De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 5 januari pagina 0

5 januari 1890 – pagina 0

Dit is een ingescande tekst.

BERTA. O ja, Mijnheer l Maar da's nu een afgedane zaak. Laten we daar na niet meer over spreken, 't Is misschien een groot geluk voor ons 'beiden. * 1 D'ALBINOS. \ Ik zal mij natuurlijk naar uw wil schikken. Ik voel dat ik uwer "onwaardig ben. Maar het hindert mij, dat ik bij U den indruk moest achterlaten, dat ik geen moed heb. BERTA. O volstrekt met meneer. Laat U dat niet hinderen. Ik heb een veel te goed idee vB U. Maar voor 't geval dat ik er aan mocht twijfelen, houd ik mij overtuigd, dat U mij op dit oogenblik het tegendeel zoudt willen bewijzen. D'ALBINOS. Hoe dan Mevrouw? Gij hebt slechts te bevelen. BERTA. ' Wel "keel eenvoudig. Om te vertrekken op de manier waarop gij gekomen rijt (zy loyst naar hit venster) (ter ayde) dan kan dat beest niet meer binnenkomen. * Door het raam .... Uitstekend .... (Gaat naar het raam.) O ja, mevrouw, weet U dat het laddertje is weggenomen? y BERTA. - Jawel, dat weet ik. "? * D'ALBINOS. " -Zoo, weet n dat? .... (kykt uit het raam en zuchf). Komaan dan maar.... Pardon, mevrouw, nog ne vraag, heeft U ook ten logeerkamer disponibel met een opgemaakt bed ? BERTA. ? JĀ» zeker, de blauwe kamer, hoe zoo ? , '? . D'ALBIUOS (ter zijde). Hm, de blauwe kamer, bittere ironie. Bont en blauw in de blauwe kamer. ' * ' . (Luid). Och neen, ik vraag het zoo maar. Ik ben natuurlijk zeker dat ik minstens n been breek. Misschien beide. Hoogstwaarschijnlijk mijn heele lichaam. 'Maar in 't gunstigste geval ben ik er toch een maand mooi mee. . ' "l it'* H.U.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl