De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1885 6 december pagina 13

6 december 1885 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

No. 441 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. HOE EENE AMEBIKAANSCHE STAD ONTSTAAT EN VERGAAT. In d«tt nazomer van 1883, kort n» de voltooiing van den NorthernPacific-Spoor, klonk, als 't war» als een nagalm van den schitterenden Argooaaten-tooht, waarmede dia voltooiing was gevierd, uit de spleten van bet Coear d'Alène gebergte van Noordelijk Idaho, voor 'teerst de kreet: Goudl" over de omliggend» streken en verbreidde zich spoedig zoowel door het Rotsgebergte als over het geheele Pacific-West". Merkwaardig; ia het om op te merken hoe snel die kreet zich over deZ8 onmetelijke landstreken verspreidt; zelfs als hem geen telegraaf of ?poor ton dienst* staat, zooals in het Coeur d'Alène-district reeds het getal was Wel is waar passeerden beide het nieuwe Dorado op ongeveer 50 mijlen af stands; maar wat beteekenen 40 a 50 mijlen voor den goudzoeker, of laat me liever Zengen goudoverweldiger der rRocky Mountains." Van Colorado, uit de Black Hills, uit de Sierra Nevada, kortom nit alle streken Waar Uitgeputte goudgroeven waren, stroomde men naar het nieuwe land der gouden-belofte, en met het aanbreken van den winter waren er reeds aan Pritchard Greek, in 't hartje van het Coeur d'Alène-gebergte, een half doz|ja mining camps" verrezen, waa reeds alles ingericht voor al die ondernemingen die een nieuwe groote gold-excitement" met zich brengt. Ware de winter, d. w. s. de op deze breedte en hoogte zeer milde sneeuwstormen dat jaar bijzonder vroeg ingevallen, dan zou zeker nog, voor het einde van het jaar 1885 een twee a driemaal zoo groot aantal menschen hun weg naar de nieuwe goudstreek gezocht hebben om op de plaats telve het voorjaar, en tevens het begin van de groote mammoncampagae, van d«n grooten mammon-oogst «n tevens van de groote mammon-teleurstelling, af te wachten. Onder de eerste Coeur d'Alène-pelgrin» waren ook twee ervaren en ondernemende mannen uit Denver, die zich, niettegenstaande al hun on dervinding in Californië, Montana en Colorado opgedaan, door de wijze waarop het Goud-rumoer zich ditmaal hooren liet, weder hadden laten verleiden om noch ns de jacht naar het geele dwaalspook te beproeven. Wel is waar gingen zij niet als praktische en werkelijke gouddel vers; ?04 konden t\j hun opgedane ervaringen niet in 't aangezicht slaan, maar als exploitanten van hen die dwaas en blind genoeg waren om den grond «elf te willen exploiteeren. Een van hen een zekere Bolknap ging zelfs zoover, dat hij verklaarde een klein eigendom wat mj nog te Denver be zat, als overblijfsel van de laatste door hem geleden mijn-schipbreuk, in de nieuwe onderneming te willen steken. Het te gelde maken van dat «igeudora vertraagde echter hun tocht naar het oorlogstooneel zoolang dat zy bij hun komst, op een der eerste dagen van December, de geheele Coeur d'Alène streek reeds verscheidene voeten hoog met sneeuw bedekt vonden. Daar stonden zij nu op een station der Northern-Pacific spoor, vanwaar slechts zeer tnosielijk vooruitkomende treinen vertrokken naar de plaats die naar hunne meening' het dichtst bij het Gouddistrict lag; altijd door . dat: diohtst bij", niet verder dan ongeveer 50 mijlen verwijderd", te verstaan. En toen zrj daarenboven zagen dot ongeveer duizend schreden verder de trein stilhield om uit de water-reservoir, die hier eenzaam midden in de wildernis stond, de locomotief te vullen, besloten zij hun bagage uit den trein te nemen, legden oogenblikkelijk beslag op de om liggende «treek en zouden daarop de stad Belknap stichten. Dit was geen kleinigheid, ten eerste omdat het land aan de eene zijde der spoorbaan ?ven steil omhoog ging als aan de andere zijde afwaarts liep; maar ten tweede bedekt was met een ongerept woud van reusachtige dennen. Desniettegenstaande begonnen zy direct eenige der kolossaalste stammen om te hakken «n dit niet alleen om de toekomstige ligging der toekomstige wereldstad van het nieuwste Amerikaansche Dorado te bepalen, maar ook om hun eigendomsrecht op haar onbetwistbaar vast te stellen. Nadat dit gebeurd was en tevens aan een bijzonder dikken boomstam, vlak büde spoorbaan, een geer primitief uithangbord met den naam Belknap" was bevestigd, togen onze beide stadstichters aan het werk, om de noodige bewoners voor hunne stad voor den dag te halen. Door de genomen voorzichtigheidsmaatregelen tamelijk zeker, dat niemand hun nieuw eigendom zou stelen, begaven zij zich per spoor naar het naastbijzijnde registratiekantoor, lieten den door hen in beslag genomen grond boeken volgens de wet, lieten de plaats inschrijven als station van den N rthern-Paiüic spoorweg en zich een certificaat afgeven dat van dit station uit, de nieuw ontdekte goudmijnen aan Tritchard Creek op de kortste en veiligste wijze te bereiken waren; welk certificaat gedrukt werd in de dagbladen van He!ena, Butte City, en alle andere reeds in het Rotsgebergte van 't Noordwesten bestaande steden. Het kon niet anders of zulk een certificaat als advertentie werkte krachtig en hoe daarna met behulp van eene uit Portland betrokken gang" (ploeg) chineezen een hoofdweg van 40 voet breed, de Broadway van Balkoap, die rechtlijnig op het spoorstation aanliep, in het dichte woud was gerooid, bleef er niets anders te doen over, daa van die Broad way uitgaande een Eerste, Tweede en Derde straat, die evenwijdig met de spoorbaan moesten loopen, af te bakenen, en de nieuwe stad bestond in optima forma. Zelf plotseling opkokende twijfelingen of het in het bezit genomen land misschien tot de landschenking der Northern Pacific spoor behoorde, dus geen domein der Vereenigde Sleten meer was, wer den weggenomen door de verklaring dat de spoor, indien zulks het geval mocht zijn, het eigendomsrecht later zoude r«sp«cteeran al* ware de schenking aan haar niet geschied. Alle» was do» zoover klaar, dat men met den verkoop der bouwter reinen kon beginnen. De Northern Pacific spoor, die blijde was juist aan dit deel ham lijn «ene stad to krijgen, met een verzekerd verkeer, kon digde door het geheele Oosten aan dat Belknop het station en de stapel plaats der Coenr d'Alène-mgnen was, en in 't Westen werden door Belknap & Co. in alle mogelijke bereikbare real estate offices" (kanto ren tot verkrijging van grondeigendommen) plakaten opgehangen, die door afbeeldingen en kaarten het onweersprekelijk bewijs gaven, dat de stad Belknap al die natuurlijke voorwaarden in zich alleen vereenigde, die MUI Denver, Cheyenne, Salt-Lake City, Helena, Virginj» City tot groote centrums van westerlijke onderneming en Wwterlflken rijkdom hadden verheven. De eerste die door die plakkaten in den val werd gelokt, WAS eenzekere White nit Cheyenne. Deze White had eenige jaren geleden in de mijne» der Saguash Mountains" nog al wat verdiend, daarna in Cheyenne ee hotel opgericht, dat zich in een goeden vooruitgang mocht verhengen,deednu al zijn eigendommen van de band en kocht in de nieuwe itad de twee bouwterreinen aan de hoeken van Broadway en de Tweede Straat voor 1000 dollars elk. Daarna liet hy zich van het volgend station der Northern Pacific spoor, waar een houtzaagmolen stond, timmerhout zenden, als vrachtgoed, liet van Portland in Oregon meubelen en andere gereedschappen komen, genoeg om twee gewoone Westerner hotels elk met 25 kamers te kunnen inrichten en trok er ten slotte zelf op uit om het opzicht te houden over den bouw zijner beide karavanseraïs, ten einde zich direct aan het zaken doen en aan het goud maken" te kun* nen zetten. Toen hu na een tamelijk moeielgken wintertocht in «ijn nieuwe woonplaats aankwam, vond hu tot zijne niet geringe verbazing in plaats van een open bouw terrein een dichtwoud, dat zioh verhief op een besneeuwden en berijpten grond, en behalve ziohzelven nog een ituk of acht andere landloopers die eenige dagen te voren waren aangekomen en even verwonderd waren als hij. Daar zij echter allen echte Westerner" waren en reeds aan da grond* vestiging van meer dan eene rotsgebergtestad hadden medagedaan, be gonnen zij al vrij spoedig de reusachtige stammen, die op hun bouwter reinen prijkten boven den hard bevrozenen grond af te zagen op de hoogte van het Broadway niveau, welk werkje ongeveer eene week tjjd kostte. En daarop klonken er, niettegenstaande de bittere Janoari-koude, de geluiden van hameren en hakken, van zagen en slijpen door het oor spronkelijk woud van Noordelijk Idaho; geluiden waarvan de gessten van deze, voor weinige jaren nog door niemand dan den Roodhuid be* treden, oorspronkelijke wildernis nimmer hadden gedroomd. De bouwwerkzaamheden groeiden met iederen dag aan, bonten hnisverrees naast hontenhuis en op zekeren kouden, maar schoenen morgefit stond naast een Hotel het onmisbare Newspaper office" (dagblad kan toor,}. Een bankiers-kantoor was aan het beneden gedeelte van Broad way reeds drie dagen eerder verschenen. De toename der Saloons" (bierhuizen) kon men spoedig per uur berekenen en eene der voornaamste bezitters van bouwterreinen, had aan een zaagmolenaar en aannemer te Spokane Falls telegraphisch aangevraagd, hoeveel eanjkerk kant en klaar moest kosten, in hoeveel dagen men die te Belknap hebben kon, en hoe veel goedkooper het uitkwam als er te gelijkertijd eene school besteld werd. Mijne lezers zien hieruit dat Belknap zich de wintermaanden ten nutte maakte en deed wat zij konjom'op te groeien tot toekomstig spoorweg- en mijncentrum van Noordelijk Idaho. Nu had men slechts het voorjaar noodig en de daarmede komende measchenmassa, die naar de '«winters feitelijk onbereikbare mijnen zonde stroomen om de wereld te tomen wat deze nieuwe stad eigenlijk beduidde. Een wonder," «n dat Wa» de zachtste uitdrukking, zoo zeiden de stichters van Belknap, «zonde tten met het voorjaar in hunne stad zien geschieden." En eindelijk kwam het voorjaar, en met hetzelfde kwam het wonder... maar het viel een beetje anders uit als de Balknapper» zich hadden voor gesteld. In de eerste dagen van Maart geschiedde het dat de zon, die tot toen toe, zelfs gedurende de helderste middaguren, alleen licht maar geen spoor van warmte had gegeven op eens ook deze laatste begon te ont wikkelen. Daar gedurende de laatste acht weken de geheele atadsvlakte, voor zooverre bouwterreinen gekocht waren, was leeggeruimd op dezelfde wijze als de uit Cheyenne gekomen White had gedaan, d. w. 2. door eenvou dig de reusachtige stammen boven den fjzigen grond af te eagen, vond de plotseling zoo energiek optredende zon eene ruime vlakte waarop zij, niet langer gehinderd door de schaduwen van het oorspronkelijk woud, haar dooiende en smeltende kracht kon doen werken. Daardoor toonde eich reeds binnen weinige uren, dat deze zon op allerverwonderlijkete wijze datgene begon op te ruimen, wat men tot nu toe voor het plavei sel der Belknapsche straten had gebruikt. Alles smolt letterlijk weg. Reeds den volgenden morgen was de Broadway niets dan eene dooiende massa ijs met een afloop van water naar het spoorstation en de kolossale boomstompen, wier afgezaagde vlakten eerst met het ijs niveuu gelijk waren geweest, staken er uu n en op sommige plekken anderhalf a twee voet nit op. Den daarop volgenden dag was het reeds drie a vier voet geworden en dat duurde zoolang totdat men niet alleen met het bed der straten, maar ook met de, op eene gevaarlijke manier medezinkende, balanoeerende en nu en dan in elkaar stortende huizen op den waarachtigen soliden aardbodem was aangekomen, die men oorspronkelijk van de Regeering en de Spoorweg-Directie tot het opbouwen der plotse ling zoo diepgezonken stad had gekregen. Het raadsel was niet zeer moeielijk op te lossen. De buitengewone dikke sneeuwlaag in den herfst 1883, had in het wond deze plek, die juist op het noorden openlag, zoo hoog met sneeuw opgevuld, dat er in het begin van December slechts een paar zachte dagen waren noodig geweest, om de geheele massa te doen in een zinken en aan de oppervlakte zelfs wat te doen smelten. Het daarop volgende grimmige vriezende weer haddi* oppervlakte zóó hard gemaakt, dat de door den noordenwind afgerukte boomtakken, denoennaalden en droge bladeren haar het bedriegelijk uiterlijk eener hard bevrozene aardkorat had gegeven. Toeu onze pioniert bq het wegruimen der later gevallen sneeuw op deze sneeuw- en ijslaag stuitten, dachten zy de moederlijke aarde te hebben bereikt en begonnen met het volste vertrouwen hunne stad daarop te bonwen. Het verwachte wonder was dus feitelijk gearriveerd. Eene heel* stad was in eens nedergedaald; met dien verstande, dat het eene geheele week duurde eer zij zoo laag was neer gesmolten en neergedooid als zrj eigen lijk behoorde. In het rste stadium van die plaatsgrijpende nederdaling brak wel ia waar eene kleine paniek nit; de groote bouwterrembezitter der eerst*

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl