De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1889 17 november pagina 5

17 november 1889 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 647 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. de dochter van Balchoff lief; ongelukkig voor hem, valt h\j evenwel niet in den smaak van juffrouw ?Olympia; deze droomt van niets, dan een oiflcier te zullen huwen, die Fransch spreekt en haar naar bals en schouwburgen zal geleiden. Lazarus laat den moed niet zakken; hij weet dat een Russisch koopman meester is in zijn huis en dat hetgeen h\j -wil, geschiedt. Werkelijk beveelt Balchoff z\jn dochter dan ook Lazarus te huwen; na lang tegenstribbelen, bemerkt de schoone ?Olympia dat haar echtgenoot er in toestemt Fransch te leeren, dat hij er niets tegen heeft, zijn baard af te scheren en er geen bezwaar in ziet, haar een rijtuig te geven. Geheel verzoend, verbindt z\j zich daarop met haar echtgenoot tegen haar vader. De advocaat van Balchoff schijnt diens zaak onhandig te hebben aangepakt; de koopman, heeft een frauduleus bankroet geslagen ?en wordt gevangen gezet. Zijn schuldeischers verklaren zich evenwel bereid, hem zijn vrijheid te hergeven, wanneer hy zich verbindt, hun '25 % uit te betalen. Al de goederen van Balchoff bevinden zich evenwel in handen van zijn schoonaoon; deze, en vooral Olympia weigeren hem te iulp te komen, omdat zij een nieuwe zaak opge zet en daarvoor al hun kapitaal noodig hebben. Het tooneel, waarin Balchoff het geld van zijn ?dochter komt terugeischen, verheft zich tot het werkelijke drama en geeft, niettegenstaande zijn brutale realiteit, echte kunst, die niet nalaat een machtigen indruk te weeg te brengen. Het stuk eindigt met een beteekenisvolle en zeer typische toespraak van Lazarus; na zijn schoon vader naar de gevangenis te hebben laten terug brengen, wendt hij zich tot het publiek en roept uit: Heeren en dames! Wij gaan een nieuw maga zijn openen en verzoeken u, ons met uwe orders te vereeren... Gij kunt op onze nauwgezette eerlijkheid rekenen; gij kunt een klein kind naar ons toe sturen en het zal voor geen cent bedro gen worden!" Het Kussische publiek bezit n groote deugd: het houdt er niet van, dat men het goede hoe danigheden toekent, die het niet bezit. Het zou eerder geneigd zijn zich zelf te zwart te zien. Uit dit feit alleen reeds kan het zoo groote succes, dat Ostrovski met zijn stukken behaald heeft en de geestdriftige bewondering, welke die klasse van menschen, wier ondeugden hij geeselt, hem toedraagt, verklaard worden, Hierbij dient tevens in het oog gehouden te worden dat Os trovski juist optrad, toen er zich in den boezem der burgerij een partij vormde, die zich met jeugdig ongeduld tot taak stelde, de oude gebrui ken te hervormen en een nieuw leven te beginnen. In dat streven heeft Ostrovski hun de behulpzame hand geboden. Het zou te kras zijn, te willen beweren, dat de Russische koopmansstand reeds een algeheele verandering heeft ondergaan, maar het is een onaantastbaar feit, dat het getal der Balchoffs en Lazarussen aanmerkelijk verminderd is. Ostrovski heeft aan het einde van zijn leven de edele voldoening mogen smaken, te merken dat zijn werk niet te vergeefs geweest is en dat de nieuwe staat van zaken, zooals hij die gedroomd had, geen illusie was. De ondeugden, die hij met zijn bitteren lach geeselde, hadden het hoofd moeten buigen en zijn ideaal had gezegepraald. Wanneer wij nu wilden trachten Ostrovski zijn plaats onder de tooneelschrijvers der verschillen de litteraturen toe te kennen, dan zal deze na tuurlijk veel lager zijn dan die van hen, die steeds ware en in alle eeuwen thuis behoorende typen, zooals die van Hamlet, Tartuffe, Alceste, Don Juan, enz., hebben weten te scheppen; het is evenwel in hem geen geringe verdienste, dat hij met vaste hand, een geheel tijdvak, een geheel geslacht heeft weten te typeeren ; Ostrovski heeft nog meer gedaan, hij heeft een ideaal weten te scheppen en ten bate van de Kussische maat schappij aan de hervorming van de door hem geschetste typen weten te werken De afmetingen van dit artikel vergunnen ons niet ook maar een kort overzicht te geven van al de stukken, die Ostrovski aan ds schildering van den Russischen ambtenaars- en koo.,mansstand gewijd heeft. Wij moeten er ons toe be perken, nog mede te deelen, dat hij het zich niet uitsluitend tot taak gesteld heeft, slechte of verworpen lieden te schetsen ; hij heeft ook wezens weten te scheppen, die, bezield met de edels'.e idealen, vol moed den strijd met hunne omgeving ten einde toe volhielden. Men kan zich nauwelijks een sympathieker persoonlijkheid voorstellen dan die van Marie in De bi-uid zander bruidsschat", een jong meisje, dat een hevigen strijd voert, om vrij te blijven voor hem, dien zij lief heeft en die zich gedwongen ziet een man te huwen, die haar mis haagt en haar slechts neemt omdat zij mooi is. Zoo is b.v, ook ladoffin Een winstgevende betrekking" een karakter vol adel en rechtschapenheid. Hij heeft uit liefde een jonge, zeer lichtzinnige vrouw getrouwd, die de gemoedsbezwaren van haar man onzinnig noemt en er hem toe drijft, zich, even als andere Russische ambtenaren dit doen, ten koste van den staat te verrijken. Eveneens moet men in Het onweer" wel onwillekeurig diep medelijden gaan gevoelen met de ongelukkige Catharina, de schuldige vrouw, die door een booze schoonmoeder en een dommen, onzelfstandigen echt genoot vervolgd wordt en rust en vrede gaat zoeken in de golven van den Wolga. In al de stukken van Ostrovski behaalt de brutale kracht de overwin ning, maar de slachtoffers zijn belangwekkend en ten slotte is het toch hun zaak, die zegepraalt. Ostrovski is het eigenlijk geweest, die den Rus sen een volledig nationaal tooneel geschonken heeft; na aan den Russischen koopmans-en amb tenaarsstand het onderwerp van zoovele tooneelstukken ontleend te hebben, zich op het historische drama geworpen en heeft hij de meest tragische momenten uit de Russische geschiedenis ten tooneele gebracht. De meest bekende en beste van deze stukken zijn: Kouzma Minine, dat het tijdperk der tusschenregeering in Rusland schetst, De valschèDmitri, Wassilissa Melentiena, waarin een der maitressen van Iwan den Verschrikkelijke ten tooneele gebracht wordt. Deze drama's zijn hoogst belangwekkend en geven een getrouwe afspiegeling van den tijd, waarin zij spelen. Zij staan evenwel verre beneden Ostrovski's tooneelen blijspelen. Ostrovski zag dan ook al spoedig in, dat het historische drama zijn terrein niet was en keerde tot het blijspel terug. Ditmaal koos hij zijn typen te midden van de nieuwe maatschappij, die zich na de vrijverklaring der lijfeigenen gevormd had. Wij vinden in deze laatste stukken, zooals bijv. in ,.Een warm hart" enz. dezelfde goede hoedanig heden , die wij in zijn vroegere werken be wonderd hebben: veel leven, ware karakters en onderwerpen, die op zich zelf reeds belangwekkend zijn. Ook heeft Ostrovski gebruik gemaakt van zijn grondige kennis van het tooneel en de tooneelspelers om eenige stukken te geven, waarin hij met aangrijpende realiteit het leven der tooneelspelers te St. Petersburg en vooral in de pro vinciën schetst, zooels o. a. in Het woud", De artisten en het publiek" enz. Ruim vier jaar geleden werd Ostrovski tot di recteur van den schouwburg te Moscou benoemd. Deze benoeming deed de schitterendste verwach tingen geboren worden. Men hoopte dat de stich ter van het Russisch tooneel, met hulp van de uitstekende kunstenaars, over wio hij den scep ter zwaaide, een schouwburg zou stichten, die voor Rusland zou zijn, wat het Maison de Molière voor Frankrijk is. Deze hoop stond reeds op het punt verwezenlijkt te zullen worden, toen een plotselinge dood den dichter den 2den Juni 1886 aan zijn werkkring ontrukte. UIT DE KINDERKAMER. door EDOUABD D'ATJBKAN. «Kinderen," had ik hun gezegd, »belooft mij nu, heel 'zoet te zijn, en de oude Catherine het niet lastig te maken." »VVaar gaat u heen, papa? U beut zoo mooi aangekleed." »Naar de begrafenis van den generaal, je weet wel. Je zult nu twee lange uren alleen' zijn. Gaat uu niet in den tuin, blijft lief in tnijn ka mer en speelt met de kegels, de soldaten, al wat ge wilt. Als ge geen kattekwaad uitvoert, en Catherine's rapport niet al te ongunstig voor jelui uitvalt, dan staat er vandaag een dubbele portie vla op. Jeanne, jij bent de oudste, u vertrouw ik de broertjes toe." En Jeanne, een klein moedertje van acht jaar, trotsch op haar post en op mijn vertrouwen, gaf me den hand^lag er op, dat alles zou worden op gevolgd eu dat zij voor de orde binnenshuis borg bleef. »Maar, papa," voegde zij er bij, terwijl zij mij den koppel omgespte, »als n het goedvondt, dat wij uit het raam mochten kijken....; de begrafe nisstoet komt toch hier voorbij...., we zouden zoo gaarne de tamboers zien, de muziek, de sol daten.... O, dat zou een heerlijk pleizier ziju voor ons." Nolens volens moest ik Catherine wel last ge ven hen alle drie voor het raam te zetten, als de stoet zou voorbijkomen. Emile en Charly klapten in de handen en sprongen van pleizier, alleen bij de gedachte aan zulk een fraai gezicht. »En ge weet, Catherine," zeide ik tot mijn oude kindermeid, die hen thans nog meer be dierf, dan zij het mij indertijd gedaan had, »de eerste die zich verroert, wordt zonder genade doodgeschoten." »Papa," smeekte Charly, »daarna mag ik toch een beetje op uw viool spelen ?" »En ik,'' riep Emile, »ik zal het kleintje van poes halen, het zuigt niet meer, en clan de klu wens...., ik zal niets in wanorde maken...," «Amuseert u, kinderen, zoo goed als ge kunt; maar maakt de viool niet kapot, doet liet kleine poesje geen zeer, en vooral weest zoet, weest zoet.... Dat is al wat ik verlang." En in allerijl begaf ik mij naar de kazerne. II De lijkstaatsie trok onder de ramen van mijn woning voorbij. Ik keek naar boven en zag mijn drie krullebollen aan het raam; achter hen de oude Catherine, die haar rozekrans door de vin gers liet glijden. Jeanne en Emile zochten mij met de oogen, maar zij konden mij niet ontdekken in het men gelmoes van helmen en uniformen, die allen helder in de zon blonken en straalden. Charly, het Benjaminnetje, de lieveling die mij het dierbaarste op de wereld gekost had, stond als een cupidobeeldje op mijn pianotabouret, en in verrukking over het ongekende schouwspel, dat zich voor zijn oogen ontrolde, begeleidde hij het doffe geroffel der trommen met zijn tien mol lige vingertjes op de vensterruiten. «Ze zijn allerliefst," zeide ik in mijzelven, «al les is goed." De rouwplecbtigheid duurde lang, zeer lang; de bisschop kon het eind van zijn preek niet vinden; en eerst tegen zeven uur keerde ik naar huis terug. De kleinen hebben al wat honger," met deze woorden ontving mij de oude Catherine, »maar ze zijn lief geweest als engeltjes. Daarom heb ik ook de vla klaargemaakt." »Dat behoef je niet te zeggen; ik rook het in de kerk al. Gij oude medeplichtige, o, als ze u eens niet meer hadden. .. ." «O, ze zullen me wel kunnen missen. Maar als u aan tafel wilt gaan, de soep staat gereed." III Er werd op de soep aangevallen, en stil als muisjes aten ze haar op; de kleine muisjes wa ren uitgehongerd. Daarop kwam er visch, ook gedurende dat gerecht bleef alles stil; dat was de gewoonte bij ons, op de »vischdagen" een angstige stilte in acht te nemen, sedert Charly's ongeluk met die graat namelijk. Maar na de visch, dat was wat anders. De vragen vlogen heen en weer over de tafel; en ik meest de kleine nieuwsgierigen een volle dige beschrijving van de lijkplechtigheid geven, die ik zoo juist had bijgewoond. Ook niet de geringste bijzonderheid mocht ik overslaan. Zij wilden alles weten, alles, van het balsemen en kisten tot de neerlaten van de kist in de groeve. »Maar, lieve kinderen" zeide ik ten slotte, »dat is toch niet voor jelui; we willen nu over wat anders praten. Ge kuut mij gclooven; ge hebt uit het raam het mooiste ervan gezien." «Maar, lieve papa, dat vinden we juist zoo aardig." Nu, dan hebt ge een raren smaak. Maar ver telt me toch liever, om ons wat op te vroolijken, wat hebt jelui dan toch in mijn afwezigheid uit gevoerd ?" »O papa" antwoordde Jeanne de twee an deren hadden deri mond vol vla, «wij heb ben ... o, het was zoo grappig ! ... wij hebben begrafenis van den generaal" gespeeld." »Ik begrijp niet..." »Met poes haar kleintje ..." »Wat bedoel je?" »We hebben het kleine poesje in uw vioolkist gelegd,... op twee stoelen, met kaarsen iu het rocd, . . . Charly heeft zijn trommel genomen en heeft vooruit gemarcheerd..,, we zijn door de kamer getrokken, tot aan de houtkast in den hoek.... en daar heeft Emile de kist begraven." En toen..." voegde Charly er "bij, »zong Emile, omdat hij voor bisschop speelde, en Jeanne schreide.... omdat zij de vrouw van den generaal was...." »Over de kist", ging nu Jeaune weer voort, hadden wij een handdoek uitgespreid.... daarop lagen uwe epauletten...." a Mij u epau...?" sIJw daagsche, papa.... en dan twee kransen mag ik alstublieft nog wat vla...." »En ik ook,"' vroeg Charly. »En ik ook.... veel... het ieele bord vol," riep Emile Ik bediende ze alle drie onder Catherine's stra lende blikken. Maar plotseling werd ik ongerust. Ik hoorde poes, de arme kiuderlooze moeder, rondom ons heen mamven. Ik hoop toch, dat ge het kleine poesje niet al te lang in de vioolkist gelaten hebt. Waar is het ? Ik zal het zijn portie vla geven.,,." De kinderen waren bleek geworden ; de lepels vielen hun uit de handen. Met ongerust vragende blikken zagen zij elkander aan.... ik las uit hun onthutste gezichten zulk een angst, dat ik oogenblikkelijk het vreeseiijke van den toestand begreep. De tweede portie vla werd in den steek ge laten, tot wanhoop van Catherine, die natuurlijk, als gewoonlijk, mij de schuld gaf. lste Jaargang. Schaakspel. 17 November 1889. Probleem van W. J. Baird, Londen. ZWAET abcde fgh WIT Wit begint en geeft in 2 zetten mat. Partij overgenomen uit den Schaakkalendcr van den Noordelijken Schaakbond van het jaar 1885. Een uit 8 partijen door Blackburne in 1883 te Glasgow blind gespeelde partij. Stand der partij na den 2-lsten zet van zwart. ZWART l 2 3 4 5 G 7 8 O 10 11 12 13 14 15 16 17 Blackburne. Wit. e2 Tyfe. Zwart. d2 (3 cl c2 dl d4 b5 bl a3 1)5 fl c4 dG o c4 X c4 f3 d4 d4 c3 c3 (12 a bf> dG ! a." b5 dG c4! f5 f5 o e2 i d e WIT Alles ijlde naar de houtkist^ om de opgraving te beginnen,.... maar ach, reeds langer dan een uur zeker had de ongelukkige generaal Poesje zijn kattengeest gegeven. Ik was nu getuige van een uitbarsting van ver driet, zooals alleen de pen van Jeremias haar zou kunnen weergeven; en van Catherine's rol daarbij spreek ik liever niet. Nog om twaalf uur 's nachts schreide Jeanne, door medelijden en gewetenswroeging gefolterd; en wat Emile en Charly betrof, die saamgestrengeld, dicht tegen elkaar gevlijd, in hun bedje l'agen ach, hun kleine borstjes konden nauwelijks het hevig snikken bergen, dat telkens van berouw weer opkwam. Ik heb mij toen werkelijk in ernst afgevraagd, of mijn oude generaal, de echte generaal, hij dien zoovele officieele redevoeringen en gekommandeerde geweersalvo's tot afscheid gegroet hadden, of hij zoo beweend was geworden als het kleine doode poesje. VOOR DAMES. Keizerin Friedrich. Amerikaansche fortuinen. Sruidstoilet. De vrouw als advocaat in België. Warm bier. Keizerin Friedrich heeft van de dagen van haar verblijf te Athene voornamelijk gebruik gemaakt om haar kennis van de klassieke oudheid te ver meerderen. Dagelijks bezocht zij, vergezeld door den erfprins van Saksen-Meiningen, dr. Schliemann, dr. Thierfeld en eenige Atheensche oudheidkenners, de musea der hoofdstad, ging de monumenten en oude tempels zien, en trachtte zooveel mogelijk van alles het belangrijkste in zich op te nemen. Het verraste de Atheensche ge leerden zeer, te zien, hoe de keizerin reeds op de hoogte was; de Atheensche dagbladpers prijst haar daarvoor op welsprekende wijze. De keizerin heeft te Athene eerst besloten tot het uitstapje naar Olympia en Mycene, waarop dr. Schliemann als haar geleider is uitgenoodigd. Op 21 November zal zij te Athene terug zijn, om er met de Grieksche familie haren geboorte dag te vieren; den 22sten neemt zij met de beide prinsessen de terugreis aan, waarbij de konink lijke familie haar tot Corinthe zal begeleiden. In opdracht ook van keizerin Friedrich heeft zich de Grieksche schilder Volanakis aan het vervaardigen van een schilderij begeven, dat den intocht van prinses Soplüe als bruid in den Pireus zal voorstellen. Het stuk zal tegen het eind der maand reeds gereed moeten zijn, hetgeen wel vlug schijnt. Het stelt in het midden het jacht Amphitrite voor, op de kommandobrug staan koning George, de kroonprins en prinses Sophie; ver daaronder, aan de verschansing, keizerin Friedrich, met de prinsessen Margaretha en Vic toria. Op den achtergrond worden de andere Grieksche oorlogschepen George, Miaulis en Olya, zichtbaar; aan de rechterkant staan op het land de overige leden der koninklijke familie, welke de aankomenden begroeten ; links dwarrelt boven de strandbatterijen de witte rook der saluutscho ten. Over het geheel schijnt de schilder er goed in te slagen, het bonte tafereel van den voor Athene zoo merkwaardige dag goed weer te geven. * * * Over het bezoek van keizerin Friedrich aan den Harem wordt aan de Pust geschreven : Na het diner haalde do Groote Heer de Kei zerin uit het Chalet af', om haar in do vrouwen vertrekken te geleiden. Met de Keizerin ging de vrouw van Moenir Pacha, die als Turksche vertolkster zou dienen, l'er cere van het bezoek bij de sultanes had de keizerin groot toilet gemaakt, en ook de hofdames straalden van brillantcn Ge woonlijk noemt de moeder van den sultan, de sultane-valide, de honneurs waar; ook de kroonprinses Stephanie van Oostenrijk, de koningin van Zweden, en andere prinsessen brachten reeds een bezoek aan den harem. Maar sedert de sultanevalide gestorven is, wordt deze plicht waargeno men door de vrouw die .Abdoel Medschid heeft opgevoed, een eerwaardige oude dame. Ue vrouw van den sultan is jong en schoon; met de Oostersche prinsessen mede waren er zes tien dames, alle in kostbare Turksche toiletten. Alleen de oudste prinses kleedt zich allo, frunca. De Duitsche dames waren in hooge japonnen, on danks haar groot toilet, omdat de Turksche eti quette verbiedt, dat eene dame zich met ontblooten hals aan den sultan vertoont; dit had ook voor hot gala-diner gegolden. Toen de Keizerin in de staatsievertrekken van. den harem trad, zaten de beide oudste prinsessen. aan de piano en speelden : Heil dir im Siegerkranz !" Er werden daarna dansen uitgevoerd, vcrvcrschingen aangeboden, en toen na een uur de Keizerin afscheid nam. reed de Sultan zelf, met zijn jongste dochter Naile, naar den Keizer. Daar moest zij voor dezen ook haar pianostukje spelen, /ij was echter zeer verlegen ; do Sultan moest haar met djancm, djancm", liefje", troost inspreken, on eerst toen de Keizerin niet haar gepraat had en baar cadeautjes had gegeven, over won zij haren angst. x * * Een Amerikaanse!] tijdschrift, de Cosmopulitan M«(jctzine, heeft de vorige maand een artikel bevat over de rijkste vrouwen van Amerika, eu daarover zeer interessante bijzonderheden weten te verzamelen. Een milliocn dollars is zeker een niet te versmaden eigenschap van een mooie vrouw, vooral wanneer zij als mei.sje of weduwe, nog te krijgen is. Dit geldt door de genode we reld en in New-York, ondanks de vele miliioenen, ook. liet aangehaalde biad beweert, dat er te New-York dozijnen vrouwen zijn. die rijker zijn dan de koningin van Engeland, en deze toch is Ue rijkste vorstin van Europa. Aan het hoofd dezer keurbendo stond miss Ca therine Wolft'; nu deze dood is, geldt miss ^lary Garrett als de rijkste ongetrouwde dame der L'nie. liet bedrag van haar vermogen, dat bijna geheel in Ohio-actiën belegd is, is niet nauwkeurig be kend; men weet alleen, dat zij haar vader, die op 200 milliocn dollars getaxeerd werd, voor een derde heeft opgevolgd, en sedert dien tijd haar vermogen aanzienlijk heeft doen toenemen, want zij is spaarzaam en heeft zeer veel verstand van

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl