Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
7
? tig leerlingen om zich vereenigc'e. Wanneer men
bedenkt, dat de Fransche taal, zoo geen hinder
paal,-toch menigeen niet tot deelmeming aanmoe
digde, dat de fenommée van de Engelsche keuken
, evenmin tot een bezoek uitlokte, dat heel Amsterdam
?.de zomermaanden* buiten doorbrengt, dan meenen
we dat het driehonderdtal abonnees de
Amster?damsche vrouwen waardig heeft vertegenwoordigd,
en de verwachting van de commissie niet beschaamd
_heeft, 't Was nn aan Mevr. Alting Mees, hare
.leerlingen te boeien door hare voordrachten, te
verbazen door hare practische bekwaamheid haar
te verrukken door de smakelijke gerechten, die
_zy' zou bereiden. De dames waren vol verwachting.
Of nu die verwachting beantwoord werd ? Zeker
niet altijd. Een paar voorbeelden: Men ving aan
met de soepketel; er werd een bouillon gekookt
en het vleesch uit die soep met een piquant
sausje voorgediend. Dat is in de Hollaudsche
keuken geen zeer gewilde schotel, heel lekker
vonden we dan ook het taaie zoutelooze vleesch
niet maar enfin met^oo'n buitenlandsch tintje
moest rekening gehouden worden.
Den volgenden dag werden van den bouillon vier
.soepjes bereid; de recepten werden even nauw
keurig gegeven, als minutieus opgeschreven en
-met gespannen aandacht de arbeid van madame"
.gadegeslagen, 't Klonk zoo voor Haam, Consomm
a la Royale, a la Rachel, Potage Hollandaise,
Potage a la bonne femme! We zetten al vast er
ntje op 't monu voor den volgenden dag, vooral
nn onze echt Hollandsche soepen werden afgekeurd
als voorbereiding tot den maalty'd.
Edoch, toen de soepjes op de aanrechttafel
verschenen, bedachten we ons voorzichtigheids
halve, de keus was zoo moeilijk; de eerste soep
was tamelijk smakeloos, de tweede zag er heusch
zoo griezelig uit, dat proeven heldenmoed
ver.«ischte en wat de derde een dikke pap en
de vierde betreft, we waren bij voorbaat overtuigd,
dat zy' geen genade zouden vinden by de Heeren
der Schepping. We werden zeer kalm gestemd
? omtrent deze producten der Engelsche keuken:
maar spitsten ons ? op de volgende les, wanneer
restanten vleesch tot smakelijke schotels zouden
?worden omgewerkt. De recepten dezer gerech
ten waren velen onzer bij ervaring bekend; we
konden dus met kennis van zaken oordeelen en
hadden geen aanmerking, dan- dat een boterdeeg
wel vier k vy finaal te dik was aangebracht, waardoor
't taai en niet gaar was geworden. Eenmaal al
vat critisch gestemd, ontdekten we weldra, dat
zelfs eene professeur de cuisine kon falen in het
toepassen harer theorie.
We begrepen langzamerhand, dat we zelfs met
het zoo nauwkeurige opgegeven grammental der
recepten 't niet al te nauw moesten nemen.
Ma?dame zelf stoorde zich er niet 't allerminst aan
*n maakte dunne en dikke sausjes, gare, on
gare gerechten, al naar 't uitviel, met min of
meer gelukkigen uitslag. Zoo bleek een paar
pond vruchtengelei met zoo weinig zorg gereed ge
maakt, dat zy' de eerste voorwaarde miste om ge
conserveerd te kunnen worden, terwijl ik my
nog levendig de ommelet herinner, die te vergeefs
onder een dikke suikerlaag haar zwarte opperhuid
trachtte te verbergen en die gevolgd werd door
eene, zoo begaan met 't lot harer voorgangster,
?dat zy er erg bleek en betrokken uitzag. Dit
zyn althans feiten, .die dóór iedereen gewaardeerd
kunnen worden, zonder dat nationale veroordeelen
hem daarby' parten spelen.
Wat we reeds lang vermoedden, bleek dan ook
juist te zijn. In de laatste les erkende Mevr.
Alting Mees zelve, dat zy eigentlyk meer was
?conférencière dan professeur de cuisine. Met
groote bescheidenheid maakte zy' daarby' de op
merking dat zy gedurende den laatsten halven cur
sus, waaraan in de morgenuren practische oefe
ningen verbonden waren, nog veel geleerd had
door het zien werken der dames-leerlingen.
Na zoo'n ruiterlijke bekentenis valle men de
«nergieke vrouw niet hard, omdat zy niet meer
kon geven dan zy gaf.
(Slot volgt).
Allerlei.
Sedert geruimen ty'd hadden de Pary'sche boek
handelaars opgemerkt, dat op de boekentafeltjes
aan de Seine de nieuw uitgegeven werken voor
spotpryzen werden verkocht. Na een door de ge
zamenlijke uitgevers ingesteld onderzoek bleek, dat
de drukkers en de boekbinders voor eigen reke
ning de schoone vellen en de gebonden boeken
verkochten. Op de drukkery' werden door het
werkvolk een aantal meer vellen gedrukt dan de
bestelde oplage. De koopers, die dezen handel in
de hand werkten, zyn tot 4 jaren tuchthuisstraf
veroordeeld, 190 personen stonden terecht, 5 er
van zy'n vry gesproken, 50 reeds tot meer of min
der zware straf veroordeeld en over 50 zal later
uitspraak worden gedaan. Een der drukkers be
riep zich op het eenmaal bestaan hebbende droit
de chapelle"; volgens dat recht kon iedere druk
ker eenige vellen voor zich zelf behouden; voor
de opbrengst mocht hij dan een bedevaart naar
de Johannes-kapel maken en de daarby plaats
hebbende feestelijkheden bijwonen. Het hof ver
klaarde echter dat dit gebruik sedert zooveel
eeuwen reeds was afgeschaft, dat het zelfs niet
als verzachtende omstandigheid kon worden aan
gemerkt.
Uit Londen schrijft men, dat een spiritistische
voorstelling, door de Amerikaansche Miss Fay ge
geven, zeer zonderling eindigde. Een der opge
geven kunststukken door deze dame uit te voeren,
bestond hierin, dat zij van een verhevenheid over
de hoofden der toeschouwers naar den hoofdin
gang der zaal zou vliegen Daar dit echter geheel
in 't donker moest plaats grijpen, hadden som
migen van de aanwezigen de zaak niet recht ver
trouwd en den eersten avond zulk een heidensch
rumoer gemaakt, dat de voorstelling niet kon
doorgaan. Den tweeden avond hadden eenige
ongeloovigen besloten het geval te doorgronden,
en nauwelyks was het gas uitgedraaid en bemerkte
men dat er iets door de zaal zweefde of
tegelijkertijd worden op verschillende punten der zaal
lucifers aangestoken, en een der samenzweerders
haalde met een langen stok waaraan een haak was
bevestigd, het zwevende voorwerwerp naar
beneden. Het bleek nu niets anders te zijn dan een
met lucht gevulde ballon, die langs een zeer
dunnen, over de geheele lengte der zaal gespan
nen draad naar de deur werd getrokken. Miss
Fay echter, die zoodra men licht had ontstoken
het publiek toeriep, dat men het weder moest
uitdoen, daar zy nog niet gereed was, zag men
reeds op de vooruit aangewezen plaats boven de
deur staan. Te vergeefs trachtte de jonge dame
eenige verklaringen te geven, men liet haar niet
aan het woord komen en ten laatste móest de
hulp der politie worden ingeroepen om de orde
te herstellen, zoodat de voorstelling kon ten einde
worden gebracht. Daarna trachtte Miss Fay het
publiek wy's te maken, dat zij den ballon altyd
IMJ wy'ze van proef gebruikte, om te zien of alles
in orde was, maar daar zy zelve reeds boven de
deur stond, toen zy nog aan de andere zijde der
zaal behoorde te zy'n, vonden hare verklaringen
natuurlijk niet het minste geloof.
Deutsche Schönheitsgallerie heet een nieuw fami
lieblad, dat met recht een speculatie op de
vrouwely'ke ijdelheid mag worden genoemd. De heer
Adolf Weinr«ich, te München, schijnt te begrypen,
dat wie hierop zy'n berekeningen heeft gemaakt
weinig gevaar loopt van bedrogen uit te komen;
hij geeft ieder Duitsch meisje, van 17 tot 25 jaar
oud, gelegenheid haar portret in zy'n nieuw week
blad de Deutsche Schönheitsgallerie te doen op
nemen als zy er op geabonneerd is. Waarom nu
gehuwde vrouwen en meisjes boven de 25 jaar
oud er niet in worden opgenomen, is nog
onbegrijpelyk; de heer Weinreich schijnt in het denk
beeld te verkeerenj dat zy die ouder dan 25 jaar
zy'n, zich zelven niet geschikt meer rekenen zijn
plannen te bevorderen. Hy is echter verstandig
genoeg zyn berekening niet alleen op de ijdelheid
te maken," maar ook eenige premiën uit te loven.
De schoonste dame ontvangt een gouden
damesremontoir met gouden ketting ter waarde van 120
mark; de drie daaropvolgende gekozenen ontvan
gen een gouden broche, een paar oorringen en
een ring. Elke geabonneerde heeft stemrecht.
Eerst worden door een commissie de schoonsten
uitgekozen en uit deze uitverkorenen mogen de
geabonneerden dan hare keuze doen. Er
verschynen elke drie maanden 13 afleveringen met 26
portretten.
By den beroemden professor von Langenbeck
te Berlijn, die de vorige week overleed,
kwam eens een jonge dame, de dochter van
een rijken Weener bankier, om zich van een
verouderde verstuiking of verrekking te laten ge
nezen. Zij was drie maanden lang onder behan
deling van een boer in Bohème geweest, die den
naam had zulk soort van kwalen te kunnen ge
nezen, en eerst nadat zij ontdekte, dat er geen
de minste verbetering plaats greep, begaf zij zich
naar den beroemden professor. Nadat hij het
verhaal had aangeho9rd, zeide hij spottend: Een
patiënt, die van een dezer doktoren komt, be
handel ik niet; die laat ik aan my'n collega's, de
heeren kwakzalvers, over." Hiermede kon de jonge
dame vertrekken, en door geen aanbiedingen van
geld was de professor over te halen, de behandeling
op zich te nemen.
Op een der laatste hofbals zag men, hoe von Lan
genbeck zich steeds by' een der jongste en elegantste
garde-officieren aansloot. Aan een der keizerlijke
prinsen, die hem de reden hiervan vroeg, ant
woordde hij met een ondeugend glimlachje: Ik
ben bezig iets te leeren, Uwe Hoogheid. Ik heb
tegenwoordig eene zeer schoone vrouw onder be
handeling, die ter mijner eer dagelijks een uiterst
elegant nachttoilet aantrekt. Ik wilde haar daar
over een compliment maken, en nu tracht ik van
de heeren garde-officieren te leeren, hoe men
dat doet."
De diplomaat in Europa, die het meeste gewicht
in de schaal kan leggen, is volgens Truth
eindelyk gevonden. Het is de markies van Salisbury.
Ty'dens zijn verblijf te Royat, de badplaats in
Auvergne, heeft de Engelsche premier zich laten
wegen en bevonden dat hij 115 kilo woog.
Bismarck weegt slechts 95 kilo.
Men verzoekt, ons mede te deelen dat dooven
en hardhoorigen, die geneigd mochten zijn zich
de op nieuw geadverteerde instrumentjes van
Nicholson aan te schaffen, gratis kunnen toege
zonden kry'gen het nommer van het Maandblad
der Verceniging tegen de Kwakzalverij, waarin
die dingetjes besproken worden. De aanvragen
moeten gericht tot den uitgever H. van Belkum Kz.
te Leeuwarden.
Ingezonden.
Mijnheer de Redacteur!
Verleden week kwam ik met een schrijven tot u,
ten einde mijnen broederen, die met het Woor
denboek dwepen, de vraag te stellen of zij, even
als ik. liet niet wenschelijk zouden vinden, dat men
eens volledige inlichtingen ontving omtrent de
fiuanciëel'e zijde van dat reuzewerk.
Ik las in datzelfde No. tot mijne innige vreugde,
een opstel van Dr. J. ten Brink, die zoo mogelijk
nog meer enthousiast was, dan ik zelf, bij de ge
dachte aan dit taalkundig monument in wording
Ik nam mij voor Dr. ten Brink een woord van
dank toe te sturen, voor zijn nobele woorden van
waardeering en bemoediging tot den ouden Mathijs
de Vries gericht een plan dat niet tot uitvoe
ring is gekomen, daar ik door den woordenschat
van gemoedelijk tot geplakt" dat wil zeggen :
door de laatste aflevering, te zeer werd geboeid
om mij aan ernstiger bezigheid te wijden.
Maar wat gebeurt nu?
Daar lees ik iu de N. Gids, onder het opschrift:
Het Twintigste Taal- en Letterkundig Congres, het
volgende:
Nu ik de namen Thijm en Van Vloten tezamen
noem, denk ik van zelf aan een werkzaamheid,
waarbij zij beiden, als vroegere Congres-leden,
zeer betrokken waren zijn: de bewerking van het
Nederlandsen Woordenboek door Matthijs de Vries.
Van Vloten noemde hem het katheder-boefje, en
die naam is goed. Dit walgelijk-onoprecht man
netje, dat een half nur achter elkander alle slin
gerpaadjes van kleinzielige ijdelheid platliep, altijd
maar roepende hoe 'n beste, verstandige, geleerde,
ijverige, oelangelooze, menschenvriend hij was, en
zijn lichaampje verdraaide en verwrong vol koude
rhetorische opgewondenheid en quasi-edelaardigen
leugen; dat nu met gemaakte aandoenlijkheid ver
tellen kwam, ten eerste dat hij geld moest hebben
om menschen aan te stellen om hem te helpen,
ten tweede dat hij de voleinding van het Woor
denboek wel niet beleven zou O, als van Vlo
ten geleefd en daargeweest was! Die zou hem
gevraagd hebben: Weet ge nog wel van 1868?
Toen heb ik voorgesteld, dat het Congres zou zorgen
dat ge helpers kreegt, omdat ge het zelf niet gekund
hebt. Toen heb ik u gezeid, dat gij, veelbelovende
redacteur," als gij zóó zoudt doorgaan met
luizijn, minstens honderd en twaalf jaar oud zoudt
moeten worden, eer ge het Woordenboek kondt
af hebben. Nu komt ge ons vertellen dat ge hel
pers noodig hebt en dat ge 't gereed komen van
het werk wel niet beleven zult.
Het Congres heeft nu besloten een Commissie
van geldeüjken bijstond te vormen, en de Vlamin
gen en Nieuwer-Amstelaars, de laatsten verte
genwoordigd door den gemoedelijken heer Brou
wers, zullen hun beste beentje voorzetten. Het
Woordenboek is een nationaal belang, oreerde Prof.
De Vries. Maar wij laten ons niets wijs maken.
Dat dit plan van beteekenis was in een tijd, toen
de schrijvers maar zien moesten hoe zij spelden,
dat is zeker. Dat er onder die schrijvers van toen
nog zijn die het plan liefhebben, is waarschijnlijk.
Maar wij, jongeren, hebben niets er mee van doen.
Geen ander hoeft ons te komen uitleggen wat onze
woorden beteekenen. En sinds de spelling genoeg
geregeld is, om er niet meer dagelijks over te
twisten, hebben wij, schrijvers, al wat wij
begeeren, heeft het volk, dat ons lezen zal, al wat het
verlangen kan. Voortaan is het afmaken van het
Woordenboek alleen van belang voor Prof. De
Vries, zijn uitgevers en de taalgeïeerden."
Na lezing van dit stukske komt het mij voor,
dat het afmaken van het woordenboek ook Albert
Verwey belangstelling inboezemt, maar ik wil ge
vraagd hebben, M. de Red. welk woord uit net
woordenboek past op zulk een onheusche kritiek?
Moeten nu zoo onze heroën van hun voetstuk
worden gestooteu ? Het is waar: wijlen van Vloten
had daar een handje van, maar het is er hem naar
gegaan, dat vergeten onze jonge menschen. En tot
het spreken van zulk een taal laat Verwey nog
al een van de knapsten der jongeren, zich ver
leiden, na die boeiende rede van prof. te Winkel over
de kritiek en Beets' vermaai, dat de beoordeelaar
een braaf, rechtschapen man moet zijn.
Ik ben een rustig burger en houd niet van
vechtpartijen; we hebben in den laatsten tijd daarvan
meer dan genoeg gehad. Maar nu hoop ik toch,
dat prof. ten Brink het voor zijn collega eens zal
opnemen, en met forschen greep en breeden zwaai
den hamer hanteerende, dien jeugdigen onverlaat
zal plat kloppen, om hem daarna fiju te wrijven,
en zijn stof op de vier winden te doen wegstuiven.
Zoo'n brutale kritikaster moet de wereld uit!
U, M. de R,., mijn dank, voor de gelegenheid,
die gij mij geeft, mijn hart eens voor het publiek
uit te storten. Uw dw. Dr,
's~Gravenhaffe, 4 Oct. A.?Z.
Reclames
40 cents per regel.
Speciale inrichting voor Schoenen naar
maat, in gips afdruksel voor gevoelige, pijn
lijke, gebrekkige voeten, knobbels.
etc. etc. ANTON HUF Jr.,
Kalverstraat 200.
Beursoverzicht.
Van l tot 6 Oct. 1887.
Een belangrijk feit voor onze beurs gedurende
deze week, was de openstelling der leeuiug groot
zes millioen gulden ten laste der Nederl.
ZuidAfrikaansche Spoorweg Mij. Reeds langen, tij d was
deze zaak in wording, zoodat de aanstaande emissie
en de mede openstelling op de Berlijnsche beurs
voor velen geen geheim meer was.
Volgens prospectus dient het provenu der lee
ning tot den bouw der eerste sectie vau eenen
spoorweg die van de Portugeesche grens der Re
publiek naar Pretoria zal loopen, in aansluiting aan
een weg reeds lang in aanbouw van af de
Delagoabaai.
Van wege de regeering is der obligatien volle
dige en onvoorwaardelijke garantie voor rente en
aflossing verleend, welke waarborg zich mede uit
strekt voor verdere uitgiften der maatschij., die
voor eventueele uitbreidingen van haar net noodig
mochten zijn.
De koers van uitgifte was bepaald op 95 %. pCt.
hier, en het liet zich reeds aanzien, dat bij den
zeer gunstigen fiuanc'eelen toestand der Republiek,
de leening een goed onthaal zoude hebben. Het
succes heeft evenwel de verwachting overtroffen,
daar volgens heden bekend geworden bericht, de
volteekening ruim 10 maal heeft plaats gehad.
Wij konden nog niet vernemen voor welk deel
onze beurs daartoe heeft bijgedragen, doch uit de
gunstige beoordeelingen, waarmede de Dnitsche
couranten de emissie begroet hebben, en de spoedige
sluiting der inschrijving aldaar, valt wel af te
leiden dat Berlijn het leeuwendeel heeft aan
gebracht.
De koers verhief zich heden hier tot 97 pCt.
en daarvoor werden zeer belangrijke bedragen om
gezet.
De handel in Eiiropeeschc Staatsfondsen was
overigens weer uiterst beperkt en koersverande
ringen van belang kwamen op die afdeeling niet
voor. In het begin der week heerschte voor de
Berlijnsche waarden, speciaal Russen en Hongaren,
eene eerder gedrukte stemming, in navolging der
flauwere Weener noteeringen, waar de beschou
wingen over de Oostenr.-Hongaarsche financiën
miuder eenzijdig gunstig schenen te worden.
Dat de politiek zonderlinge verrassingen kan
leveren, bleek uit het plotselinge zameukomen van
Vorst Bismarck met den Italiaanschen premier
Crisni en wel te Priederichsruhe, waar primitief
de bijeenkomst der beide Keizers had moettn plaats
vinden. Ter beurze van Berlijn gaf men zijne verba
zing hierover te kennen, door eene totale onthou
ding van zakeu in Internationale fondsen en was
het alleen te danken aan de spoedig uitkomende
gunstige beschouwingen der officieuse pers, dat
de flauwere stemming voor een eenigzins beter voor
komen moest wijken.
Behalve de gewone beleggingen voor remplacement
van uitgelote Polen en Russen 1864,66, alsmede
de gewone plaatsing van rente-bedragen in
ZuidItalianen, ging bij ons op de Russische markt ook
al zeer weinig om.
De Parijsche beurs behield vrij wel haar zelf
standig, vast karakter, als wilde zij zich door de
Duitsch?Oostenrijksch?Italiaanscue alliantie niet
laten overbluffen. Misschien ook kreeg het denk
beeld ingang, dat uu de kans op een zoo lang
gewenscht verbond met Rusland grooter was dan
te voren, en anticipeerde men reeds wat vroeg op
dit succes.
Spanje, Turkije en zelfs Egypte ondanks de
schade door overstroomingen aan den oogst ge
bracht, verliepen vast. Portugal verbeterde zelfs
K pCt. er werd weer voor bankiers opgenomen.
Wellicht in verband met het bericht dat de regee
ring doorgaat met de uitgifte van 5 pCt.
amortisabele oblig. en daartegen 3 pCt. schuld inkoopt.
Italiëverbeterde % pCt., doch verkreeg zulks
meer door Duitschen invloed.
In onze binnenl. staatsfondsen was, wat betreft
2 K pCt. meer handel en konden dezen bij goeden
vraag ruim % pCt. winnen; de 3 pCt. en 3 K pCt.
verliepen nog stil doch vast.
De betere stemming aan het einde der vorige
week voor Indische waarden ingetreden, open
baarde zich door eene verbetering van:
2X "pCt. voor ComitéDorrepaal Certif.
2 Aand. N. I. Handelsbank.
l - Oblig. Hand. V.g. Amsterdam.
terwijl de overige soorten een vast verloop hadden.
Alleen de Sam. Handels-Compagnie verloren
5 pCt. en schijnen de verwachtingen omtrent de
reorganisatie daarvoor niet gunstig te wezen.N
Aand. Deli-spoor HOK ex. 4 pCt. dividend, dus
IK pCt. hooger.
Op voordurend gunstige oogst-berichten, ble
ven de Berlijnsche kooporders voor Russische
spporweg-aandeelen, voornamentlijk die der Zuid
Westelijke Ms. vooreerst nog bestaan, men ver
telde ten beurze zelfs dat over 1887 een
extradi ridend in uitzicht was en verleidde daardoor nog
menigen bezoeker tot aankoop. De prijs verbeterde
dan ook van 57 tot 58K, doch zakte weldra, in
navolging eeher reactie die ook weer van Berlijn
uitging, tot 56% in.
van Zuid-Amerikaansehe waarden, hadden
Peruanen eene uitgebreide markt, als zij de koers
loop ook in zeer ongunstigen zin. Aan de En
gelsche beurs bestonden voor die waarden reeds lan
gen tijd uiterst gunstige verwachtingen en koes
terde men bepaaldelijk de hoop dat Chili een goed
deel der schuld zoude overnemen of in betaling
nemen bij eene eventueele nieuwe staatsleening.
Zeer ontnuchterend werkte dan ook het bericht,
dat de regeering weigerde het bekende »Grace"
contract aan het congres ter ratificatie over te
leggen, omdat de Chileensche autoriteiten er zich
niet mede wilden inlaten. Bijna tegelijk verscheen
te Londen bij Rothschild het prospectus eener
nieuwe 4 K pCt. Staats-leening van Chili, waar
mede wel voorloopig alle hoop voor houders van
Peruanen in rook moet verdwijnen. Het aanbod
voor Engelsehe rekening aan onze beurs was zeer
belangrijk en hield nog steeds aan, hoewel gisteren
en heden de daling geene verdere vorderingen
maakte.
5 pCt, Peru 12 & na 14.
6 pCt. 14 16.
Mexico bleef voortdurend vast en noteert heden
30K?%.
De gunstige beweging in Zweedsche Sporen bleef
de gansche week bij na onafgebroken aanhouden. De
eerste-hands yerkoopen hadden nu plaats gemaakt
voor groote inkoopen door emittenten, waarschijn
lijk in verband met de in ons vorig overzicht
genoemde kombinatie. Van 57 pCt. steeg de
koers tot 59 K pCt., en hoewel heden eene reactie
van % pCt. plaats vond, bleef de stemming over
het gehael gunstig. Het publiek was de laatste
dagen zeer ruim ter markt waardoor de omzet in
dien hoek zeer belangrijk werd.
Voor Maxwells hadden de kalme
bankiers-aankoopen de beurs-speeulatie uitgelokt om daarin
mede te gaan en bij de gewone beperktheid dier
markt was spoedig eene verbetering van 23 tot
24/4 in het leven geroepen. Daarop volgden pro
vinciale kooporders, die opnieuw l pCt. hausse
veroorzaakten, waarna de markt kalmer werd en
tot 23% terugliep. Op dien prijs was de eerste
vraag weer op bescheiden schaal op te merken.
Copper mine certif. HM, dito origineele
stukook 11 M!.
Op de Amerikaansche afdeeling waren de zaken
en variatiën minder belangrijk dan wij dit ge
woon zijn,
Na de opruimingen voor de faillissementen uit
de liquidatie, kwam Zaterdag een algemeen redres,
waarbij o. a. Nashville Shares l pCt. profiteerden
welk voordeel over de geheele lijst ook weer lang
zaam aan verloren ging, terwijl d'e transactien bijna
dagelijks in afmeting afnamen.
De meeste soorten tooneii bij de slotkoersen der
vorige week zeer weinig verandering aan en noemen
wij als uitzondering alleen de volgende:
Canadiaus 52 X ua 52 pCt
Nashvilles 61% 61
2ePranciscos77 71
Eerstgenoemde, wegens het staken van den bouw
van den Ked-Riverspoorweg in Manitoba, de tweede
soort door bizonder gunstige ontvangsten, o. a.
$ 84000 meer in de Ie week van September bij
verleden jaar, en de derde soort wegens de aan
kondiging van het eerste dividend ad 2X pCt.
over 6 maanden.
Het verslag der Chicago Atlaiitic-maatschij. heeft
schijnbaar sommigen niet bevredigd en daardoor
verkoopers uitgelokt. De prijs viel ruim 2 pCt.
De weeksstaat der Ned. bank wijst opnieuw
belangrijke veranderingen aan. Zoo vermeerderden
de disconto en beleening-rekeniug resp. 6 3/10 en
2 2/10 millioen, de eirculeerende bank-bill. 7 3/10
millioen. De goudvoorraad verloor circa 1>^ mil
lioen, terwijl de rekg.-saldo's bijna l millioen ver
meerderden.
Voor de aandeelen der Bank was geregelde
vraag, in verband met de grootere werkzaamheid
der inrichting en de daaruit natuurlijk volgende
winsten. Zij noteeren 206 na 202K.