Historisch Archief 1877-1940
No. 448
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Dan zullen wij haar hooren.
Keeds tijdens haar laatste oponthoud hier was do heer Plumkett, do
bekwame en ijverige directeur van het Eden-lheatre, met haar in onder
handeling getreden. Maar de zaak wilde toen niet vlotten. Vooreerst had
men nog niet genoeg onderzocht of de zaal wel goed klonk en verder
kon men het op het punt der cijfers nog niet eens worden.
Nu de ervaring door de concerten Lainoureux geleerd heeft, dat de
acoustiek der zaal niets te wenschen overlaat, zijn do onderhandelingen
opnieuw geopend en ditmaal tot een goei einde gebracht.
Patti zal zingen op drie concerten en daarvoor telkens een honorarium
van vijftien duizend francs ontvangen, 't Is geca kleinigheid, maar de
heer Plumkett heelt toegeslagen, want hij schijnt niet afkeer!» te zijn
van hot, plan om deu een of anderen dag zijn Eden-theatre te
metamoribseeren tot iets, wat te gelijkertijd als Italiaauscho Opera en
heatreLyrique, twee veelbesproken zaken, zou kunnen dienen.
En nu wij toch eenmaal op dit chapitre zijn, nog een nieuwtje, dat
evenwel nog slechts gefluisterd mag worden.
Men heeft veel gesproken over den lago van Terdi. Pas begonnen ! bc»
weerde de een; kant en klaar! verzekerde een ander.
i)e waarheid is, dat de partituur, ofschoon nog niet voltooid, binnen
Ees weken gereed zou kunnen zijn als....
Er is zulk een als, waar alles van afhangt.
Verdi zon namelijk in Patti de meest begeerlijke persoon voor zijn
Desdeniona zien. En dan .... zou bet kunnen gebeuren, dat binnen
niet al te lang tijdsverloop Parijs zich de verrassing zag bereid van eene
première van Verdi's Jago met de beroemde Adeüne als Desdemona...
Dat zou dan zijn in de Opéra of wel Later meer daarover.
Nog een kersversch nieuwtje op tooneelgebied, maar van geheel
anderen aard.
Gij weet, dat wij te Parijs een genootschap hebben, dat ijvert tegen
het misbruik van tabak. Volgens zijn naam bestrijdt het liet miiïbruil:
maar feitelijk is het tegen alle gebruik gekant en in de door die
vereeniging uitgegeven tractaatjes en blaadjes worden alle kwalen der
mensenheid zonder onderscheid aan sigaar en cigarette toegeschreven. Vóór
dat Nicot dat haiscae kruid invoerde, waren ziekten onbekende zaken
voor het monscheiijk geslacht, alle deugden heerschfen onbetwist op
aarde en deze was een echt paradijs. Do geschiedenis vertelt geheel
andere dingen, maar deze heeft het misschien bij 'c verkeerde eind.
Toch schijnt dit genootschap, ondanks al de in het werk gestelde
pogingen om de ongeloovigen te bekceren, nog weinig succes gehad to
hebben van zijn arbeid. Het wil nu beproeven eon grooteu slag to slaan.
En deze groote slag zou bestaan in een tooneel-voorstelJing, wolke do
volgende maand in het Ghateau-d'Eau zal gegeven worden. Men zal
ilan natuurlijk een gelegenlieidst.uk opvoeren, dat don naam draagt van
Les Dratncs da la Nicotine en waarin aan het publiek aanschouwelijk
zal worden voorgesteld, welke allerverschrikkelijkste onheilen door dat
noodlottige kruid in de wereld veroorzaakt worden.
Dat is een idee en tegelijk een precedent. Gelukt deze proefneming
?van het genootschap tegen het misbruik van tabak, dan zal het niet
lang duren of wij krijgen een schouwburg van een geheel nieuwe soort
den schouwburg van het Proefondervindelijk Bewijs.
Ieder tooneelstuk zal zijn eigen leering meebrengen, die te voren door
den titel is aangeduid.
Zoo zal men daar achtereenvolgens zien opvoeren:
De gevolgen eener Indigestie, bestemd voor alle gulzigaards. Eet
Drama van een Lucifer, opgedragen aan onvoorzichtige ouders, die hun
kinderen alleen tehuis laten.
Bet vochtige hitis, antirheumatische Vaudeville
Bij den overvloed van stof zal alleen de keus eenige moeielijkheid
tuimen geven bij het samenstellen van een volledig repertoire van stuk
ken, welke over de gezondheidsleer of moraal, over geneeskunde of wijs
begeerte handelen.
En als wij dan daarna niet al onze fouten en gobreken lielAon afgelegd,
niet bevrijd zijn geworden van alle kwalen en ongemakken, dan zal men
met recht aan het castigat ridendo mogen wanhopen!
A. B.
LETTERKUNDE.
DE COURANT IN NEDERLAND.
Ce Courant. Geschiedenis, Samenstelling PB beheer
van groote en kleine nieuwsbladen door
JK. van der Meulen. Leiden A. W. iSijthofl'.
(Slot).
Het boek van den heer van der Meulen tievat tal van afbeeldingen van
nieuwsbladen uit vroegeren en latcren tijd on onder dozen facsimiles in
de gewone grootte van de oudste Hollaudsche couranten. Zij besloegen
gewoonlijk twee bladzijden in folio, in twee kolommen gedrukt en de
meeste ruimte wordt ingenomen door liet buitenlandse!) nieuw,".
Nedorlandsche staatszaken ontbraken 200 goed als geheel, wijl gewestelijke en
plaatselijke overheden die onderwerpen liever niet besproken zagen. In
den aanvang werden ook advertentiën gemist, deze kwamen eerst lang
zamerhand in zwang. In :t begin zijn het meest aankondigingen van
boeken, terwijl er zelden meer dan drie advertenties in een nummer
voorkomen. Vrijheid van drukpers kende men niet. 'tPlakaat van '?> Dec.
1702 bepaalde dat de toestemming der plaatselijke overheid noodzakelijk
was voor het uitgeven eener courant. Die toestemming werd in vele
'steden slechts aan n courantier gegeven en veelal tegen betaling van
een iaarlijksche som. Zoo moesten de Enscbedé's te Haarlem van af 1737
jaarlijks 2500 gulden betalen ; in 1750 werd dat 2000 en in 1770 5000 gulden.
In Leiden beliep de som in 1772 8372 gulden. Daarenboven werd van alle
nieuwspapieren belasting geheven. In 1674 b. TT. werd bepaald, dat v. au
alle couranten voor een half vel geheel of gedeeltelijk bedrukt 4 penningen
moest worden voldaan ; van grooteren meer en ook de invoer van
buitenlandsche dagbladen was belast. Maar behalve deze fiscale maatregelen
werd de vrijheid van drukpers op allerlei wijzen belemmerd. Wel had men
hier geen eigenlijk gezegde censuur, maar de uitgevers moesten velerlei
voorzorgen nemen, wilden zij niet telkens met de overheid in botsing
komen. Herhaaldelijk kwam het voor, dat buitenlaudsche vorsten en steden
zich bij gewestelijke of stedelijke overheid beklaagden over do in Holland
verschijnende couranten. Daaraan is het toe te schrijven, dat de Staten
van Holland in 1091 het drukken en verkoopen van Fransche couranten
verboden, welk verbod door de Staten-Generaal over alle provincies
werd uitgestrekt. Ook werden telkens plakaten afgekondigd, waarbij
verschillende onderwerpen werden opgesomd, over welke cie couranten
het stilzwijgen moesten bewaren, terwijl zij niemand aanstoot mochten
geven. Uit verschillende staaltjes door den heer van der Meulen mede
gedeeld blijkt, hoe moeielijk het voor de courantiers was om geheel buiten
schot te blijven. In 1731 werd een courantier gestraft, wijl hij een
bericht uit Napels had opgenomen, inhoudende dat de Infant
Don Carlos den soon van den Praetendent soude beschonken hebben met
een strick van diamanten op sijn hoed" en in 1730 had eau ander zich
straf op den hals gehaald, v/ijl hij bericht had, dat hare Kaiserlijke
Majesteit van Rusland zich in het huwelijk zoude begeven met den
Prins Dolgoroucki."
Langzamerhand begint in de 18e eeuw de courant in omvang toe te
nemen, hoewel men zich bleef bepalen tot het medeüeelen van feiten;
beschouwingen ontbraken geheel. Meermalen komt de klacht voor, dat de
couranten zoo weinig beantwoordden aan hare bestemming en veel meer
nut zouden kunnen stichten. De in ons land verschijnende Fransche dag
bladen overtroffen de Hollandsche in degelijkheid.
Uit de zeventiende eeuw is zoo goed als niets bekend ten opzichte van
het debiet, de onkosten enz.; uit de achttiende oeuw daarentegen deelt
de schrijver belangrijke opgaven mede.
De tweede periode in de geschiedenis der Nederlandsche dagbladpers
loopt van 1780 tot 1813. Met eerstgenoemd jaar breekt een nieuw, belang
rijk tijdvak aan ; de meer en meer aanwakkerende partijschappen gaven
het leven aan de polemiek en daardoor werden tal van blaadjes te voor
schijn geroepen. In vele ratriotten-lilaadjcs werd de stadhouderlijke partij
aangevallen en bespottelijk gemaakt. Vooral de politieke weekbladen
vervulden een groote rol ia den strijd; onder dezen komt in de eerste
pir/its in aanmerking de Post van den Neder liliïjn, welke van 1781 tot
1787 to Utrecht bij van Pacldcnburg werd uitgegeven; de schrijver was
P. 't Hoen. Hot blad was weldra in ieders handen en het debiet werd
op niet minder dan 21.000 exemplaren geschat. Do Oranje-partij trachtte
to vergeefs de uitgave te doen verbieden; slechts in den Haag werd de
verkoop korten tijd gestaakt, terwijl ook Arnhem maatregelen nam tegen
do verspreiding van den Post. Een andere veel gelezen patriotten-courant
was De Po/ittcke Kniijcr; elk deel kreeg een spotprent tot titelblad.
Tegenover deze organen der patriotten stelde de Oranje-partij De
Poliiiguc Krvijcrs-Knegt en De Post naar den Neder Ehfjn. Het laatste
blad in den Haag uitgegeven werd geschreven door Ph. Verbrugge te
Delft, aan wien de predikaat D. W. Smits zijne medewerking verleende.
Schrijver en uitgever geraakten in de gevangenis; de zaak van Verbrugge
werd bepleit door den advocaat W. Bilderdijk. Ik kan hier niet alle
bladen welke door den schrijver besproken worden, opnoemen; slecata
nij nog vermeld dat Rijklof Michael van Goens de samensteller was van
De Ouderwetse Nederlandsche Patriot, een orgaan der Oranje-partij,
evenals de Geldersclte Historische Courant, waarin verschillende
mededodingen werden geplaatst door Gijsbert Karel van Hogendorp. Da
heer van der Meulen' deelt niet onvermakelijke staaltjes mede van de
vinnige wijze, waarop de strijd van weerskanten werd gevoerd. Meer
dere vrijheid genoot de drukpers evenwel niet; integendeel het toezicht
cler rcgeering was or eerder nog strenger op geworden. Vooral de Staten
van Gsliïerland vaardigden in 178G een gcsi.reng plakaat uit, terwijl ook
in Utrecht, nauwkeurig toezicht werd gehouden. Wat een journalist,
die zich <ie ongenade der overheid op den hals haalde, zooal boven het
hoofd hing, kan blijken uit et. door den schrijver ]>lz. 74?7!' mede
gedeelde.
Sedert 1703 komen de geboorte?-, huwelijks- en doodsbericliten in zwang.
Die advertenties waren oorzaak dat er minder brieven verzonden werden
en 'slauds schatkist dus schade lood door de vermindering van briefport.
Daarom besloot het 'Provinciaal Bestuur van 'Holland om van 'loze wijze
van iafflilie-gebeurlemtóübekend te nwken, belasting te IK il'cn. Den
1ste November 17ij7 werd bspaald dat betaald moest worden voor elk
bericht van c,oboorto f l, van huwelijk i' 3, en van overlijden i'2, behalve
t, wc s stuivers voor zegelrecht. In 1805 werd de belasting over alle adver
tenties uitgebreid.
In 17!Vi went het plakaat van 1702, waarbij He goedkeuring der
plaatEeüjko overheid trnOiseht, werd om een courant to mogen uitgeven,
opgeiifivi'n «n i u i7i'ödo vrijheid van drukpers afgekondigd. Mam- weldra
bleek dat men <!io vvijV'id op mciiigprlei w ij zo kortwiekte cudouit-^vers
hadden weer veel to jdcn. In 18 i<) verscheen do eer^e fiinrtf.ïfimirnnt.
In datzelfde iaar werd 0113 land bij Frankrijk ingelijfd en duarrufde kwam
een einde run do vrijheid van drukpers voor zooverre die nng bestond
Allerlei drukkende bepalingen werden bij decreet v n TI 181.0 vastgesteld.
Ook moesten do couranten in Holland voortaan i" tvve-e talen worden
gedrukt. Het moest belemmerende wan wel «Ie bepaling, dr.t voortaan in
elk r.sr.artement (uitgezonderd dat van de Ssine) slechts <ién politiek
dagblad mocht worden uitgegeven, terwijl de prefekten de regels vast
stelde», volgens welke de uitgevers der departemnntalo bladen cich had
den te gedragen. l-V andere couranten daald-^ af tot den rang van
advertentie-bladen, Ju welke behalve de gcwoi:.> advertenties opgaven
gevonden werden aangaande Beurs en markt, .: ;crstand, aankomst en
vertrek van schepen on den burgerlijken stand. Dit bleef zoo tot, 1813.
Met het jaar 1813 begint de tierde periode, welke tot 1869 loopt,