De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1888 26 februari pagina 6

26 februari 1888 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No.557 4 t- *«? Uit Parys wordt van Maandag geschreven: Gisterea heeft Lamoureux ons op zijn Zondagsconcert «£ .eene nowveautévan belang onthaald, en is er door een groot succes voor beloond geworden. S»int-Saëns heeft een groote ballade van Victor fiogo La fiancée du timbalier, voor groot orkest OH eene. mezzo-sopraan stem op muziek gezet. Het meisje vertelt hoe zij haren bruidegom uit den oorlog terugverwacht. Dan komt e«n prach tige marsen, Votci les timbaliers.'" roept het e, en de pauken komen nadrukkelijk uit. De gaat voorbij en in vier slotverzen vermen, dat het meisje levenloos is neerge stort, want alle paukenisten zijn voorbij getrokken, op n na. In dat slot klinkt de sombere melodie, trelke vroeger de voorspelling van eene waarzeg ster heeft uitgemaakt. Saint-Saëns heeft het moeielijk vraagstuk, zang en orkest, beide voordeelig te doen uitkomen, gelukkig opgelost; hy had het geluk in Mlle Montalba eene uitstekende zange res te vinden, tegelijk onberispelijk en dramatisch. Aan de novelle Srinio, in Van Lenneps Onze Voorouders", is door Mr. M. G. L. van Loghem (Fiore della Neve) een libretto voor eene Hollandscho groote opera ontleend, welke door den heer S. van Millingen te Gouda gecomponeerd wordt. De Handelingen van het 20ste Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres, gehouden te Am sterdam van 15?17 Sept. j.l. zijn bij den uitgever Tj. van Holkema ter perse. Schaakspel. No. 113. Tierzet van H. MENDES DA COSTA, Amsterdam: ZWART. INGEZONDEN OPLOSSINGEN. Juist opgelost door A. P. R. te Haarlem no. 111, Herben, i^tn W. v. H. te Delft met bis; D, D. te Rotterdam no. 112, insgelijks J. A. W. te Gouda. H. J. den H. no. 111 met bis en no. 12 en biste Amsterdam. G. C W. M. te Am sterdam no. 111 en 112 verschillende oplossingen. BRIEFWISSELING. Gothender te A. Is sub probleem no. 112 van de Jong reeds verbeterd. C. C. W. M. Op de proef ontbreekt de tijd ons met onderzoek te kunnen bezighouden. Vol gende week. Probleem Fus volgt in de volgende week. d e f g & WIT. Wit speelt voor en geelt in vier zetten mat. (Wit 5 en Zwart K. d3). OPLOSSING VAN SCHAAKPROBLEEM No. 111. van Frans Herben te Sittard. l b6 bl! e4 X d4; 2 c2 c3 X. K. onv. 3 D. of Pd. f mat. l als boven, e4 e3; 2 f4 e2 X K. onv. ; 3 c2 c4 of bl fl e4 f5; 2 bl - b5 X, onv. 3 b5 e5 f mat. f3 f2; 2 c2 c3 f, K. onv.; 3 bl d3 t mat. anders; 2 c2 c3 f- K. e3; 3 bl el f mat. 1ste prijs in het Tornooi van Aretom. No. 111 is zeer mooi en niet gemakkelijk. Het verdiende een 1ste prijs. ifo. lllbis van Frouw Frohmann. l e3 cl, e3 d4: 2 c6 d5 f enz. l als boven, f5 e4; 2 f6 g4 f enz. l , föe6; 2 cG c3 f enz. l , f5 elders, 2 c6 d5 f enz. l , anders, 2 cl b2 f enz. Ia navoMng van de Schztung en andere schaakbladen, geven wij in hot vervolg de oplossingen M> *ea verkorte manier, zooals die het beste geschikt zal zijn voor het Weekblad, ten einde slaats te winnen. De Ie zet van twee zettingen is voldoende, maar van drie-zettingen, de' twee 'perste zetten enz. De verschillende laatste verdedigings en do verschillende mat zetten moeten de oplossers zelf vinden wat heel goed kan, als men de twee eerste zetten weet. Wij mogen ons verheugen in bekwame oplossers van problemen, zoodat deze maatregel wel geen bezwaar zal teweegbrengen. Bovendien behouden wij ons voor bij ingewikkelde problemen uitgebreider oplosmat. l l l PROBLEMEN. No llSbis 2 zet van H. Mendes da Costa. Wit K. el. D. £7, R. f8 en h7, Pd. a3 en c3 pions, b3 en 'K2 8 Zwart K. e3, R. dl. Pd. h'2 en h5, T. e8, pions b5, d7, e7 en fö, zwart 9 met K. e3. No. 113 ter 4 zet van J. Kohtz en Kockelkorn, te Keulen. Wit K. f l, D. bl, Pd. fö(3), So 'll3quater 2-zet van Jan Dobrusky , te Praag. Uit de pas verschenen Bohoemsche collectie Praag. Wit K. b7, R d8, T. d4, D. g4, pions d2, c4, en b4 (7). Zwart K. e5, B. el, T. f2. *°$*zet- £ó usquater-bis van J. Dobrusky. Wit K. c2, D. e2, T. c6, Pd. bl, (4). Zwart K. a4, *5 en b4, pions b2, en c3, (5 met K. a4). Wit begint in alle deze problemen. __ te -<8 OUD-AMSTERDAMSCHE VERSCHEIDENHEDEN. Herbergen, Muziekhaüen en Damkamers. n. In deze en dergelijke inrichtingen werd op be paalde uren van den dag gespeeld. Er waren er naar ieders gading. Het huys te Sinnelust" zal voor den deftigon burger zijn ge?wêest, eenvoudiger gelegenheid bestond ook voor den eenvoudigen burger, waar hij onder 't genot Tan zijn kanne biers en zijn pijpje verinas van de "bekoringen der muziek genieten kon. Daar zal niemand het hem hebben kwalijk genomen als hem het hart er toe dreef, om zijne gevoelens op meer of min melodieuse wijze lucht te geven. Dat behoorde zelfs tot de wetten van den huize. Of stond er niet aangeplakt, dat ieder, die zich maar iets op de muziek verstond, op zijn beurt ter afwisseling van het vaste artistenpersonuel iets moest ten beste geven? En zulke liefhebbers der muziek zal het aan gelegenheid, om zich te doen hooren, vooral daar niet hebben ontbroken, -«raar de waard zelf de eerste en eenige musicyn ?was. ' Een muziekherberg, zeker niet van den eer sten rang, werd omstreeks 1670 door Richard Hancock- gehouden. Hij was een geboren poorter <ler stad, schoon zijn naam verraadt, dat hij van aengelsche afkomst was. Zijn vader Eduard Han«ock, was met zijne vrouw, Elisabeth Cha, naar de Vereenigde provinciën gekomen in den tyd toen deze dikwijls door troepen engelsche come«lianten werden bereisd, welke de reputatie me debrachten, dat bij hen op de planken goed ge acteerd maar hoofdzakelijk vermakelijk gedanst ?werd,' natuurlijk op de maat der vroolijke dans?wyzen door de musicyns van de troep aan hunne Instrumenten ontlokt. Verschillende van die mu sicyns bemerkende, dat er hier smaak voor hunne kunst was, besloten om hier gevestigd te blijven. Zij associeerden zich om op bruiloften en feest malen te spelen, op verzoek en in gezelschap ran een minnaar serenades en aubades te bren.gen, binnenshuis op vastgestelde uren uitvoerin gen en op andere uren dansles te geven. Eduard Hancock, die de luit hanteerde, had zich met een paar landgenootcn begeven onder de leiding van den in zijn tijd beroemden musicyn Mr. Nicolaas Vallet, een Franschman, die hier zeer gezien schijnt te zijn geweest. Met hem trok hij telkens uit als er ergens muziek werd begeerd. Dat be lette hem niet, om in zijn huis in de Nes waar de Koning van Engeland uithing (later op 'l Rokin bij de Beurs onder het uithangbord do 'Po wer van Londen") en waar hij in zijn vrijen tijd wel de luit zal nebben zitten slaan, gelagen te leggen, helaas niet van den fatsoenlijkston aard. Maar hij schijnt zijn leven te hebben gebeterd. In 't laatst van zijn loven wordt hij althans stadsspeelman genoemd, eene eervolle betrekking, die slechts aan een vier- of vijftal kunstenaars to beurt viel, maar geen schatten opbracht. Bij zijn dood, ongeveer 1654 voorgevallen, verviel zijne nalatenschap althans aan do desolate boedclkamer. Uit den inventaris zien. wij, dat bijna het geheele huis tot de ontvangst van gasten was in gericht. In verschillende kamers stond oen clavecimbcl, en in verschillende kasten waren clavecordos, cornetten, violen di Gamba en luiten op geborgen. Er was dus geen bepaalde muziekzaal in huis, de musicyns zullen zijn rond gegaan in de kamers, waar bezoekers waren binnen gegaan, of op de plaats, waar behalve een toonbank ccnigc steenon tafeltjes stonden en een oestertafeltje, dat het vermoeden wettigt dat de liefhebbers van dit zilte schelpdier ook bij Hancock zich konden tegoed doen. Onze musicyn liet zijn zoon Richard als opvolger in zijn zaak achter. Deze was ook luitenist, maar zijne voornaamste verdiensten kwamon van de tapncring. Wijnen, Socton en bieren kon men te kust en te keur bij hem vinden. Sedert 's vaders kunst van regeeringswege zulk eeno eervolle onderscheiding had ondervonden schijnt het uithangbord meer in overeenstemming te zijn gebracht met 's mans hoogste aspiratiën. Het prijkte met een zangborg, met Pallas en Apollo, met Muzen en musicyns, en met het on derschrift de Vrintschap van Parnas" vergezeld van het volgende dichterlijke opschrift: Parnesses staag omringt van braave ATüsicyns "Wacr dat do Helekon, op 't bootsten is geklavert. En Pallas breyn gesplitst, dut kunst door Wijsfreyd davert En smeeckt door lieüijcbheyt; Apol zyt doch goet mijns. waarmede de dichter wilde zeggen, dat de wijs heid den lof der kunsten en de kunst den lof der wijsheid moest verkondigen. Dewijl de beide god heden hierover voortdurend aan 't onderhandelen bleven, had de wijsheid geen tijd, om spreek woordelijk: in de kan te komen, en daaruit ver klaart zich misschien do toeloop naar Richard Hancocks muziekhalle, waar weldra de volgende Ordere in vrinschap" op het formaat van de stads publicatiën bij de Wed. Tymon Houthaak in de Langestraat gedrukt, werd aangeplakt. Zij begon met vermolding van het gedicht van het uithangbord en vervolgde : Dit is d'inlcyding. tot een vrintschap van Parnas Voor die tot weistant soekt dees plaats te evetiaaren 'tGehoor te dwingen tot een tvek-aar van die snaaren "Waar door die kunst, door kunst, altyt genegen was. Do Musyk sal geselrion, na noen van vier tot tica. Men sal op liallef acht Viejool de gambe hooren. Ten waar den Hospes 't zeyd : zy doent wel naar of vooren, Indien den gunst van dien door weldoen wordt vorsien. Soo iemant de Viejool, of Bas, ot' yets hanteert, En niet een voosje speelt, tot straf zal moete lyen Een kanne Bottel-Bier: offWyn kan hem bevryen. Noch wart door HANKOK dit vando Mousenrs begeert, Al wien dat Pypcn breekt die zal terstont de boet Uytkeeren aan den Baas, dat voor de Pype-stelder. En die het ziet en zwijgt, en melt het niet, die selder Uytkeeren eens zo veel, 011 dat op staendo voet, Laat dit versocck yeschien, Oft dese Vretujhdc-Zacl; En deze ordefc in Vrtnschap meuntincren; Z'io zal Kaacka, wyn, en. Bier, eil Bottel Triumpheeren En de beliuurlijklieyt, schept lucht, door Vreughde-straal. Oordeelt na 't Voorbeelt. Hancock was blijkbaar een man die van ordo hield. Het ging bij hom alles op het uur. Daar van week hij niet af, tenzij in het kennelijke voordeel van zijn musicyns, die zich niet te groot rekenden om bij do bezoekers om een penniiiksken rond to gaan. Voor afwisseling in do muziek instrumenten zorgde hij evengoed als voor afwis seling in de vertering. Bij zijn wijn en bier ver kocht hij ook hard gebakken broodjes, krakelin gen, koekjes en engelsche cakes. Dit behoorde er zoo hij. Daar waren tappers, die groote rekenin gen bij bakkers hadden staan en die van al dat gebak zeer veel verkochten. De Haagsche kookscliool. De Polka. Baltoiletten. Ken En(jelsche actrice. Mrs. Cleveland. Maandag is te 's Hage do kookschool geopend. Vreesde men den vorigen dag, dat het gebouw door vuur zou te gronde gaan, alvorens er een fornuis was gestookt, door verdubbelde krachts inspanning slaagde men er toch in, de zaal weer op den bepaalden tijd in orde te hebben. De brand was ontstaan door het omvallen van de wrijfwas, die op een petroleumstel stond te smelten, het bestuur en de directrice ontvingen nu genoo digden en belangstellenden in eene niet gecireerde zaal. Met een geestige speech van den heer Hijmans van Wadenoyen, een antwoord van den heer Conrad, voorzitter van de Maatschappij van Nijverheid" on eene toespraak van de direc trice, mej. G. Manden, werden do werkzaamheden geopend. Reeds Maandag waren 36 inschrijvingen voor de dames-cursussen ontvangen ; maar mej. Manden legde er in haar kleine rede nadruk op, dat de in richting ook bestemd is, om aan de vrouwen uit de lagere klasse te leeren, een voedzaam maal smakelijk te bereiden. De inrichting, Stille Veerkade 20* ziet er een voudig maar netjes uit. Aan het einde van de lange gang is de loerkouken," een zeer groot vertrek met vier ramen. Men vindt er wit ge schuurde tafels, in den vorm van een hoefijzer, een groot fornuis mot twee ovens, in bruik leen van den heer Sterkman, daartegenover een gaskachel mat een oven, in bruikleen van den heer Blom. en tallooze gereedschap pen, geëmailleerde pannen, vergieten, puddingvormen, etc', op planken gerangschikt, liet ge heel ziet er vriendelijk en netjes uit De direc trice in ambtscostuum, wit mutsje, groot boezelaar, een mes aan een ketting en een band om het middel, waaraan een handdoek en twee wollen doekjes, om de pannen aan to vatten, opende Dinsdag de lessen, met een twaalftal leerlingen en in tegenwoordigheid van drie dames directrices. Voor de leerlingen is ook een der gelijk costuum voorge^chreven, met de voorzichtige bepaling, dat geen gewone spelden, enkel zekerheidsspelden mogen gebruikt worden. De verdeeling der uren is do volgende. Maandag: 's namiddags 2?'VA. Theoretisch en aanschouwelijk onderwijs a ?0.50 per les. 's Avonds 7K?0. Volkskeuken a ? l per maand. Dinsdag : 's voonniddags 10?12. Practische cursus (2 maal 's weeks) ;i f G per maand, 's Namiddugs 2 4. Privaat-les a 1.50 por les. Woensdag: 's voonniddags 11?1. Aanmelding voor de lessen en voor den cursus, 's Namiddags 2?<\%: Kinderen van de Scholen voor Lager Onderwijs 12?14 jaar ;i /'O.(>0 per maand. 'sAvonds l'A?S): Bnrgerpot a ? 2 per maand. Donderdag: 's voonniddags 10?12. Practische cursus f2 maal 's weeks) a ?0. per maand 's Xamiddags 2?4: Privaat les a ? 1.50 por les. Vrijdag: 's voonniddags 10?12. Practische cursus (vervolg van Dinsdag). Zaterdag: 's voonniddags 10?12. Practische cursus (vervolg van Donderdag), 's Namiddags 2?3J4: Meisjes van 12?1G jaar van de Scholen voor Middelbaar Onderwijs i / l per mand. De cursussen van Woensdag en Zaterdag na middag duren elk een jaar, die van Dinsdag en Donderdag voormiddag elk vier maanden. Tijdelijke cursussen voor inmaken, confijtcn. wildbraden enz., worden in de dagbladen en aan de school bekend gemaakt. ledere cursus heeft niet minder dan vier, niet meer dan twaalf leerlingen. De les begon Dinsdag met eenvoudige bezig heden, het koken van bouillon, koolsnijdcn, vleoschlardeeren, meel zeven, paneermeel maken, enz. Eenige vaste voorschriften zijn bij wijze van re glement van orde gegeven, bv. dat drie leerlin gen voor hot vuur moeten zorgen en voor het steeds gevuld zijn van den waterketel, dat geen lepel in het eten mag meekoken, dat een gebruikt ijzeren voorwerp dadelijk na het gebruik moet worden schoongemaakt, en alles, ook pannen enz. door de leerlingen moet 'worden schoongemaakt en op zijn plaats gezet. Het voorbeeld, met het oprichten der Kook school door eenige vooruitstrevende Haagscho heeren gegeven, zal ongetwijfeld met belangstel ling door het geheele land aangezien worden; wij hopen onze lezers zooveel mogelijk op de hoogte te houden van het resultaat hunner po gingen. Het kon met hot voorbeeld der eerste Kookschool wel gaan, evenals de directrice in hare inwijdingsrede noopte dat het met de fijne schotels zou gaan, die hare leerlingen later aan de genoodigden zouden voortzetten: zij sprak de hoop uit, dat deze hun den uitroep zouden ont lokken: Dat smaakt naar meer!" * Met het eind van het Carnaval is de uitvinder der polka gestorven, althans do man, die het eerst den dans te Parijs invoerde, Johann Raab. In het jaar 1840 danste hij zelf voor het eerst dezen Boheemschen pas op de planken van het ThéAtre de l'Ambigu, en geheel Parijs werd ter stond op de polka verliefd. Drie professeurs do danse, die Raab hadden gezien, en meenden in de geheimen van zijn danskunst te zijn doorge drongen, werden apostels van den polkadienst te Parijs. Maar toen Raab vier jaar later weer in Parijs kwam, ontdekte hij met schrik, dat de drie professeurs propaganda gemaakt hadden vcor een namaaksel; het was de onvervalschte dans niet. Johann Raao wist voor zijn protest een stem te vinden; hij kwam zelfs in de mode, Ie pro/esseur de Prague. Voor zijn woning in de Rue Vivienne maakten nu de equipages fils; in drie theaters aan den Boulevard gaf men gelegenheidsstukken waarin de professezir de Prague zijn pas kwam dansen. Raab nam in ruil voor zijn polka uit Parijs de quadrille mede, en importeerde deze met goed succes te Weencn. Hij is thans te Weenen als balletmeester gestorven * * * Apropos van bals komt er uit Weenen een noodkreet, ongeveer in den geest van het bekende: o Sainie Mousseline" van Sardon. Met een japonnetje van wit neteldoek en drie meters rose lint was in vroeger tijd een meisje voor den heelen winter klaar", zegt Clotilde in Sardou's Non Intimes. En nu?" Nu", antwoordt de WTeener dame, nu schijnt de toestand daarheen te gaan. dat op het laatst niet meer de naaister, zelfs niet de darneskleermaker, maar de juwelier de robe's leveren zal. Het laatste carnaval hoctt in dit opzichc al zijne voorgangers overtroffen Costumes met bonte edele en half-edele steenen als overdekt, sleepen met goud- en zilverborduursel waren geen uitzonde ring meer. Waar moet het heen? Dat aan het hof en op de aristocratische bals ware meester stukken en wonderwerken van toiletkunst ver toond worden, wie zal er iets tegen hebben? Maar ook in veel nederiger kringen, op burgelijko bals in menig zoogenaamd gemüthliches Kriinzchen" ruischton do satijnen sleepen, met nu weel of kost baar pelswork omzoomd, met stnüsvederen ver sierd, fonkelden de decants en tabliers van goudborduursel en paarlen netwerk. Onder het tweede keizerrijk, toen de weelde zoo hoog heette geklommen te zijn. kenden de vrou wen van den Duitschen middenstand de kostbare toi letten alleen uit de Parijtche platen. Nu gaan ze zelf in Ktyle Hem-i III of Lovii 'Ireise rond, en bieden hooge prijzen voor oud brokaat en echte kanten, of koopen ze nog duur als namaaksels. Zelfs voor jonge meisjes heeft de eenvoud opgehouden; hot eenvoudigste haast nog is een tuüe rok (rose, lichtblauw, ver t du Nil. crime, soufre) met een fluweelen keursje in dezelfde kleur, maar menigeen had op de tulle een tullen tcMier met gitten, of met borduursel in goud en zijde." Het klagen over do weelde is niet juist nieuw; of er een voorbeeld van bestaat, dat hot gehol pen heeft, is niet bekend. * * * Mevr. Bornard Beer is, naar beweerd wordt, de best gekleede der Londensche actrices. Zij spreidt dit en andere talenten ten toon in de Engelsche Opéra-comiquc, en bestelt haar japonnen bij de firma Russcll en Allen, Ohl-Uond-strect. Deze hoeren leveren echter niet veel meer dan de stof en de versierselen; Mevr. Bernard Beer drapeert zelf haar kleederen, en treedt dikwijls op met oen japon, die, een kwartier te voren nog aan liet stuk" zat, en enkel op een zijden onderrok in elkaar gespeld is. Mevr. Bernard Beer draagt liefst geel, dat haar uitmuntend staat, in alle nuances, citroen, amber, oranje, boterbloem, narcis. In het nieuwe stuk A riane draagt zij in het eerste bedrijf een teagown", sleep van wit crf-pe (Je Chine, zijdrapcrieëi' van dezelfde stof, voorbaan van bleekgeel crfpelissc met rcrcrs van wit crcpc de Chine\ de mouwen van dezelfde stof als de voorbaan, kousen en schoenen goudbruin. In de tweede acte is het costuum kostbaar er. prachtig. Het is van diep oranje zijde, grosyrain. wet een zeer kort corsrtge. De sleep is van rosedagroene zijde met oranje weerschijn, do mouwen evenzoo; een zijden netwerk in dezelfde tint is los om den hals gedrapeerd. Als versiering dienen groote bouquetten muurblocmen, in allo nuances van oranjogeel tot het donkerste roodbruin, de schoenen zijn van de kleur der mouwen. In de derde acte draagt Mrs. Beer een amazonencostuum. waarvoor Doréhaar indertijd de teekening maakte. In de vierde acte draagt zij een bruidstoilet van zacht souple satin ik. Lyon, hoog ter zijde opge nomen, om een rok van dezelfde stot te laten zien, met passementvverk van zilver en nage maakte juweelen. Het corsntje is nauwsluitend, met zilveren kant, sneeuwklokjes en sneeuwvlokjes: hot kapsel draagt diamanten. Haar mooiste costumes draagt Mrs. Beer als Peg Woffington in Masks and faces, maar deze hoeft zij niet zelf uitgevonden: het zijn copieën naai de schilderijen van Lawrence, Keynolds, Gains\,orough en andere meesters der vorige eeuw. * * * Mrs. Cleveland, de jonge vrouw van den pre sident der Vereenigde Staten, geeft in die wereld van millioenen den toon van eenvoud aan. Des

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl