De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1889 1 september pagina 1

1 september 1889 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

'iï\ 636 DE AMSTEKDAMMER A°. 1889 WEEKBLAD VOOK NEDEELAND Onder Redactie van J. DE KOO en JÜSTÜS VAN MAURIK Jr. Ieder nommer bevat een Plaat. Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124.) Verschijnt eiken Zaterdagavond. Uitgever: Tj. VAN H O L K E M A, te Amsterdam, Keizersgracht 436. Zondag 1 September. Abonnement per 3 maanden ? 1.125, fr. p. p. ?1.275 Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar . . ?. 0.10. Advertentiën van 1?5 regels ? 1.10, elke regel meer . . . 0.20. Reclames per regel 0.4(X INHOUD: VAN VERRE EN VAN NABIJ. FEUILLE TON: Jan Starter en zijn wijf, door Dr. Jan ten Brink. VII. UIT HET HAAGJE, door Z. KUNST EN LETTEREN: AlberdingkThijmher dacht. Het tooneel te Amsterdam. Aanteekeningen Schilderkunst, door V. Een oor spronkelijke" roman van Marie Boddaert, beoor deeld door Dr. Jan ten Brink. VARIA. MILITAIRE ZAKEN : De tegenwoordige oorlogsmiddelen. III. SCHAAKSPEL. Werkstaking, Uit het leven der arbeiders, naar het Duitschvan Max Kretzer. Voor Dames, door E-e. AL LERLEI. INGEZONDEN. RECLAME. BEÜRSOVERZICHT. ADVERTENTIËN. Van verre en van nabij. Sedert bijna veertien dagen is Londen het tooneel van eene werkstaking, die dagelijks in omvang toeneemt en die op alle takken van handel en bedrijf een verlammenden invloed uitoefent. De beweging is uitgegaan van de dokarbeiders, voor het meerendeel zoogenoemde losse sjouwers, wier werk hoofdzakelijk bestaat in het laden en lossen van schepen en in het vervoer van goederen uit en naar de dokken. Bij de hooge eischen, die onze tijd stelt aan eene snelle afdoening van zaken en eene vlugge aflevering van waren, moet die arbeid dikwijls binnen enkele uren zijn afgedaan, en hieruit volgt, dat het moeielijk is, een beperkt aantal arbeiders geregeld aan het werk te houden. Soms zijn er duizenden noodig, soms honder den; nu eens vindt een arbeider dagwerk en overwerk, dan weder wordt hij na een paar uren weder weggezonden. Daarbij is het aantal van hen, die m de dokken werk zoeken, zoo groot, dat de besturen dier inrichtingen den arbeid steeds voor zeer geringen prijs konden koopen, en dat zij er niet aan gedacht hebben, de loonen te verhoogen, toen de verlevendiging van den handel hunne inkomsten ruimer deed vloeien. Bij deze voor de dokwerkers zoo on gunstige omstandigheden kwam nog het feit, dat de dokbesturen zelden of nooit rechtstreeks met hen onderhandelden, maar de lossing of lading overlieten aan tusschenpersonen, natuur lijk aan de minst biedenden, die van het door hen bedongen loon weder zoo weinig mogelijk aan de arbeiders uitkeerden. De dokwerkers bezitten geenerlei georgani seerde vereeniging en allerminst reservefondsen, die hen in staat kunnen stellen, den strijd met de patroons met goed gevolg vol te houden, dat wil zeggen zoolang, totdat hunne recht matige eischen zijn ingewilligd. Dat hunne werkstaking toch nog steeds voortduurt, dat in de dokken, langs de kade en op stroom hon derden van stoomschepen liggen, die niet kunnen Feuilleton. 7) Jan Starter en zijn wijf, DOOR Dr. JAN TEN BRINK. El hombre es de lino y la mujer de fuego." (Spaansche wijsheid). VI. EEN UITGEVER EN EEN DOMINÉ'. Donderdag morgen, 27 December. De Kerstdagen zijn te Leeuwarden zeer kalm voorbijgegaan. De dooi houdt aan, ter wijl aanhoudende, natte sneeuwvlagen het ver toef op straten en pleinen minder aangenaam maken. De burgers hebben geen ander on derwerp, om met vrouw en kinderen te be handelen dan de vertooning van de Leeu warderkamer: »O c h, mocht het r y s e n!" in de vorige week, en de preeken door de Leeuwarder predikanten op de beide Kerst dagen gehouden. Iets merkwaardigs achtte men het, dat dominéBogerman uit Dordrecht was overgekomen, om met zijne gemeente Kerstfeest te vieren. Sommigen achtten het geen kleine eer voor de Friesche hoofdstad, dat een harer herders en leeraars tot voorganger op het geduchte Synodus-Nationaal te Dordrecht was gekozen. Anderen fluisterden elkaar in het oor, dat de eerwaarde Bogerman zich niet bijzonder vriendelijk over zijne Leeuwarder schapen had uitgelaten, daar hij op tweeden Kerstdag van de zeer bijzondere lichtvaardigheid en de »verdoemelijke" dolingen, die onder hen heerschten, had gesproken. Inden Engelschen Bybel vindt men worden gelost of geladen, is daaraan toe te schrijven, dat de dokdirecteuren het weerstands vermogen dier tot nu toe ongeordende schare hebben onderschat en nog steeds onderschat ten, maar ook daaraan, dat de werkstakers in John Burns een uitnemenden leider hebben, dat zij zich, dank zij die verstandige en ener gieke'leiding, van alle buitensporigheden hebben onthouden, dat de sympathie van hunne mede arbeiders in andere vakken zich heeft getoond door deelneming aan de werkstaking, en dat het groote publiek en de groote pers zonder aarzeling hunne partij hebben opgenomen tegen die der dokdirecteuren. Ik heb heden" zoo schreef een paar da gen geleden de Londensche 'correspondent van het Berliner Tayeblatt den dag onder en met de dokarbeiders doorgebracht, en ik ben in het geloof aan de overwinning van hunne zaak opnieuw versterkt. Dat eene arbeidersbe weging, zooals die zich thans te Londen open baart, een socialistische!! bijsmaak heeft, ligt in den aard der zaak ; maar het is niets anders dan beuzelpraat, wanneer de directeuren de geheele beweging voorstellen als het werk van socialisten en aan dezen plannen toeschrijven om de bestaande maatschappelijke toestanden (thans?) omver te werpen. De omstandigheid, dat John Burns, het sociaal-democratische lid van den Countij Council van Londen, zich aan het hoofd van de werkstakenden heeft gesteld, komt den directeuren daarbij zeer te pas ; maar het publiek laat zich hierdoor niet op een dwaal spoor brengen. Want John Burns is een eerlijk, achtenswaardig man, die een warm hart heeft voor de arbeiders, tot wier stand ook hij behoort, en die een even grooten afkeer heeft van de uiterste richting zijner partij, die haar heil slechts ziet in de volkomen omverwerping van al het bestaande, als de fossielste spies burger in het Vereenigde Koninkrijk slechts kan hebben. John Burns is overtuigd, dat de arbeid in onze dagen niet het hem toekomend aan deel aan de winst heeft en dat de arbeider op onvoldoende wijze wordt beloond: hij heeft al zijne krachten gewijd aan de bestrijding van dezen volgens hem onhoudbarcn toestand en aan de verbetering van de stoffelijke en maat schappelijke positie van den arbeider. Hij is een man van hervorming, en men erkent hem als zoodanig. De drie maanden hechtenis, lot welke de politie-rechtbank van Bow-slreet hem heeft veroordeeld, toen hij, trots het verbod, eene meeting hield op Trafalgar-Square, hebben den leider der arbeiderspartij in zijne reputatie geen kwaad gedaan. Zij hebben hem integendeel doen verkiezen tot lid van den Londenschen gemeenteraad, en de rol, die hij thans speelt, verzekert hem eene plaats in het parlement. Wel hoort men in zekere kringen zonder omwegen zeggen: Die kerel moest worden opgehangen of doodgeschoten," maar juist in die kringen heeft men de meeste reden, om John Burns dankbaar te zijn Want hij houdt bij de geheele beweging de teugels vast in de liand, en dat tot nu toe geen ongeregeldheden hebben plaats gehad, is in de eerste plaats toe te schrijven dien _ Donderdag morgen den dichter S t a rter in den winkel bezig met een leerjongen. De bouten luiken zijn van het hooge ven ster afgenomen. Het meeste licht valt naar binnen door de hoogste ruitjes, die boven de luifel uitkomen. Starter is bezigden kleinen voorraad boeken, waaronder vele bijbels, folioos en quartoos, te verplaatsen. Stapels gedrukte stukken en groote doozen met platen, portretten en kaarten liggen op de toonbank. Hij poogt tegen het atioopende boekjaar zooveel mogelijk de balans pp te maken een arbeid, die hem verscheidene dagen zal bezighouden. Hij doet den leerjongen alles pp nieuw sorteeren, en maakt eene voorloopige inventaris in klad, ijverig de ladder op-en af klimmend, die tegen zijne boekenkast is geplaatst. Hoe wel het kil is in den donkeren winkel arbeidt hij ijverig door, zich druk bewegend, zich niet kreunend om koude of ongemak. In de laatste maand heeft hij veel tijd verloren met oefeningen en studiën voor de vertooning der broeders-rederijkers, hij dient nu met allen ijver zijne zaken als boekhandelaar en uit gever te behartigen. Hij beklaagt zich niet over het geleden verlies aan tijd. Hij heeft de vorige week zooveel lof van zijne vrien den geoogst niet de voorstelling van Hooft's >Granida" en van zijn kluchtig zangspel, 3at hij zich ruimschoots beloond acht. Het komt er nu alleen maar op aan, den verloren tijd in te halen, daar allereerst de winkelin uitgeverszaak zijne geheele oplettendheid vordert, en hij dan verplicht is voor een rijk Leeuwarder burger Gualtherus Henricus Gualtheri een bruiloftsdicht te maken, dat tegen den 15 Januari van het nieuwe jaar is besteld. Een luide slag van den klopper op de esloten deur doet hem opzien. Hij wenkt den leerjongen en klimt van de ladder, erl de knaap het bovenstuk fler deur opent, snelt Starter op den binnentredende toe aan den invloed van John Burns en aan zijne heerschappij over zijne volgelingen." Het is inderdaad eene ontzaglijk zware taak, die de leider dezer beweging op zich heeft ge nomen. Onder de 120,000 werkstakenden zijn er velen die gebrek lijden. Burns zorgt voor eene billijke verdeeling der gezonden subsidiën en bijdragen. Men weet, waar velen het liefst hun troost in moeielijke tijden gaan zoeken, zonder daarbij aan vrouw en kinderen te denken: Burns zorgt, dat aan de mannen geen geld wordt uit gedeeld, maar geeft hun bons voor levensmid delen, zoodat de kroegen en drankhuizen tot nu toe bij de werkstaking weinig of geen baat hebben gevonden. Men gevoelt behoefte aan een opwekkend woord, aan eene heldere uiteenzetting van den toestand: Burns is ge reed om tien, twintig redevoeringen per dag te houden, en zijn publiek van duizenden hangt aan zijne lippen, al versmaadt hij het gebruik van de opruiende, haat en verdeeld heid aanwakkerende phrasen, waarmede zoo vele socialistische reden aars hun publiek trach ten op te winden. Men zoekt een persoon, die geheel op de hoogte is van den toestand der arbeiders, maar die tevens kanbeoordeelen, wat van de werkgevers kan en mag ge vorderd worden, een der zake kundig, kloek en intelligent woordvoerder: het is alweder Burns, die met evenveel gezag als tact op treedt als onderhandelaar tusschen de werk stakers en de werkgevers. Wrij mogen hopen en vertrouwen, dat deze groote beweging tot het gewenschte doel zal leiden. Doch al ware dit niet het geval, toch zal er veel goeds door zijn bereikt De arbeiders hebben gezien, hoe grooten invloed zij door so lidariteit vermogen uit te oefenen, maar tevens hoe noodig het is, dat zij, waar zij zich veree nigen, zorgen door geenerlei pngeregcldheid en uitspatting hun goed recht in onrecht te ver anderen. Zij hebben, nu de dokdirectiün reeds twee van de drie gestelde eischen hebben inge willigd, gezien, dat' kalme vastberadenheid 'en eendrachtige volharding meer vermogen dan straattumult, bedreiging, en vergrijp aan eens anders eigendom. Al zal pok deze werkstaking, gelijk iedere andere, aanleiding hebben gegeven tot veel ellende en groot verlies, zij zal ten slotte, hoe zij ook moge afloopen, eene geze gende uitwerking hebben. Uit het Haagje. De hemel geve dat de optimisten gelijk hebben, die beweren dat do oorlogen zullen verminderen en zelfs geheel ophouden, naarmate de strijd middelen doeltreffender en heviger worden. Dat de zucht tot reizen en trekken zou afnemen, naar gelang er meer gelegenheden ontstaan om zich snel en goedkoop te verplaatsen daarvan valt echter tot nog toe niets te bespeuren. Ondanks het groote gevaar, waaraan ieder reiziger zich bloot stelt, van gewond of gedood te worden, is het getal vrijwilligers, dat zich dagelijks voor Parijs aanmeldt, steeds klimmende, terwijl van het »Sinjeur L a m r i n c k !" roept hij uit. »Kom binnen ! kom binnen ! Voor vijf mi nuten schreef' ik uw naam nog in mijn mcmoriaal! Komt ge huiden nog uit Franeker?" «Ter contrarie. Voor mijne affaires kom ik meest met de kerstweek tot Leeuwarden ! Ik ben op het punt naar Franeker terug te keeren, doch moet u eerst om advies vragen..." »Maar blijf toch hier niet toeven in dit donker hol. Gelief mij te volgen !" »Ik dank u, sinjeur Starter! Ik heb haast en wij kunnen onze besogne hier al zoo wel als elders afdoen!" Jan Lamrinck, meester drukker en uit gever te Franeker, bleef bij de toonbank staan. Hij was een zwaargebouwde Fries niet kort blond haar, en zwarten mantel, een stolpkraag en een zwarten breedgeranden vilten hoed. Met zekere beslissende kalmte hield hij Starter staande en zeide: »Gij weet, dat wij samen in 1017 het groot tafereel van Frieslands vorsten, heeren en bisschoppen hebben uitgegeven. Ik heb daar, lacy ! geen zijde bij gesponnen. Ik be zit nog een vijftigtal exemplaren. De edele Heeren Vroedschappen van Franeker hebben er mij weleer twintig exemplaren voor twaalf ponden van afgekocht, maar overigens bied ik ze te vergeefs aan " »De mijnen zijn hier en in Den Hage verkocht... Maar er liggen ^misschien nog wel een dertig te wachten!" viel Starter in »Juist als het mij verging! Daarom heb ik gepeinsd op middelen ter verbetering. Wij bezitten de vijftig koperen platen, allen ge graveerd door F e d d e s, waarvan sommigen naar uwe eigen conterfeitsels! Gij hebt op raad van den geleerden Dr. W i n s e m i u s uit de »F r i s i a" van M a r t i n u s H a mc o n i u s den tekst voor onze prenten getrok ken. Is het niet jammer, dat we van die zes vellen in piano geen meerder profijt hebben genotenV Niets dan disavantagie ... dat was ons deel! Doch hier helpt geen murmereestellen van rempla^anten of nommerverwisselaars geen sprake is. Heeft Parijs in gewone tijden al veel aanlokkelijks, hoeveel te meer is dit het ge val op het oogenblik, nu de Eiffel-kolos zijn mag netische kracht naar alle windstreken uitoefent, en millioenen stalen locomotieven uit alle stations van de wereld, louter voor zijn pleizier, naar zich toetrekt. Tegenwoordig sporen de echte Haagsche zonen en dochteren der XIXde eeuw Antwerpen en Brus sel triomfantelijk voorbij, zonder ze met een blik te verwaardigen. Die steden declen eenigermate het lot van het Molentje", het Zwaantje", de Wijckerbrug", de Zwet\ en andere «itspanningsoorden rondom 's Gravenhage, uit de oude doos, die eertijds druk bezocht, thans aan begraafplaat sen doen denken. Al die inrichtingen hebben haar reden van bestaan verloren sinds voor groote afstanden de kruipende dieren der huurkoetsiers door het vliegende stoompaard, en de dorstige barouchet-bestuurdors door volkomen drankvrije machinisten vervangen zijn. Niemand is zoo gek om zijne reis te onderbreken en zijn kostbaren tijd moedwillig te verknoeien aan het bezichtigen van de kolf baan bij het Zwaantje", of de passage te Brussel. Wij bezitten zelf eene passage, die wij na lang bidden en smeeken verkregen; maar eigenlijk hebben wij er nu al tot over de ooren genoeg van. 's Avonds worden de winkeluitstal lingen zoo druk en met zooveel geestdrift aange gaapt on bewonderd, dat soms politie en mili tairen noodig zijn om de orde te handhaven. Zonder oponthoud van belang schudt en trilt men maar voort, net zoo lang totdat men in Parijs zit, voordat men het zich ten volle bewust is. Wel is met den tocht bijna een tiental uren ge moeid, maar door het lezen van couranten, het nuttigen van hartsterkingen, het kennis maken met allerlei slag van douanen en vooral door het doen van ontelbare hazenslaapjes vliegt de tijd om, en schijnt het sprookje van prins Houssain, die slechts op zijn tooverkleedje behoefde neer te hurken om oogenbUkkelijk verplaatst te worden waarheen, hij wilde, werkelijkheid geworden. Ja, het laat zich aanzien dat binnen kort de voor spelling van Robida, de schrijfster van Le Vingtième Siècle" verwezenlijkt zal worden, namelijk dat door verbetering der stuurmiddelen van de luchtballons bijvoorbeeld een Amsterdammer gele genheid zal hebben om na bcurstijd even te gaan wandelen in het Bois de Boulogne'', het Prater" te Weenen of Unter den Linden" te Berlijn, om zonder missen vóór het middagmaal weer thuis te zijn. Hoe dit zij, de overtocht geschiedt nu reeds zoo snel, dat bij aankomst in de vroolijke Fransche hoofdstad, het dof gerommel van den trein over de sombere Moerdijkbrug ons nog in de ooren ruischt. Onwillekeurig waant men zich eenige tientallen jaren jonger, wordt men in den geest naar zijn kindertijd terug gevoerd, en wel op het oogenblik dat men het stemmige ouderlijke huis verliet, om plotseling hals over kop in. de volle kermisvreugde op straat te vallen. Parijs en niet het minst de tentoonstelling ? vertoont op het oogenblik het beeld van een groote, druk bezochte kermis, vol met wonderbaarlijke ren ! De hand aan den ploeg ! De »F r i s i a" van Hamconius is nu negen jaar oud. Zij werd in 1009 te Munster geprint. Ons zou het nu passen haar ten tweeden male uit te geven met onze vijftig koperplaten, en wat wij daarbij meer oorbaar zouden achten !" Starter stond een oogenblik in ernstig nadenken zwijgend naast L a m r i n c k. Hij hief het hoofd op en vroeg: »Maar de kosten ...." /Zouden niet in comparatie komen bij die van ons Tafereel. Mijne becijferingen zullen het u toonen :" Lamrinck haalde een vel papier te voor schijn. Op dit oogenblik werd de klopper op nieuw met zekere drift in beweging gebracht. De leerjongen ontsloot andermaal boven- en on derdeur en deed een deftig heer binnenstap pen. Het scheen, of Starter eene opwelling van schrik onderdrukte, toen hij den nieuwen bezoeker gewaar werd. Lamrinck nam den breedgeranden hoed af, en boog zeer eerbie dig ; Starter volgde oogenblikkelijk zijn voorbeeld. Met diepe basstem sprak de binnentredende : »Sinjeur Starter! Gelieft het u, mij een oogenblik gehoor te verleenen ?" »Treed binnen., eerwaarde heer! Ik ben on middellijk tot uw dienst!" En terwijl hij Lamrinck een wenk gaf hem te wachten, voegde hij er aan toe : «Mag ik u verzoeken mij te volgen!" De als «eerwaarde heer" aangesprokene knikte uit de hoogte met het hoofd, en be steeg naast Starter het trapje, dat naar de Dpkamer leidde. Lamrinck bleef in eer biedige houding staan, totdat de bezoeker met den dichter in de opkamer verdwenen was. Lang had de Franeker uitgever niet te wachten. Haastig kwam Starter terug, en fluisterde: »Een storm vogel! Ik ducht zwaar weer. Geef mij uwe becijfering! Ik zal u binnenkort mijn antwoord zenden."

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl