De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1886 3 oktober pagina 5

3 oktober 1886 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 484 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. El' i ;i «B met den steun van de Academia dei Filodrammatici" zal-thans te Milaan, en tevens voor de eerste maal in Italië, de Julius Caesar worden ?opgevoerd. Bij de tooneelschikking zal het voor beeld der Meiningers op den voet worden gevolgd Te Kassei is Zondag Calderon's drama: De Dochter der Lucht", opgevoerd, volgens de Duitsche bewerking van Freiherr Von Vincke. Hoe voortreffelijk ook deze bewerking was. bij de op voering bleek, dat het stuk niet meer in den smaak valt van ons tegenwoordig publiek, zelfs niet van een beschaafd en ontwikkeld auditorium Behalve het Stadttheater te Bremen hebbon ook «en aantal andere grootere en kleinere schouw burgen het nieuwe salonblijspel van Ilichard Merckel, rDer Vertheidiger", in studie genomen. Te Berlijn zal eene tooneelschool worden op gericht, die den wel wat weidschen titel zal dra gen von Hochsdhule für Schauspiel und Vortragskunst. Als leeraren zullen daarbij onder anderen werkzaam zijn de heeren Kainz en Pohl van h Deutsches Theater, Hellmuth-Bram van het Ko ninklijk Tooneel en Reicher van het ResidentieTheater. Baron von Hülsen, de intendant-generaal var de koninklijke schouwburgen te Berlijn, is op 30 September overleden. Ofschoon Hans von Bülow in eene bekend geworden boutade, over de aan de zorg van den intendant-generaal toevertrouw de opera als het Circus von Hülsen" sprak heeft de overledene in zijne belangrijke betrek king toch veel goeds tot stand gebracht. Op 25 November van dit jaar herdenkt de be tende Duitsche tooneeldichter, Adolph l'Arronge den dag, waarop voor vijf-en-twintig jaren zijn eerste tooneelwerk Dag Gespemf' werd opgevoerd De firma F. Bloch te Berlyn, op welke het auteurs recht der meeste werken van l'Arronge is over gegaan, heeft namens don schrijver aan de ver schillende tooneel-directiën medegedeeld, dat hij indien op 25 November werken van hem worder ten gehoore gebracht, van tantièmes en honoraria afstand wenschte te doen ten bate van een fonds tot ondersteuning van hulpbehoevende tooneelspelers. L'Arronge is dezer dagen benoemd tot ridder van de Pruisische Kroonorde. Carl Reinecke's nieuwe opera Auf hohem Befehl" wordt in het begin van October te Hamburg voor do eerste maal ten gehoore gebracht. Ook te Lübeck, te Kassei, te Drcsden, te Nürnborg en te Schwerin is het werk aangenomen. In het laatst der vorige week overleed te Cranbrook, in het Engelsche graafschap Kent, het oudste lid van de Royal Academy, de in hot jaar 1800 geboren genre-schilder Thomas Webster Sedert 1825 ontbraken zijne schilderijen op bijna geen enkele tentoonstelling der Academy, waarvan hij in het jaar 1840 associate en zes jaren later lid werd. Onder zijn meest bekende werken noe men wij Het Buskruitverraad" (182!)), De Lan taarn" en De Dorpsschool" (1833), Football' (1839), Punch" (1840), De Glimlach" en Het gefronsde voorhoofd", naar aanleiding van eenige dichtregelen uit Goldsmith's Deserted Village. In 1867 hield Webster op werkend lid der Royal Academy te zijn, doch twee jaren later schilderde hij nog zijn eigen portret, dat in Bur lington House werd tentoongesteld. De Zweedsche romanschrijver Henrik af Trolle is te Karlskrona overleden. De meeste zijner wer ken zijn aan het zeeleven ontleend, dat hij door talrijke reizen bij ervaring leerde kennen. Van zijn romans zijn vooral De Zee-officier", Kapi tein Thomas Darrel" en Jakob Duvall" in ruimeren kring bekend geworden. Hendrik af Trolle bereikte den leeftijd van 57 jaren. Te Luc-sur-Mer is in den ouderdom van 70 jaren de schrijver Hippolyte Castille overleden, wiens politieke feuilletons in de laatste dagen van het keizerrijk zeer de aandacht trokken. Hij had vroeger eene gansche reeks romans en novel len geschreven, met Molinari on Bastiat bladen opgericht en zich in de Revue de Paris bekend gemaakt door zijn Les Hommes et les Choses sous Ie règne de Loiüs-Philippe". Zijn hoofdwerk vormen ?echter do Lettres d'Alceste", die eerst in den Universel, later in den Voltaire verschenen, en waarin op menschen en toestanden de roede ecner ?even onbarmhartige als scherpzinnige critick werd toegepast. Van de nieuwe reeks der Mannen Kan Setecl-enis, uitgave van H. D. Tjeenk Willink te Haar lem, onder redactie van Dr. E. D. Pijzel, is de tweede jaargang thans compleet geworden. Hot is de zeventiende jaargang sedert het begin dezer onderneming, die zoozeer in een behoefte blijkt te voorzien; hij bevat studiën over Victor Huc/o door Fiore della Neve, Prof. Ilettner, door W.'J. Manssen, John Staart Mul, door Prof. Jhr. van der Wijck, Sardou, door J. II. Rössing, Verhulst, door Jhr. Mr. J. C. M. van Riemsdijk, Mevr. Bosboom-1 omsaint, door Jo. do Vries, De Freycinet door Dr. E. D. Pijzel, Henry Faiccett door- Prof. Mr. A. Beaujeon, Harting, door Dr. H. F. Jonkman, en Parnell, door Dr. E. D. Pijzel. De portretten zijn mecrcndeels keurig uitgevoerd; voor hot aantrekkelijke der levens beschrijvingen en studiën getuigen do namen der bewerkers. _Aan het nationaal gevoel is door do verhou ding van drie op de tien, ditmaal meer toege geven dan vorige jaren, maar do namen van het drietal hebben genoeg beteekenis" om de kous te wettigen. i In de eerstvolgende afleveringen zullen, naar -wij vernemen, worden opgenomen Cd. Buslcen Huet door Prof. A. G. van Hamel, Franz Liszt, door D. F. _Scheurleer, Björnstjerne Björnson, door C. Honigh, Henrik Ibsen, door J. H. Rössing en -Bismarek, door Dr. E. D. Pijzel. Militaire Zaken. DE VOORZIENING IN DE BEHOEFTE AAN VERDUURZAAMDE LEVENSMIDDELEN VOOR HET LEGER. I. Zeker in de overtuiging dat de verpleging van ons leger in oorlogstijd zonder grondige voor bereiding niet behoorlijk verzekerd kan zijn, benoemde het vorig hoofd van het departement van oorlog, de generaal-majoor Reuther, eene commissie, die belast zoude zijn met het nemen van proeven met verduurzaamde levensmiddelen, ten behoeve van het leger en het doen van voor stellen betreffende de aanschaffing, het opleggen enz. dezer levensmiddelen (1). In de vorige maand is het, onder dagteekening van 24 Mei 1886, door die commissie, aan den minister van oorlog uitgebrachte rapport, gepu bliceerd. De inhoud van dat rapport komt ons belangrijk genoeg voor. om den lezers van ons blad een kort overzicht daarvan te geven. De commissie stelde zich, in verband met het doel en den aard der haar verstrekte opdracht, voor oogen, dat de geschiedenis der oorlogen van den jongsten tijd op overtuigende wijze heeft aangetoond, dat aan de geregelde en doelmatige verpleging van een leger in tijd van oorlog bui tengewone moeielijkheden verbonden zijn moeielykheden, die onvermijdelijk moeten voortspruiten uit den uiterst korten duur van het tijdperk van voorbereiding tot den oorlog, uit de groote snelheid der concentratie en der operatiën, en uit de groote getalsterkte van de tegenwoordige legers en waarin alleen dan afdoende kan worden voorzien, wanneer ten behoeve dier ver pleging, voor zooveel noodig, over verduurzaamde levensmiddelen kan worden beschikt. Vooral in de laatste jaren werden dan ook in onderscheidene legers maatregelen genomen, om zich, des vereischt, het gebruik van die soort levens middelen te verzekeren. Daartoe werden uitge breide proeven genomen, zoowol ter booordeeling van de betrekkelijke waarde, welke de naar de verschillende methoden bereide verduurzaamde levensmiddelen voor de legerverpleging bezitten, als tot het verkrijgen van bepaalde gegevens om trent de soorten en de hoeveelheden der levens middelen, waaruit het ration van den soldaat eventueel behoort te zijn samengesteld. In verband met deze proeven werd voorts ook, in het bij zonder, de aandacht gevestigd op do maatregelen van verschillendon aard, welke reeds in vredestijd behooren te worden genomen, om verzekerd te zijn, dat in de behoeften aan conserven in tijd van oorlog zoo goed mogelijk kan worden voor zien. Welke voortreffelijke eigenschappen do voor een leger aangenomen verduurzaamde levensmid delen toch ook op zich zelf mogen hebben, alleen dan kunnen zij aan de verpleging ton goede komen, wanneer daarover te juister tijd en in voldoende hoeveelheid kan worden beschikt. Dit kan alleen verkregen worden door: 1. liet vaststellen van oen doelmatig rat-ion, bestaande uit conserven, welke, behoudens do overige, ten «pzichte dor verpleging daaraan to stellen oischen, to allen tijde op eenvoudige en gemakkelijke wijze kunnen worden verkregen; 2. Door het in vredestijd opleggen en op be paalde tijden vernieuwen van eon voorraad, welke bestemd moot zijn om in oorlogstijd in de eerste, en, zoo noodig, ook in volgende behoeften te voorzien; en 3. door het nomen van maatregelen, waardoor de voorziening in latere behoeften zoo goed mo gelijk verzekerd wordt. Do commissie stolt do volgende eischen aan legerconservcn : a. Goed verteerbaar en niet schadelijk voor de gezondheid zijn, geen tegenzin verwekken en zoo veel mogelijk met hot gewone voedsel van den soldaat overeenkomen. b. Zooveel mogelijk dezelfde voedingswaarde be zitten als die, welke de voedingsmiddelen, waar uit zij zijn vervaardigd, oorspronkelijk cl. i. vóór de verdunrzaming bezaten. c. Zonder of slechts door eene eenvoudige en weinig tijdroovcnde toebcrciding een goed smakend voedsel opleveren. d. Een gering gewicht on volume hebben. e. Togen een langdurig transport, minder goede verpakking en bewaring, afwisselende temperatuur en vocht bestand zijn. f. Uit oen nnauticel oogpunt niet to veroor- ? deolen zijn Hierbij wordt nog opgemerkt, dat de conserven i dienende tot reserve- of' noodration, bij den klein sten inhoud en het geringste gewicht, do grootst mogelijke voedingswaarde dienen te bezitten, en bovendien ook zonder ccnigc bereiding, een goed i smakend voedsel moeten opleveren en eindelijk ; Ji zoodanigen vorm verpakt moeten worden, dat zij gemakkelijk door den toch reeds zoo belasten soldaat kunnen worden gedragen. Voor de approviandecring van vestingen en forten daarentegen zal minder gelet behoeven te vordeu op het geringe gewicht en volume, dan wel op den langen duur der conservcering on op , Jen oisch, dat zij. zooveel mogelijk, met het gewone voedsel van den soldaat meet overeenkomen. Om in de behoefte aan conserven te voorzien vordt aanbevolen van de particuliere industrie gebruik to maken on wel door openbare concur rentie. Intusschen wordt het noodig geacht de concurrentie in den regel te beperken'" tot die fa- i jrickon, welke binnen het door do vcrdedigings- \ iniön afgesloten gedeelte des lands gelegen zijn. )it wordt noodig geacht om do hierbcdoelde farikanten reeds in tijd van vrede zooveel doenlijk n do gelegenheid to stollen, zich mot de fabricage an do legerconservcn vertrouwd to maken, hunne abriekon naar do daarvoor geldende eischen in c richten en er die uitbreiding aan to geven, at zij dos gevorderd in staat zijn om binnen kor en tijd aanmerkelijke hoeveelheden der bedoelde oorten van verduurzaamde levensmiddelen af' to leveren. De maatregel om, even als in andere landen o. a. Duitschland, Oostenrijk en Italiëfabrieken onder militair beheer op te richten, wordt niet noodig geacht, omdat de conserven-fabricagc bij ons te lande een vrij belangrijk onderdeel van de algemeene nijverheid vormt en hierdoor zonder bezwaar in de behoefte kan worden voorzien. Ook zoude het oprichten van militaire fabrieken van conserven belangrijke geldelijke uitgaven vorderen. Het leveren door de particuliere industrie heeft ook nog dit voordeel, dat de prijzen der levens middelen geringer kunnen z\jn, niet alleen door den invloed der concurrentie, maar ook, omdat de particuliere fabrieken niet uitsluitend voor het leger maar ook voor andere afnemers werken, en dus, vooral in vredestijd, eene ruimere bron voor een geregeld debiet kunnen hebben. De maanden October, November en December worden als de beste tijdstippen aangemerkt, om de legerconscrven te doen bereiden, omdat de fabrieken alsdan wei nig of geen werk hebben, het vee en de gewenschte groentensoorten het goedkoopst en het best verkregen kunnen worden en de arbeidsloonen alsdan het laagst zijn. Tot de maatregelen, welke in vredestijd behoo ren te worden getroffen, om verzekerd te ajjn, dat, bij het uitbreken van een oorlog, over eene voldoende hoeveelheid conserven ten behoeve der verpleging kan worden beschikt, behoort in de eerste plaats, het opleggen van een voorraad, bestemd om. bij mobilisatie, in de eerste en, zoo noodig, ook in de volgende behoeften te voorzien. Die maatregel, waartoe nagenoeg alle legers ook die welke in het bezit zijn van militaire conservefabrieken reeds zijn overgegaan, is ook voor ons leger van onbetwistbare noodzakelijkheid. (Wordt vervolgd). (1) De commissie bestond uit de HH. Door man, kolonel-intendant; Van Gendt, majoor-inten dant; Winckel, kapitein-intendant; Snijders, kapi tein van den generalen staf; Burgersdijk, apotheker, en Van der Stok, officier van gezondheid. Schaakspel. No. 40. Van SAMUEL LOYD. (Jersey-City V.-S.) Prachtig, met uitstekende gedachte, maar ook moeielijk. ZWABT. a b c d e f g h WIT. Wit spoelt voor en geett in vier zetten mat. (Wit 11 en Zwart 8 stukken met K. h.'S). Oplossing van Schaakprobleem No. 38 S'Hinkman. l h5 h2! K. f'3 (a 2 d2 d3 mat. (Mooi! 2 g2 e3 mat. (B) (a) l Als bov. K. d3 (2 l Als bov. K.?da of f5 (b 2 11. c2 mat, 2 Pd. elofh2?mat. (2) (b) l Als b. cG nt d7 (3 l Als bov. dl d3 (c 2 a(5 nt c5 mat, 2 h2 f4 mat. (3) (c) l . . . o7 06 (4 l ... K?f5 2 d7 h7 mat. 2 g2 el mat. (Klein (4) maar rein! l . . . d4 do (5 2 d7 g4 mat. Van Olland. (5) l ... Ad libitum. l d5 e.'!! d4 nt e.'S (B 2 d7 f5 of 2 a(J nt c5mat. Twcczettig probleem van JOHN BROWN (G. of Ch. Wit K. bli, I), dl, K. d8, Pd. gf>. Zwart K. e5, P. f 5. Wit 4. Zw. 2 met K. e5 Wit begint. Briefwisseling. J. W. E. D. to A. Ook na de korroktio is uwe oplossing no l onuitvoerbaar, omdat Wit's twee Rh. op a<S en B, de zwarte Monarch van o5, 4 en 05 verwijderd houden. No. 2 zio l dC nt <15 mat. DE PROBLEEM-SCHAAKKUNST. ; (Problematiek) III, Vervolg en slot van ons vorig weekblad. De eisch, zelfs voor het kleinste probleem is, dat er ook voor zwart verdediging, keus van zetten aanwezig is, of wel dat zij de verdienste vnn fijne tempo-berekening bezitten, zooals wij dat in G. L. do Boer's no. 24, 1886 zagen en in de volgende twoezet van Brown kunnen zien: Wit K. d8, T. e3, D. g7, Pd. b3 en c,3, R. is goed b8 en e2, P. e7. Zwart K. f5, T. e4, Pd. g2, P. d4, d7 en f7. (Wit 8, zwart 6 met K. f 5). In 2 zetten mat. Do gewone op tcmpo-dwang berustende (platte) problemen bezitten tegenwoordig geen kunstwaarde meer. Immers zwart zou niet mat worden, indien hij niet behoefde te spelen; wit maakt een sleutelzet en zwart is verplicht tot zelfmoord, Nog onbehagelijker is: Het heen en weer zetten van zwart's koning, of dat zwart de witte partij met heftige aanvallen of mat bedreigd en waardoor als 't ware de eerste voorzet der oplossing dade lijk in 't oog moet vallen, terwijl de samenstelling der kompositie een log (plomp) aanzien heeft. Zie bijv. in ons weekblad 1885 sub no. 43 Greco's probleem: Wit K. f8, T. dl en fl, Pd. f3, P. o4 (5), Zwart K. eG, D. a5, T. b7 en g6, Pd. c6 en li(>, P. aG, 1>G en e5 (zw. 9 met K. e6. Wit geeft in drie zetten mat. 4. Zuivere (reine) matstellingen. Daardoor ver staat men, dat elk veld in 't bereik van den mat gezettcn Koning hem slechts eens benomen is. Niet minder moeielijk, maar des te sierlijker is het, wanneer allo stukken tot het mat medewer ken, zooals wij dit in het probleem R. Willmers kunnen zien. (No. 10. Weekblad 1886). Fijne problemen danken hunne bekoorlijkheid voor con groot deel aan den vrijen zet (coup do repos) die het mat voorafgaat. Dit weinige moge volstaan, om to doen zien wat van eon goed probleem gevorderd wordt. Wij besluiten dit opstel mot de volgende woorden van Uoethe: Teugels veracht het genie P' d. i. mi;!, andere woorden: In 't algemeen verdraagt het gcnio nergens hot juk van reglementen, want het openbaart zelf de regelen der schoonheid, en dient niet do stof, maar behoorscht haar. Daarom zou eigenlijk ook do problematiek in het eene voorschrift kunnen worden uitgedrukt: Heb genie! Ingezonden oplossingen. Te laat in onze handen gekomen de vorige week, de volgende juiste oplossingen: No. 37 en 38 met dio van Olland, Lange en Loyd door C. T. v. II en Henri beiden te Amsterdam. Voorts No. 38 door Flcniïgafed te Kaatsheuvel en J. G. S. (onvolledig) en nu van C. T. v. II. No. 39, letter en alle do textproblemen ; S. No. 38 en 39 met allen de letter en textproblemen beiden to Amsterdam. DE ADVERTENTIE. De barones kan heden niemand ontvangen, zij is vermoeid. Als men bedenkt, dat zij in de vo rige weck een bal masqtie', een bal do charité, een première van do opera, oen matinee, eon zitting van het gerechtshof on oen corso op het ijs hoeft moeten mcdemakcn, dan kan men haar dit onmogelijk kwalijk nemen. Ook de sterkste zenuwen do barones beweert dat zij zoer zwakke heeft gevoelen na zooveel inspanning behoefte aan rust. Zij schelt eu gelast der binnentredende kamenier d« kranten uit de studeerkamer" van mijnheer haar gemaal to halen. Vervolgeus gaat zij in oen fauteuil zitten, plaatst daarnaast een ebbenhoutcn tafeltje mot ivoor ingelegd en zet de lamp er op. De barones houdt in het bijzonder veel van do advertenties, vooral van do kleine op de laatste bladzijde, voor huwelijksaanvragen, aan kondigingen van verloving, geheime correspondentie van verliefden, enz. .Maar wat is dat? In den hoek roehts van onderen daar ontbreekt oen adver tentie. Met oen schaar is zij er netjes uitgeknipt on geen stukje is achtergebleven, waaruit men don inhoud zou kunnen raden. Het blad beefde in do handen van de barones on haar snel ademhalen verraadt do spanning, waarin zij zich bevindt. Wat staat toch er boven? Duizend groeten aan mijn lieve engel, allesgaat goed. Karcl de Groote!" En daaronder? De volmaakte cavalier, of: hoc men bij dames kan slagen, 47ste uitgave, prijs een gulden . . . ." eu dan zou men kunnen den ken .... schandelijk! . . . . Heb je de kranten uit do kamer van mijn mau gehaald?" Ja zeker. Mevrouw." Jo hebt zo toch niet ingezien er niets mee uitgevoerd?'' Neen, Mevrouw l" Een scherpe blik overtuigt haar, dat het meisje do waarheid spreekt. Jo Jamt weggaan." ^Zij gaat naar het venster en ziet een oogcnblik naar buiten, naar do dwarrelende sneeuw vlokkeu. Vervolgens schelt zij weer. Johan moet dadelijk Mar het bureau gaan en do courant van vandaag halen." Pardon, Mevrouw, ze ligt bij de andere cou ranten." Doe. wat ik zeg: dadelijk; Zij valt in een chaise-longue neer en scheurt de courant in stukken, tot een blik daarin, haar weer tot bezinning brengt. Daarna springt zij op, ziet uit het venster en zegt: Ik zal naar de club rijden. Ik wil me overtuigen... maar neen, neen, neon. Welk een clat!"... Er wordt geklopt. Aha, do krant!" De kamenier treedt met ledige handen binnen. Er is niet n exemplaar moor to krijgen. j Hoe dan! waarom drukt men er niet meer? l Johan moet.. ,. O, daar valt me wat in ! .... Johan moet naar de club gaan, daar hooft men allo kranten, mijnheer moot hem het blad geven. En als hij vraagt waarom ons blad is j verscheurd geworden." j Do kamenier knikt en verlaat do kamer. De barones echter balt do vuistjes on zegt dreigend: Nu zal ik het wol hoorcn of hij daar is en niej mand kan er kwaad van denken." Johan komt terug. De barones snelt hem t gomoot. Is mijn man in do club?" Ja'" ? Zij kan weer ademhalen, een zware last is -van, haar borst genomen. Hier is do krant." Johan verdwijnt en zij maakt het blad zoo snoi <Jnjen,i& dat zij twoe stukken in do handen haudfr. anj wordt het haar duister eu zwart voor de; oogiwu en zij grijpt naar de portière om zich riaMiaw. vast te houden. Zij zinkt op eea stoel, aftêr eaj barst in tranen uit. ., ' fc Ook in dit exemplaar ontbreekt de actvtetenüny zij is er oven netjes uitgeknipt als uit het hare.t Nu behoeft zij niet meer te twijfelen?mi i * ' zeker dat zij bedrogen wordt. Zij weent en denkt aan de eerste jaren haar huwelijk. Toen was zij nooit alleen, zo> thans. En zij waren veel moer tehuis dan nuj geheel alleen tehuis; zij zat hier in den fauteuil en hij op een tabourct aan haar vooten. En als voor een oogenblik het gesprek niet meer vlotte, dan sloeg hij zijn arm om haar heen en kusto [ haar niet op hot voorhoofd, neon, niet op hett voorhoofd! Wat. waren dat heerlijke avonden l v ' & | -f -^ *

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl