Historisch Archief 1877-1940
1.0
D E A M S T E R D A MM £ R^ W E K R B L A D V O O R N EDE RL A N D,
No. 439
Met ethiopiesch esmeraud orogordeld.
Haar heffen de ebbenzwarte dienaressen
De slank-gesteelde pluimenschermen tpe,
En turen aêmloos langs beur blonden schouder,
Om 't weenend kind verwonderd, dat ontwaakt
, In biezen korf, waar 't riet zich over knakte.
Dan haar, der glorend-schoone, ontschiet een glans
Van moederweelde uit heur amandeloogen,
En, tnsschen leliën nederknielend, lacht
Zij 't knaapsten toe, dat plots -vergeet te weenen,,
Geheel verblind door 't beeld vaia louter licht....
Juni '85. Louis Couperus,
BERICHTEN EN MEDEDEELtNGEN.
TEGEN ST. NICOLAAS.
Tegen de feesten van het eind des jaai-s zorgt de boekenmarkt voor esn rijke
keus cadeaus. Onder de uitgevers, naar wie mein de laatste jaron'gewoon is uit te zion
om geurige of verheven poëzie in elegante omkleeding, behoort vooral de firma H.
Pijttorsen Tzn. te Snoek. Thans zijn in rijke banden, ttrra-cotta met zilverenzwart,
?taalgrijs met »i«'J«argent on andere combinatiün in de klem-en vab den dag, weder
eenige nieuwe uitgaven verschenen van borgeen reeda bleet in den smaalt van het
publiek te vallen. Van Maveellns Bm;ints' Godenschemering, liet epos der Noordsclis
raytliologie, verscheen een 2de druk, van IMitli, het vroegere werk van denzeliden
. -dfchter, töode een 2do druk. Deze krachtige, stoute verzen, wijsgeerig en dichterlijk,
misten hun indruk niet; de tweede uitgave zal' even spoedig verspreid zijn a-la <Je
;' eerste Was. . . '. ? ,
Deze herdrukken; met die van Fiore della Keve'» Enne liefde in Jtft Zt<iitti>i,4-e druk,
tiiaua, 2e dffik en. Van een Sultane,. Cavmen Sylva's Gedachten eeaer Koningin,
' :3e 'dt'nV, florentijü'u Dagdeel; f al de Mont's Idyllen en Nieuwe Idyllen, Jacques
Perk's Gedichten, de ft-aai geïllntóeerde Vertellingen van Homerus naar het Engelsch
van ITlasrnan, do aardige schetsen van Sarah Hützler, Kleine Mr.iisclien, SaUy'a
Schetsen uit het dayi-iijl.-xch lenen, Wüleai Otfeo's Etsen en Schttte», Ltitkebuhl's Livtn
, en Lied eu andere bundels, vormen eone rijke keuze.
Weinige, weten geleden kondigden -wij, naar de proefvellen, Pierres-prifieuits et
Plerres fmtf aan, den bundel negeutiende-eeuwseh proza, die tot pendant dient van
o.ferlef de.la potRi't franrnisf.'Da bundel is thans verschenen, in *sen.yondigen en
ook iu prachtbttnd, niet robijnrood en goud op doften grond. Het is een boekwerk
_ van bijua duizend bladzijden, met duidelijke lettsr op fraai papier gedrukt. De
inhoud onderscheidt zich door onafhankelijke, oorspronkelijke keus, waarin schijn
bare, stoutmoedigheid (Flanbert, ZoJa, Daudet, Guy do Maupassant, Pierre Loti) met
11 de grootste kioscKieid samengaat. Het herhanld succes van de verschillende druk
ken der Pu-te» en de lof aan dezen geschonken, Zjjn voldoende aanbeveling voor dezen
bundel proza, die, bij do schuwheid waarmede velen voor het kiezen van modaine
Fransehe lectuur terugschrikken, in eene werkelijke behoefte" voorziet.
De uitgever Slotboom te Beverwijk deed tegon St. Nieolass een bundel Toor
Meisjes van elf tot veertien jaar" verschijnen, Halmen eu bloesem*, van verre en van
nabij bijeengegaard door J. Sepp.
Tnssahen verre en nabij is hier zeker weinig verschil; alle Verhaaltjes en versjes
echjjnsn uit hetaelfde Duitacli vertaald, maar de keus is goed.
Yeit AHfelmus is een aardig «prookje, De vriendschap der kinderjaren wat
weilierlich" maar heel lief, Twee schilderijen yooral voor de onderen geschikt.
Men kan het boekje gerust de meisjes in handen geven. Het is van een aantal
niet zeer konetvoile plaatjes voorzien; de band ia keurig.
> De heer Arnold Ising deed bij den uitgever W. P. van Stockum en Zoon weder
een bundel Jtaagsi-lu. Schetsen verschijnen. De eerste bundel kwam in 1878 uit.
Schetsen" is eigenlijk de naam niet voor de doorwrochte historiestukken, waarin ieder
détail, het omboordael van een wambuis, de bouwtrant van een schoorsteenmantel,
op documenten berust. Ondanks alle nauwkeurigheid zijn de vitr verhalen, (Een
moord op het hof in Den Haag.lClG, Eaa trouwfeest in Februari 1638, De graaf de
Saint-Ybar 1647, en De naald te Eijawijk 103e?1883) levendig als novellen toet ver
zonnen intrige; de graaf de Saint-Ybar is een hsele roman; de. woord op het hof in
?Den Haag is eene canse célèbre, zoo volledig mogelijk in historisch gewaad gekleed.
Ter zelfder' tijd doet de heer Arnold Ising ,Tr. bij den uitgever A. Eössing te 'a H»ge
eene vertaling verschijnen van Monsieur Ie ministrr, naar de zestigste 'nitg&vèvan
Claretie's roman. De nieuw benoemde directeur der Comédie-lfraneaiae heeft van
dit werk buitengewoon succes gehad; Zym Excellentie rie minister zal dit ongetwij
feld ook genieten. De vertaling moet veel modelijkheden hebben opgeleverd;
ge?prekken uit den foyer de la flanst in hoorbaar Hollandsen weer te geven, zonder
dat ds vluchtige pikante geest verloren gaat, is niet gemakkelijk. De hoer Ising
i» er, zoowel als ia de andere booldstukken van het boek, uitnemend in geslaagd!
De gewoonte, op de planken van het Ned. Tooneel de middentaai te hooren spreken,
-die men er tnnuhen Prauschen tconeelstijl en Nederlandsche conversatie heeft weten
t» scheppen, is hem bierbij zeker te «tade gekomen. De boeiende roman verdient
t»le lezers te vinden.
PRIJSVRAGEN.
De redactie van De Leeswijzer, te Haarlem, noodigt de inschrijver» op dat blad
tot 'Beantwoording van de volgende Prijsvragen uit:
a: eene studie over C o e n r a a d B u s k e n Hnet.
6: n over Lanrens Alma T a d e m a,
. Het bekroonde stuk, bestemd om, na plaatsing in De Leeswijzer, in eene reeks
biografieën van uitstekende Nederlanders te worden opgenomen bij nieuwe onder
handeling met den uitgever mag niet kleiner zijn dan vijf vollen druks (formaat
.?Mannen van BeteekemV). Het zal zich moeten kenmerken door grondige enonpar
tijdige karakterteekening, en moeten toonen dat de auteur, den kunstenaar zooveel
mogelijk in verband beschouwende met den niensch. naar volledigheid heeft gestreefd.
De antwoorden behooren met eene vreemde hand geschreven, en voorzien te zijn
van een» spreuk, te herhalen op eene verzegelde enveloppe, weike den naam en het
adres van den auteur bevat
Zij zullen, nadat de Redactia in haar no. van 15 Mei 188G aan deze Prijsvraag zal
nebben herinnerd, uiterlijk den loden November van dat jaar in 't bezit der redactie
moeten zijn, ten einde iii het no. 'van l December bekend téworden gemaakt, met
vermelding van de spreuken.
Tenzij de bekroonde iets anders begeeren mocht, zal hem, resp. voor a en b, een
compleet exemplaar aangeboden worden
vanOnzehedendaagachelettertundigen en Onze hedendaagsehe S chil der s, mot toepasselijk eer
bewijs. De mededinging in beide vragen door tón auteur is geoorloofd, terwijl in
geval van buitengewone verdiensten de heer Gosler zich het genoegen voorbehoudt,
?Ik der prijzen met nog een trachtwerk, vanmiastens/-25.?waaide te vermeerderen.
Met (Je beoordeeling hebben zich, nevene de Redactie van Da Leesvetyze.r, welwil
lend belaat: de H.H. Prof. Jan Ten Brink, Prof. J. A. Alberdirjgk Tliijm (voor a) «n
Mr. C. Vosuiaer (voor b).
Wie verdere inlichtingen verlangt, wende zich ongenoemd tot de Bedactie, die
antiYoorden zal in de Briefwisseling.
INHOUD VAN TIJDSCHRIFTEN.
Lff.suiijifr, la Xootmber. ?
Onze Prijsvragen, Vertalen, door C. Van der Zeyde.?Iwan Targeaiew, door
F. J. Van Uildriks. Post en Pers, door W. Gosler. Fraaie Letteren. Bomana:
Cath. F. Van Reeg,; In Dei Gloriam. Justus van Maurik Jr., Krates. Mevr.
Kwaardemaker-Visscher, De Euïne van den Oldenborgh. Dichtbundels: Omer Wattez,
Lentezonne. Gnido, Julia. Sf. L. Quack, Bloemen in 't Koren.
ToóneelUitgaven: D. M. Maaldriok, Herodes. Justus van Mawik Jr., Men zegt.... Jan
C. De Vos, Suzanne. H. Tb. Boelen, Gevaarlijk Spel. J. A. Alberdingk Thijm,
De Menschenhater. Wetenschappen. Gemengd: J. A. Uükens, Indische Typen.
Mas Nordan. De Leugens der Maatschappij, door H. J. Slratemeijer. ? Jac. Vaa
Waning, Handleiding..voor Gemeentebesturen. Vervolgwerken: Oscar Peschel,
Volkenkunde. W. F. Ooatveeo, Ons genoegen. J. Den Broeder e.'a., Tijdspiegel
voor de Nederl. jeugd. Dr. A. Van Heimekeler, Do Natuur". Voor de School:
Absentiolijst. L^orplan. J. Mulder, Uit en Thuis. Nederl. Leesboek, enz.
Kinderboeken: U. B. Lens Jr?Bella de Straatzangeres. J. Hendrik Van Balen,
Berentanrt en De Koning dor, Tijgers. Mevr. Carey-Hobson, De Hoove in de
Karoo. lua V»n Dort, Prettig» uren in Gvoot?ader's huiskamer.?Almanakken,
Sftlieurkalenders, euz.: B. van Meiirs, 1500 Spreekwoorden. Dichterlijke, Humoris
tische, Hoiiandseho, Internationale Scheurkolender. Laurülard-Sch. Almanak
vau Voor 't jonge Volkje". J. C. W. Quack, Goldersche Volks almanak.
Fenilletou: Napels, door ecu Inifach'-Oait. BerichtOD: Wedstrijd van Noord en
Zuid'', Johaniies Knoppeliiout, Mr. H. B. Tels en J. Van der Veeu Az. ter ^ge
dachtenis. Een Catalogus. ,.-..? .
Spectator, 21 November.. ? ?
Berichten en meüedeelingeni Les Huguenots et les Gueux, doorprof. B. Fruin
. Tennyson's Ginevra, door, P. A. M. Bode van Hinslroek. Het nieuwe musenm
te Amsterdam. Letterkundig kroniek, (slot), door Wolfgang. Ploissl.
Fvrtefeuillt, 21 .Novembsr. ' .
falne, Atastels Mannenkoor. Salst, Meininger Hofkapel. Salet, Maatschappij
tCaecilia". Salee, Don Jr.an-Mozait. J. F. van ? Saaiere», Les plus beaux et
les plus rares portraits de l'école Néerlandaise spécialement des XVI et XVII siècles.
Prof. August Schoy. Internationale Kunstvereeniging. '?Prof. Mr. H. E.
Moltzei; Milton and Vondel, A curiosity offiterature by GeorgéEJmnn'Json,
I-. S., Franziska Kllmenreicb, die beaümte Widerspeiistige; Fédora. Feuilleton:
L. SJiiiaita Mzn,, Mevr.'Sophie do Vries.
M I L I T AIR E Z A K E N.
OVERPLANTING VAN BESMETTELIJKE ZIEKTEN DOOR
GEDRAGEN KLEEDING.
Art. 72 van het Provisioneel Reglement vaa Administratie zegt: Wan
neer een onderofficier of soldaat zijn paspoort of pensioen bekomt, zal
hem zijn te goed op het kleeding- en reparatiefonds worden uitbetaald;
de kleedingstukken blijven zijn eigendom, doch voor zooveel hy deseniet
vcrltitBGn sal mede te nemen, en zij nog vocylijk door anderen kunnen
gedragen worden, zal, de waarde daarvan in zijn rekening worden be
grepen"; en
Art. 74 : Wanneer bij bij het belcomen van zg'n paspoort of pensioen,
op het kleeding- en reparatiefouds schuldig is, en zich buiten staat bevindt
zijn schuld aan te zuiveren, zullen de kleedingstukken, welke hij niet vol
strekt noodig heeft, .om voeglijk gekleed het korps te verlaten, in voldoe
ning daarvan worden ingeleverd", enz.;
.terwijl volgens art. 76 van datzelfde reglement de schuld van over
leden of gedeserteerde manschappen almede, zooveel mogelijk, door
inlevering van de aanwezige kleedingstukken, wordt aangezuiverd.
Door den inhoud dezer artikels zijn er dan ook voortdurend gedragen
goederen in de magazijnen aanwezig, die, bij het indiensttredéu van
militairen, in de eerste plaats moeten worden uitgegeven, op welke
bepaling bij Min. aanschrijving dd. 7 Juni 1879, VUIe afdeeliug,
Intendance, op nieuw de aandacht der korpscommandanten is gevestigd
geworden, in de volgende bewoordingen;
In aanmerking nemende dat de saldo's schuld in het kleeding- en
reparatiefonds, welke door de manschappen bij hun ontslag uit den dienst
worden nagelaten, in den regel reeds zeer aanzienlijk zijn en het belang
?van 's Rijks schatkist alzoo niet zou gedoogen, die saldo's nog te
ver.meerderen, door de bruikbare met waarde ingeleverde gedragen kleding
stukken niet meer aan anderen ten gebruike te verstrekken, wordt
bepaald :
2o. dat aan ieder militair, die bij zijn in dienst treden geen gebruik
wenscht te maken van de bij punt I bedoelde vergunning om zich voor
eigen rekening geheel of gedeeltelijk uit te rusten, minstens twee nieuwe
heraden en n nieuwe onderbroek zullen worden uitgereikt, doch dat
het derde hemd e» de tweede onderbroek tot de eerste uitrusting
behoorende, kunnen worden verstrekt uit de oude goederen, welke als
gedragen, doch met waarde in de magazijnen ingeleverd, voorhanden zijn,
r,3o. dat zij, die geen gedragen goederen wenschen te ontvangen, in
stede van gedragen, nieuwe voorwerpen kunnen ontvangen, mits het
bedrag der waarde daarvan gelijktijdig op de rekening in het kleeding
en reparatiefonds worde gestort."
Daar er nu iu den regel onder de vrijwilliger», doch vooral onder de
militie, al zeer weinig personen gevonden worden, die bij machte zijn zich
de hier genoemde onkosten te getroosten, 200 ontvangen vele militairen
bij hun indiensttreden oude, gedragen goederen, wat hen tegen de borst
moet stuiten, daar het natuurlijk niet aangenaam is kleedingstukken, bijv.
een hepid of een onderbreek, van een ander te moeten dragen, terwijl d«
zaak nog erger wordt, als men er bjj bedenkt, dat die kleeding door per»