De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1887 14 augustus pagina 7

14 augustus 1887 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 629. DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. landsche firma's gevestigd, die een onbelemmerd verkeer met het vaderland noodig hadden en bij de Staten ook op het treffen van zoodanige maatre gelen aandrongen als noodig waren, om de Hollandsche natie in de voorrechten der andere te doen deelen. Na eenige moeielijkheden slaagden de Staten er in, om een verdrag van vrede, vriendschap en_ koophandel met de Porte te sluiten. Sedert 1612 ontstond er alzoo eene directe handelsverbinding tusschen ons land en de levantsche havens. Daarheen brachten de Hollanders nu de producten van hun land, om in de ledige sche pen weer de koopmanschappen, die de oostersche markten vervulden, terug te voeren. Weldra wa ren de Hollandsche waren er zeer gewild en te. gelyk drong den roep van de groote winsten, die in Holland op de levantsche waren te maken was, tot den ooEterschen koopman door. Deze begreep zijn belang evengoed als de Hollander en hij richtte in Holland filialen op naast of misschien wel in de plaats van degene, die hij in Italiëen ZuidFrankrijk en in Spanje had. Het verdrag waarborgde de wederzijdsche onder danen vrijheid van godsdienstoefening in beide staten. Hoe zeer nu de Armeniërs de katholieke godsdienst waren toegedaan, kon men hen te gemakkelijker dit voorrecht laten genieten, omdat zy met Home niets hadden te maken, zij stonden dus buiten de bepalingen tegen de papisten, en zyn dan ook nooit gebonden b.v. door de bepaling, waaronder de Roomsch Katholieken in lateren tijd lagen, om hunne priesters te laten admitteeren. Wie de eerste Armeniërs of Perzen waren,die zich aan de Amstelboorden vestigden, en wanneer zij zich het eerst hier vertoonden is tot dusver niet uit gemaakt, en het is de vraag of dit wel ooit met zekerheid zal kunnen worden opgegeven. Zeker is het, dat reeds in 1626 zich alhier een zekeren Isaac Chamys bevond, die als tolk tusschen de persoren van de hollandsche en de perzische natie ?optrad. In dat jaar hadden de heeren Andries Rijckaert, Simon de Ryck en Mr. Willem Boreel, bewindhebbers eener compagnie van kooplieden op Perzië, een verschil met Useyn Begh, koop man des konings van Perzië, die zich tijdelijk alMer scheen te bevinden. De heeren de Ryck en Ryckaert waren bewindhebbers van de O. 1. Com pagnie, die ook op Perziëhandel dreef door de Perzische golf. De Perzische handelscompagnie, schijnt een agent bij den Shah te hebben gehad, zekeren Jan Lucasz van Hasselt. Deze schijnt er den Vorst toe te hebben over^haald, om een gezantschap naar de staten te leenden om een tractaat van handel en vriendschap te sluiten, tevens op het oog hebbende het doen van afbreuk aan de Portugeezen. Maar de Staten wilden daarvan niet veel weten. Wel ontvingen en tracteerden zij den gezant Mouca Begh beleefd, maar zij endosseerden hem aan de O.-I. Compagnie, die aan hem en aan van Hasselt een keten met medaille vereerden niaar het niet tot eenige verbindtenis liet komen. 's Konings koopman, die allerlei waren, maar vooral zijde had medegebracht en hollandsche waren ingekocht, bleef met den gezant bijna een jaar hier (April 1626?Maart 1627). Zonder veel suc ces ging het Perzische gezantschap over Batavia weer huiswaarts. Da eerste Perzen, die alzoo aan de Amsterdamsche beurs werden gezien, waren hoogstwaarschijnlijk niet van de Armenische natie. Naarmate de Levantsche' handel, die alhier in 1625 toen het college van Commissarissen van den Levantschen handel werd opgericht, door meer dan veertig groote kantoren werd gedreven, in belangrijkheid toenam, ontstond bij ondernemende Armenische kooplieden in het Oosten en vooral te Smirna, de begeerte, om ook in ons land, hunne factoren en agenten te doen optreden. Tegen 't einde van den tachtigjarigen oorlog trof men hier verschillende Armenische Perzen aan en van lieverlede nam hun getal dermate toe, dat het door hunne kerkelijke overheid noodig werd ge oordeeld, om in hunne geestelijke behoeften op bijzondere wijze te voorzien. Waarschijnlijk kwa men de eerste priesters tegen 't midden der zeven tiende eeuw over. ( Wordt vervolgd). Allerlei. Het hof van cassatie te Rome heeft dezer dagen in een zonderling proces, dat sedert 1886 veel van zich doet spreken, het eindvonnis gevold. Den zevenden Augustus 1886 nl. verscheen in het stadje Nuoro op Sardiniëbij den sacristein van de kerk aldaar de rijke welbekende burger Ignatio Fiorentino. Hij gaf alle kenteekenen van een diepe waarachtige smart en zeide, dat hem oen zware slag getroffen had, daar zijn beste, innig geliefde vriend gestorven was. En denk eens," ging hij voort, de overledene wenschte zonder eenigen pronk of praal begraven te worden, als een hond. Maar dit duld ik niet. Laat dadelijk de kerk versie ren en alle klokken luiden, opdat hij mot alle plech tigheid ter aarde worde besteld." De sacristein wien de vromen man een goudstuk in de had gestopt, deed wat hem gezegd was en oen uur later ver kondigden een luid klokkongelui den dood van Fiorentino's besten vriend. Inmiddels had zich een menigte menschen voor het sterfhuis verzameld om den begrafenisstoet te. zien. Do deuren vlogen open en de lijkwagen in den vorm van een katafalk en geheel niet bloemen bedekt, rolde lang zaam en plechtig door de straten. Onder al die bloemen echter lag het lijk van een ouden hond, die op deze wijze begraven werd. Achter den lijkwagen volgden twee met rouwiloors bedekte rijtuigen en een waarvan Fiorentino met heeto tranen zijn besten vriend" beweende. De stoet trok de geheele stad door en om de kerk heen, steeds begeleid door het klokkengolui van den sacristein, die zoo ijverig mogelijk zijn taak vervulde en hield ten slotto voor een der villa's van Fiorentino stil, waar een marmeren sacrophaag het overschot van den hond ontving. De geheele stad Nuoro meende zich over dien .streek van den ouden zonderling Fiorentino half dood te lachen; maar de geestelijkheid verstond in dat opzicht geen scherts en diende tegen den fodsdicnstschender een aanklacht in. De tweeden uni van dit jaar werd Fiorentino tot een dag gevangenis en een geldboete van 50 lire ver oordeeld. Het hof van appel bevestigde de straf en dezer dagen heeft ook het hof van Cassatie den aangeklaagde schuldig verklaard en het vonnis bekrachtigd. De volgende anecdote betreffende de bijzondere zachtmoedigheid van den minister Depretis wordt door de Carrière del Mattino, die voor de waar heid ervan instaat, verhaald. Hij had de ge woonte van in zijn slaap zeer luid te snorken. Eens had hij te Casale zijn intrek genomen in een logement van den tweeden rang. Een exambtenaar, die juist te Oasale was gekomen om plaatsing te verzoeken, was een kamer naast die van den minister aangewezen. Gestoord in zijn nachtrust door het snorken van zijn buurman, wierp hij eerst zijn laarzen tegen den muur en begon daarna hard genoeg te razen en te schelden om in de andere kamer gehoord te worden. De heer Depretis verontschuldigde zich en om verder geen last te veroorzaken, stak hij zijn kaars op en ging zitten lezen. Den volgenden morgen liet hij door een bediende zijn excuses bij zijn buurman maken. Wie is die ellendeling V" vroeg de exambtenaar. De ellendeling is de minister Depre tis," gaf de minister ten antwoord, De arme exambtenaar kreeg bijna een aanval van beroerte, zoo schrikte hij. Hij liet den minister alle moge lijke verontschuldigingen maken en toen deze hem later ontving, deelde hij hem mede, dat hij de betrekking, die hij wenschte, zou krijgen: voor namelijk," voegde hij er bij, omdat ik dien nacht door uw toedoen een boek heb gelezen, waarvoor ,ik tot nog toe nooit gelegenheid had gevonden." Mag ik zoo vry zijn om te vragen welk boek dat was ?" La dame aux camé/ias," gaf de minister ten antwoord. Uit het leven van Alexander von Huinboldt vertelt de Magd. Ztg. het volgende voorval: Op zekeren dag dat de groote natuurkundige over de Spittelmarkt ging, zag hij aldaar twee lange met paarlmoer ingelegde pistolen uigestald, die door de prachtige bewerking en hun oudheid zeer zijn aandacht trokken. Hij kocht ze voor 10 thaler en op den terugweg naar zijn woning in de Oranjeburgerstraat deed hij de belangrijke ontdekking, dat het papier waarin de pistolen waren gepakt een blad uit een oud werk over kruidkunde was. ,0m de overblijfselen van dit merkwaardige boek, herkomstig uit de eerste tijden der boekdrukkunst, to redden, keerde von Humboldt terstond naar de oude kleerenmarkt terug, maar den verkooper der pistolen kon hij niet terug vinden, daar alle uitdragers in den waan verkeerden, dat hij met den koop niet tevreden was. Alleen toen hij zeide gekomen te zijn, om den koopman een thaler, welken hij te veel ontvangen had, terug te brengen, kwamen allen uit hun winkeltjes te voorschijn om zich als den verkooper aan te melden. Van alle kanten omringd en in 't nauw gebracht, was de groote geleerde genoodzaakt met zijn pistolen de menigte van zich af te houden, wat ten gevolge had, dat niet alleen de menschen om hem heen uit elkaar stoven, maar dat hij tevens den verkooper ontdekte, daar deze de aanmerking maakte, dat mijnheer die wapens gerust kon weg bergen, want dat ze niet geladen waren, en dat hij zijn thaler gaarne in ontvangst zou nemen. Humboldt volgde nu den uitdrager in zijn donker winkeltje en verzocht het boek te zien, waaruit het bewuste blad was gescheurd. Hij ontdekte weldra dat de oud-lederen foliant waaraan alleen de schutbladen ontbraken, nog in goeden staat en een zeer zeldzaam exemplaar was. Op zijn vraag naar den prijs van den foliant, nam de uitdrager een broek met een lap er in, van den haak. Geef 4 thaler," zeide hij, dan krijgt gij deze fraaie broek, waarmede gij op Zondag nog mooi kunt zijn, op den koop toe." De zaak werd beklonken, maar van het toegift deed Von Humboldt afstand. Wanneer de grijze geleerde later zijn oude boekwerken aan zijn vrienden liet zien, bleef hij nooit in gebreke te verhalen, hoe het zeldzame exemplaar over kruid kunde in zijn bezit was geraakt. Eene operavoorstelling in een klooster. Uit Offenburg in Baden schrijft men: Onder de wei nige door geestelijke zusters bestuurde opvoedings gestichten in ons land neemt de meisjesschool Notredame" alhier, zoowel wat betreft hetgeen er geleerd wordt, als het groot aantal leerlingen een voorname plaats in. Behalve de elementaire vakken worden met veel zorg de Fransche en Engelscho talen, alsook muziek, zang en schilder kunst onderwezen. De inrichting mag zich in een groot aantal leerlingen verheugen, die van het noorden tot Italiëtoe gerecruteerd worden. Tot besluit van dit schooljaar werd do opera van Mchul, Josoph en zijn broeders" met Fransche tekst en piano-begeleiding, opgevoerd. De rollen waren tusschen jonge meisjes van 14 tot 17 jaar oud verdeeld en als regisseur trad eene der zusters op. De geheele opera word zonder er iets in te schrappen op een klein tooneel met voldoend de coratief vertoond. Als men bedenkt dat deze opera behalve do rol van Benjamin die door eene vrouw gezongen werd geheel voor man nenstemmen geschreven is, mag men deze voor stelling vrij belangwekkend noemen, te meer daar do uitvoering, do beschroomdheid der leerlingen in aanmerking genomen, werkelijk niet onverdien stelijk was en geen do minste aanleiding tot spot gaf. De in rijke, classieko kostumcn gekleede meisjes, die meest allen groote baarden droegen, verraadden alleen door de klank hunner stemmen, dat Jakob en ziju zonen door personen werden voorgesteld, die gewoonlijk in jurken gekleed door de schoollokalen wandelden. De transcriptie van het vocale gedeelte was door den muzickmeestcr van het klooster, den heer Ilinzc, bewerkt. De koren waren goed en de solisten uict onverdien stelijk, terwijl Euima M die de partij van Jacob zong, veel bijval oogste door haar klankvolle altstom en hare goede methode. Kr was noch souffleur, noch directeur. In de kloostergangen stonden de koffers der meisjes reeds gepakt, want na hot slot der opera volgde weldra de sluiting van hot schooljaar, waarna Joscph en zijne broe ders zich naar allo hemelstreken verspreidden. Een kunststuk in het modern ingenieursvak werd onlangs in Philadelphia uitgevoerd. Den 26 Juni trokken 30 man de 1600 ton wegende spoor wegbrug, die op de Pennsylvaniabaan bij de Holmesbrug-junction over de Pennyhock-rivier ligt, in den tijd van 1134 minut vijftig voet van haar plaats. In de plaats van deze ijzeren brug wil men er een van steen bouwen en zal men de oude nog gebruiken tot de nieuwe gereed is. Men heeft de brug verplaatst over geoliede rails en haar op een stevig getimmerte van palen bevestigd. Een half uur nadat zij verschoven was, reed er een zware goederentrein overheen en onmiddellijk daarop volgde de sneltrein naar Philadelphia. Fata Morgana. Te Ahlbeck in Pommeren is een dezer laatste avonden een Fata morgana gezien. Tegen half negen verschenen eenige dikke wolken aan den horizon, die weldra een compacte massa vormden, in welke duidelijk binnen 10 a 15 minuten het eiland Rügen zichtbaar werd. Op een lengte van 25 tot 30 meters zag men het hoogland Stubbenkammer, en zelfs het meer naar achteren gelegen gedeelte; door een kijker kon men de boomen onderscheiden; en ook zonder de getuigenis van eenige van daar teruggekeerde visschers was ia de verschijning gemakkelijk het eiland Rügen te herkennen. Deze zeldzame lucht spiegeling duurde ongeveer een half uur. Uit de jeugd van Katkoff verhaalt een feuilletonnist in de Wiener Presse het volgende: Katkoff was do zoon van den panamar of koster uit de Uspenkische kathedraal te Moskou, de kerk waarin de Keizers worden gekroond. In zijn kindsheid had hij niet weinig door zijn geringe afkomst te lijden. Zijn schoolkameraden noemden hem nooit anders dan panamarovics. Later wilde zelfs de trotsche Aksakoff, die in de politiek van zijn richting was, hem niet als zijne gelijke en als collega erkennen, en toen Katkoff eens bij vergissing in een courantenkalender de maand Februari 30 dagen had gegeven maakte hij de volgende spottende versregels op den kosterszoon ; Katkoff, ti prokljati panamar Ti sportil russky Kalendar!" (Katkoff, verwenschte koster, gij bederft den Russischen Kalender). Het was evenwel niet ongelukkig, dat vader Nikifor Katkoff slechts koster wras, want daardoor werd de toenmalige Moskousche metropolitaan Philarethes op den talentvollen knaap opmerkzaam en zorgde voor zijn opleiding aan de academie. Zelfmoord van Russische vrouwelijke doktoren. In de Russische dagbladen leest men het volgen de : De nog zeer jeugdige mejufvrouw Ljublinskaga was een bijzonder begaafd jong meisje. Zij bezocht in Rusland het gymnasium voor meis jes en ging vervolgens naar Bern, alwaar zij na haar eindexamen te hebben gedaan tot Dr. in de physiologie werd gepromoveerd. Zij was de lie veling van al de professoren uit Bern, die om strijd haar vlijt in haar groote begaafdheid roemden. Met de schoonste verwachtingen keerde zij naar Rusland terug om te Petersburg het gewone naexamen te ondergaan. In alle vakken, was zij de eerste, behalve juist in de physiologie, waarin zij niet slaagde. Dit trok het meisje zich zoodanig aan, dat zij naar haar geboortestad Wasilkoff, cenigo worsten van Belostok verwij derd, reisde en aldaar door verdrinken een einde aan,haar loven maakte. Een tweede zelfmoord eveneens van een meisje, dat aan de academie had gestudeerd, had onlangs in Belostok plaats. De SOjarige mejuffrouw Dworetzkajo had voor eenige jaren haar studiën te Petersburg geëindigd en was naar Belostok gegaan, waar zij weldra eene der meest gezochte leeraressen der stad en algemeen geacht en bemind was. Do helft van hetgeen zij verdiende, zond zij geregeld alle maan den naar hare oude, onbemiddelde moeder, die in Grodno woonde, en zij wist met het overige zui nig rond to komen. Eene ongelukkige liefde voor een modolooraar bracht haar tot vertwijfeling, en door middel van cyankalium maakte zij een einde aan haar leven. Een voorbeeld van hoogen ouderdom vindt men in den omtrek van Plesz in de gemeente Wyrow, alwaar een ongehuwd persoon, Fabian, woont, die meer dan 120 jaar oud is. Sedert 25 jaar is hij blind, maar overigens mag hij zich nog in een betrekkelijk zeer goede gezondheid verheugen. Reclames 40 cents per regel. Speciale inrichting voor Schoenen naar maat, in gips afdruksel voor gevoelige, pijn lijke, gebrekkige voeten, knobbels, etc. etc. ANTON HUF Jr., Kaleerstraat 200. N. S ALOM O N, Antiquair. MUXTGKBOUW. In- en Verkoop van Antiquiteiten. Beursoverzieht Van 6 tot 12 Aug. 1887. Do flinke cindstcmming der vorige weck, gepaai'd aan beteren handel, bleet' nog slechts n enkelen'dag voortduren. Haarde zulks dus teleur stelling aan diegenen welke conc verdere ontwik keling der bcurszakcii al.s aanstaande hadden be schouwd, toch valt niet te ontkennen dat er aan den politieleen horizon, zich weder wolken samcnpakton. waardoor hot zich op nieuw terugtrekken van het publiek en de daarmede samengaande reactie in de _kocrsen thans een grondig motief hadden. In tegenstelling mot wat verwacht was. vernam men dat de prins van Coburg besloten had de regeering van Bulgarije te aanvaarden, welk be richt later door zijne afreis is bevestigd geworden. Onder den eersten indruk, bracht zulks niét al leen in diplomatieke, doch tevens in beurskringea. groote ongerustheid te weeg, daar men terecbt vreesde, dat dit eigenmachtig optreden van vorst Ferdinand, tegen den wil der groote belangheb bende Staten, een bron van allerlei moeielijkheden. kon worden. De pas ingetreden verbetering ging door alge meen aanbod dan ook weldra weer verloren, en zelfs de Weener markt, waar tot nu toe de opti mistische ideeën hadden gezegevierd, veranderde van front. Intusschen was Woensdag het eindpunt van den teruggang bereikt, en trad sedert weer goede verbetering in, op het officieele bericht uit Rus land, dat de regeering aldaar bühare afwachtende houding blijft volharden, terwijl tevens uit eene redevoering van Engelands minister Lord Salis bury bleek, dat men van dien kant de politieke toestand als zeer bevredigend beschouwt. Hoewel dit aldus de gemoederen weer tot be daren bracht, bleef het totaal zonder invloed voor de verlevendiging dos handels. Op elke beurs, en op de onze niet het minst, bleek het, dat de komkommertijd in vollen gang was, en zoude het, wanneer er orders van belang waren voorgekomen, zeer moeielijk geweest zijn, die tot billijke pryzen uit te voeren. Van Russische fondsen bleven 1872/73ers % pCt. verliezen; 6 pCt. 1883 J4 pCt. en 2e Oriënt % pCt,; Oostenrijkers I/I en M/N elk *6, doch 4 pCt. Goud Hongaren circa % pCt. De resteerende Europ. Staatsfondsen bleven uiterst stil en kwamen daarin geringe verande- ? ringen voor. Alleen in Gep. Turken bleef ons publiek goede bedragen opnemen tot eenigszins vastere prijzen. Het koersverschil dat sedert gisteren valt op te merken, vindt zijne oorzaak in het dien dag aan gevangen verhandelen na de loting." Van onze Nationale fondsen valt evenmin iets mede te deelen, als van de binnenlandsche beleg gingsfondsen. Slechts Deli Spoorweg obl. en aand. bleven zich in gunstige stemming verheugen en verbeterden opnieuw % en % pCt. In het afgeloopen boekjaar was slechts een derde der lijn, gedurende 9 maanden in exploitatie en veroorlooven de exploitatie-resultaten reeds eene uitkeering van 4 pCt. dividend. De opbrengsten tijdens het eerste boekkwartaal 1887/88 zijn echter van dien aard, dat alsdan veel ruimere uitdeeling kan wor den verwachtj In aand. Kon. Ned. Stoomboot Maatschappij ontwikkelde zich eene speculatieve hausse bewe ging; van een koers ad 48 pCt. konden zij zich tot 5634 verhetfen, om heden evenwel weer tot 50% terug te vallen. Aand. Panopticum 4034 a 41 na 38 pCt. Indische waarden bijna zonder handel. Oblig. Dorrepaal verloren l pCt. en nóteeren thans 36 %. De Comité-Ccrtificaten die tegen ingeleverde stukken worden uitgegeven, verschenen heden voor het eerst op de prijscourant tot 3734 a 37%. De handel daarvan is in ns gevend geld, zoodatzy circa 34 pCt. boven obligatiën noteeren. Aand. Ned. Handel Maatschappij vast; 106% na 106 % en heden met belangrijke vraag. Van de Samaransche Handels Compagnie is mede het regelingsplan verschenen. Even als bij de Dorrepaalsche Bank, wordt ook hier eene nieuwe Cultuur Maatschappij gecreeëerd, die alle baten der oude Compagnie overneemt en in exploitatie brengt. Het nieuwe kapitaal wordt vastgesteld op / 750.000, zoodat de concurrente vorderingen der Samarangsche Handels Compagnie voor50pCt, in aandeelen der nieuwe Maatschappij worden verwisseld. Op de Zuid-Amerikaansche afdeeling, verloren Peruanen bijna % pCt. onder voortdurend aan bod voor Engelsche rekening. Venezuela zeer ferm, en Argentina Obligatiën 9234 na 9334 pCt. Gecomv. Mexicanen noteeren na eene teruggang op 26% weer 2734 pCt. Russische Spoorwegwaarden doorgaans zwak. De handel was intnsschen alleen vrij levendig in aandeelen. WarschauWeenen die ruim 2 pCt. in prijs moesten derven. Het uit Duitschland aange voerde materieel vond hier gereede plaatsing. In Zeedsche sporen was de handel goed gea nimeerd. Na een teruggang van ruim l pCt, daagde van verschillende kanten kooplust op en werden bel angrijke bedragen omgezet. Hoewel heden tegen slotkoers de hoogste prijzen niet behouden bleven, bleef voor deze week een ver betering van 2 pCt. bestaan. Maxwell in het midden der week met eenige vraag. Voor Ameiïkaanschc waarden werd de week zeer gunstig ingetreden en vonden de van NewYork geseinde koersverhoogingen hier gereede na volging. Ook scheen de handel eenige meerdere uitgebreidheid to zullen verkrijgen en werden reeds door ons publiek goede kooporders uitgevoerd. Van Londen kwam evenwel niet de minste steun en daar scheen men meer op de Europesche toe standen te letten, terwijl mede de ingetreden me dio liquidatie verlammend op de zaken werkte. Nadat daarop van Amerika lagere noteeringen werden ontvangen, en aldus de verwachte verbe tering weer uitbleef, trok men zich ook hier te rug en verliepen de laatste dagen uiterst stil. Heden had de markt een auvver aanzien, door eenige bij voorbaat uitgevoerde plaatselijke realipatiën op het bericht van het faillissement van het Huis Henry Ives in Amerika. In den geldtoostand kwam weinig verandering; van den in ons vorig overzicht genoemden maatregel der Amcrikaansche regeering tot disconteering der Januarirentc is reeds, volgens de berichten voor oen bedrag van 034 millioen Ds. gebruik gemaakt, terwijl mede door den minister f>34 millioen 434 obligatiën tegen 110 a 11134 pCt. zijn of zullen worden ingekocht. Van bankwaarden verloren aandeelen Ned. bank l pCt., terwijl aandeelen Javasche bank met 1;)S p('t. weder op de prijscourant verschenen, zijndo dividend in aanmerking genomen, ruim 20 pCt. beneden den laatsten koers. De wcekstaat der Ned. Bank toont eene ver meerdering van V* millioen in beleeningen en. disconto's, ruim '534 millioen in rekening courant saldo's, tegen eene vermindering van bijna .'57.10 mülioen in de billetten circulatie.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl