De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1889 9 juni pagina 6

9 juni 1889 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEEBLAD VOOR NEDERLAND. No.624 de hoop was en het vertrouwen van uw leven! Maar laat ik u mijne reis beschrijven. Wij stoomden flink langs den weg en trokken alleen door de dorpen op een sukkeldrafje, met den stoker loopende naast de locomotief. Vlijtige visschers versierden de oevers van liet water en staarden met zoo'n gespannen aandacht naai de dobbers, dat hun de oogen toevielen. Bij Diemerbrug passeerden we het wijd vermaarde caféVervetjes, waar nooit een Amsterdamsch student den voet over den drempel zal zetten zonder onmiddellijk te verzekeren : Bij juffrouw Vervetjes Zijn wij altijd netjes, Al zijn we nog zoo vetjes. Dat is al belangrijks wat de reis aanbiedt tot aan Muiden, waar het schilderachtig gelegen Muiderslot een aangenaam rustpunt is voor het oog, dat in deze soort van woestijn juist drin gende behoefte aan zoo iets begon te krijgen. Daarna naar het Hakkelaarshek, waar iemand bezig is in de barre zon een eenzaam koffiehuis of hotel te laten zetten, en eindelijk Muiderberg, het doel van onzen tocht. Als ge daar onder het lommer der linden en kastanjes even hebt uitgeblazen, hebt ge nog een kleine wandeling langs een kronkelende laan, die ook alweer niet mooi is, maar die u dan toch de verrassing bezorgt, dat ge eenen hoek om slaande, eensklaps voor de zee staat, de Zuider zee! 't Was er stil, toen ik daar was, op de Zuiderzee, waar het anders zoo vol kan zijn als in de Kalverstraat; maar 't was er heerlijk frisch op het terras van het badhuis, waar de onder nemer Kreuzberger het verblijf door een frisch glas bier en een goed stuk eten weet te veraan genamen. Het hotel en 't cafézijn twee afzonderlijke gebouwen, die beiden keurig zijn ingericht, zoodat, den goeden naam in aanmerking genomen, dien Kreuzberger zich in Amsterdam wist te ver werven, het niet te verwonderen is, dat de table d'hóte er steeds bezet is. Als hij aan zijn voor nemen gevolg geeft om het achter het Badhuis gelegen veld aan te koopen voor lawntennis en cricketspel, dan zal het bezoek daardoor zeker nog toenemen. In 't begin van het dorp, waar de tram aan komt, ligt het Rechthuis, tevens caféen wacht kamer, en direct daartegenover het caféEisene rus, waar men kaartjes a 25 et. kan bekomen om in den daarachter gelegen tuin de wereldbe roemde echo te gaan hooren. Deze wonderlijke weergalm was mij nog onbekend en begrijpelij ker wijze verzuimde ik nu de gelegenheid niet om hem te hooren. In het begin geloofde ik inderdaad dat de jonge man. die ons begeleidde een loopie met ons nam, toen hij ons aan de eene zijde van een bloemperk geplaatst hebbende, terwijl hij zelf aan den andereu kant plaats nam, de handen oin den mond hield en uitriep: »nu hoort gij de echo aan uwen linkerkant en als wij zoo omwenden, dan hoort gij haar aan uwen rechterkant!" Waarachtig het was zoo en ik keek rond of ik ook ergens een schalk kon ontdekken, die zich hier of daar verborgen had en onzen begeleider napraatte. Maar er was niemand. En toen de knaap zich daarop weer naar een andere zijde wendde en riep : En nu hoort gij haar achter u uit den grond komen! toen begon ik wezenlijk 'een beetje aan spokerij te gelooven. Daarna zeide hij nog een vers op, riep ten slotte: ha ha ha en klapte in de handen en de echo deed net alles na alsof het een mensch was. Het vers heb ik uit des jongelings mond opgeteekend. Het is het dichterlijk product van een deurwaarder, die in Muiderberg uitrustend van zijn prozaïsch werk, toch nog, uit pure aan drift, beslag legde op de echo. Het luidt als volgt: O echo, wonder van dees dreven! Beeds eeuwen hieldt gij krachtig stand. Wat ook verging, gij zijt gebleven, Nog roemt men u in ieder land. Wat reeks geslachten zijn verdwenen, Die gij bewondering hebt gebaard, Wat drommen stonden om u henen Wien 't raadsel nooit werd opgeklaard. O, kondt gij uit u zelven spreken Wat zoudt gij ons melden van 't weleer, Toen Muiderberg met trots bekeken Een lustoord was voor vrouw en heer. Toen Hooft en Vondel, Tesselschade En Roemer Visscher Muiden's slot Bezochten, om zoo vroeg als spade, Zich daar te baden in 't genot. »Nu, verder," vroeg ik, toen hij vroeg : »Verder? Ja, dan komt u: ha ha ha ha en dan klap ik in mijn handen." *Ja, maar het vers ! Dat is toch nog niet uit ?" »Neen, dat geloof ik ook niet. Maar de oude tuinman is er niet en ik kan het niet verder." Daar was dus niets aan te doen wie er het slot van wil weten, dient dat aan den ouden tuinman te gaan vragen. Want ook Elseucms weet het niet. Deze kent alleen het »echte ouderwetsche deuntje", niet :>dat ding van dien deur waarder, die er Hooft en Vondel ook al met de haren bij gesleept heeft." Van dezen Eisenerus hoorde ik dat de muur, die in een halven cirkel in den tuin staat, voor eenige jaren voor een groot deel is ingestort, maar dat niettemin de echoeven duidelijk zich deed hooreu. Verleden jaar stortte weer een gedeelte er van in en ook toen had dit geen invloed op de echo. Zelfs heeft men op de plaats waar de spreker moet staan (die, het zij ter loops opgemerkt, zelf de echo niet hoort) een hooge trap gezet, zoodat de spreker boven den muur uitkwam, maar toch bleef de echo even duidelijk. Al te gader redenen, die de geleerden geleid hebben tot de conclusie dat 'het hem in den grond zit". Ondanks deze uitspraak der geleerden^ laten de eigenaars den muur echter geregeld herstel len als hij van ouderdom in elkaar zakt. Het echt oudenvetsche deuntje," zooals hij het reeds als knaap voor de bezoekers door de echo had doen herhalen, was van den volgenden inhoud: Een menschelijke stem doet uit den grond zich hooren. Betoovrend wonder? Heeft d'aarde dan ook een mond? Geleerdheid put zich uit om de oorzaak op te sporen, Een ieder prijst verrukt den welbespraakten grond. De spraak als dier geleerd moog vrij ons oord bekoren. Nopens dat dier" verkeerde hij eenigszins in 't onzekere, dat kon misschien wel die" moeten zijn. En ook het »oord" ; als iemand daar soms liever »oor" voor mocht willen lezen, was 't hem ook wel: De echo spreidt zijn galm, langs muur en berg in 't zand. De aloudheid roemt zijn taai, al door den Waal heroverd. (De zinspeling op Waal kon mij niet op gehelderd worden) Of door een wederklank betooverd Of door een levende godin. Schoon onbewust van doel der zaken Kunt gij ons stichten en vermaken Het zij men deze bloemen ziet, (Dit slaat op de bloemen, die daar staan, ziet u) Al spreekt men ook der vreemden talen Gij zult ze woordelijk herhalen. Probeert u 't maar. Spreekt u\v vrouw Fransch of Duitsch of Amerikaanscb, 't is voor de echo hetzelfde. En daaraan kun je ook merkeu dat het geen bedrog is. Want we kunnen er geen jongen op nahouden om achter den muur te zitten, die alle talen spreekt. Dan zou er nog meer bij moeten. Verleden jaar heeft het me toch al / 130 gekost. Wacht even: Gij zult ze woordelijk herhalen Schoon gij geen woord daarvan verstaat. De echo spreekt alles even fraui; Wij willen u deez' lof toch geven: Gij zijt hier in het dagclijksch leven, En spreekt toch als een papegaai. En dan krijg je ha, hu, ha, en dan in je han den klappen. En daarmede stapten wij van de echo af om den burgemeester Coninck Westeuberg te prijzen, die ze wel een beetje meer liet betalen, maar dan ook goed voor'de verlichting en voorde wegen zorgde, en zijne lastige onderhoorigcu van Muidcu flink aandurfde, zoodat die al heel wat kalmer waren dan voorheen. Ook zijne dorpsgenooten mochten in zijnen lof doelen, dat het knappe fatsoenlijke buraera zijn, niet rijk maar ook niet arm, en met fondsen voorde behoeftigen, dio Muiderberg nog aan de Crommelins dankt en die de diaconie in staat stelle!) te zorgen dat in den winter niemand honger of koude lijdt. En nadat hij mij gewaarschuwd had. dat het hoog tijd voor de tram was, nam ik afscheid en aanvaardde de terugreis die te -J uur 50 min. in Amsterdam eindigde. I. v. REXXKS. VOOR DAMES. " De sdtool te Jleutlhiflen. DamesKtuileiden. Ken standbeeld. I rm<l$toiletfen. Handschoenen. Fotilards. Schoenen. Reiükoffem. Asperges. In geen land ter wereld wellicht wordt zooveel voor de gezonde ontwikkeling der vrouw gedaan, als in het kleine koninkrijk Wurtemberg. Voor het meer uitgebreid onderwijs voor meisjes hoeft men vroeger gezorgd, dan in de meeste andere landen; post en telegraaf zijn haar sinds lang geopend, de industrie- en huishoudscholen zijn er talrijker dan ergens anders. Een geheel net van industriescholen is over het land verspreid; van deze allen is het model geweest de school van Reutlingen, die reeds meer dan 5000 leerlingen haeft afgeleverd, en onder de bescherming van koningin Olga staat. In 18G3 gesticht, is zij nu sedert 1877 in het bezit van een flink gebouw, dat 300 leerlingen kon herbergen. Het onderwijs berust op het verbinden van teekenen en schilde ren met handarbeid. De vakken vallen in drie afdeelingen: artistiek onderricht, (teekenen, schil deren, patroonteckencn, kleuren, ornamentiek) handwerkonderricht (breien, naaien, machinenaaien, kleermaken en borduren, telkens cursussen van drie maanden), en wetenschappelijk onder richt (boekhouden, handelsrekenen en correspon dentie, Duitsche literatuur, geschiedenis en na tuurwetenschap). Bijvakken zijn: strijken, hocdeninaken en bloemenmaken. Men neemt de meisjes op veertienjarigen leef tijd of ouder aan; er is geen internaat aan de inrichting verhonden, maar vele gezinnen te Reut lingen hebhen meisjes in huis. Van den directeur Ilcinigcr verscheen omtrent de inrichting een zeer belangrijk en lezenswaardig boekje: Die Frauenarbeitschulo in Reutlingon, ihre Geschichte, Pro gramma und Lehrplan", uitgegeven bij Kocher te xcuttingcr. * * * De vrouwelijke studenten aan de Universiteit van Helsingfors hebben aan het hoogste collegium dezer school eene moeielijke (maestie ter op lossing gegeven. Ieder student namelijk moet bij eene der bestaande zes corporatiën ingeschreven worden; deze corporatiën dragen hun naam naar verschillende plaatsen. Nu is voorgesteld, dat de studentinnen een dames-corporatie" zouden vor men, maar dit strijdt met het historisch ontstaan der corporatiën, en daarenboven meent men dat het opnemen van het vrouwelijk element in deze gunstig zou werken. De corporatiën zelve hebben besloten, op het laatste geval aan te dringen, dit staat aan het bestuur te beslissen. Het aantal dames-studenten is nog wel niet groot, eerst een tiental, maar men verwacht grooteren toeloop, vooral wanneer na een paar jaar de drie ge mengde gymnasia, samskola," jongens en meisjes gaan afleveren. De Finsche dames maken het heel goed; bij het schriftelijk admissie worden tien mathematische vraagstukken opgegeven; drie daarvan op te lossen is voldoende voor de toelating; de meeste stu denten maken er vier ot vijf, maar eene der dames loste ze alle tien voldoende op. * * Koningin Victoria heeft verklaard, dat de scances, die zij den heer Williamson heeft toegestaan voor het voltooien van haar than;1 onthuld standbeeld, de laatste waren, waarvoor zij ooit zal te vinden zijn. Do koningin heeft iets dergelijks ook wel vroeger verklaard en is daarna van besluit ver anderd. Hot standbeeld van Williamson intusschen had zonder persoonlijke inspanning dor koningin wellicht oven goed kunnen worden. Het is karak- j teristick, de beschrijvingen te lezen. De eene cri ticus is verrukt over het weergeven van haar zijden kleed; de ander spreekt vanhaar prachtige kanten, haar zijden sleep, geboord met hermelijn, haar sluier van Honiton-kant, haar diamanten collier en armbanden, haar waaier en zakdoek, in 't kort een marmeren inventaris van haar klein-gala costuum. Maar niemand spreekt van ecu koninklijke houding, een voorhoofd door staatszorgen ernstig gemaakt, va;i een doen den ken aan de heerschappij over Oost en West, Noord en Zuid, van majesteit en koninklijke waardig heid ; do beeldhouwer, die dat alles in zijn kunst werk had moeten leggen, en het wellicht niet in de koningin gevonden heeft, heeft dus oer te veel dan te weinig- naar zijn model gekeken. * * * Keizerin Victoria Augusta heelt den bruidssluier j voor prinses Louis van Sleeswijk-IloLstein, die in Juni trouwen zal, bij eene Duitsche firma be steld. Te Hirschberg zijn nu tweehonderd kantwerksters sedert verscheidene weken aan het kunstwerk bezig. Do sluier wordt drie meter lang en 1/4 meter breed; het patroon inoet zeer smaakvol en. do uitvoeriiig onberispelijk zijn. ;:; * * Lady Cecil Kerr, de dochter van den markies Van Lothiau, droeg deze week, liij haar huwelijk met den oudsten zoon van den baron Montagu de Beanlieu, als bruidskleed het volgende: wit jionllde soie, met plissés van zijden mousseline en chatelainc van oranjebloesem langs den bovenrok links; over hot corsage liep, van den rechter schouder naar links, gevouwen mousseline, van den linkerschouder oen tak oranjebloesem. Groote Mediciskraag. pof mouwen, tullo sluier met een l diamanten ster vastgehecht, parure van diamanten j on paarlen, bouiuiet van witte rozen met lange witte linten. j De toiletten der zes bruidsmeisjes waren wit l i mousseline mot valencieri,nen en sjerpen van bleek ? j saumon; hoeden van fautasie-stroo met witte tulle j en witte seringen. Het reistoilet der bruid, althans i i dat waarmede zij afscheid nam en in het rijtuig j stapte, was wit bengaline, mot groen en goud geborduurd; suuifle sjerp, hoed met witte seringen, rozen en groen fluweel. Te Parijs werd kort geleden eene historische handschoententoonstelling geopend, die veel merk waardigs te zien gaf Men vindt er handschoenen van Grieksche en Romeinsche dames, en dit is iets zeer zehlzaams, want eigenlijk is eerst in den riddertijd de handschoen in gebruik genomen. Oucl-Engelsche en oud-Fransche handschoenen zijn er in grooten getale; drie paar handschoenen van koningin Elisabeth bewijzen, dat men niet ten onrechte spreekt van de krachtige hand, waar mede zij het bestuur voerde; menig smid of mijn werker mag haar die vuist benijden. Over het geheel schijnt, naar do maat der handschoenen te oordeelen, de kleine hand eerst eene vinding van den nieuweren tijd te zijn. Men vindt er ook de nummers van de handschoenen, door de Europeesche vorstinnen gedragen; de kleinste hand onder deze heeft de koningin-regentes Maria-Christina van Spanje. * * * De foulards moeten dezen zomer wel in menigte gedragen worden, als de voorraad zal worden ver bruikt, waarop do fahriekanten rekenen. Het is waar, dat de warmte hun reeds gelijk geeft; de foulards hebben vele voordcelen: zij zijn licht en koel, zien er elegant uit, trotseeren stof en regen en kunnen gewasschen worden. Daarenboven leenen zij zich tot iedere versiering, en hiervan is gebruik, bijna misbruik gemaakt. Men heeft ze overdekt met bloemen, overgrooto. fantastische, in alle natuurlijke en onnatuurlijke kleuren. Reus achtige blad- en bloempatronen. geheele bouquetten van groote tulpen, ook blauwe vliertrossen op zwarten grond, hoppebladen en randen, groote chrysanthemums en orchideeën op gestreepten grond, soms afgewisseld met satijnstrepen, dit alles wordt aangeboden, en men moet al zeer veei zelfverloochening bezitten om niet door een der rijke en betrekkelijk goedkoope patronen te wor den aangelokt. s * Men draagt to Parijs thans als nouveautélicht grijze schoenen; voor de dames van wollen stof, voor de hoeren van leder. De hakken die toch niet zoo afgeschaft worden, als voorspeld was, iijn met zilveren knopjes omzet, hetgeen zeer elegant staat. Eene deputatie van schoenmakers heeft aan Mad. Carnot een paar aangeboden; de présidente heeft ze minzaam aangenomen en beloofd ze te dragen. * * Men heeft er ook een nieuw soort regonmantels, nuuycs genoemd. Er zijn drie soorten in : geheel donkere, Iciblanwe onweerswolken, licht grijze wolken, welke, evenals die in het spreek woord, een zilveren rand hebhen, en zeer lichte doorschijnende, waar men op grootere of kleinere tussclicnriiiniten liet hemelsblauw ziet doorsche meren. * * # Met het naderen van het rcisseizocn heeft do bekende iinna de (iruyter, Leidsrhe.sti-aat 27 en .-58, een afzonderlijke catalogus en geïllustreerde prijs-courant van hare Jïcix-liciiuad/t/dlialcn, doen verschijnen. Onder do reiskoffers in alle soorten schijnen bijzonder practisch, die van Spaansr.l; riet, stijt geperst en met zeildoek overtrokken. Zij voldoen aan den hoogsten eisch van een koffer., lichtheid, taaiheid, soliditeit en ondoordringbaar heid, het zal wellicht niet lang duren of zij heb ben ondanks hun hoogcn prijs, do andere soorten, hout, leder, en/,., die do iiriua de Gruyter trou wens ook in voorraad heeft, verdrongen. Graaf do Maugny vertelt in zijne herinneringen van het hof onder het tweede keizerrijk eene karakteristieke anecdote. Niet al degenen die aan het hof verschenen waren van hooge aristocratie of zelfs allou behoorlijk opgevoed; men boordeer dus wei eens oiiho'feiijkc woorden. Het was in het hevigst der drukte van een der groote bals. In de salie des Maréchaux wandelde eeno uitheemsche schoonheid, excentriek en opzichtig-, bijna tot aan den gordel gedecolleteerd, aan den arm van een senator. De markies de (>.... die achter baar liep, trapte op haar onmetelijken sleep. Woedend keerde do dame zich om, en met een. verpletterden blik, zij had de taille van een dragonder,?zeide zij deze verwonderlijke woorden : Fichu maladroit, va! (Yerd.... lomperd') De markies bezat tegenwoordigheid van geest; met de grootste kalmte, op suikerzoetcn toon. antwoordde hij : Ah, mevrouw; dat ficliu past niet op uw lieve lipjes; ergens anders zou het beter te pas komen!" Men begrijpt hoe de omstanders spottende blikken naar de onbeschaamde gedecolleteerde wierpen. 17 c3?U (!) (16?i'S; 18 b.ïX>;<> b7Xe(i <;!: 19 fiXe'7 een pion): 14 dl?13 eO?c4 (!) 15 1)5?d3 elX'S; l" l?Kl met het betere spel voor wit. f) Zwart staat zeer gedrukt; deze en de vullende zetten zijn de cenigo. om liet doodclijkc al?el te vermijden, /) Zeer juist! Xa 17 fd?e3 r8X<':i: ls Kl 'vl e3?el; 19 llXel g'S?t'S (!) /.ou /.wart's pionnenovermaeht beslissend zijn geworden. ;/) Ook l» h5?h6 was niet beter. Volden kon 19 höh(> (17?d5 (of a); 20 11?ft o;j?o7; 21 fi?f5 e7 f,s(!): J2 hO?g5 1'7?1'6; 23 g5?g4 gG?{,-5 met veilig spel voor zwart. :v) e3?e7; 20 tl?f:! f7 1'5; en zwart sraat veilig. /,) Dc/e en de. volgende zet zijn noodig, om al?el te vermijden. i) Op 28 (13?aO (V?) C8?b7!; 2'J eSX'17 b'X-iG hart /.wart gewonnen, ./) Hier laat zwart de kans ter overwinning verloren gaan, die hij m. i. met d??d5 (!) behouden had. Xa 29 c3?h;; cS?b?': 30 es?eli zie ik voor zwart geen gevaar meer. i.'ok na '29 c;l?g3 (!) eS?1)7; 30 eS?e3 ffi><e3 (!!; 31 i-;iXüs + i!1 g7?I'S; 32 g.5?lili t l'«?c? (!); XI K?K (!) + e7?du (!:) (de eenigo zet!) is zwart met een pion meer buiten gevaar. /,') Na 38 csXi'5; 3!) t'lX*» hfi?g(',, 4.U fliXe-5 gl>Xt'J i» "ci spel, wegens wit's geïsoleerde pionnen remise. BINNENLANDSCH NIKCWS. In den loop der volgende week zullen de hoeren J. D. Trcsling en Jhr. A. E. van Forcest in do werkmans-schaakclub te utrecht, de eerste vier partijen blind, en do tweede veertig of vijftig Simultaanpartijen spelen. Beide Ileeren hebbon welwillend deze uitnoodiging aangenomen, om de lust tot het schaakspel bij den werkman te bevor deren, en met het oog op de mindere gcoefondhoid der leden een zoo groot aantal partijen genomen. j Partij gespeeld op het New-Yorker Schaak tour| nooi tusschcn de Hoeren : ; BJ.ACT.UUNE. TSCIUCOKIX. Wit. Dame-Gambiet. Zwart. 1 da dl t-a - cl gl - f;t e.'J cl dl o c.'i C.') cl t o 8 b l i) cl K) al 11 dl ia fl la dl 14 c.'i 15 dl 10 f.'! 17 e2 18 (15 l!) c4 20 gr. '21 cl 22 ha a:; c.r. 24g.i 25 e:i yi; b;i _ al ai ei >; ei; 28 ha hl dl da// da d") S-' hf> g5 b:i ga el c 5 ?.: l f:5 ar,/ (17 dr. cT c 5 b.S cT ? g8 fö? o (18 f 8 ? c8 eli ff> af) cl 7 e7 cT d<; (18 c5 b d4 c(i c 0(5 o a") (18 (17 dr, da c 7 08 gf> b-J f- 1 i ;s;; f ?s-l gr. ,?;-, tij :>(! al .-57 c.'i >( e ;)8 b2 (14 .'!!) gl f 40 f 4 h<, 41 fa e.'i 4:4 e.'! d: i 4:> hu gr. -;44 ga cl t 4.". cl cl 08 X «-l f7 fa h cl ea cl J da a7 aa ea d 7 g,S f 7 as c8 ? f7 X e8 da e(! C8 dx e() (15 da c(> -jaa al db c8 c8 I>7 ei; di; al X lJa (17 e5 dl.! X e"' t remise. __ ff fi (18 du d7 C'! . cl f/) Do buelu'ii ^cvf'ii «.'2 !?;; als de besf-p zet ;i.-in. />} KL nu nii.'H\vi.' t'ii ;roc(i ^rvojulcn vourt/rt ;i:i-. r} (i-i X '-> :'ou ^wju't duur te .shinn konu;n, Uaur ' 17 4. L.,S X 1'7 .;U (l;itl dl X (^S ZUU Vnl^Cll. //l l-!l;irkb(inn; IjOLj'int hier een zerr Ijvrrlvondi; ;t;u die dnur 'L'schi-nrin iut l niet minder beleid wordt iil^f^iii r) iu X }-- 7;)U nil-;'- K o u il /ijii y.;wct,'ftt, dun vul-de liu ui';t iiudt-L'! \our /.\vart. /') "\Vit vervnl^H zijn vijand zonder tijd te verliepen. ;/l J-len iD'aeliti^e ti.'^cimanval. 'ii\ <>J X 1J- zou minder yoed geweest zijn, du a r \\il a]itw,>"m /.uu liebben ai?(14. (i Om op hf> te kunnen liuineii. j! liet jui-ilL' uut woord.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl