Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No.562
'?k
?BOwden aannemen, zelfs al stelde de premier
5 zich beschikbaar. Mr. Heemskerk Kan niet
anders dan de eerste viool uitgezonderd in
penthnenteele buien, wanneer hij de mando
line hanteert bespelen en de kerkelijken
zouden dus nog iets minder dan niets aan hun
TÏctorie' hebben, indien zij dezen virtuoos in
kun gezelschap opnamen. Hij zou hen
altoos in figuurlijken zin verraden en
verkoopen; terwijl zij er bij waren. Itamers zijn
hart hangt aan. die ne! En nu hij door
'<ijjn Grondwetsherziening, haar in het
ver. derf heeft gestort, zou hij niet kunnen rusten
yoor hij haar weer gered had. Als minister
in een kerkelijk kabinet zou hij moeielijk iets
anders kunnen' beoogen, dan voor de liberale
partij de Tweede Kamer te herwinnen, indien
noodigmet dezelfde ongegeneerdheid waarmede
'hij de Eerste Kamer voor haar behouden
heeft. Van ker/celijken mag men allerminst
verwachten dat zij bij »den duivel te biecht"
zullen gaan!
Kunst en Letteren.
HET TOONEEL TE AMSTERDAM.
Schouwburg Frascati": De M-ikado.
' Op Vrijdag, 23 dezer, hebben de HH. G. Prot
«n Zoon de première gevierd hunner
Mikado"yoprstellïngen; ik zeg gevierd: wAnt de voorstelling
bejindwoordde geheel aan de inspanning en offers,
die de Direktie zich voor de monteering dezer
operette getroost heeft, en aan de billijke
veriwchting van het publiek.
" Hot is niet de eerste Japansch getinte
vertooning, die de Heeren Prot ten tooueele brengen.
Bat ze te rade gingen m«t de ethnografische
noties, die het Koninklijk Zoölogisch Genootschap"
heeft *an te bieden, is niet te verwonderen van
eene Direktie, die de banier der Kostuumkunde
«n in 't algemeen der vereering van kleuren en
lijnen fteeds met getrouwheid ontplooid heeft en
jfae den Beeldenden Kunsten een nadrukkelijke
stem verleent, bij de mist en scène harer werken.
Men weet trouwens, dat men bij den Direkteur
wn Artis", Dr. Westerman, nooit te vergeefs in
?naam der kunst aanklopt. De Heeren Serriéen
Zoon verdienen lof voor de aanwending der mo
dellen, en de Heer Prot Jr. zal te-vrede zijn ge
weest over den harmoniëuzen aanblik, dien de
groepen aanboden in verband met de bizonder
fraaye dekoraties, vooral van den tuin en het
vergezicht achter Ko-koos paleis.
Den Heer I. M. S. Heuckeroth moet het
instudeeren van deze reeks eigenaardige nielodiën een
?? ?kolfjen naar zijn .hand zijn geweest en zoo wel
de uitvoering der obligaatpartijen als der choren,
met hun trissche krachten", zal niet nagelaten
hebben den bekwamen orchestmeester ecnige vol
doening te geven.
Wat nu de uitvoering der hoofdpartijen betreft,
wij onthouden ons van eene bcoordceling dor
muzikale zijdo : de eigenaardige talenten van liet
gezelschap zijn bekend genoeg: maar de drama
tische was bizonder te prijzen.
De Heer Kelly, als opperhofseherprechter", was
onverbeterlijk. In de variatiën van Kokoos aftreden,
na den vermaarden trio in het 2e Bedrijf, nam hij
zelfs een »noM?inei-buiteling op over handen en
yoeten. De Heer Kreeft speelde den Mikndo met
.al den koraischen ernst, dien men met den neo
logisme leukheid aanduidt, en had hut middel der
sterke barbouillage van zijn gelaatstrekken te-recht
Tersmaad. De Heer Kiehl was een kalme Lori
High-every-thing-else. Een weinig meer stem zou
onzen trial niet te onpas gekomen zijn. Hun
'fraaye, respektievelijk hoogere en diepere, organen
deden de Heieren De Keukelaere en Willemsen
plaatsnemen in de rij der goedo Nar-Tii-Foos en
Ksfa-TusUen. Insgelijks een Zuid-Nederlandscho is
Mej. Angélique Parsoons. die, als gast, optrad voor
Yum-Yum. 't Is jammer, dat de tooneel-roetino
'bij Mej. Parsoons niet wat grooter ia. Vooral
-'^an 't slot der strofen van het lieve Lied over
zon en maan, in het Tweede Bedrijf, doet zij
Tennoeden, dat lïeftalligheid van uitdrukking goene
?exceptie bij haar behoeft te zijn.
het voorhoofd en de haren van den kleine.
. Hij verweerde zich, een weinig ontsteld over
die hevigheid; vervolgens zag hij haar nog
maals aan, en dat droevige, schooue gelaat,
?dat de smart gelijk gemaakt had aan die
pijnlijke hoofden, die in steen gebeeldhouwd
.zijn, wekte in dat jonge, zachte zieltje eene
onbewuste teederheid op; hij boog zich naar
haar toe en gaf haar een kus terug.
Toen scheen het haar, alsof een nieuwe
doop haar van iedere vlek gereinigd had.
Toen glimlachte zij weer na zoovele jaren.
En van dat oogenblik af geen gevoelloosheid,
geen verveling meer. Het was een
terugkeeren in het leven na eene lange slaapziekte.
Alle vergeten of geminachte zaken : de zon,
het bloeien der boomen, het gezang der vo
gelen, alles wat voor haar noch stem,
noch licht, noch liefelijks had, daagde met
vernieuwden luister voor haar op. Het leven
in het algemeen bloeide in dat onschuldige
kind weer op; goed_, gezond en begeerlijk.
Zij vergat, dat men in deze wereld haat, liegt,
zichzelven en anderen misleidt, zij vergat dat
men er alle bloemen met voeten vertreedt, ook
die welke met bloed en tranen besproeid zijn.
In hem werd haar geloof herboren ; dank
zij hem, keerde zij weder tot die kleine nede
rige genoegens terug, keerde zij terug tot die
reine gedachteloosheid, die het leven aanneemt
Toor hetgeen het is, zonder in de donkere
geheimen te willen doordringen, zonder die
rekening te vorderen, die in een smartelijk
miet eindigt.
Het jongske en zij voelden en speelden te
?amen, zij was even als hij weer een kind.
Meestal was hij het, die de zaken en feiten
beoordeelde, en zij berustte in zijn oordeel
met gesloten oogen en bewonderde slechts.
?ok was hij het die heerschte, het was zijn
veranderlijke wil, die hunne levenswijze
regel»; maar hij heerschte zachtzinnig. Zij had
In 't algemeen is het kenmerkende waayerspel
en het beminnelijk schoolkleuters-geginnegap der
Engelsche meisjens nog niet het eigendom der
Nederlandsche, al geven wij gaarne aan Mevr.
Nagtegaal en Mej De Boer den lof, waarop zij
aanspraak hebben.
Mevr. Bouwmeester heeft zich, als Katiiha, flink
gekweten; maar het onderscheid tusschen mooi
en leelijk is in iets anders gelegen dan blond of
bruin en. grijzend haar; en zoo als deze Katisha
er uitzag motiveerde haar uiterlijk niet genoegzaam
den komischen afkeer van Ko-ko.
Wat niet weinig tot den goeden uitslag bijdraagt,
die de voorstellingen van den Mikado" kroont,
in den schouwburg Frascati", is de bizonder
goede en gelukkige, tastbaar naar het Engelsen,
bewerkte vertaling, van een onzer beste dichters.
25 Mt. '88. A. TH.
MUZIEK IN DE HOOFDSTAD.
Wie zich den tijd herinneren, dat het inder
daad moeite kostte eene plaats te bekomen op
een der Caecilia-concerten, zoeken vaak naar
redenen om hot afnemen der belangstelling bij
het kunstlievend publiek te verklaren en. meenen
in de samenstelling der programma's, de leiding
of uitvoering der verschillende orkestwerken ver
klaring te vinden van een feit, dat voor de
Maatschappij Caecilia zelve bedenkelijke gevolgen
kan hebben. In de laatste jaren van Verhulst's
directie fluisterde men hier en daar van onge
wettigd exclusivisme, van hardnekkig vasthouden
aan aloude traditiën en de Hemel moge weten
van wat al niet meer, en thans maakt men weer
variaties op andere themas. Ons dunkt dat als
oorzaak voor de mindere opkomst bij de
Caeciliaconcerten alleen kan opgegeven worden de
groote uitbreiding, die in do hoofdstad de
symphonische uitvoeringen hebben verkregen. Het
Paleis-Orkest en de Orkestvereeniging geven eene
zoo groote reeks van concerten, dat een goed
deel van het kunstlievend publiek zich daarmede
volkomen, meent te kunnen tevreden stellen. Wij
zullen de laatsten zijn om te beweren, dat dit
in den haak is; wij trachten een feit te verkla
ren, dat niet meer te loochenen valt en tegelij
kertijd beweringen of stellingen te bestrijden die
voor den ijver en het talent van instrumentalis
ten en directiën minder vleiend zijn.
Tegen den gewonen regel was hot tweede
Caeciliaconcert beter bezet dan het eerste. Kwam
het omdat van verschillende zijc'en de aandacht
op deze uitvoering was gevestigd of wel omdat
aan een soort van feestconcert werd gedacht?
Wij weten het niet, doch verblijden ons hartelijk
over de goede opkomst van het publiek, te meer
wijl de maatschappij Caecilia den steun verdient
van allen, wier hart nog door wat anders dan
door genietingen der kunst wordt bewogen.
Het programma van het honderdste groot in
strumentaal concert was op de volgende wijz
samengesteld.
1. Ouverture voor de opera Genoveva.
R. Schumann.
2. Allegro voor vier strijkkwartetten.
J. B. van Breo.
Muziekdirecteur van 1841 tot 1850
3. Gruss aus der Ferne, Intermezzo voor Orkest
bezorgd, en tevens het bewijs geleverd, dat een
kunstenaar ook in zelf-kritiek te kort kan komen.
Ofschoon Schumann, naar men beweert,
oprechtelijk meende, dat elke noot zijner Genoveva dra
matisch was, heeft de Leipziger kritikus Lobe
terecht opgemerkt, dat zij niets anders dan ein
grosses durchcomponirtes Lied" moest heeten.
Dat de ouverture Tannhauser door het
Caeciliaorkest weder mocht worden uitgevoerd, deed ons
recht veel genoegen.
Over de keuze der symphonie Antar" zalmen
niet eenstemmig denken. Verleden jaar werd zij
door de Orkestvereeniging uitgevoerd. Deze com
positie verbindt zich met een tekst, welks illus
tratie zij heet te wezen, laten wij Kever zeggen,
waarvan zij de stemming, door de lectuur teweeg
gebracht, in tonen tracht weder te geven.
Men kent onze meening over zoogenaamde pro
grammamuziek. Instrumentale muziek leeft haar
eigen leven; en door tonen is het nu eenmaal
niet mogelijk scherp omschreven gedachten of
gevoelens uit te drukken. Is de muzikale compo
sitie zonder de tusschenkomst van het program.
niet te vatten, dan spreekt het van zelf dat haar
beteekenis al bijster gering zal wezen. Daaren
boven dient verzet te worden aangeteekend tegen
elke poging om te 'Schilderen, wat nu eenmaal
door den componist niet voor te stellen is. En
men bewere niet, dat het gezond verstand den
toondichter dat wel zal verbieden. Froberger wil
in eone claviersm'te door tonen o. a. uitdrukken:
wie Einer dem Schiffer seinen Degen reicht und
darüber in 's Wasser fallt", Kuhnau niet meer
of minder dan Den Betrug Laban's durch Jacob"
tot zelfs Seb. Bach Doch, keeren we tot
Antar" terug. De vertelling, welke den
komponist tot leiddraad diende, stond op het programma
afgedrukt, terwijl ook de hoofdmotieven in noten
schrift te lezen waren. Dit laatste vinden wij uit
stekend. Vooral wanneer het werken geldt, die aan
het meerendeel der toehoorders slechts onvolko
men bekend zijn. De jong-Russische school heeft
in Rimsky-Korsakow, Dargomyzski en Cui talent
volle vertegenwoordigers, met wier streven men
dient bekend te worden. Ook op dien grond kon
men verzoend worden met de keuze van het werk,
welks laatste deel ons het meest heett getroffen.
De instrumentatie is op vele plaatsen verrassend;
de componist verkrijgt, dooïcombinatie van ver
schillende timbres, effecten, die men meent voor
de eerste maal op te merken.
Dat do uitvoering van het moeilijke werk
geestdrift wekte, mogen wij niet verklaren; hot
publiek bleef erg koel; als de tekst vermeldt, dat
Antar" in do armen der toovergodin sterft on
ook do muziek langzaam schijnt weg to sterven
waren de meeste toehoorders, toen de laatste
toon verstomd was, nog aandachtig luisterend en
vergaten wellicht daardoor te gelegener tijd het
applaus to doen hooren, waarop dan toch de
orkestleden en hun directeur aanspraak konden
maken.
Over do uitvoering der andere nummers kon
men ook tevreden wezen; de tempi zoowel in
de Tarmhiiuscr-ouvcrturc als in Gruss aus der
Ferno" werden wat langzamer genomen, dan wij
hot zouden wenschcn; doch do heer de Lange
heeft aan het orkest zijne opvatting voor to
schrijven, dio naar zijn inzicht elk werk hot
beste vertolkt. Traditie is niet altijd een be
trouwbare gids, oi althans wat men -traditie ge
lieft te noemen. De Tannhiiuser-ouvcrture, aan
hot einde van het concert, bracht do meeste
warmte in de zaal; het. Triple-concert schonk
een drietal solisten van onbetwistbaar talent
do II. II. Cramor, Bosmans en Röntgen de
gelegenheid om hunne gaven in het beste licht
te stellen.
Aan den lieer do Lange werd veel waardeering
betuigd; men was blijkbaar verheugd hem weder
in staat te zien den dirigccrstok te voeren.
*
* *
Reeds in de elfde eeuw bestond do gewoonte
om gedurende de weck voor Paschen het verhaal
van het lijden van Christus naar de Evangelisten
in dramatischer! vorm te doen zingen. In
Duitschland werden in de 10e eeuw de Matthaeus Pas
sion en de Johannes-Passion voor de hervormde
gemeenten in do volkstaal bewerkt; op
Palmzondag en op Goeden Vrijdag werden zij gezongen.
Men weet, dat J. S. Bach vijf Passionon bewerkt
heeft; doch de Matthacus-Passion en de Johan
nes-Passion zijn alleen bekend; men schrijft
eveneens aan J. S. Bach eene Lucas-Passion"
toe, de beide andere zijn verloren geraakt.
In de hoofdstad is de Matthacus-Passion her
haaldelijk uitgevoerd; zij staat hooger dan de
Johannes-Passion. ofschoon deze laatste vele
schoonheden bevat. De laatste is waarschijnlijk
het eerst op Goeden Vrijdag van het jaar 1724
te Loipzig ten gehoore gebracht. Bach
compo
zijne gouden krullen, zijne sterke beeuen, door ne£ll.°haaF toel,1.lliJ no« to Cöthc? verbluf Meld.
' - ' en verhaalde alle bij- , *'ot ?r]oworking van een gedeelte der
Orkostvereeiuirin
Eerste uitvoering. j
Joh. J. II. Verhulst,
Muziekdirecteur van 18(34 tot 1886.
4. Concert voor Piano, Viool en Violoucel, met
Orkestbegeleiding (op. 5G)
Eerste uitvoering.
Ij. van Beethoven.
5. Antar" Symphonie voor groot orkest.
Eerste uitvoering.
Nicolas Rimsky-Korsakow.
6. Ouverture Tannhauser".
Richard Wagner.
Algemeene goedkeuring heeft het gevonden, dat
de namen van Verhulst en Van Breo op het pro
gramma van het honderdste" concert voorkwa
men. De ouverture Genoveva van Schumann wordt
door onze orkestvereciügingen herhaaldelijk uit
gevoerd ; de opera zelve, onze lezers weten het,
heeft den componist eene bittere teleurstelling
dertig jaar geleefd, slechts met donker uit
gaande, met een gebogen gelaat, waarop zij
meende, dat iedereen eene geschiedenis vol
schande las, en nu ging zij met opgericht
hoofd bij vollen daglicht, het jongske aan de
hand.
Gedurende dertig lange jaren had zij geen
vriendschap aangeknoopt met hare buren,
elke familiariteit vermeden; nu sprak zij ge
meenzaam met iedereen, en liet het kind met
Het programma van Zaterdagavond bevatte de
volgende nummers:
1. Pbantasie fis moll, op 28, Mendelssohn
Bartholdy. 2. a. Nachtlied; b. Winterlied, Mendels
sohn Bartholdy. 3. Symphonische Etuden. Schu
mann; 4. a. Schone Wiegèmeiner Leden; b.
Die Löwenbraut. 5. 2 Rhapsodieën, Brahms. 6.
Lieder, op. 9ö, Brahms: a. Dor Tod das ist die
kühle Nacht; b. Wir wandelten, wir zwei
zusamvnen; c. Er schauen die Blumen; d.
Meerfahrt. 7. Variatiën over eene Hongaarsche
Csardas, J. Röntgen. 8. Liederen: a. Einst
wohnte süsse Ruh, Cath. van Hennes, b. Es war
ein alter König, Coster. c. Ein einsames Grab,
Frans Coenen. d. Der zürnende Barde. e. Gloeiend
gesmeed, E. D. Pijzel.
De beide solisten brachten het programma met
veel talent ten gehoore. De pianist is niet al
leen technisch zeer ontwikkeld, hij is van top tot
teen musicus en speelt zijne nummers met ziel
en lichaam beide, zonder er zich over te bekom
meren of zijn houding en gebaren den hoorder
kunnen afleiden. Wanneer hij een componist vol
komen begrijpt, is hij in de vertolking van groote
duidelijkheid; hij weet zich zelfs niet altijd in
uitdrukking te matigen.
De heer Messchaert was zeker somber gestemd
toen hij zijn programma samenstelde. Gelukkig
dat aan het einde de twee liederen van Dr. E.
D. Pijzel, met een schalkschen tekst en zonnige
muziek de stemming wat kwamen verhelderen;
zonder dat hadden de meeste hoorders naargees
tige droomen gehad. Doch met Gloeiend ge
smeed" en Bekeerd" trad men weder het wer
kelijke leven in, waar ook het zonnetje wel eens
van achter de wolken te voorschijn treedt, als
men ten minste den dichter van Le Renouveau
wil gelooven.
Le temps a laissiéson manteau
De vent, de froiduro et de pluye;
Et s'est vêtu de broderye,
De soleil riant clair et beau."
Dat de lente spoedig hare joyeuse entree"
kome doen nu de zonnestralen vroolijk langs
Amstel en grachten spelen en in aller harten de
heerlijkste gevoelens wekken!
* *
*
Het heeft ons voor Fraulein Kathi Bettaque en
don Heer Ernst Skalitzky uit Breinen leed gedaan,
dat de zaal van het gebouw der Maatschappij
voor den Werkenden Stand bij het concert door
deze kunstenaars gegeven, wier naam zoo'n goeden
klank heeft, zoo slecht bezet was. De violist kon
zijn wrevel slechts met moeite verbergen, en ver
gat, dat de toehoorders, die in de zaal waren,
eigenlijk een prijsje verdiend hadden. Dit is alleen
een gemis aan zelfbeheersching geweest, dat aan
kalmer lieden, dan artisten plegen te wezen, wel
eens moet vergeven worden. Het spel van den
vrocgeren concertmeester van het Parkorkest, was
in vele opzichten voortreffelijk. Zijne techniek
is zeer fraai ontwikkeld. Hij maakt zich nimmer
schuldig aan effectbejag en speelt met waardigheid
en distinctie. Wat hem eeniïszins ontbreekt, is
innigheid in de voordracht Hij hooft een bepaalde
voorkeur voor eenige concertnummers; en in dat
opzicht is hij, na lango afwezigheid, zelfs niet
het minste gewijzigd. Behoeven wij nu te
vermelden, dat het adagio uit het !)e concert
van Spohr, de Polonaise van Laub en de
Ungarische Tanze van Brahms op het programma
voorkwamen V Het publiek was met zijn spel zeer
ingenomen. Mej. Bottaque zong met veel opge
wektheid en in het algemeen met goede voor
dracht. Hare stemmiddclen klonken in het
bovenregister wat schel, de aria uit Lorelcy van Max
Bruch deed het vooral uitkomen. De beide liede
ren van Schumann Der Nussbaura en
Mondnacht schonken veel genot, vooral het eerste;
terwijl het Madchcnlied van E. Meyer-Helmund
met. do haur aangeboren schalkschheid werd .ten
gehoore gebracht en hartelijke toejuichingen ver
schaften aan eene kunstenares, op wie het bittere
woord Loin des yeux, loin du coeur" niet licht
van toepassing zal blijken.
* *
*
Ten slotte eene kleine mededecling, die onzen
knnstlievendon aangenaam kan wezen. Onder do
leiding van den lieer Samuel de Lange, zal door
de Afdeeling 'sllago van de Maatschappij tot
Bevordering der Toonkunst, op 8, i) en 10 Juni
een muziekfeest gegeven worden, waarbij o. a.
Israël in Egypten van Handel.Ein feste Burg van J.S.
Bacb, Psalm 114 van Mendelssohn Bartholdy en de
9e symphonie van L. >an Beethoven zullen wor
den uitgevoerd.
Wij vertrouwen dat de leden van dn
Amsterdamscho Afdeeling van hunne belangstelling ter
gelegener tijd blijk zullen geven.
H. C. P. D.
iedereen bewonderen en verhaalde alle bij
zonderheden van zijn leven.
De uren overdag waren mijnheer niet vol
doende, nauwelijks opgestaan moest men zich
met hem bemoeien, sjoelen, historietjcs vertel
len ; en wat wist hij ze goed te onthouden.
Wee als men zich in een woord vergiste, da
delijk wist hij het te verbeteren. »Necn de
weerwolf zei zoo, de wolf stak den poot uit,
niet den kop." y^il\ ccl1 geheugen. En
dan moest zij zijn jurkje strijken en opmaken,
en zoo moest zij tot twaalf, ja soms tot twee
drie ure waken. Maar dat vond zij niet
onaangenaam.Van tijd tot tijd was er wel een beetje ruzie,
dan stampte hij met zijne voetjes en dan was
Grootma uit haar humeur, maar dat duurde
niet lang. Het eindigde daarmee, dat zij beiden
berouw hadden, zichzelven beschuldigden el
kander weer omhelsden, belovende dat het
nooit weer zou gebeuren, en dat zij altijd
goed op elkander zouden blijven.
O, goede God! /ij hadden gezegd altijd, en
nu was hij op het punt van te vertrekken.
Met haar geluk was liet uit, alles verloren,
alles verwoest.
Nog was /.ij de mama, de voorzienigheid,
de eenige liefde van dat aanminnige kind:
om hem was zij goed geworden, met de
heiligheid van een achtenswaardigen ouderdom
bekleed.
(Wordt vervoldg).
de dames Fillungcr on Esser, de
IHI. Hogmaus en Messchaert werd do
JohannesPassion in de Nieuwe Luthersche Kerk voor een
talrijk publiek door do vercenigde
Remonstrantsche on Luthersche Koren onder leiding van
Daniel de Lange uitgevoerd. Vooral do Koralen
klonken voortreifolijk en maakten veel indruk. De
andere Koren waren niet even gelukkig. De
solit-ten kweten zich met talent van hunne taak;
de Hr. Rogmans o. a. zong zijn vermoeiende partij
tot het einde met een f'rischheid van orgaan, die
bewondering wekte en met zeer goedo voor
dracht. De begeleiding-strijkorkest met houten
blaasinstrumenten sloot zich over het alge
meen goed bij den za,ng aan; kortom, do totaal
indruk was zeer gunstig en do belangstelling van
het publiek bleef den geheelon namiddag de
uitvoering duurde tot na 4 uur onverzwakt.
*
* *
In Fel is Mcritis sloten de IIII. Röntgen
en Messchacrt de reeks hunner muziekavonden,
die aan zoovelen werkelijk kunstgenot hebben
verschaft. Wij weten dat de Kamermuzieksoirécs
een gedeelte van hun gewone publiek hebben
moeten missen, waarschijnlijk ten gevolge van
deze muziekavonden; misschien kan het bestuur
met de ervaring, dezen winter opgedaan, zijn
voordeel doen en zooals wij het reeds vroeger
hebben aangeraden, meer afwisseling in de pro
gramma's brengen.
l
GescJiieilenia der Noord-Nederlaiwhclie Let
teren in de XlXe Eeuw. In Buyrapliieën.
en Bibliographieëii. 1330?1880. Door Dr.
Jan ton' Brink. Iloogl. aan do Rijks
universiteit te Leiden. Amsterdam. Tj. van.
Ilolkema. Gent, J. Vuylsteko. 1887.
Tot de voortreflijke Regeeringsdadcn, die onder
het bereik van mijn oordeel vallen en. naar ik
vertrouw, ook binnen den kring mijner
tocjuichingsbevoogdheid, behoort do benoeming van Dr. Jan
ten Brink tot lloogleeraar aan de Lcidsche Uni
versiteit. Ik ben, wel is waar, niet bekend met
zijn auditorium, maar ik ken den Leeraar dos to
beter on bet optreden van Jan ton Brink in de
kollogiekamcr onzer letterkunde, kan niet nalaten
een gezegend lan aan de artistische weten
schap to geven.
De Heer ten Brink voelt diep, dat de plechtige
nadruk, waarmee sommigen van de Wetenschap"
spreken, uit niets anders voortkomt dan uit een
soort van fctisch-dienst, welke men der theorie,
ten koste van de kunst, het geraamte, met ver
onachtzaming van het levende lichaam, gewijd
heeft. Hij betreurt als ik, dat wij geen beteren
naam voor ons bedrijf en het voorwerp onzer
liefde en onzer bespiegelingen hebben dan dien vaa
Letterkunde, dien we trachten zin on redelijkheid
bij te zotten, door hem tot den term letter
kundige kunst" uit to breiden.