Historisch Archief 1877-1940
F. 642
DE AMSTEEDAMMER
A°. 1889.
WEEKBLAD VOOS NEDERLAND
Onder Redactie van J. DE KOO en JUSTUS VAN MAURIK Jr.
Ieder nommer bevat een Plaat.
Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124).
Verschijnt eiken Zaterdagavond.
Uitgever: Tj. VAN HOLKEMA, te Amsterdam,
Keizersgracht 436.
Zondag 13 October.
Abonnement per 3 maanden ?1.12', f'r. p. post/1 1.27S
Voor Indiëper jaar . . . . mail
10.Aizonderhjke iNuiriiners aan de Kiosken verkrijgbaar . . . 0.10
Advertentiën van 1?5 regels ?1.10, elke regel meer . . . 0.20
Reclames per regel 0/iO
INHOUD:
VAN VERRE EN VAN NABIJ. FEUILLE
TON: Jan Starter en zijn wijf, door Dr. Jan ten
Brink, XIII. UIT HET HAAGJE, door Z.
KUNST EN LETTEREN: Het tooneel te Am
sterdam. Das letzte wort. Het doode hart.
Muziek te Rotterdam, door V.
Aanteekeningen Schilderkunst, door V. Een toekomst
roman, (Slot), door Henri v. d. M. VARIA.
SCHAAKSPEL Een origineel aan het Hof van
Otto I van Griekenland. Voor Dames, door E-e.
ALLERLEI. RECLAMES. BEURS
OVERZICHT. ADVERTENTIEN.
Van verre en van nabij.
De herstemmingen voor de Fransche Ka
mer, die den vorigen Zondag zijn gehouden,
hebben aan de verwachtingen beantwoord.
De republiek heeft den op haar gerichten
aanval afgeslagen; in de partijverhoudingen
is geen noemenswaardige verandering geko
men, wanneer men, zooals vóór de verkiezin
gen gewettigd was, de opportunisten, de leden
van het centre gauche en de radicalen onder
den naam van republikeinen, en de
monarchisten, bonapartisten en boulangisten onder
den naam van anti-republikeinen samenvat.
De ondervinding van de laatste week heeft
echter geleerd, dat de uitslag voor de repu
bliek aanmerkelijk gunstiger is, dan eene
samenstelling van cijfers op den
bovengenoemden grondslag zou doen onderstellen.
Want de monarchisten en bonapartisten heb
ben, door den steun dien zij aan de boulan
gisten verleenden, niet slechts aan hun eigen
getalsterkte afbreuk gedaan, maar ook aan
hun prestige, aan hunnen zedelijken invloed,
een slag toegebracht, waarvan zij. zich in lanr
f en tijd niet zullen herstellen. De eigenlijke
oulangisten zijn in de nieuwe Kamer onge
veer tweemaal zoo sterk als in de oude, en
toch zijn zij als partij tot volslagen onmacht
veroordeeld. Er oestaat niet de minste kans,
dat hun hoofd in staat gesteld wordt om naar
Frankrijk terug te keeren. Er zijn, zooals de
Figaro berouwvol opmerkt, ondernemingen,
die slechts door het succes kunnen worden
gewettigd, en de collectie der drie oppositie
partijen kan op zulk een succes niet bogen.
Boulan^er is onmogelijk geworden, al zijn te
Parijs bij de herstemming nog 188.000 stem
men op zijne candidaten uitgebracht, en in
Feuilleton.
13)
Jan Starter en zijn wijf,
DOOR
Dr. JAN TEN BEINK.
El hombre es de lino y la
mujer de fuego."
(Spaansche wijsheid).
XII.
GKOOTK GEBEURTENISSEN.
De zon keek vroolijk over de luifel in de
ruime voorkamer van het heerenlogement:
»De Koninck van Vrankryck." De lente scheen
aan te breken, schoon de laatste dag van
Maart 1621 nog niet was gekomen. Bij den
haard stond een deftig, bejaard burgerheer,
luid roepend tot eenige personen, die in den
kelder met de openstaande trapdeuren waren
verdwenen. Er werd een onderzoek ingesteld
naar den staat van vaten en okshoofuen, en
telkens klonk uit den kelder eene heldere
stem, die antwoordde op de vragen. De uit
komst van het onderzoek was bevredigend.
Een aanvoer van twaalf tonnen Delftsch, en
twaalf tonnen Bredasch bier vulde aan wat
verbruikt was. De voorraad wijn was lang
niet zoo krachtig aangesproken. Rhijnsche
wijn, Moezelwijn. en Spaansche muskadel
konden het nog maanden uithouden.
Uit den kelder kwam nu C a t e l ij n e
Jan s d r. met een vroolijken lach en riep:
»In orde, m'n onkel! Uwen voorraad is
nog bai lange noa niet te klein!"
»Accoord, kind! Zijn alle witten uit
gedaan ?"
«Veel stoat er niet. De sinjeurs betaolen
zeer groacelaick. Van sinjeur Starter
meugt ge nog een viertig of vaiftig voantjes
te goed hebben."
_ Aer t Pietersz., de heer des huizes, de
eigenaar van den Koning van Frankrijk,
schudde het hoofd. C a t e l ij n e, zijne handige
arren moede, zelfs door Dillon en Rochefort
in den steek gelaten, ten eenemale beroofd
van den geldelijken steun, die hem eenige
weken geleden nog zoo rijkelijk werd ver
schaft, heeft de aspirant-dictator zich naar
het eiland Jersey teruggetrokken. De boulan
gisten zoeken nu een goed heenkomen. De
monarchisten en bonapartisten hebbeu plot
seling begrepen, dat de volgelingen van den
ex-generaal niets anders zijn dan ontevreden
republikeinen, die aan hunne eigen zaak ver
raad hebben gepleegd en de zaak hunner
tijdelijke medestanders ernstig hebben gecom
promitteerd.
Boulanger zelf, bij wien geen heil meer te
halen en in wiens naam geen geld meer te
verkrijgen is, wordt door die volgelingen, n
voor n, verloochend. En zoo zijn de boulan
gisten genoodzaakt, met hangende pootjes
\veer terug te keeren naar de uiterste linker
zijde, van waar de meesten van hen afkom
stig zijn. Dat er aan dien kant meer vreugde
zal zijn over n boulangistisch zondaar, die
zich bekeert, dan over negen-en-negentig
rechtvaardige revisionisten, die nooit (?) met
de vijanden der republiek gemeene zaak heb
ben gemaakt, durven wij niet beweren. Maai
de radicalen hebben in den verkiezingsstrijd
aanmerkelijke verliezen geleden, en zullen
dus waarschijnlijk de berouwvolle broeders
niet afwijzen, Het eenige bedenkelijke van
deze bekeering der ex-boulangisten; die zich
thans revisionisten noemen, ligt in de moge
lijkheid, dat zij zullen trachten eene tijdelijke
samenwerking van de radicalen met de rech
terzijde tot stand te brengen om een besluit
tot grondwetsherziening uit te lokken. Wel
hebben de radicalen verzekerd, dat zij zulk
eene herziening in geen geval met de hulp
der rechterzijde willen doordrijven, maar op
beloften, in den verkiezingsstrijd afgelegd,
kan men niet altijd te veel staat maken.
Eindelijk is de czar te Berlijn. Alexander
III heeft de reis zonder ongevallen volbracht,
is door keizer Wilhelm met de gebruikelijke
omhelzingen begroet, heeft vorst Bismarck de
hand gedrukt en de eerewacht geïnspecteerd
en is daarna met zijn gastheer naar het hotel
der Russische ambassade gereden. Revue's
van troepen, een e jachtpartij bij Letzlingen,
eene voorstelling in de opera, een diner in
de Witte Zaal en déjeüner bij de officieren
van het Keizer-Alexander-reginient, ziedaar
het programma der feestelijkheden, die den
czar wachten. De heer Von Bismarck is voor
het bezoek naar Berlijn overgekomen; dat
kon moeilijk anders, ofschoon de heer Von
Giers den czar niet vergezelt, want de grijze
staatsman was ook in 1887, toen de czar
nicht, die hem in zijne zaak goud waard was,
mocht den klanten niet borgen De rijke koop
lieden betaalden altijd wat ze dronken, hoe
hoog het gelag mocht stijgen. En wat den
dichter Starter betreft, ze moest hem alles
onmiddellijk doen betalen. Misschien zou hij
later grootere schulden maken. Terwijl hij
dit op luiden toon sprak, kleurde C a t e l ij n e
en bekende, dat de dichter nog vijfentwintig
gulden aan wijn schuldig was. En juist, toen
de kastelein haar daarover scherp wilde be
rispen, viel zij hem in de rede, en beweerde,
dat zij hem nog dien dag al zijn schuld zou doen
betalen ; dat hij een klant waj, die eiken avond
minstens een vijfentwintig gulden winst op
bracht, daar hij met zang en spel hij had
onlangs eene uit gekocht - de heeren veel
langer bij het gelag deed toeven, dan in
vroeger tijd.
»Nu, kind, ik laat het aan jou wijsheid
over! Zie, dat je do penningen binnen
krijgt!" eindigde A er t Pietersz.
»En pas op met dien luitspeler, dat hij je niet
simpellijk 't hoofd op hol brengt!';
«Geen perikel, m'n onkel! Starter is
een nobel cavalier! Genereus en.... hai ziet
me geerne!"
»Te geerne, C a t e l ij n e !"
»Dat en is niet meugelaik ! Hai is vol
respekt en reverency ! Misschien Moar
daor zal ik u seffens wel'eens wat van zeggen!
»C a t e l ij n e ! Pas op !"
A e r t Pietersz. schudde het hoofd.
Beiden lachten luid en zagen elkander op
yeelbeteekenende wijze aan. Daarop ver
liet de kastelein de kamer, om elders zijne
bevelen te geven. Catelijne begon aan
stonds de stoelen om den haard te schikken.
Er brandde nog een klein vuur voor de voch
tige lucht, die uit den kelder kwam. Met hare
blanke handen strooide zij nu het witte, glin
sterende zand over de roode steenen, terwijl zij
met halve, zeer welluidende stem een be
kend Fransch lied zong, beginnende met de
woorden:
??Si eest pour mon pucdlage..."
Zachtkens werd de deur geopend,
voorzichkeizer AVilhelm I voor de laatste maal be
zocht, op zijn post aanwezig. Toen had hij
zich ten taak gesteld, den czar duidelijk te
maken, dat Duitschland Rusland's plannen
ten opzichte van het Balkanschiereiland niet
tegenwerkte; nu zal hij wel overtuigd zijn,
dat hij met zulke vertoogen bij den czar aan
eens doovenmansdeur zou kloppen. Reeds de
voorgenomen reis van keizer Wilhelm naar
Conslantinopcl is voldoende, om bij den czar
de zwartste vermoedens te doen opkomen
Dit neemt niet weg, dat men in Oostenrijk
het bezoek van den czar aan de Duitsciie
hoofdstad ziet met een wantrouwen, dat alles
zins gewettigd is door de ondergeschikte rol,
die de regeering te Berlijn hare bondgenooten
te Weenen laat vervullen.
«Wij zouden wel willen weten," schrijft het
Wiener Tageblatt, dat zich de weelde kan ver
oorloven openhartiger te zijn dan de officieuse
pers, wat er te Berlijn voor ons gebrouwen
wordt. De politiek van Europa wordt tegen
woordig gedetermineerd door twee mannen,
vorst Bismarck en den czar. Indien deze het
over de eene of andere politieke houding, eens
worden, dan hebben de overige mogendheden
over de zaak in quaestie geen woord meer
te zeggen. Op dit onlochenbaar feit gewezen
hebbende, veroorloven wij ons de vraag: zal
vorst Bismarck ook voor onze belangen waken?
Wij hebben natuurlijk een volkomen vertrou
wen in de oprechtheid zijner bedoelingen,
maar welk nut heeft voor ons de alliantie
met Duitschland, indien wij stap voor stap
onze positie op het Balkanschiereiland ver
liezen? Tengevolge der lijdelijke medewerking
van Duitschland verloren wij reeds onzen in
vloed in Montenegro, in Roemeniëen in Servië.
Alleen Bulgarije blijft nog over, maar
wat zien wij daar gebeuren ? Duitschland laat
aan Rusland de vrije hand voor het verijde
len van e.en plan, dat openlijk door het
Weener Kabinet was gesteund, een plan, welks
verwezenlijking een gezonden toestand inliet
leven zou hebben geroepen in den eenigcn
Balkanstaat, die nog niet onder Rusland's
invloed is gekomen. Is deze houding van
Duitschland overeen te brengen met zijn
plicht, om als bondgenoot voor onze belangen
te waken ? Wij zouden het beroemde woord
van den heer Von Bismarck kunnen over
nemen en kunnen zeggen, dat Elzas en Lotha
ringen niet de beenderen van een enkelen
Oostenrijkschen soldaat waard zijn; wij
bcEalen ons echter tot de opmerking, dat de
andhaving van den wereldvrede niet alleen
hierdoor kan plaats hebben, dat onze belangen
voortdurend door Duitschland worden opge
offerd. De alliantie moet ook voor ons eene
politieke beteekenis hebben ; tot nu toe heeft
zij slechts het karakter gehad van eene
platig sloop Starter binnen. Zonder gedruis
naderde hij Catelijne, omving stil hare
leest, en drukte een kus op het weelderige
donkerbruine hair, dat over haar voorhoofd
krulde. In eene sekonde ontsnapte ze hem,
en wierp eene hand met wit zand over
mantel en wambuis. Daarna lachte ze luid
en zei:
»Dus vroeg al, S t a r t e r ?"
'Het is twee uur na den noen! Ik heb, voor
dat de vrienden komen, wat met u te kouten !"
(J a t el ij n e zag hem pp hare gewone
wijze aan, terwijl ze, plotseling het hoofd op
heffend, de opgen, achter de lange wimpers
verscholen, wijd openend, hem met haar blik
als doorboorde. Het was niet noodig den gloed,
die reeds blaakte, tot feller vlammen aan te
sporen. Starter hing zijn hoed en mantel
bij de deur op, en vroeg:
»Wil-je een pogenblik naar me luisteren,
Catelijne, lieve! De tijd is kort!"
Zij knikte opgeruimd en liep naar de tafel
bij den kelder de tafel overdekt met kroe
zen en kannen. Daar stond, eene houten
bank, die ze tot zetel koos, terwijl ze sprak:
»Ik luister al!"
Starter zette zich naast haar op de
bank. Hij zag haar in de mooie oogen, en
legde in dien blik al de genegenheid, al den
hartstocht, die in zijn boezem woelde.
»C a t e l ij n e!" begon hij, terwijl hij met
moeite adem schepte, en zijne stern doffer dan
gewoonlijk klonk. »C a t e l ij n e! Ik kan er
geen mysterie af maken. Ik heb je lief'!
Mijn hart, mijne ziel, mijn kunst?? het is al
het uwc! Ge hebt me totaal betooverd door
die glinsterende starren, het lieve licht, dat uit
uw oogen straalt, door uw koralen mond,
uwe stem, uwe sprake, uwe woorden! Ik kan
er niet af zwijgen! Daarom vrage ik je nu,
mag ik je lief hebben, C a t e l ij n e?"
De mooie Andwerpschc bleef zwijgen.
Starter had hare hand gevat, en drukte
die in vervoering aan zijne lippen.
»Is dat al, wat ge mai te zeggen 'ebt ?"
vroeg zij bijna onhoorbaar.
»0, neen, veel meer! Maar ik haast me u
het principaalste het snelst te zeggen! Ik heb
u lief, C a t el ij n e."
tonische connectie, die voor ons, zoowel in
economisch als in politiek opzicht, eene zeer
twijfelachtige waarde heeft.'"
Voor deze verzuchtingen bestaan waarlijk
redenen genoeg- Ware het echter den
Duitschen staatslieden alleen te doen geweest om
den czar aangenaam te stemmen, dan zou
zeker niet kort voor diens bezoek het plan
van den keizer om den sultan te bezoeken,
officieel zijn medegedeeld, en evenmin zoude
keizer juist deze gelegenheid hebben te baat
genomen om, als nieuw benoemd Engelsch
admiraal, een bezoek te brengen aan het tij
delijk te Kiel aanwezige Engelsche eskader.
Voprloopig mag men gerust aannemen, dat
de bijeenkomst der beide keizers geenerlei
verandering zal brengen in den politieken
toestand, en dus ook geen van Oostenrijk's
grieven zal wegnemen.
Uit het Haagje.
Dagen te voren was hier algemeen bekend
gemaakt, dat de groote komeet van de »Comédie
Francaise," Coqnclin alnéin aantocht was en
ook voor ons Hagenaars duidelijk waarneembaar
zou zijn op Woensdag, den 2den October des
avonds ten 8 uren precies. Reeds tijdig vulden
honderden nieuwsgierigen en belangstellenden,
maar ook tooneel-astrouomen vau den eersten
rang op den aangeduiden avond ons Koninklijk
Observatorium. Uit voorzorg om toch geen
vonkje zelfs van den staart te missen waren
alle kijkers bij voorbaat gericht naar de plek,
waar de staartster zou verschijnen, te weten op
hei, nieuwe tooueel-scherm. Maar ach, hoe bitter
werden zij teleurgesteld, die gehoopt hadden om,
in afwachting van de dingen die komen zouden,
al vast een onbewolkte, heidere lucht, eeu smet
teloos veld van azuur te aanschouwen, waarop
het oog in de pauze aangenaam zou kunnen
uitrusten.
Het vroegere scherm, teer maar helder van
kleur, prijkende met een drie- of viertal schoone
engeltjes, heeft in de afgcloopen zomervacantie
een vtiilaardige grap uitgehaald. Men kent de
geschiedenis van zekere kip, die gedurende weken
zich schuil hield om op een goeden dag plotseling
te verschijnen, omringd door een leger van kuikens?
Welnu, ons tooneelscherm is hij de opening van
het spcclseizoen komen aanzetten met een heelen
troep ongewasseheu, uitgehongerde smeerpoctscn
van beiderlei kunne, naar schatting van zes tot
twaalf jaar.
De een ?peelt gevaarlijk met een zwaren ha
mer, een andere morst met verf, een derde zit
een bulk te bederven, eeu vierde plakt aan iets
dat waarschijnlijk een doode eend ot duif moet
verbeelden, maar dat ook voor eeu
ineengefrominelden zakdoek kan doorgaan allen zonder
»En ik, ik 'eb main eer lief, S t ar t er!"
ȟaar is geen perikel voor uwc eer!"
»Gai wilt mai dus houwelaiken ?"
Een purperblos o vertoog Starter's ge
laat. Toch antwoordde hij :
»Ik wil u houwelijken, zoodra ik kan."
En nu rustte op hem de zware taak zich
in groote geheimzinnigheid te hullen, Van
zijn leven te Leeuwarden en te Frnneker was
te Amsterdam weinig bekend De jonge koop
lieden, die hem beschermden, hadden er hem
niet naar gevraagd. Hij was zeer gul geweest
niet allerlei vertrouwelijke mededeel ingen,
maar van N i e s k e had hij in den Koning
van Frankrijk nooit gesproken Voskuyl
en C o s t e r had hij op de hoogte gebracht,
maar voor het overige had hij uit trots, uit
den steeds machtiger hem bcheerschenden
hartstocht voor de schoonc schenkster, zooveel
mogelijk verborgen, dat hij eene arme, lijdende
vrouw had.
Het was ver gekomen met Jan Janssen
Starter.
De oogen van C a t e l \j n e hadden een ver
terend vuur in zijn boezem ontstoken, eeu vuur,
dat eer, trouw, geweten, gocd.cn naam dreigde
te verslinden. Toch hield hij vol te veinzen,
en verzekerde hij aan. C a t e l ij n e, dat er in
zijn leven een geheim was, 't welk hij haar
binnen korten tijd zou oplossen, dat zij hem
onvoorwaardelijk moest gelooven, dat zij eer
lang zijne vrouw zou worden.
C a t a l ij n e J a n s d r. zweeg zeer lang,
nadat hij dit alles had gezegd. Hij boog zich
voorover, om haar in de oogen te zien, terwijl
hij hare hand aan zijn hart drukte om haar
te doen gevoelen, hoe krachtig het klopte.
«Catelijne, lieve!" fluisterde hij aan haar
oor. »Er is geen rust meer voor mij! Gij zijt
voor mij heel de wereld! Zonder u is mij de
wereld zonder glans! Zeg mij toch, of ik u
mag minnen?"
C a t e l ij n e opende plotseling de donkere,
raadselachtige oogen en fluisterde:
»Ik zie u geerne!"
Ijlings legde hij de hand om haar mid
den, terwijl zij het mooie kopje aan zijn
schouder verborg. Met onstuimigcn gloed
drukte hij haar aan zijn hart. Onder luide