Historisch Archief 1877-1940
AMSTERDAMMEE, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
zinnige blijken van liefde en gehechtheid aan
hunne doorluchtige souvereinen uit te drukken,
.zullen er allerlei plechtigheden en feestelijkheden
plaats hebben. Maar die ondubbelzinnige blijken
van liefde en gehechtheid mochten op papier ver
trouwd worden, inderdaad vreesde men voor het
tegenovergestelde en zoo kwam er reeds den vol
genden dag eene nieuwe publicatie uit, waarin
bepaald werd, dat langs heel den weg, welke door
?den stoet zou worden afgelegd, geen schuttingen
iroor de stoepen zouden mogen getimmerd worden,
geen rijtuigen mochten stilstaan, geen personen in
de boomen zouden mogen klimmen. Dat was iets
inêer dan politiezorg tegen mogelijke ongelukken.
En hetzelfde kan worden gezegd van het nog
heden ten dage gehandhaafde verbod van te loopen
over de kleine steentjes voor het Paleis en van
de post van 2400 gulden, die de stad later aan
den directeur-generaal van politie moest vergoe
den voor geheime correspondentiekosten.
Maar hoe slecht ook gemeend, de Amstelstad
wilde den Corsikaan een schoone ontvangst be
reiden. Aan 't begin van der stede grondgebied
.zou de Maire vergezeld van den municipalen
raad en een detachement van de nationale garde
hem gaan verwelkomen. Daar zou eene eerepoort
opgericht worden. Het oogenblik, waarop de Maire
den Keizer de sleutels der stad aanbiedt, is door
den schilder van Bree gekozen voor de groote
schilderij, die thans in het Rijksmuseum hangt en
onwillekeurig een lach afdwingt over de miniatuur
mannetjes, die de plechtigheid vervullen en het
houterige alles behalve vurige arabische strijdros,
dat den keizer draagt. Midden in de Plantage
zou een tweede eerepoort verrijzen, prijkende
met het volgende opschrift:
NAPOLEONTIS IN TERTIUM IMPERII
CAPUT SOLEM.NIS INGRESSUS DIE IX
OCTOBR1S A°MDCCCXI.
Een fransche adelaar prijkte er boven van
fraai houtsnijwerk, die nog op het stads-archief
bewaard wordt. Deze eerepoort zou spreken van
de overwinningen door den keizer behaald en
van de vredesverdragen door den keizer gesloten.
Op de Reguliers-breestraat, werd een derde eere
poort gebouwd ter gedachtenis aan Napoleons
onsterfelijken naam door zijn krijgsbedrijven en
wegens zyne bescherming van kunsten en weten
schappen. Een eerepoort op 't Kadijksplein ver
toonde wederom krijgsattributen. Aan het einde
van de Keizersgracht op de brug voor de Brou
wersgracht deed men een tempel verrijzen met
attributen van zeevaart en koophandel, en in 't mid
den zou men een waterwerk te aanschouwen geven.
Drie groote zegezuilen versierden de hooge
Amstelbrug, en twaalf andere bruggen zouden ook
worden versierd evenals de Mairie.
Het was op den 9n October ten kwart voor drie
ure bij een betrokken lucht, dat de keizer de
mijlpaal naderde omringd van een schitterenden
staf en voorafgegaan door vijf rijtuigen, waarin
Maria Louise met hare staatsdames waren gezeten.
Alles ging stapvoets. Heel de weg was met dik
zand bestrooid wijl de,paarden geen hoef beslag
hadden. Aan dit overzanden werd gedurende het
verblijf van het hof meer dan 3000 gl. besteed.
Langs den weg stonden militairen en-haie geschaard
en met korte tusschenruimten waren masten op
gesteld met fransche vlaggen en adelaars getooid.
Aan vlaggendoek werd daartoe wel voor 1800 gl.
gebruikt. Alle huizen waren versierd. Met goud
waren op sommige punten de kamers betaald,
waar men den stoet kon zien voorbij gaan. Ka
den stoet trokken natuurlijk de eerebogen en
versieringen druk de aandacht. De stadsregeering
had kosten noch moeite gespaard, om ze een
schoon en waardig aanzien te geven. Door stads
werkvolk was er ongeveer 8200 gl. aan verwerkt
en toen was nog de decoratieschilder, de beste uit
zijn tijd, F. J. Pfeiiïer, er bij te pas gekomen, om
de decors er op te schilderen. De man diende
deswege e^pe bescheiden rekening in van nog
geen 400 gl., maar daaronder waren blijkbaar de
chassinetten niet begrepen in de verschillende
versieringen, die des avonds bij de illuminatie
beter tot hun recht zouden komen dan overdag.
Het eerste zal grootendeels schablone-werk zijn
geweest, aan het laatste was veel meer kunst
besteed, en het was daarom niet te verwonderen
dat 's mans rekening ongeveer 3500 gl. beliep.
Het feestprogramma vermeldde, dat er 's avonds
eene illuminatie en den volgenden avond eene
algemeene groote illuminatie zou zijn. Alle voorname
stadsgebouwen prijkten met vetglaasjes. Op beide
avonden bedroegen de kosten van huur der glazen
met de verbruikte brandstof omtrent 5500 gld.
In dien tijd verlichtte men nog de huizen en niet
gelijk thans gebruikelijk is den walkant. Hoezeer
de stad meermalen bij bijzondere gelegenheden
was verlicht geworden, was de deelneming nooit
zoo algemeen geweest als deze maal, en de
tijdgenooten roepen dan ook over het prachtige
schouwspel, dat de stad aanbood. Maar het kostte
de stad alleen bijna 17000 gld. Men had er
echter ook twee avonden van genoten.
Den 13 October zou er eene eigenaardige, voor
ons land nieuwe feestelijkheid plaats hebben.
Op vijf markten zouden groote loterijen trek
ken, die iederen prijswinner recht zouden geven op
wijn of levensmiddelen. Op de Westermarkt,
Heerenmarkt, Nieuwmarkt, Botermarkt en op het
Kattenburgerplein waren stellingen opgeslagen,
waar de arme man gratis zijn geluk kon
beproeven. Op ieder dezer plaatsen werden 4000
loten uitgedeeld, waaronder 1000 prijzen waren,
die in een nabijgelegen stadsgcbouw konden wor
den afgehaald. Aardig gevonden als deze maat
regel was om den vreemden monarch eene zekere
populariteit bij de heffe des volks te bezorgen,
kon hij bij het betere deel der burgerij niet zeer
in den smaak vallen, en allerminst bij de stads
regeering, die het budget van uitgaven daardoor
met meer dan 8000 gld. zag bezwaard.
Het duurst van allen was echter de feestavond
van 20 October, toen het vuurwerk op de Hooge
Sluis, dat voor 5227:10: door den
vuurwerkmaker W. van Ronzelen was vervaardigd, afge
stoken werd eigenhandig gelijk men weet door
het gekroonde paar, met lontstokken, die nog in
het Rijksmuseum worden bewaard en eene
gratis voorstelling in den schouwburg werd gege
ven. In den Binnen-Amstel was een prachtige
tent getimmerd, om hunne Majesteiten te ontvan
gen, in welker nabijheid een muziekcorps onder
den directeur A. Dahme zich zou laten hooren.
Deze muziek kostte 200 gl. en het geheele feest
ongeveer 15000 gl. Twee dagen later bood de
gemeente hare hooge gasten tot besluit een bal
in Felix aan, waarvoor meer dan 2500 gl. moest
worden betaald.
Bij dat alles kwamen nog andere onkosten door
verschillende kleinere feestelijkheden, bezoeken
van het keizerlijk echtpaar, enz: veroorzaakt, zoodat
men tot de ontdekking kwam, toen de rekeningen
waren ingekomen, dat de onwaardeerbare eer"
van het kortstondig verblijf van het hof de stad
op 103287:18:4 gld. was te staan gekomen.
Schaakspel.
No. 83.
Van H. MENDES DA COSTA te Amsterdam.
ZWART.
Tweezet no. 83 bis van H. Mendes Da Costa.
Wit K. d8, Pd. e8 en e5, D. f2, T. a5, R. fl,
P. c3 en gG. (8. Zwart K. e6, T. g2, R. h8, Pd.
aöen hö, P. d3 on d4 (6 met K. e6).
Driezet no. 83 ter van Anonymus te A.
Wit K. g5, T. e7, Pd. e5, R. b4, P. d2 en fö. (6
Zwart K. d4, P. do en f5 (3 met K. d4.
Vierzet no. 83 quater van H. Pratt, Daheim.
Wit K. do, D. c7, Pd. d4, P. e3 (4. Zwart K. e4.
Vooral om de weinige stukken en de
matstelling is dit probleem zeer mooi!
Wit begint in alle deze problemen.
INGEZONDEN OPLOSSINGEN.
Juist is opgelost door W. v. H. te Delft no. 81
met bis, ter en quater; P. P. te Arnhem no. 81
bis; C. T. v. H. te Amsterdam no. 81 met bis,
ter en quater. Insgelijks Mei" te Amsterdam.
NASCHRIFT.
Te laat ontvangen veel oplossingen.
d e
WIT.
Wit speelt voor en geeft in vier zetten mat.
(Wit 8 en Zwart 9 stukken met K. e4.)
OPLOSSING VAN SCHAALPROBLEEM No. 81
met bijgevoegde witte pion h6.
van M. W. J. 's Gravesande Guicherit.
f4!, K. c5 a); 2 T. b3, K. d5 of d4; b) 3 c4 e3 |, K. onv. 4 g5 eöf mat.
l e3 f4!, K. c5 a); 2 T. b3, K. d5 of d4; b) 3 c4 e3 -j-, K. onv. 4
b) 2 Als boven, e4 e3; 3 f4 dG f, K. onv.; 4 b3 d3 f mat.
a) l e3 _ f4; 2 T. b3, onv.; 3 c4 e3, K. onv.; 4 g5 eöf mat.
l Als boven, e4 e3; 2 f4 d6, d5 d4: 3 g3 X e3, d4 do; 4 e3 d3 f
'
mat.
,
Verleidelijk zijn de zetten l g5 X o4, of l e3 cl, of f'2 f3 maar falen allen bij juiste ver
dediging. (Zeer mooi!
No. 81 bis van denzelfden.
l dS _ e8!, d6 c6; 2 d7 d8 Pd. f, K. onv ; 3 b2
l Als boven, d6 c5; 2 b2 a3 f, c5 c6;
l d6 eG; 2 d7 d8 D. f, h2 X f4
a3 f inat.
3 d7 d8 Pd. f mat.
3 d8 e7 f mat.
h2 X f*; 2 idem, K. onv. ; d8 bG of e7 f mat.
No. 81 ter van de Schaakclub te Utrecht. 3) l e2 d4, e5
d4; 2 h8 X f6 t mat.
l e2
1)
2)
3)
d4, e5 X f4 1) 2 gl X h2 f mat. No. 81 quater v. d. oudred van Sissa.
e5 f4 2) 2 gl h2 mat. l f6 b2ü, K. d3; K. f3, d3 d2;
d5 f4ofb4;2 h8 b8 of b2 d3 mat. 3 d5 f4, gedwongen; 5 R. c3 f mat.
do elders 4) 2 b2 d3 of h8 b8 | mat.
Een schaakhulde met een vraag?
De St. Louis Globe-Democraat geeft bij gelegenheid van het tienjarig redacteurschap des
heeren Ben. R. Foster het onderstaande, aan hem door zijn vriend W. A. Shinkman te Grand-Rapids
opgedragen probleem: Wit K. el, T. al, Pions a2, 3, 4, 5, 6 en a7 8) Zwart K. a8; ten opzichte
waarvan gevraagd wordt: de mogelijkheid der stelling te bewijzen door een partij, met den voorzet
aan wit; van niet langer dan 34 zetten, in de loop waarvan zwart zeven maal achtereenvolgens
slaat, leidende tot bovenstaande stand, waarin wit in acht zetten mat geeft. Het spreekt van zelf
dat de partij geen voorbeeld van goed spel behoeft te zijn, als de zetten maar niet tegen de regels
indruischen. Het mat is daarentegen gemakkelijk. *)
De volgende Evansgambiet met paard voorgaaf, ontleenen wy aan H. E, BirêTs werk: Het
schaken van den tegenwoordigen tijd."
Wit zonder Pd. bl.
W. Steinltz. Zwart X.
e2 e4 l e7 e5
gl f3 2 b8 cG
fl _ C4 3 f8 - c5
b2 b4 4 c5 X M
c2 c3 5 b4 a.5
o o G s8 f6
8
9
10
11
12
13
14
Wit cl a3, Zw
d2 d4,
dl -- b3,
e4 X d5,
fl - el f
d5 X eG
e6 X f7 f
c4 eG f
, ar> bG 1)
ef) X '14
d7 d5 2)
cG a5
C8 _ 06 3)
a5 X l>3
e8 d7
d7 cG
l') f3 e5 f, cG b5
1G eG c4 t, 1)5 a5
17 a3 b4 f, a5 a4
18 a2 X b3 f mat
3) Zwart dacht mijn R.
nemen zal je wel laten!
1) Hier moet 7 d7 d(> gespeeld worden. 2) Nog meenen wij is !) d7 do do zet,
*) Naar onze meening schuilt er iets onduidelijks in de vraag. Dat de pionnen om zoo te kunnen
staan, moeten zij 15 maal geslagen hebben in de partij. Het probleem zelf is gemakkelijk op te lossen.
Maar de partij te zoeken, hoewel de componist daarvoor acht weken toestaat, is ons nog te kras. Wij
wachten de partij van den guitigen auteur af en zullen deze later in ons weekblad mededeelen.
Red.
TOBY'S MONUMENT.
Het zevendaagsch gevecht was afgeloopen. Hon
derden van onze dappere kameraden lagen met
bleeke, verstijfde, naar boven gekeerde gezichten
op de hellingen van Malvern-Heuvel, of voelden
kermend hun laatste levenskrachten verdwijnen in
de moerassen langs de Chickahominy. De vermoeide,
verslagen overblijfselen van het groote leger van
de Potomac, lagen bij de werf van I larrison aan
de James-rivier gekampeerd, te wachten op
transportschepen die hen naar Washington zouden te
rug voeren.
Het was na het appèl, op een drukkenden zui
delijken zomeravond. Op de uiterste grens van
het kamp, het dichtst bij dat van den vijand,
hield een schildwacht even zijn gelijkmatigen
tred in, en trachtte de hem omringende duisternis
te doorboren. Hm!" zeide hij: 't is maar een i
hond." Hij was op het punt voort te gaan, toen )
de veronderstelde viervoeter plotseling oprees en i
op een zoo klaarblijkelijk menschelijke wijze op
twee voeten begon to loopen, dat de schildwacht
nogmaals zijn geweer afzette en riep : Halt!
voorwaarts en geef 't consigne." :
Een zwakke kinderstem antwoordde: Heb niet, i
massa!"
Wel nu komaan!" mompelde de schildwacht, i
als dat geen kleine nikker is, ben ik wat, en ik
geloof dat ik hem den dood op 't lijf heb gejaagd, i
van angst. Kom hier sneeuwbal!"
Het kind trad schoorvoetend nader en zcide met ]
bevende stem: Ileusch massa, 'kheb niets u te |
geef." |
Wel, wie heeft je gezegd dat je mij iets geven
moest".
'Massa zelf daar net zeg ik hem iets moet geef
en 't heb niets als de kleer die aan mijn lijf".
Wees maar stil, sneeuwbal! ik heb ze niet
noodig Korporaal van de wacht! Post twee". !
De korporaal spoedde zich naar post twee",
waar hij den schildwacht vond met de hand op ,
den schouder van een kleinen negerjongen, die
door vrees, uitputting en honger buiten staat was
zich te verklaren. Ik zal hem naar kapitein
Leigh brengen", zeiilo de korporaal, hij is de
dienstdoende officier, misschien kan hij iets uit
hem krijgen."
Do kapitein stond voor den ingang van zijn
tent naar buiten in de duisternis te turen, toen
de korporaal met zijn gevangene nader trad.
Kapitein", zoidc hij, hier is een jongen, die
zooeven door de wachtposten is hcengeslopen."
Goed, laat hem maar hier".
Op het eerste geluid der stem van den kapitein,
kwam de jongen dichter naar hem toe, als begreep
hij instinctmatig een vriend te hebben gevonden.
Ga die tent maar binnen, daar kun je tot
morgenochtend slapen", zeide de kapitein.
lloe heet je?" was kapitein Leigh's eerste
vraag, den volgenden morgen.
Naam Toby''.
Is dat alles?"
Is alles, massa kaptein."
lloe oud ben je V"
Weet niet, massa kaptein. Xicmand dat nooit
verteld."
Waar kom je van (laan V"
Van achter Richmond, massa kaptein."
Waarom beu je hier gekomen ?"
..Allemaal zij loopen weg en oude massa zoo
boos ik bang hij mij doodslaan. Dacht ook nog
mammy misschien vinden kon, als Toby eerst in
leger van Noordelijkcn was.
Waa,r is je moeder dan V"
Weet niet, massa kaptein, oude massa hij haar
verkoopcn. naar Georgiëlaatste katocnpluk, en ik
verder niets meer gehoord van haar. Zij ook mis
schien wcggcloop on ik haar vinden in het leger."
En wat wou je nu gaan doen?"
\Vect niet, massa kaptein. Zou willen blijf bij
massa.''
Wat kun je zoo al doen ?
Bedienen, massa kaptein en massa's laarzon
maken glim en " op levendigen toon, toen hij
rondziende do paarden gewaar werd kan paar
den verzorgen o zoo goed."
Je bent niet groot genoeg om met paarden.
om te gaan."
Ik wat genoeg groot, massa kaptein en niet
bang voor paard. Oude massa hij mij altijd laat
rijden met paard waar ander bang voor is. Ik ze
altijd klein krijg zij nog zoo wild! Massa moet
maar probeeren en kijk of Toby niet waarheid
vertel!"
Als ik je hier houd moet je goed oppassen en
alles doen wat ik zeg."
Zal doen massa, alles wat massa zegt, naar mijn
mijn beste weten!"
Zoodat toen de troepen hun legerplaats ver
lieten, Toby ook medeging en hem de zorg voor
het paard en de bagage van den kapitein was
opgedragen, en toen de stoomboot goed en wel
onderweg was, fleurde hij geheel op en werd zicht
baar vroolijker met elke omwenteling van het rad,
die den atstand tussehen hem en oude massa"
grooter maakte.
Massa kaptein," vroeg hij op gekeren dag,
waar wij naar toe?
Naar Washington of naar Alexandrië, precies
weet ik het zelf nog niet."
Is winkels daar, massa kaptein?"
O ja! veel winkels. Wat wou je- koopen?"
Blief, massa kaptein, blief och! .." hij
begon te stamelen en hield den adem in klaar
blijkelijk overweldigd door de stoutheid zg'ner
wenschen.
Kom! spreek op welk kostbaar kleinood
wou je hebben?"
Blief Massa kaptein och koop een banjo
voor Toby."
Een banjo! Wat drommel moet jij daarmee
uitvoeren?"
Kan mooi spelen en dansen ook! o, ik eiken.
dag voor massa spelen!"
Dank je! 't zou al te veel van je goedheid
gevergd zijn."
Zal massa een koopen?"
Ik weet het niet! We zullen zien als w\j er
zijn aangekomen."
Benige dagen later zou er een revue worden
gehouden. Iedereen knapte zich zoo goed mogelijk
op en Toby werd de gelukkige eigenaar van een
oude huzaren-uniform. Zij paste hem wel is waar
volstrekt niet, want do broekspijpen reikten tot
aan zijn schouders en waren van onderen in dikke
proppen om zijn enkels opgerold; de jas hing hem
op de hielen en de mouwen geleken gapende spe
lonken, waarin zijn handen zoo diep verborgea
zaten, dat het twijfelachtig scheen of h\j ze ooit
terug zou kunnen vinden. Maar er zaten vergulde
knoopen aan en tressen en strepen, die Toby's ziel
vervulden vau bewondering en genot.
Hij was zoo ingenomen met zijn plunje, dat h\j
de banjo geheel scheen vergeten te hebben, toen
op zekeren dag de kapitein er hem plotseling een
onder den neus hield. Toby's oogen werden al
grooter en grooter, totdat het scheen of ze zijn
halve gezicht zouden bedekken en hij stamelde
verrast:
U mijn dat geven, massa kaptein?"
Je hebt immers een banjo willen hebben, niet
waar ?"
Ja ik u eens gevraagd heb mij banjo
te koop maar niet denken ik de kleêr krijg en
de banjo ook, massa."
Nu, wat heb je dan liever do kleêren of
de banjo?"
Zonder een woord te spreken trok Toby zijn jas
uit en legde die aan de voeten van den kapitein
neder. Kapitein Leigh moest er om lachen.
Nu," zeide hij, als een banjo je zooveel waard
is, inoog je hem hebben. Hierzoo! Pak aan!"
Waar moet ik breng de kleêr, massa kaptein?"
Nergens ! houd ze maar aan !"
Ik de kleêr krijg en de banjo ook? O! 01
alle twee ?" En toen eindelijk deze heucüelijke
waarheid tot zijn begrip was doorgedrongen, gaf
Toby aan zijn gevoelens lucht door een
langerekt ki-ji!" waarna hij op zijn hoofd ging staan
cu met zijn beenen in de lucht spartelde, totdat
zijn al te ruime kleeding het hem te bont maakte,
waardoor hij zijn evenwicht verloor en omver
rolde. Dit bracht hem tot bedaren. Hij stond
op en ging heen, terwijl hij de banjo liefkozend
in zijn armen medenam, zóó voorzichtig alsof het
instrument een zuigeling was.
Na dien dag was er geen gebrek aan muziek.
Toby tokkelde den geheelon dag en hield niet
op vóór 's avonds, wanneer de kapitein hem naar
bed zond.
Toby bewees waarheid gesproken te hebben
wat zijn geschiktheid voor het verzorgen vaa
paarden betrof. Kapitein Leigh's paart! had er
nog nooit zoo welgedaan uitgezien en de kapi
tein was verrukt. Bovendien bleek Toby een goede
jongen te zijn. Maar het leger is geen geschikte
leerschool voor jongens, waarom kapitein Leigh
op zekeren dag tot hem zcide :
Toby, hoe zou je hot vinden om naar het
Noorden te gaan V"
Waar is dat, massa kaptein ?"
Ik bedoel mijn huis."
Wanneer gaat massa daarheen ?"
Ik ga volstrekt nog niet althans vooreerst."
Massa mij dan wil wegsturen van massa ?"
Kapitein Leigh was getroffen en antwoordde
aangedaan:
Ja Toby. ik wil je van mij wegzenden, omdat
hot voor je bost zal zijn. Maar zoodra de oor
log geëindigd is. kom ik thuis, en dan kun je
altijd bij mij blijven, wanneer je goed oppast.
Ik altijd alles doen wat massa kaptein zegt,"
Dat weet ik Toby, en juist omdat je altijd zoo
goed volbrengt wat ik je zeg, wil ik je naar mijn
huis zenden om boodschappen voor iniju vrouw
te doen on andere huiselijke bezigheden, die zij
jo zal opdragen. Kn ik heb drie kinderen twee
meisjes on een heel klein jongetje. Daar moet jo
mee uitgaan wanneer zij gaan spelen en goed op
hen passen. Ik heb con heel prettig, gezellig huis
buiten de stad. Zou jij er niet graag heen willen ?"
..Als massa ook meegaat, ja!"
l!Maar mijn jongen! dat kan ik nu onmogelijk
doen."
Ik zal alles doen wat massa zegt. Als massa
zegt: jij gaan Toby ik gaan, en ik do kin
deren oppassen naar mijn beste weten, tot massa
komt. Maar. och; massa moet gauw komen!" Eu
toen do kapitein zijn tont had verlaten, liet Toby