De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1888 1 juli pagina 6

1 juli 1888 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No.575 f' «t»,Hoe bedoelt ge dat?" '?By dag of alleen bij avond?" Laat mij eens nadenken Ik geloof, alleen ^ ?avond." Dus slechts bij lamplicht l En dan wilt gij 'J%6»lissen, of zij knap is of niet? Weet gij dan ;*iet, dat een beschaafde, dat wil zeggen een met ?aak jekleede vrouw een monster zijn moet, om bügaslicht leelijk te schjjfcen? De vrouwelijke .schoonheid, die men op bals en soirees bewondert, '-Ï8 slechts het effect der verlichting. Knoop dat }n uw oor " Ik gevoelde mij beschaamd en boog het hoofd. Ik wil hopen" zeide mevrouw Harting na een poosje, dat gij van de hoedanigheden der ziel Y«n uw ideaal beter op de hoogte zijt, dan van die van haar lichaam." Zeker, zeker!" bevestigde ik met vuur. Laten wij dus met den geest beginnen," stelde Mevrouw Harting voor. Later zullen wij tot het gemoed overgaan." Ik verklaarde met die indeeling genoegen te nemen. Is zij beschaafd ?" vroeg mevrouw Harting. Buitengewoon," ai-twoordde ik. Zy spreekt dus fa na A?" Ik knikte. Engelsch ?" Ja." Italiaansch?" Ja." Speelt piano? Ja " ^Schildert ?" Ja." Maakt verzen?" ft geloof het wel." Waarom gelooft gjj het?" Ik weet het." Hoe weet gij het?" Jij zeide het mij." Och! En toch waart gij zooeven van meening, bet slechts te moeten gelooven.... hebt gij met haar ook over literatuur gesproken?" Herhaaldelijk. Zij bezit op dit gebied groote kundigheden." Evenals op elk ander, niet waar?" Inderdaad, zij weet fabelachtig veel. Ik vrees, zelfs meer dan ik." Zoo! En bezit zij ook" mevrouw Harting zocht naar een passend woord -?om.... laten wij zeggen: oordeel?" Gij bedoelt, of zij in staat is, zelfstandig te oordeelen ?" Ja, dat meen ik." Ik geloof, dat zij daartoe in staat is." Ei, gelooft ge al weer ? Met zekerheid kan ik dat onmogelijk beweren. Maar dikwijls heb ik van haar oordeelvellingen vernomen, die juist, verstandig, ja zelfs geestig ?waren." En hebt gij ooit gehoord, dat zij een meening u'tte, die op eeno in 'toog loopende wijze van de algemeen heerschende verschilde?" Dat kan ik mij niet herinneren." Mevrouw Harting hief beide handen in de hoogte, alsof zij mij wilde zegenen, en liet ze vervolgens jnt, onbeschrijflijke matheid in haar schoot val len, waarbij haar gezicht een uiterst medelijdende uitdrukking aannam. Met den geest" zeide zij, zijn wij nu geluk kig klaar. Laten wij dus tot het gemoed overgaan." Ik gevoelde mij hoe langer hoe minder op mijn gemak en zeer duidelijk had ik een gevoel alsof de aarde onder mijne voeten zachtjes begon te beven, welk gevoel zich tot in de toppen mijner vingers voortplantte en mij vervulde met een on zekerheid, die aan hulpeloosheid grensde. Mevrouw . Harting deed, alsof zij van mijn toestand niets merkte. Nu, spreek dan toch," drong zij, of weet gij ?weer niet?" Ja, ik weet weer niet " Waarmee gij zult beginnen? Eiribarras de richesse ?.... Goed, ik zal weer vragen. Misschien gaat het dan boter Heeft de dame, wat men een goed hart" noemt?" Een warm, gevoelig, edel hart." Waaraan hebt gij dat gemerkt/' Aan het trillen harer stem, aan het vochtig ?Worden harer oogen, wanneer er sprake was van het ongeluk van anderen." En doet zij ook wel iets, om zulk een ongeluk te lenigen?" Zij.... zij.... of zij ook wel iets doet ?" Ja, om door goede werken haar goed hart te toonen...." Ik moot bekennen Maar 't is waar ook! Kort geleden nog zeide zij mij, dat zij gaarno rijk zou willen zijn rijk genoeg, om allo el lende uit do wereld te verbannen." Een vrome wensch. Zij is dus niet rijk ? Neen." En dat is alles, wat gij van haar goed hart ?weet?" Lieve mevrouw, hoe zou ik er meer van te weten hebbon kunnen komen ? Het is mijn zaak te vragen, de uwo te ant woorden .... Maar nog iets! Is zij oprecht ?" Ik goloof het wel." Gij met uw eeuwig gelooven! Gij moet weten, mijn waarde, weten! Heeft zij u ooit iets onboloefds gezegd?" Maar, ik bid u, het is toch geen gewoonte, dat jonge dames " Onbcleefdheden zeggen? Zeer zeker niot Maar het behoefde ook niet zoo erg geweest te zijn. Alleen maar een flink, open, onverbloemd woord, in toon verschillend van de wijze waarop men zich in gezelschap pleegt uit te drukken." Haar teedero, bedeesde aard zou dit niet gedoogen." Hm, heeft zij vriendinnen?" Zeer vele." Voortreffelijk. Dat is een bewijs van een rijk gemoed. . . . 'En zijn er ook mcnschen, die haar onaangenaam zijn?" Zeker." Is zij gewoon, zich over zulke personen uit te laccn ? En hoc ?" O, op een zoer fijne, treffende wijze." Geestig?'' Zeer geestig." In scherpe, puntige bewoordingen?" O, op onbetaalbare wijze. Zij heeft werkelijk menschenkennis, die kleine. Wat heb ik onlangs gelachen, toen zij over de dikke vrouw van den hofraad Wiesberg" Nu ?" Ik zal het maar niet herhalen. Het is niet goed, dergelijke dingen verder te vertellen." Zoo, zoo. En waar was dan bij die gelegenheid de teedere, bedeesde aard gebleven?" Mevrouw Harting had haar hoofd half ter zijde gebogen en keek mij ter sluik aan. Ik voe:de haar blik, maar waagde het niet, dien te beant woorden. Wrevelig beet ik mij op do lippen. Verduiveld, daar had ik mij weer netjes laten vangen! Mijn vriend," zeide mevrouw Harting, na een poosje nagedacht te hebben, gij zijt een licht zinnig mensen. g\j denkt er ernstig over, naar de hand van een jonge dame te dingen, die gij in salons hebt lecren kennen en alleen in salons gadefeslagen hebt, van een jonge dame, die noch nap is " Maar, lieve vriendin ! " Noch de ware beschaving bezit.'' Waarde mevrouw! " Noch uitmunt door goedheid van hart!" Ik moet " Gij moet mij nog slechts den naam uwer uit verkorene mededeelen." MevrouwHarting bekeek opmerkzaam hare vinger toppen, zonder zich het minst om mijn tegenstrib belen te bekommeren. Ik stond op en liep opge wonden heen en weer. Na een poosje bleef ik staan. Zijt gij dan werkelijk nog verlangend, dezen naam te vernemen?" vroeg ik bedeesd. Zeer verlangend," antwoordde mevrouw Harting, Nu dan " Ik noemde haar den naam. Zij leunde in haar stoelvachterover on begon zoo hevig te lachen, dat zij er van schudde. Onthutst zag ik dit aan, terwijl zij telkens opnieuw de banden in elkaar sloeg. Hot duurde lang eer zij weer recht op haar stoel zat met een ernstige uitdrukking op haar gelaat. O, mannen, mannen!" zeido zij halfluide, als tot zich zelve, waarover geraakt gij in verruk king! Hoe weinig is er voor noodig, om u het hoofd op hol to brengen! " Daarop wendde zij zich mot een eenigszins hoogmoedige bewe ging tot mij: Wilt gij mijn oordeel over deze dame ver nemen?" Ik verzoek er u om." Kort en bondig?1' Kort en bondig." Zij is alledaugach. Dat zegt alles." Alledaagsch? .... Maar dat zou toch nog?" Geen gebrek zijn. wilt gij zeggen. Maar bet is ook geen deugd. Of stelt gij belang in hetgeen niet belangwekkend is? Houdt gij van cijfers, waarmee men niet rekent? Bemoeit gij u met pasmunt?" Nu volgde er een poos van stilte, die mij mot ieder oogenblik drukkender toescheen. Ik ge voelde, dat ik iets moest zeggen en ik deed het eindelijk. Is mijnheer uw echtgenoot tehuis, Mevrouw?" Wilt gij liem spreken ? Met genoegen!" Mevrouw Harting knikte mij welwillend toe. Ik boog en kon gaan. Spoedig daarop zat ik in de studeerkamer van mijn vriend on klaagde hem mijn leed. Ik ver telde van mijn liefde en deelde hem uitvoerig mede, hoe hot mij bij zijn vrouw gegaan was. Harting hoorde mij kalm aan. Toen ik mijn hart uitgestort bad stond hij op, ging naar zijn boekenkast, nam er een deeltje van Goothe's werken uit en begon daarin te bladeren. Wat doot ge?" vroeg ik verwonderd. Zonder te antwoorden bladerde hij verder, tot hij de plaats gevonden had, die hij zocht. Lees dat eens!" zeide hij en reikte mij het geopende boek toe. Ik las: Van do verrukking, dio mon voor eenigo vrouw gevoelt, moet men nooit in vertrouwen tot eene andere spreken; zij kennen elkander te goed, om elkander zulk eene uitsluitende vereering waar dig te keuren." Nadat ik den zin herhaaldelijk gelezen had, sloeg ik peinzende het boek dicht. Hebtge mij anders nog iets te zeggen, Harting?" Anders niets." Ik gaf bom de hand en ging heen. Van mijn huwelijk is natuurlijk niets gekomen. daartoe een aantal leerlingen naar de Friedenskirche en het oranjeriegebouw gezonden, om daar eenige der fraaiste kransen te schilderen en te schetsen. Vijftien stuks worden uitgekozen, -onder welke een der fraaiste is, een palmtak van 2 meter hoog, aan welks steel, in een bouquet van rozen en orchideeën uitloopend, eene koningskroon van witte bloemen is aangebracht met een satijnen strik, waarop: Aan keizer Friedrich III?George, Koning van Tonga. Voorts werden de rijke zen dingen der uitschors in Brazilië," dor Duit schors te Parijs," der Duitschers to La Paz" (Bolivia), van de familie Ohly te San-Homo," van prinses van Slceswijk-Holstein uit Glatz, van de dankbare stad Wiirzburg",en anderen afgebeeld. Do barones Wilhelm von Rothschild zond een prachtig arrangement van cycaspalnien met twee bouquettou van orchideeën en witte rozen; de vrouwen on meisjes van Giogau oen bloemenstrik van palmen, rozen en cdehvciss (oen combinatie die aan Heines Fichtc" die van een palm droomde, doet denken), hot Bonner studentencorps een groot ovaal van lauweren, waarop een bouquet van Malmaisonrozen, waterlelies, varens en waaierpalmen, gegroepeerd was. Do keizerlijke familie zal ook zelve een album laten maken met photographieën van de iraaiste bloemgeschenken; daarna zullen deze in een zaal van het kasteel Fiïedricliskron tentoongesteld worden. * VOOU DAMES. Coivlolr.antieljvieven en fjraf kransen. jVo</ (jri-aiid-Prix-toilctten, J'rinsei Meiternicii. ??? WinJie/jiijfroiucen. Onder de telegrammen, door keizerin Victoria na het overlijden van haren man ontvangen merkt men deze drie op, uit Windsor, uit Rome on uit Madrid. De koningin van Engeland schreef, wel wat overdreven.: Uw man hooft don laatsten glimlach van mijn loven mee in het graf geno men"; koningin Margherita schreef: Waar allen wcenen, is ieders smart verminderd. Laat uwe smart bedaren; hot heelal woont met u." En koningin Christina van Spanje: Do hemel is meedoogonloos; do twee mannen, die weinige jaren geleden, jong, sterk on gezond, aan mijn tafel zaten, Alphonsus on Friedrich, zijn niet meer.'' Een der laatste regecringsdadon van Keizer Friedrich was, naar do Vossiselie ZcituiH/ ver meldt, het vcrlcenen van oen pensioen van 8000 mark 'sjaars aan mevrouw Fröbel, de wcdtiwo van don beroemden paodagoog, die te Hamburg woont. Naar do l'ost vermeldt, hoeft men veel moeite gehad om aan den kleinen prins, Wilhelm, het zesjarig zoonije van don nieuwen keizer Wilhelm II, duidelijk te maken, dat hij door den dood van zijn grootvader nu kroonprins van hot Duitrijk geworden was. Steeds nog is Grand Prix; om men niet uitgepraat over don eenigzins in Ie mouvement te blijven, zijn wij wel genoodzaakt nog oenige van de moest opgemerkte toiletten dezer onmetelijke mode-tentoonstelling te bespreken. Nog nooit, werkelijk nooit," schrijft een der verslaggeefsters, is zulk eene menigte van werkelijk fraaie toilet ten te kijk geweest, en wat zeer merkwaardig is, zij muntten ditmaal niot uit door excentriciteit in snit of kleuren, zelfs niet bij do dames, die door haar toilet reclame trachten te maken voor haar persoon, maar door uiterst fijnen l smaak en elegante." Het was bijna alsof er een wedstrijd der toiletten naast dien der paarden gehouden werd. Wie zou den (jmn,d-)>rix dan behalen? De meerderheid dor smaakvolle ken ners zonden hom toegewezen hebbon aan het lichtblauwe toilet, door eene brunette gedragen; mon beweert echter dat do verblindende schoon heid dor draagster hierin meetelde, on een ander toilet, zalmklcur met lichtgroen, van eene blon dine, oen cvon elegante vrouw maar minder conc bemité, cigonlijk sierlijker was. Do blondine droog op een zalmklourig zijdon onderkleed ecu gazen overkleed van dczclido kleur, mot borduurwerk en relief in de nieuwe kleur vert sanli'. Een pompadour lint, ,'50 centimeter brood, omsloot de taille on viel in lange strikken on einden van achteren op den rok. Van dit lint. dat aan iedcron rand een streep groen moiréhad van ;! centimetor breed, en in het midden op lichten grond groote, bonte, maar als 't ware weggewasscheu bouqiictton, chinézooals men vroeger zeide, diende eeno smallere soort van den elleboog ai' als rand voor de nauwe mouwen. liet bovendeel dor mouw was van licht ingehaald gaas. Parasol van wit crfpe T/i'.sw op zalmklcurige voorin»', met strik van vert ftnuk aan de punt, don stok van licht gelakt hout met do bloemen van het cJaui' beschilderd. Broodc rondo hoed van gooi stroovlcchtwcrk, van voren mot groote to".fl'e van groene on zalmkleurige struisvoercn on eenige goudgele en Isalfrijpo koornaren, naar achteren yallond; hand schoenen van zeer licht peau de Sut'de. Nu het lichtblauw costuum: moire anliqucmnt borduursel op zijdsn gaas. De poloiiidac, van achteren gehcol glad, en do mouwen waren geheel van moire anliqtic; over do gladdo voorbaan van de rok viel oen brecdc volant van licht gaas, rijk mot bonte matgckleurdo zijde geborduurd. Hut corsfiye was van voren met hetzelfde Borduursel op gaas, allerliefst gedrapeerd, versierd. De grooto rondo hoed van Italiaansch stroo. alleen uit een broeden rand zouder bol bestaande on het don kere haar der draagster vrijlatend, was van bin non en van buiten met sneeuwwitte struisvecrnn gegarnccrd. Parasol van licht geplooid wit cn'pe j Zi'sjfe, waarvan do garneering mot lichtblauw lint, drie rijen moire, dicht bij elkander, om don rand van don parasol, bijzonder smaakvol scheen. Dit waren slechts twee uit de talloozc scnsatiotoiletten. Do hertogin S. droog wit Engelsch voile; do lange tiiniqne eindigde in eene 4(1 eentimotor brcede zwarte kant, waarop kleine roosjes geborduurd waren; do kant was niet aangezet, maar hot patroon, van boven uitgeknipt, op do witte stof geappliccerd, hetgeen zeer rijk stond; een ceiutiire Mt'dicis werd gevormd van twee brocde linten, rood en zwart; de bood van wit rijslstroo, had een ton/je prachtige zwarte struisvoeren. Do schoone madame Gaiitliercau had maisgool créjis de c/tinc, rijk mot bordiumvcrk in dezoffde kleur bedekt, en zeer origineel gedra peerd: aan do linkerzijde geheel van don hals at' tij n gcplisscord, aan do andere zijde alles glad. Eene zeer elegante, zeur beroemd.; actrice droeg licht blauw moire autir/ite. versierd mot zacht genuanceerde kralen franjes en een arrangement van <7i!«7(C.s.-'e-kant zoo rijk on artistiek, dut men meent dat hot oen gohoolo clullc van kostbare oude kant is, dien zij er over gedrapeerd hooit, j De boa is dezen winter zoo in gunst geweest, dat de elegantes hem niet willen opgeven; zij laten hem nu niet uit pelswerk maken, maar uit luchtige. kant, zwart, wit of cru, gemengd met puntjes smal satijn lint in dezelfde kleur, Zoo zal hij tot de strandtoiletten behooren; heeft men hem niet om den hals noodig, dan hangt hij los en gracieus om de schouders, zooals de charpe op de por tretten van Mad. Rccamier en de andere schoon heden van 1815. * * * Do vrouwennaam, dio bij alle feesten te Weenon het eerst genoemd wordt, is die van prinses Pauline Metternich, eene oude leelijke vrouw, maar elegant, met Ie diable au corps en de l'esprit comme quatre ; dit laatste zeido mon in haar bloeitijd te Parijs en dit is nog toepasselijk. Unsere Panline", is de afgod der Ween er waschmoisjes, der Weener straatzangeressen en vigilante koetsiers. Ook wanneer or van die Fürstin" zonder moor gesproken wordt, is prinses Pauline Metter nich bedoeld. Haar grootsten triomf op straat vierde zij verle den jaar bij het groote bloemenfeest, door haar gearrangeerd, en waar zij do heldin was. Zij boog rechts en links als een gekroond hoofd, terwijl zij tusschen de rijen van de jubelende menigte door trok; zij nam doze huidebetuigingen ook zoo ernstig op, dat zij don volgenden dag een open brief" aan een harer medeleden in het feest-comit schreef, en daarin hare lieben Wiener" bedankte voor de goede orde waarin het feest was afgcloopen. Hierover werd wel wat gelachen, en eigen lijk was het van eene vrouw dio zooveel tact moest bobben als prinses Metternich, niot te wachten, dat zij in do residentiestad der Keizcrsfamilie zulk een proclamatie zou uitvaardigen, maar aan prinses Pauline wordt veel vergeven. Degenen, die moer op een afstand het woelig leven der prinses aanzien, zeggen dat al do moeite dio zij zich geoft. slechts dient, om de verveling van haar ongevuld loven Je verdrijven, en haar een schijn torug to geven van de heerlijke dagen toen zij, jaren lang, Oostenrijksche ambassadrice aan hot hof van Napoleon on Eugénio, te Parijs door haar geest, haar prachtliofdo on origineele invallen schitterde. Nu stelt zij er haar hoogsten roem in, de zangeressen van do Weener TingelTangels, Friiulein Kutzel. en dio Mirzl" in dol heid te evenaren, destijds bootste zij do excen triciteiten der Parijscho chantcuses na. Nog heeft zij altoos een goeden voorraad bonnes historiettcs", meest tamelijk gepeperd, maar in don tijd der Tuilcrion was zij or onuitputtelijk in. Men vertelt, dat eens, terwijl zij met Eugénic'schater lachte, de sombere droomerige keizer binnentrad, en wilde weten wat er gaande was. O, niets," zeido prinses Metternich. Vertel hot mij ook eens," drong Napoleon aan. Ik weet niet of ik het doen mag," ant woordde do prinses, ik zou er bij blozen . .. ." Dat is niot mogelijk!" riep Napoleon uit. Toon Wagncr haar aanbevolen was. dood zij alle niocito om to bewerken dat zijn "limuliitnxer in do grooto opera zou opgevoerd worden, maar vergeefs. De directeur Vaucorbeil verklaarde, dat do artisten standvastig weigerden die muziek te zingen. Prinses Pauline was verontwaardigd. Zij ijlde naar don keizer en vond er don prefect van politie l'ictri, die con fraai verhaal stond op to disschcn. Mlle Zénaide, van het Eden-Theater, had verrukkelijk gedanst, zoo zelfs dat de aan wezige brigadier van politie had gemeend tusschenbeide te moeten komen. Hij was op hot toonool getreden on had do dansende sirene wil len duidelijk maken, dat zij den grand cctrt niet zoo mocht overdrijven, do danseres had echter don cart nog grooter genomen on don politiedienaar mot haat' rozcnvoetje den bood van het hoofd gewipt. De keizer lachte maar kon hot nauwelijks gelooven. Het niet gelooven!" riep prinses Paulino; het is niets bijzonders, ik kan hot ook wel on wil het u wel voordoen,... als Uwo Majesteit mij belooft dat do Tun-nJtüuFcr van Wagner zal worden opgevoerd':" De Timiiltaitser van Wagncr heet het? Ik zal er voor zorgen." En prinses Paulino wipte met de punt van haar hiarsje don heer l'ictri don bood van hot hoofd. Titiinin'inner werd opgevoerd. Mon weet hoe do prinses bij do opvoering, uit ergernis over het sissou en fluiten der Parijzuiutars, lia.ir kost baren waaier in tweeën brak. Prinses Pauline heeft van do moeite, die zij geeft, om in hot Weener hofleven wat levendig heid to brengen, niet veel succes. Een scherp antwoord, door haar aan een der aartshertogen gegeven, hoeft haar een jaar van hot hof' doen verbannen; na haar terugkeer is /ij or wol oen persoon van invloed geworden, maar haar over moed, excentriciteit en geest vinden or moer be wondering dan navolging. Wol hoeft zij, met haar onregclmatigon mond, stompen neus, ver ouderd kwajongcusgczicht, moer luisteraars en vereorders om zich heen, dan eene dor schoone vrouwen van het hof', maar toch is W oenen, ge lijk con der journalisten zegt, to hausbackcn", te phiiïströs", om hot temperament der prinses naar cisch to schatten. .Ut blad. sche Dat zijn vader keizer geworden was, begreep hij wol, maar met eenigo verbazing vroeg hij: Nu bon ik dus al geworden, wat mijn papa pas geworden is, toon hij mijn papa al was ':" Van do mooiste blocmgesehenken, dio tor ge legenheid der begrafenis van keizer Friedrich geofferd zijn, heeft men tcekeningen laten makon, dio in de' 'Garte.n-s'etiuv<i worden opgenomen. Do koninküiko tuinbouwschool te Potsdam heeft rug, den japon ook een weinig spits decollotocrcn, al^i's het' voorloopig niet moer dan 10 of 15 centi meter. Eeno andere nieuwigheid was hot weder invoeren dor gladde zijdon franje, wit, cent, maïs, dio wel tien "jaar uit de modo geweest is. Bij do hoedon had. do struisvecr den boventoon; eigen aardige hoeden waren dio, welke mot oen hoogcn bos riiit, rechtovereiudstaap.de als een prtnitdu'. en bovendien mot eenigo zeer groote watcrleliën gesierd waren. Andere hoeden, capotcs, bestaan "?cheel uit bloemen, enkel oen diadeom van rozen of korenbloemen met oen paar korenaren, zonder bol, zonder brides, enkel mot een stukje roile vastgehecht; men zag er zelfs oen, enkel van aaibosscii, zonder bladen, mot oen rood tulle voilcfjc; dit stond niet onaardig, maar behoort toch iiiofc tot don besten smaak. hebbon, liet'neervallen, voor oen oogcnblik, op oen bankje of hot openstaand deurtje van con kast wordt soms met boete gestraft. Dit gebruik, naar de gcnecsheercn beweren, hooit voor de gezondheid dor vrouwen dikwijls zeer nadcclige gevolgen: ernstige, zelfs doodelijke ziekten zijn er uit ontstaan. Een aantal Parijsche dames uit do hoo«stc kringen, onder hot presidium van de hertogin do Dondeauville, hebben thans eeno brief aan de directeuren dor voornaamste maga zijnen gezonden, om hun to verzoeken, dezen maat regel afteschaffon. en twee, dor directeuren van do grootste winkels hebben terstond aan hoc verzoek gevolg gegeven.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl