aan eene poging tot oplossing van het
lersche vraagstuk langs constitutioneelen weg, en zijne denkbeel
den aangaande de lersche autonomie met de beperkende voor
waarden die hij voor de suprematie der kroon en de eenheid van
het Rijk noodig acht voor de kiezers van het Vereenigde Ko
ninkrijk bloot te leggen, opdat deze bij de aanstaande verkiezin
gen in beslisten zin zich daarover kunnen uitspreken.''
De vijandelijkheden tegen Birma hebben een aanvang genomen;
de Engelsche troepen zijn de Birmaansche grens overgetrokken
en hebben, nadat een vijandelijk oorlogsschip in hunne handen
was gevallen, de Birmaansche grensvesting Minhla met geringe
moeite genomen. De weg naar de hoofdstad Mandalay is thans
geheel vrij, zoodat men weldra de onderwerping van Birma en
het einde van koning Thebau's heerschappij kan tegemoet zien.
*
« *
In de Fransche Kamer werd eindelijk jl. Maandag door den
minister-president Brisson de lang verwachte ver-klaring van de
Itoeerhag voorgelezen. Veel goeds voor de naaste toekomst
betoalt zij liet. Ei1 wordt nl. niet onduidelijk ia te kennen gegeven
dat de regeering, tot behoud van het financieel evenwicht, waar
schijnlijk hare toevlucht zal moeten nemen tot verhooging van
belastingen, en dat zij zich, wat Tonkin en Madagascar betreft,
niet met de ontruimingspolitiek kan vereenigen. In het volgende
voorjaar echter zou wellicht eene vermindering der getalsterkte
van het bezettingsleger mogelijk zijn.
Zooals te verwachten was, heeft de heer Brisson met deze
verklaring niemand tevreden kunnen stellen. Zelfs van de zijde zijner
geestverwanten heeft zij eene scherpe kritiek uitgelokt, zoodat
deze poging, om velen onder n hoed te vangen, als vol
komen mislukt kan worden beschouwd. Nog dagelijks is zij een
dankbaar onderwerp voor den spotlust der tegenstanders, die in
de conservatieve organen op de meest onbarmhartige wijze met
de onbeduidende verklaring van het ministerie den draak steken.
Generaal de Gourcy zal waarschijnlijk uit Tonkin worden terugge
roepen; in het begin van Februari kan hij in Frankrijk verwacht
worden. Gemis aan overeenstemming met -het Kabinet Brisson,
welk gemis in den laatsten tijd meer en meer op den voorgrond
was getreden, schijnt de hoofdoorzaak te zijn van dezen maat
regel. Alleen generaal Campenon, de minister van oorlog, hield
hem tot dusver nog staande; doch ook deze heeft, nadat het bleek
dat de Gourcy den opstand in Annarn niet heeft kunnen verhin
deren, en dat aan zijn gebrek aan tact de coup cfétat te Huétoe
te schrijven was, den generaal niet langer willen verdedigen.
Algemeen neemt men aan, dat de politiek tegenover Tonkin mei
de benoeming van zijn opvolger geheel gewijzigd/zal worden.
De Duitsche, regeering is weinig ingenomen met den loop, dien
de Carolinen-quaestie neemt, en vooral niet met de eenigszins
aanmatigende houding, tot welke de uitspraak van den Paus (waarbij
de historische rechten van Spanje worden erkend) de Spaansch
diplomatie heeft aangemoedigd. Men heeft te Berlijn de resulta
ten, tot welke de overwegingen van het Vaticaan leidden, wel niet
afgewezen, maar men beweert, dal de bemiddeling van Leo Xfl!
met de historische rechten van Spanje niets te maken had en
alleen was ingeroepen om eene beslissing te verkrijgei betreffende
de prioriteit der bezetting van het eiland Yap, en over de vraag
of, indien deze laatste quaestie ten gunste van Spanje werd be
slist, ook de vroeger reeds door Duitschland in bezit genomen
eilanden weder als Spaansch grondgebied moeten worden beschouwd.
Men verzekert intusschen, dat de Duitsche regeering zich in
deze zaak conciliant wil toonen, wanneer Spanje zich bereid ver
klaart, om het in 1887 eindigende handelstractaat te verlengen.
Want het lijdt, bij de tegenwoordige stemming in Spanje geen
twijfel, dat Duitschland thans vrij wat minder voordeelige voor
waarden zou kunnen bedingen dan vroeger.
De zittingen van den Duitschen Rijksdag zijn j.l. Donderdag geo
pend. Behalve de rijksbegrooting voor 1886, met welker behan
deling onmiddellijk kan worden aangevangen, wacht den leden,
gelijk de troonrede in breede trekken uiteenzette, een veelomvat
tende en in menig opzicht belangrijke arbeid. Voorstellen tot
hervorming van de suikerbelasting, tot uitbreiding
vande»Unfallversicherung" op de arbeiders bij den landbouw, tot aanleg van
een Noord-Oostzeekanaal, tot minnelijke schikking van het conflict
met Spanje, langs den weg der pauselijke bemiddeling, zijn het
eerst aan de beurt en zullen weldra worden ingediend. Ook zal,
naar alle waarschijnlijkheid, de fmancieele politiek der regeering
wederom aanleiding geven tot uitvoerige debatten, die met groote
belangstelling worden tegemoet gezien.
Het Oostersche vraagstuk is sedert het laatst der vorige week
eene geheel nieuwe phase ingetreden. Zooals te voorzien was,
heeft het de te Constantinopel vergaderde gezanten niet mogen
gelukken den storm te bezweren, die reeds weken achtereen op
het Balkan-schiereiland dreigde los te barsten. De Servische regee
ring heeft aan Bulgarije den oorlog verklaard. Of zij eene be
hoorlijke aanleiding had, om het zwaard uit de scheede te trek
ken, kan moeielijk met zekerheid worden gezegd; in elk geval
heeft het aan weerszijden niet aan provocatie ontbroken. De oor
zaak echter van den vredebreuk is te zoeken in het eindeloos
talmen, de besluiteloosheid en de zwakheid der conferentie, terwijl
deze op hare beurt slechts de echo is geweest van den
onderlingen naijver der groote mogendheden, die op dit punt de kleine
Balkanstaten niets te verwijten hebben.
Be Smiers, die onmiddellijk na de oorlogsverklaring op verschil*
tot