De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1888 19 februari pagina 1

19 februari 1888 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

N'. 556 DE AMSTEKDAMMEK A°. 1888 WEEKBLAD VOOE NEDEELAND Ieder nommer bevat een Plaat. Onder Redactie van J. DE KOO en JÜSTÜS VAN MAÜRIK Jr. Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad JVo. 124.) Verschijnt eiken Zaterdagavond. Uitgever: Tj. VAN H O LEEM A, te Amsterdam, Keizersgracht 436. Zondag 9 Februari. Abonnement per 3 maanden f 1.?. fr. p. p. f 1.1& Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar . , . 0.10. Advertentiën van 1?5 regels f 1.10, elke regel meer . . 0.20. Reclames per regel 0.40. I N B O 1T Dl VAN VERRE EN VAN NABIJ. FEUILLE TON: Geoffrey's vrouwtje, naar het Engelsch, (Slot), door E. F. By de plaat. UIT PA RIJS, door A. B. KUNST EN LETTEREN: Het tooneel te Amsterdam, door Alb. Th. Het Théatre Libre te Parijs. Muziek in de hoofdstad, door H. C. P. D. Lodewyk XVIII, door Kiersch. De lotgevallen der Amst. beur zen, door Alard van Amsterdam, beoordeeld door Alb. Th. VARIA. SCHAAKSPEL. Man neke en Menneke, naar het Duitsch, van E. Budde. Voor Dames, door E-e. en A. R. ALLER LEI. RECLAMES. BEURSOVERZICHT. ADVERTENTIËN. Van verre en van nabij. De .Russische gezant te Parijs, baron de Mohrenheim, heen, Maandag bij den heer Floquet gedineerd, in tegenwoordigheid van den president der republiek, de ministers en het gansche corps diplomatique. De Parijsche bladen gaven uitvoerige mededeelingen over het feest; het menu werd in al zijn rijkdom medegedeeld; de toiletten der dames, te be ginnen met dat van Mevrouw Carnot, die steeds met een diadeem in de zwarte haren verschijnt, werden in al haar pracht beschre ven ; de beminnelijkheid van den heer de Mohrenheim en de fijne tact van den gast heer werden om strijd geroemd, en de slotsom is, volgens den Fiyaro: »M. Floquet n'a pas perdu sa journêe". Zeker niet. Op het gewichtig oogenblik, dat de vertegenwoordiger van den keizer al ler Russen zijne verzoening met den ouden Polen-vriend en den minister-president en herbe door een spijs- en drankoffer zou beze gelen, kon men het ministerie-Tirard niet laten vallen. Daarom werd heïkabinet na eerst bij staking van stemmen in de Kamer een ernstig cliec te hebben geleden, door den ijver van acht patriotten voor een nederlaag behoed op dien gedenkwaardigen carnevalsayond. Maar uitstel is geen afstel. Het mi nisterie Tirard kan het niet lang meer ma ken, en dan komt Floquet aan de beurt, wiens Vive la Eussie zijn vive la Pologne heeft doen vergeten. Mogelijk mag de heer Flourens wel minister van buitenlBndsche zaken blijven, vooral nu hij tegenover Italiëeen eenigszins agressieven toon beeft aangeslagen en dus het vermoeiend eenerlei zijner wijsheid en Feuilleton. GEOFFREY's VROUWTJE. 3 naar het Engelsch. (Slot). «Wel, hoe gaat het ?" vroeg hij, met een pijnlijken angst, die zich, hoezeer hij er ook voor trachtte te waken, maar al te duidelijk in zijne stem openbaarde. =»O, goed, heel goed, maar zouden we er nog niet spoedig uit kunnen ?" Opnieuw blikte Geoffrey radeloos in het rond. Zou het misschien aangaan zich een weinig naar links, naar rechts, of waarheen ook te verplaaisen ? Hij probeerde het, maar vruchteloos. Een onbestemd gevoel van angst begon zich onwillekeurig van hem meester te maken. »We moeten nog geduld hebben, lieveling" zeide hij. «Leun maar flink op mij en houd goeden moed." Zijn stem klonk onbezorgd, terwijl hij zijn hart plotseling van ontzetting voelde ineen krimpen. Hoe zou hij haar ooit veilig uit deze woelende, opgezweepte menschenmassa ge leiden, eer zij geheel en al uitgeput was ? Hoe had hij het in net hoofd kunnen halen, haar toe te staan naar huis te loopen ? Hij had moeten begrijpen dat zij het onmogelijk uit houden kon. Anderen ja, die oude mrs. Sinclair, zij was flink en sterk, maar Eva en onze arme GeofFrey vergat geheel en al dat er met geen mogelijkheid een rijtuig te krijgen was geweest, en dat zelfs zijn schoon moeder het nooit aan hem kon wijten dat de burgers ruzie met de soldaten hadden ge kregen. Zoo gaan nog een minuut of tien voorbij. Geoffrey verwenschte in stilte de illuminatie en de soldaten, en de burgers, en zijn eigen dwaasheid, maar veoral de ruwe mannen en nog ruwer vrouwen, die, wat hij ook deed om haar te beschermen, van alle zijden zijn vrouwtje aandrongen en het haar benauwd maakten. bezadigdheid door eene kleine vertooning van chauvinisme heeft afgewisseld. Dan kan de heer de Freycinet, de trait d'union tusschen radicalen en opportunisten, minister van oor log worden, onder voorwaarde, dat hij den onmisbaren generaal Boulanger tot chef van den generalen staf benoemt. Dan kunnen de overige plaatsen worden ingevuld met repu blikeinen van allerlei kleur en geur en Camelinot en Basly zich verbroederen met Ribot en Jules Simon. Dan zal het groote ministe rie der republikeinsche concentratie tot stand komen. »En het bondgenootschap met Rusland wor den gesloten?" Wie weet! Er_^ijn zaken, waaraan men, volgens Gambetta, steeds moet denken, maar waarover men nooit moet spre ken. Hiertoe behooren tegenwoordig in de eerste plaats de herovering van Elzas-Lotharingen en in de tweede plaats de FranschRussische alliantie. De Parijsche bladen be wijzen dan ook zonneklaar, dat het diner van den vorigen Maandag geen politieke beteekenis kan hebben. Immers de heer Von Moh renheim heeft aan tafel gezeten naast de ge malin van den Oostenrijkschen gezant, gravin Hoyos, en zich met haar »levendig en min zaam" onderhouden. Hoe zouden dus Rusland en Frankrijk iets tegen de triple-alliantie in het schild kunnen voeren? Wat al deze teekenen des tijds een weinig bedenkelijk maakt, is de gespannen verhou ding tusschen Frankrijk en Italië. Ook zon der dat de bindende bepalingen der traktaten tusschen Duitschland, Oostenrijk en Itali waren bekend gemaakt, zou het onverschillig zijn, op welk punt van den hemel zich de donderwolken het eerst ontladen. Voor het oogenblik zijn die wolken het dichtst aan de Fransch-Italiaansche grens. De teleurstelling over Italië's aansluiting bij de triple-alliantie is in Frankrijk grooter geweest, dan men wel wil erkennen, en den heer Crispi wordt door de Fransche pers van allerlei kleur d&geiyks verweten, dat hij niets meer is dan de ge hoorzame dienaar van den heer Von Bismarck en dat hij zijn vaderland eene verne derende rol laat spelen. Daarbij wordt aan de Parijsche beurs eene campagne geyperd tegen de Italiaansche rente, die in korten tijd van boven pari tot 92 is gedaald; in de bladen komen daarbij allerlei niet geheel ongegronde ongunstige beschouwingen voor over den alg<jmeénen toestand der Italiaansche finantiën. De onderhandelingen over het hand Istractaat tusschen de oeide landen zijn afgebro ken. Italiaansche arbeiders worden overal Zij had een geruimen tijd stil, zonder iets te zeggen, zich aan hem vastgehouden. Op eens voelde hij hoe haar handen zich kramp achtig om zijn armen knelden, en een ge zichtje wit tot in de lippen toe, werd naar hem opgeheven. «Geoffrey, och, 't spijt me zoo", half snikkend «maar ik voel dat ik flauw zal worden " De woorden troffen hem als een donderslag en deden al het bloed uit zijn gelaat wijken. De onbestemde angst was plotseling tot een afgrijselijke werkelijkheid geworden. Het gelukte hem meester te blijven van zijn stem, terwijl hij op ernstigen, bijna bevelenden toon zeide: «Luister nu goed, Eva. Tracht vooral ^mij goed te begrijpen en doe wat ik je zeg. Zoo op het oogenblik zal er beweging in de me nigte komen, heel vooraan zie ik ze al voort gaan. Zoodra we hier die beweging bespeuren zal er een kort oogenblik eenige ruimte ont staan. Ik zal dan plotseling voor je gaan staan en mij bukken, zoodat je de armen om mijn hals kunt leggen en op mijn rug komen. Ik wil het zoo. Ik zal mijn best doen je weg te dragen, maar dit is de eenig mogelijke manier. De flauwte zal wel overgaan, zoodra ie in de hoogte komt en wat meer lucht kunt krijgen. Goed begrepen?" Zij antwoordde niet, maar knikte slechts van ja. Nog een kort oogenblik en men bespeurde inderdaad beweging. Geoffrey wierp zijn stok ?weg, schoof zijn vrouw «tiet kracht achter zich, en eensklaps met alle macht de voor hem staanden weg duwende, maakte hij ruimte om te kunnen bukken. Hij voelde twee be vende handen op zijn schouders. Goede God, zij aarzelde! Nog een oogwenk, en de oploop van achteren zou hem ter aarde werpen, en zij zouden beide verloren zijn, «Gauw! Gamy!" schreeuwde hij, maar nog eer die woorden zijn lippen verlaten hadden, voelde hij hoe de aar zelende handen zich krampachtig om zijn hals knelden, en met bijna bovenmenschelnke inspanning slaagde hij er in overeind te ko men, trillend als een blad door de zielsangst van dit korte oogenblik van spanning. Maar de druk van die handjes om zijn hals, die last op zijn sterke schouders, schondoor Fraiifche werkgevers ontslagen. In Frankrijk vraagt men, tegen wien de Italiaan sche oorlogstoerustingen en kustwapeningen gericht zijn, toch niet tegen de negers van Abyssinië? In Italiëdaarentegen beschul digt men de Franschen van heimelijke samenwerkinar met de Abyssiniërs. En de heer Flourens, die gewoonlijk de vredestichter bij uitnemendheid is, heeft thans goed gevonden op zijn verkiezingsreis in de onmiddellijke nabijheid van de Italiaansche grens uitdrukkingen te bezigen, waarover hem waarschijnlijk door generaal Menabrea, ramens de regeering van koning Umberto, ophelderingen zullen worden gevraagd. In gewone tijden zou men dit alles als eene voorbijgaande storing rier goede betrekkingen kunnen beschouwen; thans wordt het kleinste incident gevaarlijk. Het Engelsche Parlement heeft zijn arbeid weder opgevat. De troonrede was kleurloos en dor; de belangrijkste onderwerpen werden nauwelijks aangeroerd of' met enkele niets zeggende phrasen herdacht. Wat men van de zijde der regeering niet wil erkennen, blijft desniettemin onloochenbaar: Ireland blocks the way. Niet in dien zin, dat men van de lersche nationalisten weder de bekende obstructionnistische taktiek heeft te verwachten; in tegendeel, de heer Parnell heeft, met eigen aardig leedvermaak, verklaard, dat de Ieren gaarne zouden medewerken, om de bepalingen van het reglement van. orde, waardoor de vrijheid van spreken Ban banden wordt ge legd, nog meer te verscherpen; zij voorzagen, dat binnenkort de coalitie, die thans de meer derheid uitmaakt, minderheid zou zijn gewor den, en wanneer dan een ontwerp werd ingediend om aan Ierland Rome Rule te verzekeren, zouden zij de scherpe resolutie, door de Tories ingevoerd, meêdoogenloos op allen toepassen, die door obstructie de aan neming van zulk een ontwerp trachten te verhinderen. Natuurlijk is dit besluit ten deele frootspraak, ten deeje de uitdrukking van walijk verholen spijtigheid. Er zijn nog geene teekenen, die op eene kentering van het getij wijzen. De eigenlijke bedoeling der Ieren is, het ministerie-Salisbury te laten vallen op een onderwerp van Engelsche wetgeving, waarbij het conflict tusschen de thans vereenigde fractiën onvermijdelijk wordt. En de regeering hoopt die kwade kans te ontgaan. De betrekkingen van Engeland tot de triple-alliantie zijn door de mededeelingen van Lord Salisbury in het Hoogerhuis en van ken hem nieuwen moed. Hij voelde al zijn kracht en vastheid van wil tienvoudig terugkeeren. Jong en sterk als hij was, voelde hij zich uu in staat alles uittehouden en te trotseeren, nu alleen hij te lijden had, en die angstige bezorgheid voor haar van hem weg genomen was. Hij wist niet meer waar hij zich bevond of in. welke richting hij liep; geheel voorovergebogen had hij al zijn op lettendheid noodig om op de been te blijven. Nu en dan moest hij een geruimen tijd ge. duldig blijven staan omdat het gedrang te groot ^yas. Zou de menigte zich dan nooit verspreiden ? Ah! Daar komt ruimte, vooruit, even wachten, een stroom van twee kanten, iets achteruit, weer wachten. Een lang op onthoud, dat hem toescheen eindeloos te zijn. Wat was dat, drong men weer terug? En hij had geen ruimte om zich omtekeeren. Neen, Goddank, 't gaat goed! Een vreugdekreet, die allerwege herhaald wordt, en een algemeen gevlieg. Geoffrey ontvangt een duw in den rug. Hij struikelt, valt op een knie. Groote Gou! Iemand stoot hem met den elleboog in het gelaat. Met de kracht der wanhoop tracht hij op nieuw over eind te komen; een tweede duw, maar toch hij is weer op de been en zwoegt verder. Dikke zweetdruppelen parelen hem op het gelaat en hij haalt afgelbroken en moeilijk adem. Hij kan bijna niet verder. De last, dien hij te torschen heeft, en de gevolgen van zijn val beginnen zich te doen gevoelen. Maar naarmate zijn krachten hem begeven, treedt er een hall werktuigelijke vaste wil om doortezetten voor in de plaats, die zijn zenuwen staalt en hem bijna tot het onmofelijke in staat doet zijn. Het is maar een westie van tijd, hij moet en zal volhouden. Zijn geheele ziel heeft zich vereenigd op n gedachte, het besef', dat hij zich staande moet houden, valt hij, dan neen, hij wil er niet aan denken! Onder het vallen heeft hij zich gekneusd en zijn geheele lichaam is pijnlijk door de langdurige inspanning in zulk een moeilijke houding. Zijn slapen bonzen en er vertoont zich bloed aan zijn mond. Het is of hij een nevel van bloed en stof voor de oogen heeft. Maar toch hij houdt vol met al de taaie wils kracht, die slechts de wanhoop kan schenken. Sir James Fergusson in het Huis der Ge meenten niet duidelijker geworden. Dat En geland niet tot die alliantie was toegetreden en dat het, in overeenstemming niet zijne traditioneele politiek, een slag om den arm houdt, begreep men ook zonder eenige officieele inlichting. Toch schijnen er zekere afspraken met Italiëte bestaan, welke deze laatste mogendheid in staat stellen, om zoo noodig de oppositie van Oostenrijk tegen Rusland's plannen op het Balkanschiereiland krachtdadig te steunen. In Rusland's houding is weinig of geen ver andering gekomen. De pers daar te lande heeft blijkbaar een vermaning gekregen, om uiterst voorzichtig te zijn. Nu en dan noort men iets van een plan om eene conferentie bijeen te roe pen tot regeling der Bulgaarsche quaestie, maar als men dan tegelijkertijd verneemt, dat de militaire bezetting van Bulgarije door Rus sische troepen de basis der onderhandelingen zou moeten zijn, begrijpt men, dat de gevol machtigden der verschillende regeeringen nog wel niet zoo spoedig bijeen zullen komen. De onderhandelingen over eene mogelijke conferentie kunnen intusschen dienen om tijd te winnen. En Rusland zal dien tijd niet ongebruikt laten voorbijgaan. Vandeneenen kant tracht het weer pressie uit te oefenen op de Porte, van den anderen kant steunt het de Bulgaarsche ontevredenen, die niets liever verlangen, dau de tegenwoordige re geering te verjagen en zich in hare plaats ;te stellen. Klaarblijkelijk deinst iedere mogendheid terug voor een maatregel, die een Europeeschen oorlog onvermijdelijk zou maken. Maar het wantrouwen en de spanning zijn zoo groot, dat deze eigenaardige soort van vredelievend heid bitter weinig waarborgen geeft voor de toekomst, zelfs voor de naaste toekomst. AMSTERDAMSCHE BELEEFDHEID. Wie telkens in den spiegel ziet En zich met schoonheid vleit. Beseft de ware schoonheid niet, Maar kent slechts ijdelheid. Dat hebben we in onze jeugd opgedreund en we leerden daarmede eene waarheid kenr.eu zoo groot als een locomotief', eene waarheid, die we als tal van andere waarheden, welke 01 s op dergelijke manier werden ingeprent, een voudig voor kennisgeving aannamen, om daarna over te gaan tot de orde van den dag. Weer wordt de menigte door de eene of andere oorzaak van achteren opgestuwd; Geoff'rey kan niet zoo spoedig mede, verliest het evenwicht en valt voorover op de handen. Hij ziet niets meer. De armen, die nog steeds zijn hals omklemd houden, trillen en sluiten zich pijnlijk vast; een gil van angst doet hem het hart ineenkrimpen. Van uit het duister worden hem een paar handen toegestoken, die hem omhoog helpen. «Courage, Monsieur!" wordt er gezegd, terwijl de handen de zijnen weer los laten. Hij tracht zijn lippen te be wegen tot een woord van dank, maar tiij kan geen geluid voortbrengen, ten minste hij hoort er zelf niets van. Hij kan bijna niet meer; zijn krachten zijn uitgeput. Maar de drukte begint merkbaar aftenemen. Als hij zich nu nog maar een paar minuten op de been kan houden! Werkelijk, het wordt min der vol; een eind weegs verderop kan hij reeds een open plek onderscheiden, maar het is alsof zij voor zijn oogen op en neer golft als de baren der zee ... ?. Nog een oogenblik slechts en hij heeft ruimte om zich heen. Geen drukte en geen gedrang meer. Hij is gelukkig uit de volte geKomen. Half werktuigelijk is hij zich bewust dat het gegons van honderden stemmen hem niet langer volgt, maar nu langs hem heen gaat. Eens« klaps is het als of hij de grond onder zich voelt wegzinken; hij wankelt, stort ter aarde en is onmachtig om op te staan. Maar wat nood, het komt er nu niet meer op aan. Het gevaar is voorbij; de strijd is gewonnen; zij is veilig. Hij tracht zijn loodzware hand op te heffen om de knellende vingers, die hem de keel schier toeknijpen, lostemaken, en nu hij ze aanraakt, ontsluiten ze zich bevend en aarzelend van zelf. Zij is dus niet bewuste loos, zooals hij gedacht had. Hij richt zich halverwege omhoog, en op zijn elleboog ge leund tracht hij den bloedrooden nevel, die zijn blik verduistert, weg te wrijven, ten einde hij haar des te beter zou kunnen zien. Zij is ter aarde gegleden; hij poogt haar met zijn krachtelooze armen tot zich te trekken, en bij het licht der straatlantaarns, dat dof en geelachtig schijnt in de eerste tinten van den aanbrekenden dag, staart hij met ont zetting in het gelaat van een andere vrouw! Een andere vrouw! Een arme verworpene

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl