Historisch Archief 1877-1940
No. 544
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND,
Zgn levensuren zijn vol werk», bq naehte en dage
Gewijd aan 't Vaderland en on zijn Vorstenstam
En d' oud-soldaat, dien Hij in veil'ge hoede nam.)
Dat Hij die dierbfe zorg nog lang aan 't harte drage!
' Maar wat ons rouwen moet en allen rouwen zal,
In, dat wij zijn vertrek niet met fanfaargeschal
En dank begroetten, dat is 't wat 'k my zeken klage.
» 't Voortvarend vuur der rede is schuldig aan dat al.
Zinge eens een Vondelslier, hoe deze Oorlogsminister
By s tor m pas zelfs den wensch voorkwam van 't Plichtre
gister.
Het talrijk en aanzienlijk publiek heeft de
schuldige eer gegeven aan den Nieuwer-Amstelschen
Eere-Voorzitter der Vereeniging, die het geheele
feest ontworpen heeft en als redenaar optrad bij
de uitvoering, die door Prof. Boot werd ingeleid.
De drie voornaamste nummers van het Programma
waren: de schoone kantate Vondel van Bichard
Hol, op text van Hofdy'k, door Amstels
mannenchoor gezongen, met bijstand der Heeren Rogmans
«n 'Orelio en van Mejufvrouw Widema, voor de
obligaatpartijen ; de zaak- en zinrijke improvizatie
van Past. Brouwers en de krooning van Vondel
door Mars, een aardig en schilderachtig tooneel,
By deze geheele manifestatie ter gunste van
den nederlandschen soldaat, sluit zich merkwaardig
*an: het bericht der making van een som van
f 500 aan het meer-genoemde fonds.
De Heer Brouwers vereerde deze gebeurtenis
weder met een sonet, van den volgenden inhoud:
Hebt ge al van 't Vondelfeest iu de Amstelstad gelezen ?
Ben hulde, nooit gedacht door eenig tijdgenoot !
Thans ook als Dichtervorst van Leger en van Vloot
Door Mars gekroond, werd Hem des krijgsmans eer"
bewezen.
Wat toen het brein vergat, herstelt het hart bij dezen,
Nu 'k weet den naam der vrouw, die, eer zij de oogen sloot
In gindsche Sleutelstad, bij laatsten wil gebood,
Hoe Neerlands Oud-Soldaat met goud geëerd moet wezen.
Der Kamer meerderheid zij door deez' vrouw beschaamd
En leere uit haar beschik wat de eev des lands betaamt,
Haar naam, Creutzbourg-Arpeau" zij eeuwiglijk geprezen !
*d Had 'toen gaarne, óók aan haar de krijgsmauseer
bewezen,
En aan dien wapengroet gepaard mijn Christenbede:
Gods hemel zij haar deel l Hare assche ruste in vrede!
Men moet zeggen, dat de Heer Brouwers de
kunst verstaat om nationale manifestaties uit te
lokken en te leiden. , ,^330 ? i
ALB. TH.
VARIA.
In Rome zyn onlangs een twaalftal
fabriekanten van antiquiteiten benevens zij die er handel
in dreven, opgepakt. De bedriegers hadden in de
Villa Tordinone een volkomen laboratorium
opgaricht om statuetten, medailles, munten, enz. in oud
brons te vervaardigen. De oudheden" werden dan
door talrijke agenten van het genootschap voor
de hotels, aan de stadspoorten en bij de voor
naamste monumenten ten verkoop aangeboden, en
vonden voaral by de vreemdelingen gretig aftrek.
Daar deze vereeniging van schelmen slechts een ge
deelte uitmaakt van. de bende die deze
evenschandeIg'kealsvoordeeligezwendelarij pleegt, is het te
vreezen.dat dit zoo moeielijk na te gaan bedrijf hiermede
niet vernietigd zal zijn. Mogen de reizigers die
Rome wenschen te bezoeken, hieruit leeren om
voor vervalschte antiquiteiten opjhun hoede te zijn.
Het programma voor het Niederrheinische
Musikfest, dat met de Pinksterdagen van het
volgend jaar te Aken zal gehouden worden, is
voorloopig vastgesteld. Directeuren zijn
Eber, hard Schwickerath te Aken en Dr. Hans Richter
|f uit Leipzig. Het programma bevat: Eersls dag.
Ouverture Die Weihe des Hames van Beethoven,
Vondels Oratorium Der Messias; Tweede dag,
Bach's Cantate Q-ottes Zeit enz., Ouverture
Manfred van Schumann, de Zevende symphonie van
Beethoven, Ouverture Euryanthe van Weber,
Scftön Ellen van Max Bruch en het Concert voor
viool en cello van Brahms. Dorde dag, kunste
naarsconcert, meest soli. Het programma is
dit jaar vooral instrumentaal, het koor heeft, be
halve in den Messias, slechts een zeer gering
aandeel in de uitvoering.
Stanley en het donkere werelddeel door Dr. H.
Blink, met gekleurd kaartje en geïllustreerden
omslag, is de titel van een werkje dat
met de aanstaande feestdagen door ieder met
vreugde begroet zal worden. Het is het verhaal
van het leven en werken van een man, wiens
naam aan ieder bekend is. Onze jongelieden, dus
zegt de uitgever, reeds overzadigd van de onmo
gelijke wonderverhalen van Verne en anderen,
hebben er behoefte aan, zich eens weder te laven
aan de frissche bron der werkelijkheid. En dat
die waarheid niet koud en prozaïsch behoeft te
zijn, bewijst dit werkje ; bij het lezen er van wordt
men medegesleept als ware het een roman.
Dit werkje vormt een uitstekend feettgeschenk
voor jongelieden van beiderlei kunne. Het zal niet
alleen door jongelieden maar ook door ouderen
met belangstelling gelezen zal worden ; een nut
tig en aangenaam volksboek in den rechten zin
des
woords.
Van het geïllustreerd tijdschrift Vreemd en
Eigen, onder redactie van Gerard Keiler, door
den heer H. D. Tjeenk Willink te Haarlem uit
gegeven is da tienrle maandelijksche aflevering
verschenen. Het blijft zich gunstig onderscheiden
door rijke verscheidenheid van inhoud, terwijl de
talrijke illustratiën over het algemeen zeer goed
geslaagd zijn.
Hofkamp's Natuurkunde voor de Lagere School
is bij de Groninger uitgevers Noordhoff en Smit
in vierden druk verschenen. Het handige en
degelijke boekje, dat in beknopten vorm de be
langrijkste onderwerpen der natuurkunde behan
delt, verdient dit succes ten volle.
Christine Doorman heeft voor de jeugd de Lot
gevallen van eene geit op onderhoudende wjjze
verteld, of naverteld; de plaatjes van Franschen
oorsprong maken het laatste waarschijnlijk. Men
heeft hier te doen met eene geit, die verre reigen
deed, en dus wat kan verhalen. Het boekje is
in een mooi bandje uitgegeven bij den heer Tj.
van Holkema te Amsterdam.
Eene welkome feestgave is De schoone slaapster
zangspel voor de jeugd in drie tafereelen, woor
den van A. F. J. Reiger, muziek van Richard Hol
(Opus 104). Er is in dit genre zeoveel
middelmatigs en zooveel prulwerk verschenen, dat men
zich verheugen mag, wanneer een musicus als
Richard Hol, gesteund door een goeden tekst, het
bewijs levert, dat voor onze kinderen het beste
juist goed genoeg is. Op het muzikale deel van
dit door de firma Noordhoff en Sq»it goed en
goedkoop uitgegeven werk komen wij later nog
terug.
De uitgever H. Pyttersen te Sneek zendt, als
gewoonlijk met de Decembermaand, eenige
prachtuitgaven de wereld in. In La Littérature
Franyaise au XIXme siècle, door H. de Pierres,
herkent men de smaakvolle en ijverige hand, die
indertijd ook de Perles" en later de Pierres
précieuses et pierres fines" verzamelde. Het
succes, dat vooral de eerste dezer beide bundels
genoot, heeft den uitgever tot het doen verschijnen
der latere aangemoedigd; het is dezelfde goede
keus, dezelfde nette uitvoering en hetzelfde be
schikken over een uitgebreid en uiterst modern
materiaal.
Wat voor de Fransche litteratuur geschiedde,
deed de heer Pyttersen ook voor de Engelsche
poëzie en vertrouwde aan miss E. J. Irving, wier
bevoegdheid genoeg bekend is, het samenlezen
van A Casket of Jewels, verzen der negentiende
eeuw, van Wordsworth tot Gosse en Bailey
Aldrich. Grappig is het, in het eerste jaartal
van een boek zoo vol kennis en correctheid, eene
drukfout op te merken (Wordsworth geb. 1870");
men zal haar vergeven ter wille van al de schatten
van poëzie en de collectie useful information"
omtrent de dichters, die miss Irving hier heeft
bijeengebracht. De fraaie uitgave maakt het
boekske uiterst geschikt voor feestgeschenk.
Alpenrozen en G-ensianen is een romantisch
avontuur, dat Koning Lodewijk van Beieren wordt
toegedicht, uit het Duitsch naar Joseph Bajovar.
De Duitsche vertaling van Zola's Li Terre is
te Weenen in beslag genomen; in Frankrijk is
de verkpop van het boek aan de spoorwegstations
v erboden.
Het berichtje, omtrent Zola's La Terre, door
ons vóór de verschijning van het boek uit een
buitenlandsch blad overgenomen, blijkt onjuist te
zijn. De boer Jésus-Christ is op dezelfde wijze
onbehoorlijk als in het feuilleton van den Gfil-Blas;
hij misbruikt de bewuste sluitspier" van het be
gin tot het eind van het boek, tot ergernis van
zijne medemenschen.
Voor de Kinderuitgaven" is dit jaar weer
bijzonder gezorgd. Het is een groot gemak voor
de ouders en gevers, reeds op den naam af, het
geschikste te kunnen kiezen. Louisa M. Alcott
recommandeert zich zelf, haar Goudsbloentpje,
vertaald door O. D. A.," uitgave van P. N. van
Kampen & Zoon te Amsterdam, zet de serie van
zooveel goede bekenden, Op eigen tcielcen en de
overige, voort. Het boekje ziet er keurig uit.
Evenzoo is het met Twee Nichtjes, door
Elisabeth Halden, schrijfster van Hit Nest, dat
zeer in den smaak viel; druk en papier zijn
niet zoo fraai als van het bovengenoemde, maar
er staat zooveel meer iu. De uitgave is van G,
G. Vonk te Haarlem.
Een dichter, die langzamerhand klassiek wordt
voor kinderen en grooten, is J. P. Heije. De firma
P. N. van Kampen en Zoon, te Amsterdam, gaf
eon nieuwe uitgave van zijn Kinderliederen met
een groot aantal gekleurde platen. Het is die
bundel Kinderliederen", waarin men Heije's be
kendste liedjes vindt: De zeven kikkertjes",
Kersentijd", Duifje met je blanke veeren," Zie
de maan schijnt door de boomen," Jongens,
ginder zitten spreeuwen" en zoovele andere, voor
welke onze nationale componisten (Verhulst, Dr.
Viotta, Heinze onder de ouderen, en do jongeren
bijna allen)hun fraaiste melodieën overgehad hebben.
Agape, uitgave van H. C. A. Thienie te Nijme
gen, is een vijftal oud-Grieksche novellen, door
Johannes Flach geschreven, door Dr. W. J. A.
Huberts uit het Duitsch vertaald. Na den antieken
roman, Antinous, Hadrianus, Octavia,
Chrysantheus, was de Oud-Grieksche novelle te wachten;
in deze worden Anakreon, Polykrates, Aesopos,
koning Kleomenes, koningin Berenike enz. ten
tooneele gevoerd.
Van de overige vertalingen ons gezonden, noe
men wij vooral:
Ican de Onnoosele en andere verhalen, door
Leo graaf Tolstoi, bewerkt door Jcanne Iluygens,
uitgave van do Erven Th. Buhn te Haarlem. Het
zijn de treffende kleine verhalen, soms bijna sprook
jes, welke graaf Tolstoi in groot aantal voor weinig
geld in Rusland laat verspreiden tot verheffing
van zijn volk. De stijl der vertaalster schijnt niet
onberispelijk; iu de voorrede vinden wij dezen
zin: Ofschoon door hun locale kleur en hun
bijbelschen stijl door de letterkundigen algemeen
als onvertaalbaar beschouwt, slaagden enkelen
er vrij wel in, om den oorspronkelijke!! tekst
weer te geven."
litus Wettering, roman van Hermanus Heiborg,
vertaald door A. J. van Dragt, uitgave van S.
Warcndorf, vormt twee flinke doelen en is los en vlug
vertaald.
De Koningin der Zee is de vertaling van een
der jongste werken van Clark Russel, bewerkt
door de vertaalster van Florencc's Viertal. Clark
Russel is een dergenen, die op dit oogenblik het
oor van het publiek hebben; zijn interessante
roman, goed getlacht en toch bijna sensational,
verdient het.
Voorjaarsstormen, naar het Hoogduitsch van
Marie Beeg en De erfgename van lïoseneck, naar
het Hoogduitsch van Agnes Willms-Wilder.
Muth, door Tilly, zyn uitgaven van de firma
N. J. Boon, te Amsterdam. Het boek van Mej.
Berg is reeds in tweede nitgaaf, en met een
allerliefst titelplaatje in lichtdruk, naar een tee- . terug te komen.
kening van de schrijfster versierd; minder geed |
gelukt is de plaat, waarmede de Erfgename.
van Roseneck voorzien is. ,
Op de meeste dezer vertalingen hopen w\j later
Schaakspel.
No, 100.
Van HENRI MENDES da COSTA te Amsterdam.
ZWART.
*?... ? ? ?
a b c d e f g h
WIT.
Wit speelt voor en geeft in drie zetten mat.
(Wit 7 en Zwart 10 stukken met K. d4).
De oplossing van Schaakprobleem No. 98 en
tot de volgende week blyven liggen.
INGEZONDEN OPLOSSINGEN.
Juist is opgelost door C. C. W. M. No. 95, 96,.
97, 98 en 99 allen met bis, ter en quater, alsmede
quiuter A en B, C en D. (?*)
Henri No. 99 met de opmerking er een "Witte
Raadsheer ontbreekt. Vroeger is ook juist opge
lost No. 97 bis. ter, quater en A voorts 98, met
ter en quater. H. J. den H. No. 97 met bis,
terquater met A. voorts 98 met bis ter en quater,
allen te Amsterdam.
*) Door ziekte van den Schaakred. waren eenige
oplossingen onder andere papieren geraakt,, daarom.
herhalen wij sommigen..
Ook is juist opgelost door F. A. Ts. te Rotter
dam No. 97 B. Schindler, No. 97 C. Kaiser met
bijvoeging (juist) vaa witten raadsheer c4. No.
97 D. van Schusters en No. 99 van H. v. Duben.
Door Mei" te Amsterdam No. 98 met bis, ter
en quater met dubbele oplossing, voor No. 99 met
B. C met Schusters probleem,
De Tweelingen.
Oplossing van No. l als Zwart begint l ...
e3 c5, 2 a6 c6, c5 d4, 3 c6 c7 f,
g7 g of b.8, 4. g6 g7, K . . . h7 (als 4...
d4 e5; 6, e7 d7, enz.), 5 b.6 g5! d4
b2 (als 5 . . ., d4 X g?; 6. g5 f5 en verder
als in het voorgaande spel.
eeniee correspondentie, moet wegens plaatsgebrek
HET BALKLEED
Hoe druk de nijvere vingers zich weren
tusschen de wolken plisséen kant! En ter
wijl Betsy naait, buigen moeder en zuster Emma
in het lamplicht zich tot haar over en zien be
langstellend toe. Alle drie spreken.
O! hoe heerlijk, weer eens te kunnen dansen
op een heusch bal! Dat geluk hebben wij lang
genoeg moeten missen. De plaats was hier als
uitgestorven, sedert dominee Wildberg elders
beroepen werd... Met anders dan het enkele
Kerstfeest bij de Mulders, met zijn eeuwige
pandvorbeuren en gezelschapsspelletjes die altijd het
zelfde zijn, en die ieder reeds van buiten kent;
en dan de verjaardag van den nieuwen dominee,
die zijn gasten bij die gelegenheid 's avonds ge
regeld op een hoofdstuk uit den bijbel onthaalt..."
En anders niets hoegenaamd niets, zelfs
geen armzalig bal-champêtre. Neen! de laatste
paar jaren zijn hier voor jonge meisjes waarlijk
niet om uit te houden geweest..."
Die laatste paar jaren" waren er acht of
tien...
Maar wanneer de dagen voorbijgaan zooals hier,
de eene precies gelijk aan de andere dan be
merkt men zoo niet, hoe spoedig ze aangroeien
tot jaren
De lente kwam en Betsy en Emma plantten
bloemen in de perken van hun kleinen tuin de
kerseboomen stonden in bloei en de groote vraag
was, of de morellen dit jaar een goeden oogst
zouden geven. Daarna begonnen de rozen te
knoppen, die knopjes ontwikkelden zich van lie
verlede tot rozen en de zusters zaten den
ganschen langen zomerdag in het prieel van wingerd
ranken aan den weg.
Daarbuiten op de velden was volop werk
Voogt en Mulder waren reeds bezig hun hooi
binnen te halen.
Ja! wat gaat de tijd toch verbazend gauw
voorbij!"
De zomer liep ten einde; de laatste bloemen
werden reeds door den herfstwind ontbladerd en
verstrooid <?Emma en Betsy plukten
lijsterbestakken om daarmede gedurende den langen winter
de huiskamer te versieren.
De herfst was nu juist niet aangenaam met zijn
eindelooze regenbuien en eeuwige mist, die den
gezichtskring zoo beperkte, dat men niet eens meer
den molen kon onderscheiden; maar den weg kon
men altijd nog overzien van uit het venster, waar
voor Betsy en Emma beurtelings het plaatsje op de
breede vensterbank in beslag nemen.
Zij kenden elk voertuig in den geheelen omtrek,
de schimmels van Joosten de bruinen en de
bles van Voogt en de tilbury van den dokter; en
naar gelang de eigenaars dier verschillende ver
voermiddelen, op den straatweg hun huis voorbij
kwamen, werden zij besproken; zoodat Betsy en
Emma bijna eiken dag dezelfde woorden over de
zelfde menschen moesten zeggen, uit gebrek aan
stof voor een ander discours.
Het kerstfeest nadert met al zijn kleine gehei
men, zijn kleine verrassingen en kleine genoe
gens en het nieuwe jaar breekt aan. Witte sneeuw
bedekt de velden, de dagen worden gaandeweg
langer en dan dan komt de lente weer.
Ja het is bijna niet te gelooven, dat het
haast dertig jaar geleden zal zijn, sedert die
moeder met haar twee dochtertjes deze woning
betrok En toch woont ze er al ruim acht en
twintig! Emma was even negen jaar en Betsy
nauwelijks vier.
Zij waren bij dominee's goevernante in de
passtorie ter school gegaan; daarna werd Emma
aangenomen, op een goeden dag kwam ook do
beurt aan Betsy en beiden waren volwassen.
Dat waren vroolijko dagen geweest inder
tijd.
Als de studenten met zomer of kerstvakantie
t'huis kwamen, dan was er geen eind schier aan
dauspartijcn, rijtocrtjes, pic-nics,
tooneelrertooningen en pret. En als de heg van hazelaars, achter in
den tuin der pastorie, klappen kon, zou zij moge
lijk heel wat kunnen vertellen: van een kus hei
melijk gestolen en terugbetaald, van teedere
woordjes zacht fluisterend geuit en van bevende
handen, schuchter naar elkander uitgestrekt...
Maar op zekeren winterdag waren ze bij me
vrouw Wildberg gekomen, die met een van
vreugde stralend gelaat, wjjn en koekjes presen
teerde, want pp zulk een gebeurtenis moesten zij
toch eens drinken en eindelijk was mevrouw'
Wildberg gaan vertellen:
Verbeeldt je eens, meisjes mijnOttois ver
loofd !... en een partij, neen maar schitterend!...
toe, neem nog een koekje, Emma 't is werke
lijk een geluk ..."
Emma stortte iets van den wijn, toen zij haar
glaasje tegen dat der gastvrouw liet klinken en
zij en Betsy bleven niet lang. Zwijgend schreden
zij naast elkander op den straatweg voort. Maar
toen zij den kruisweg bereikten, waar een hek
stond, waarachter zij zich verschuilen kon,
zette Emma zich op een mijlsteen neder en
schreide, alsof haar het hart zou breken
Betsy knielde op den bevroren grond naast
haar neder ; zij nam Emma's hoofd tusschen de
handen en weende mee, want troosten kon
zij haar niet.
Het duurde geruimen tijd eer Emma's kramp
achtig snikken bedaarde eindelijk bedwong zy
haar tranen en stond weer op. i
Zeg het vooral niet aan moeder, Betsy zij
behoeft het niet te weten de arme vrouw heeft
reeds zorg genoeg!"
Betsy boog stilzwijgend het hoofd en de zus
ters keerden naar huis terug.
Van dat oogenblik af draaide alles zich om
Betsy de kleine" zooals zysteeds werd ge
noemd. Het was alsof ook Emma haar moeder
was geworden. Al het opgespaarde geld werd ten
behoeve van Betsy alleen besteed; Betsy's toekomst
alleen vormde het onderwerp van hun gesprekken...
Ja, wanneer de kleine" in haar eigen huisje
trekt" en als de kleine" gaat trouwen..."
Moeder moest bij de kleine" komen inwonen
en ze zou het zóó goed bij haar hebben, zóó goed
... Maar Emma wilde ergens als huishoudster of
onderwijzeres voor heel kleine kinderen wel te
verstaan (men behoeft niet zoo heel veel te
weten, om zulke kleine peuzels lezen en schrijven
te leeren) een betrekking zoeken...
Maar in de vakantie zou zij bij Betsy komen
logeeren...
Altijd bij de kleine" blijven... neen! dat wilde
ze niet... een man trouwt toch niet met de geheele
familie... neen, alleen als 't vakantie was dan
zou ze komen...
En de jaren snelden voort.
Betsy's balcostuum was gereed. Zoo sierlijk en
luchtig lag liet daar, voorzichtig uitgespreid op
het bed.
Maar hoe vreemd, dat de uitnoodiging nog
niet komt!" Zij wisten toch zeker dat Betsy ge
vraagd zou worden. Eiken middag zaten zij voor
het venster en zagen verlangend uit of de jonge
doktersvrouw nog niet kwam...
Eindelijk kwam zij eerst twee dagen vóór
het feest...
Betsy kreeg hartskloppingen, toen zij haar reeds
van verre op den weg zag aankomen... De be
zoekster kwam binnen en sprak over ditjes en
datjes, over allen en alles, slechts over de uitnoo
diging niet...
Of de meisjes reeds gehoord hadden, dat Mul
der een nieuwen landauer had gekocht?..."
Ja! zij hadden hem "er in zien voorbijrijden..."
Of ze 't geen schandaal vonden, zoo verkwis
tend als die lui met hun pover beetje geld om
springen ? ..."
De doktersvrouw sprak verder en altijd verder
en zij zaten daar mot beklemd gemoet, wachtende
op bet Bal"
Zij wilde reeds weer haren mantel aantrekken,
toon zij plotseling uitriep: Mijn hemel! ja dat
's waar ook nu zit ik reeds een uur te bab
belen en zou heelemaal vergeten waarom ik
eigenlijk kom !... U hebt zeker gehoord, dat
wij aanstaanden Zondag de jeugd een weinig
willen laten dansen, niet waar? Het jonge
volk heeft er werkelijk behoefte aan ze zou
den 't anders stellig verleeren en nu dachten
wij, mijn man en ik. dat u. juffrouw Betsy, het
misschien wel aardig zoudt vinden, om het
avondje gezellig bij ons te komen doorbrengen
en een beetje naar het dansen der jongelui te
kijken. Wij oudjes moeten wel blijven zitten; de
dansperiode hebben wij achter den rug en onze
cavaliers zijn te lui of te stijf geworden." En dei
doktersvrouw lachte.