Historisch Archief 1877-1940
.DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 656
Dé. vrouw richtte nog een paar vragen tot de
ongelukkige vreemdelinge" en ontving antwoor
den, die het bloed in hare aderen deden verstij
ven. Zij wenkte de andere aanwezigen, en in een
oogwenk bevond Nell' zich geheel alleen in het
armoedige, kleine salon. In de kamer daarnaast
ging het echter levendig toe. Men moet de politie
roepen", zeide de een. Ik wil den nacht niet
met een krankzinnige onder hetzelfde dak door
brengen,", riep een tweede uit. Ik ook niet!"
klonk het van alle kanten, totdat eindelijk een
der vrouwen, een moedig, medelijdend schepsel,
.Bet wist door te zetten, dat men het arme,
krank} zinnige kind dien nacht nog daar zou laten; zij
> zelve zou bij haar blijven, zoodat men voor geen
1 ongeluk bevreesd behoefde te zijn. Dit plan werd
goedgekeurd en hoe weinig Nell' Bly zich ook
door de geheel overbodige goedheid dier brave
zich geroerd gevoelde, of haar daarvoor dank
weet, moest zij zich toch in het onvermijdelijke
schikken en zich door die vrouw naar haar slaap
kamer laten brengen.
Zy durfde niet te gaan slapen, uit vrees dat
zjj in haar slaap zou kunnen spreken of wanneer
zJB plotseling wakker -werd, uit haar rol zou val
len en zou verraden, dat zij wel degelijk goed bij
haar zinnen was. Zij ging daarom op den rand
rjvan haar bed zitten en het gelukte haar zoozeer,
j de goede vrouw, die bij haar waakte, door baar
gedrag angst en schrik aan te jagen, dat deze,
, zoodra de dag was aangebroken, er zelve op aan
drong, de waanzinnige onder de hoede der politie
/ te stellen. In het politiebureau wist zij het diepe
?| medelijden der ambtenaren op te wekken. Zij was
i ZOO jong, zoo mooi, en de bekwaamste
genees. heeren van New-York verklaarden nog dienzelfden
'dag dat zij ongeneeslijk krankzinnig was! Zij
werd voorloopig naar een der ziekenhuizen ge
bracht en van daar later naar een krankzinnigen
gesticht vervoerd. Gedurende haar verblijf in het
ziekenhuis verkeerde zij voortdurend in angst,
herkend te zullen worden. Alle reporters uit de
stad zochten baar op en alle couranten bevatten
/ellenlange berichten, beschouwingen, vermoedens,
enz., omtrent het arme, onbekende kind, dat tot
teeuwigen waanzin gedoemd was.
Soms, wanneer zij onder de vele ernstige en
langdurige beraadslagingen der geneesheeren haar
lachlast niet meer kon bedwingen, bedacht en
schiep haar vindingrijke geest situaties, waarin zij
aan haar vroolijkheid den vrijen loop kon laten
en waardoor zij het geloof aan haar waanzin nog
versterkte. Eindelijk werd zij naar een krank
zinnigengesticht getransporteerd. Hetgeen zij daar
ondervond was meer interessant dan aangenaam,
doch zij had haar doel bereikt. Zij bleef daar
\lien dagen en eindelijk, nadat, zij half uitgehon
gerd en naar lichaam en ziel uitgeput was door
Je inspanning, die het haar kostte, niet uit haar
.rol te vallen, gelukte het den heeren Pullitzer en
\pockerill, baar de middelen te verschaffen, om de
Traakzaaumeid harer oppassers te verschalken.
Jfog dienzelfden avond zat zij aan de schrijftafel
en begon aan haar achttien kolommen lange be
richt voor het Zondagsblad van de World.
l Middelerwijl was hare ontvluchting ruchtbaar
geworden, doch daar de motieven daarvoor niet
gekend werden, verhoogde deze nog slechts de
algemewie deelneming en het medelijden voor het
arme kind. Die ongelukkige! Waar kon zij toch
z\jn ? Waarom had men haar niet beter bewaakt?
Misschien was zij wel slecht behandeld? en meer
dergelijke vragen vulden de couranten en overal
'werd ijverig naar de ongelukkige gezocht. Daar
brak de Zondag aan en verscheen het bewuste
Zondagsnummer van de World" en do op sen
saties beluste menigte juichte en jubelde. De
andere bladen, de doktoren waren woedend, maar
Nell' Bly was beroemd of liever, zooals zij
zelve verstandig genoeg is te bekennen, berucht
geworden.
In elk geval was nu haar weg gebaand en al
is deze ook geen effen pad, al zouden voorzich
tige vaders, bezorgde broeders of minnende
echtgenooten, de aan hunne zorgen toevertrouwde
meisjes en vrouwen zeer zeker niet gaarne zulke
wegen zien bewandelen, Nell' Bly vervolgde daar
op hare schreden, er. had de lachers op haar
kant. Zij ondernam en volbracht dingen, waar
aan een man nog nimmer gedacht, waaraan een
vrouw zich nog nooit gewaagd had, dingen, die
het ons onmogelijk maken, in haar het naar
W\j in ons vorig nummer mededeelden door
Gertrude Atherton geschetste, echt vrouwelijke,
bescheiden meisje te zien, doch die ons met be
wondering voor den moed, de handigheid en het
scherpe verstand van deze vrouwelijke reporter ver
vullen. Zij heeft zoo wat van alles bij de hand ge
nomen, om hare eens verworven beroemdheid te
handhaven. Honderde avonturen van den meest
gevaarlijken aard, waarin slechts hare koelbloedig
heid, haar moed en haar schranderheid haar leven
redden, honderde anderen, waarin wij ons moeten
vastklampen aan het jezuitische //het doel heiligt de
;«niddelen" om ons beleedigd gevoel van fatsoen en
schaamte tot zwijgen te brengen. Zoo liet zij zich b. v.
met de verachtelijkste vrouwelijke wezens opsluiten,
om iets omtrent het leven in de gevangenissen te
kunnen mededeelen, liet zij zich door boos
doeners omhelzen en kussen, om hen aan de
Straffende hand des rechters te kunnen overleveren.
Doch, wat zij ook moge gedaan hebben en hoe
?zjj dit deed, er bestaat alle redenen om hare
'" ^ichten omtrent de nu door haar ondernomen
2 fote reis met spanning tegemoet te zien. Als
journaliste zelfs in de Arnerikaansche
beteekenis van dit woord is Nell' Bly onovertroffen
en het hier medegedeelde geeft o. i. genoegzaam
3en antwoord op de vraag, wie en wat zij is.
VOOR DAMES.
Mad. Juliette Adam. Huwelij
ken. Baltoiletten. Mine. Olympe
Audouard.
Ondanks de zonderlinge politiek der Nouvelle
met hare verdachte onthullingen omtrent
buitenlandsche diplomatie, is mevrouw Jnliette
?vi nog steeds een der merkwaardige vrouwen
it hedendaagscho Frankrijk.
Oostelijke grens pleegt men, wegens haar
vaderlandsliefde, ook haren kun
stlachelijk te maken, en de begunstigster aanspra
kelijk te stellen voor de dwaasheden, door hare
vroegere begunstigden Paul Déroulède en anderen
begaan; dit neemt niet weg, dat Frankrijk in
haar een zijner uitstekendste burgeressen te be
wonderen heeft. Wat zij te geven had, heeft zij
gegeven. In den beginne was de Republiek in
discrediet bij al wat op fortuin, geboorte,
wereldsche beschaving, kon roemen. Mad. Juliette
Adam, schoon, geestig, beminnelijk en schatrijk,
opende hare salons voor de welopgevoeden en
minder welopgevoeden van de nieuwere mannen
en vroeg enkel naar verstand en toewijding aan
de Republiek. Gambetta zag hare groote waarde
voor het nieuwe régime in, en was de getrouwe
bezoeker zoowel op hare feesten als op de ver
gaderingen waarmede deze afwisselden. Bij haar
deden de dichters en schrijvers der nieuwe gene
ratie na den oorlog hun vaderlandsche drama's
en liederen hooren; toen er een orgaan noodig
was, naast de monarchale Rtcue des deux Mondes,
besteedde Mad. Adam schatten aan het oprichten
der Nouvelle Revue; niets was haar te veel,noch
moeite, noch vriendelijkheid, noch enthousiasme
voor allen en alles wat aan de Republiek dien
stig kon zijn
Toch is zij niet, zooals Gambetta en vele
zijner vrienden, een zuidelijke. Mad. Juliette Adam
is in Picardie geboren ; haar eerste werk echter,
Voyage auteur du Grand Pin, beschrijft het
Zuiden, de boorden der Middellandsche Zee, en
haar geheele levensbeschouwing is een
antiekGrieksche, een bloemrijk pantheïsme vol liefde en
emotie, een zonnegodsdienst, een dwoepen met
vrijheid, schoonheid en vaderlandsliefde, gelijk in
de oude Grieksche republieken.
Haar volgende werken behandelden telkens
hetzelfde ideaal; Grecque, eer een gedicht dan
een roman, dat den vrijheidsoorlog op Creta be
zingt; Laide, waarin, op de wijze van Gcorge
Sand, philosophie en poëzie vermengd worden, en
de schoonheid der vormen tot een warm gods
dienst verheven wordt; Païenne, met eene voor
rede aan Dumas fils, op zichzelf een poëem,
mystiek en zinnelijk, zeer intellectueel en toch
frisch, op de wijze der antieken.
Wat Mad. Adam (als schrijfster Juliette Lambcr)
verder heeft geschreven, bad meest alleen onder
geschikt of oogenblikkelijk belang. Mon rillage,
Récits d'une pai/sanne, L'Education de Iiaure,
La chanfon des nouveaux ponx. Idees
antiproudhoniennes. Poètes Grecs contemporaine, La
patric hongroise zijn van voorbijgaande waarde,
maar iedere bladzijde geeft getuigenis van een
kloek verstand, een rijke verbeeldingskracht en
een warm hart.
Niet lang na den oorlog, op een avond bij
Victor Ilugo, gaf de oude dichter zijno verwon
dering te kennen, dat gedurende doze onvergete
lijke periode, niemand er aan gedacht had, zijno
indrukken omtrent de gebeurtenissen van den dag
op te schrijven. Ik heb het gedaan", zeide Mad.
Juliette Adam: ik heb in brieven aan mijn doch
ter, het geheele dagboek van het beleg gegeven".
Op Victor Hugo's aandringen zijn toon"de brieven
in den Rnppel verschenen en later als bundel, ie
siège de Paris, uitgekomen. liet is een indrukwek
kend boek. waar do feiten zoo, zonder phrases,
zonder vue d'ensemble, in hun ruwe opeenvolging,
achter elkaar komen. Het geloei dor vólksmenigte,
de bewegingen der troepen, koude, honger, brand,
ellende, hier een schoone daad. daar een droevig
feit, angst en schrik, portretten van do
Communehelden met een paar trekken geschetst, studiën
van de nieuwe mannen, waarvan enkelen geble
ven, velen verdwenen zijn, vormen een bundel zeer
interessante herinneringen. Mad. Adam had
toen reeds het oog op wat, worden kon. op
het organiseeren der Republiek als geordend so
ciaal lichaam, al wat zij later met zooveel ijver
en toewijding heeft holpen tot stand brengen.
Wat zij al aan de Republiek gedaan heeft, hetgeen
deze haar verschuldigd is, bestaat uit zooveel
kleinigheden, zooveel toewijding van alle uren,
attenties, offers, pogingen, zelfverloocheningen,
kleine overwinningen, dat men het nooit voor do
helft weten zal
Mad. Juliette Adam is nu reeds lang groot
moeder ; velen harer vrienden behooren tot het
verledene; haar invloed is niet meer wat hij was;
men heeft haar in vele opzichten, na van haar
geprofiteerd te hebben, slecht gediend ; maar als
edele, sympathieke figuur verdient zij eene plaats
onder de merkwaardige vrouwen van haren tijd.
Naar aanleiding van het huwelijk van de jonge
hertogin d'Uzès met den hertog do Luynes. geeft
een der Frausche chroniqneurs een classificatie
van de huwelijken in do groote wereld, als
mariages grandioses, pretentieuze en li'gunts. Tot de
eerste soort behoort bet aangehaalde ; bruid en
bruigom van ouden adel, schatrijk, en door hun
families aan het hoofd der allergrootste wereld
staande. Een bisschop komt bet huwelijk inzege
nen ; equipages en bedienden zijn voornaam, maar
zonder to veel kleuren; voor de kerk zijn vier
duizend invitaties gezonden; ruim en sacristie
zijn met Oosterscne planten volgezet: het koor
wordt gevormd door de muitrise en het koor
van het kerspel, geen operazangers. Op de
godsdienstoefening volgt een lunch voor een
vijthonderdtal invites hoogstens; bet hotel is van
beneden tot boven, als voor een bal gedecoreerd;
de eetzaal is als buffet ingericht met al het
oude i'amiliezilver. Eenige dagen vóór het hu
welijk is de soiree de contrat; een geinviteerde
receptie, uitstalling der huwelijksgeschenken, een
raout waar men zooveel menschen ziet ais mo
gelijk is, en waar ieder van de keunissen ge
weest moet zijn.
Het pretentiense huwelijk heeft eenige details
anders, en duurder vooral. Er zijn minder invites
bij den lunch, maar alles is geraffineerd kostbaar;
de kapel der Nonciatuur is aangevraagd voor de
huwelijksplcehtigheid; de solo's, van Pa'estrina,
worden gezongen door Lassalle en Jean du iieszké,
van de Groofo Opera; de nuntius zelf' houdt
een rede, half Fransen, half Italiaanse!): aan hot
eind komt per telegram de zegen van den Paus,
die aan ieder der genoodigden afzonderlijk wordt
meegedeeld.
De derde soort, een elegant huwelijk, is een
voudig, onberispelijk, on niet kostbaar, liet wordt
ingezegend in de kerk van het kerspel die voor
de gelegenheid versierd is. Niet te veel mcuschon ;
equipagcs eenvoudig, op zijn Enge^eh; livreien
zonder extra galon. Voor den coupéder
jonggehuwden is een span raspaarden onontbeerlijk.
Geen buitengewone zangers; een paar elegante
jonge meisjes als r/n<?tmscs; een lunch van hoog
stens honderd mcnschon, zonder buitengewone
weelde; vooral niets, dat niet met de aanstaande
positie van do beide jongelieden en met liet ver
leden van hun beide families overeenkomt.
*
* *
Uit de baltoiletten voor dezen winter blijkt
weer, hoe hef oog voor kleuren langzamerhand
verandert. Combinaties die vroeger gesebokt zouden
hebben, doen nu aangenaam aan. Wij vermelden
twee costumes, die onverdeeld succes hadden aan
het Engelsch hof. waar ze door een Parijscho modiste
waren heengezonden. Rok van boitton d'or satijn,
en dit goudgeel omgeven met eene niche van zeer
bloeke rozen, door een paar lange rozeiiguirlaudes
in dezelfde kleur met bet middel verbonden; over
den rok en over bet corsage een sluier van gele
tulle in dezelfde nuance iiou^on d'or gedrapeerd,
en met de bleeko, half verwelkte rozen vastgehecht.
Corsage l>fbéir.et niche om den ronden hals en
epauletten, alles van dezelfde rozen.
Hot andere was bleek grocnblauwe zijde; den
onderrand vormt een dikke tonft'e van donker
fluweelen riolc/les de Puniie; een overkleed van
tulle in donzelfden vorm als bij bet vorige costuum
is van de kleur der viooltjes, terwijl het gladde
zijden corsage een Zouavcn-jakjo heeft vau
flnweelon viooltjes.
Te Nico is Madame Olympo Audouard overleden.
Zij bad een zeer onrustigen levensloop en heeft,
ocriige jaren geleden, veel van zich doen spreken.
In 1830 schoren, was zij nog zeer jong met een
notaris te Marseille getrouwd ; onvcroenigbaarheid
van do beide humeuren leidde echter tot een
scheiding, en Olympe Audouard ma;tl:ie terstond
van do herkregen vrijheid gebruik om eenige
jaren lang te gaan reizen, vooral in Turkije
en Egypte. Toen kwam zij te Parijs terug, zette
er een modewinkel op. maar ook dit verveelde
haar. Zij maakte kennis met Alexaudre Dnmas
fils het was in de periode van tv.o-la!"
on wierp zich mot hem in den strijd voor de
rechten der vrouw en bare positie tegenover den
man. Zij gaf een roman uit: Cnmmc-nt ciiment
les ttommes, waarin zij de sterke sekse zeer
onaangename, dingen toevoegde, die zij later in
hare conférences herhaalde. Zij richtte tijdschriften
op, de Rente Coxmopnlite. de PnpiJJon, en sprak
steeds over de emancipatie der vrouw.
Een reis naar Amerika, waar zij in alle groote
steden voordrachten hield, bezorgde, haar groot
succes, vooral door haar talent als spreekster: in
Parijs teruggekomen rond zij er ceuige teleurstel
ling. Zij wendde zich nu tot het spiritisme, en
schreef een boek, dat oud.-r de volgelingen van
Allan Kardec een groote reputatie geniet. Olympe
Audouard bad een leveudijren geest en een goed
hart; bij bet, beien; van Parijs ma,akte zij zich
maanden lang als ziekenoppasster verdienstelijk.
E?e.
Allerlei,
De, <lneh van liismarck. De Rente accidémique
mcnsuelle beeft uit Berlijn inlichtingen ontvangen
omtrent eenige bijzonderheden uit Uismarck's
jeugd, bijzonderheden, die een eigenaardig licht
op diens karakter werpen. Men meldt baar name
lijk, dat Bismarck gedurende zijn studententijd
ongeveer zestigmaal geduelleerd heeft. Daarbij
werd hij slechts eenmaal gewond; het litteeken
is nog zichtbaar. De student, die hem die wonde
toebracht, heette Biedenweg, was te Bremen gebo
ren en overleed als procureur-generaal te Stade.
Donderdag werden in de Menagerie Ptzon, die
haar tenten had opgeslagen in hét Panorama op
den _ Boulevard du Ilainaut te Brussel, een ver
schrikkelijk drama afgespeeld
_ In twee aangrenzende kooien waren een prach
tige Numidisehe leeuw en een groote gevlekte
hyona opgesloten. De laatste kon baar buurman
niet verdragen en droeg hem een woesten haat toe.
Dag en nacht zocht zij naar een uitgang, om
de kooi van baar buurman te kunnen binnendrin
gen. De leeuw stoorde zich volstrekt niet aan hot
gejank van zijn vijand en bejegende dit mot
koninklijke minachting. Donderdag hadden de
bedienden juist de kooien schoongemaakt, toen
zij eensklaps een verschrikkelijk gebrul vernamen.
Zij kwamen toesncllen en nu zag men, dat de
bycna zich op den leeuw geworpen "en bas r klau
wen diep in den nek van den koning der dieren
had geslagen.
Mevrouw Castanel, de dierentemstcr, dio mede
was komen toeschieten, aarzeide geen oogenblik;
in hare gewone kleeding, slechts gewapend met
eeu karwats, begaf zij zich in de kooi, trad op
de hyena toe en gaf baar zulk een barden slag
met de karwats op den muil. dat het beest in
zijn eigen kooi vluchtte. Inmiddels was de leeuw
naar de dierentemster toegekomen en sloeg
haar mot zijn poot ter aarde.
Die slag was vreeselijk aangekomen, de Weeren
der moedige vrouw waren aan Harden gescheurd
on baar linkerbeen was tot op het been ontvleescht.
Mevrouw Castanel wist echter met bewonde
renswaardige energie weer overeind te komen en
diende nu op haar beurt den leeuw met haar
karwats zulk een dracht slagen toe, dat bij ach
teruit deinsde, en zij daardoor de gelegenheid
kreeg, de kooi te verlaten.
In bewusteloozcn toestand werd zij naar bare
woning vervoerd. Haar toestand is niet veront
rustend, hoewel hare wonden haar verschrikkelijke
pijnen veroorzaken.
Omtrent een iconderJcuitr, het genezen van een
doofstomme, die onlangs in Engeland door een
soort van homoöpafhischen doctor Eiscnbart ver
richt werd, dcelen Engelsclie bladen bet volgende
mede: Een mijnwerker uit Rhonoda, David Davies
genaamd, was in het, jaar 1880 een offer van de
ontploffing van I'eu-y-Craig geworden on sedert
dien tijd vier jaar lang aan bet ziekbed gekluis
terd geweest. Eindelijk was bij weer in staat zich
op de been te houden en zich te bewegen, maar
door de ontploffing bad bij bet gehoor en de spraak
verloren. Toen kwam de dokter, die hem behan
delde, op den gonialcn inval, hem te genezen,
door hetzelfde middel, dat hem doofstom gemaakt
bad en plaatste daarom bij zijn patiënt dezer
dagen zoo dicht mogelijk bij een kanon, waarmede
schietoefeningen zouden gehouden worden. Boem
daar ging bet kanon af! De zieke hoorde niets,
verroerde zich niet. En boem ! boem ! ten twee
den eu ten derden male. Langzamerhand scheen
do luidruchtige taal van den metalen mond toch
indruk op den doofstomme te maken : en ja, het
was zon, na bet zesde schot hüd bij bet gehoor
teruggekregen ! Voorloopig bleef hij wel is waar
nog stom, maar verleden Zondag, toen iemand
hem door een onbeschaamd gezegde woedend
gemaakt ba.d, spande hij als eeu wanhopige alle
krachten in en zij bet nu instinctief of' opzet
telijk stiet bij een kracbtigen vloek uit. Hij
had nu ook liet spraakvermogen teruggekregen.
Se i iion rero.. ..
De rir/li'fnnrtt lieerde influenza. Naar men aan
de Kiihiifclie '/.ciiuntj meldt, werd dezer dagen
in deu Poolscbeii schouwburg te Posen eeu blijspel.
getiteld Die Influenza" feu toonccle gebracht.
Men zal nu misschien meeneii. dat dit de eerste
maal is. dat een handig dichter deze ziekte tot
onderwerp voor een dramatischcn arbeid koos.
Dit is echter niet zoo en ook op dit ireval is hot
gezegde van den ouden rabbi Hen Akiba: Es int
Alle» acht)»* eininal drtr/eii'exe.n! van toepassing.
In een bericht aan de Nmte l'reic Prcxw deelt
namelijk de directeur van de Realscbulc" te
Kaden, de beer Emill Ilaucis het volgende niede ?.
Het was in het begin van de vijftiende eeuw. dat
zich in Duitscbland een ziekte verspreidde, waarbij
zich in bet algemeen dezelfde verschijnselen
voordeden, die men ook nu opmerkt. Oud en jong,
hoog eu laag, rijken on armen werden erdoor
aangetast. Zij begon met zware dnuVkingen in
bet hoofd en werd daarom in Frankrijk I,e
borion". d. i. de slag voor bet hoofd, in Duitscb
land Tauaweschel", wat hetzelfde beteekeude,
genoemd. Dat in het jaar 1414 die ziekte bccvsclite,
blijkt uit, gelijktijdige berichten in een Augsburger
en Nürnbcrger kroniek on uit een van die popu
laire dramatische spelen, die tijdens de vasten
door jonge handwerkslieden en gezellen in do
16
17
18
19
20
21
22
23
fl el
c3 d 5
d4 X có
b3 a4
a4 X a7
a7 a4
c3 - g5
13 X gi">
Om d7 f8 to kunnen spelen, indien
wit zet 24 a4 h4
a4 c4
Anderssen, langen tijd Duitschlands
beste schaakspeler, speelt deze partij
zeer schoon en sterk.
d7 f8
d5 f G!
Een fraai offer kroont bet werk.
De volgende '2 Probleems
II. Mende/s da Costaj alhier.
Wit begint en geeft in
ZWART
zijn van
2 zetten
don
mat.
beer
Wit begint
en geeft in
ZWART
'i zetten mat.
8
25
20
27
28
2f>
HO
c4
f 7
f 6
el
f.7
f7 !
c8
f<>
g8 h8
h8 g.S
g8 h8
c7 cG
opgeseve-»
d e
WT.T
JL'
ede
WIT
f g h