De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 26 januari pagina 2

26 januari 1890 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEEBLAD VOOR NEDERLAND. No. 657 richt, dat op sommige kantoren de dienst finaal moest gestaakt worden. Zonder, ophouden hoorde men van nieuwe overvallen en ver.-che aanslagen, steeds met het meeste succes voor den opstan deling bekroond. Nu eens was het een schildwacht op post, dan weder een vreedzaam koopman, een gchelpoetsend dienstmeisje, een deftige dame in een tram of een onderwijzer voor de klasse, die allen op dezelfde verraderlijke wijze overrompeld werden. Het vorstelijk 's-Gravenhage, anders op zoo veel schoonheid prat, leek wel uitgestorven. In de gewoonlijk zoo drukke winkelstraten heerschte eene Groenlandsche doodsche stilte en dito be drijvigheid. De zon, zelfs op het midden van den dag niet in staat om door hf-t loodzware zwerk voldoende heen te boren, leverde slechts eene flauwe Noordpool-schemeriug. Achter de beslagen ruiten ver toonden zich de \\iukeluitstallingen, bij gebrek aan de noodige handen om ze at' te stoffen eu te ver schikken, als kale klippen en heuvels van aller hande grillig opgewaaide, half ondergesneeuwde voorwerpen, ongeveer in deuzelfden ontredderden staat als in der tijd de reliquica van Barendsz en Heemskerk op Nova Zembla moeten gevonden zijn. Van kuopers of kijkers was geen schijn of schaduw te zien. Slechts het onheilspellend blaffen van een enkel grieperig winkelbediende met een doek om het hoofd, toonde dat het ma gazijn niet totaal onbeheerd en verlaten was. De weinige levende wezens, die onvermijdelijk dien kant uitmoesten, zag men, ingebakerd als Eskimo's, met de snelheid van rendieren, Veenestraat of Hoogstraat doorkruisen. In n woord: de.dichter Verweij kon eindelijk zijn ideaal ver wezenlijkt zien, neergelegd in zijn dichtstuk nota bene getiteld: LEVENSLUST waar hij uit roept : »Ik baat dit leven: 'k wild' dat 't was Een stille straat, waar men alleen 't geluid Van eigen stappen boord'". Toevallig echter heeft de groote meerderheid der residentie-bewoners eene geheel tegenoverge stelde opvatting van het woord levenslust, en een bepaalden afkeer van de huiveringwekkende .eenzaamheid van een zelfmoordenaars omgeving. In tegendeel getroost men zich hier de zwaarste offers en de grootste moeite eu inspanning', om maar in de gelegenheid te zijn elkander van aan gezicht tot aangezicht te aanschouwen en in ge zelschap van zoo veel mogelijk medeschepselen adem te halen. De fraaiste lanen en statigste boomgroepen op ons oude bosch blijven door menschen onbezocht en verlaten, ten prooi van ratten, muizen, mollen en ander ongedierte niet uit gebrek aau gevoel voor natuurschoon maar alleen uit de niet ongegronde vrees dat men, daar komende, er wellicht geheel in zijn eentje zou ronddolen, in de manier van Robitison Crusoëop zijn onbewoond eiland. Enkel en al leen door die eenzaamheid vliedende kracht, die den Hagenaar in het bloed zit, worden de schil derachtigste boschhoeken gewillig geofferd op het altaar der gezelligheid, omgeven door fen groen geschilderd hek, prijkende met het woord sociëteit. De vervelerdste en droogste nutslezers met verhandelingen over zoo mogelijk nog vervelender overleden voorgangers, worden hier geheel ver wend en bedorven, althans in den valschcn waan gebracht dat zij grappige, onderhoudende ver tellers zijn in de woestijn des dagelijkschen levens, omdat zij zich steeds in een uitgelezen en dichte schare van toehoorders en toehoordercssen kun nen verheugen. De oi-gelukkigeu weten niet dat zij slechts de nederige baak yijn, waarop onze dames en hecren aansturen, eenig eu alleen met het doel om vlak in elkanders nabijheid in eene veilige haven voor een avond te ankeren. In opera of komedie geeft men hier met alle genoegen dikwijls goed geld voor slechte of af gezaagde stukken, als men maar van te voren weet dat er toch veel publiek zal verschijnen. Ja, men kan er zeker van zijn dat velen volko men bereid zouden zijn om avond aan avond de allereilendigste vertooi.ingen goedmoedig te slik ken, wanneer niet de panische schrik voor leege zalen den een voor den ander daarvan terughield. Voor bemoeiingen van den Secre taris. 2 Louis d'or ll.lOthalers te goed OU thalers. Do 00 thalers zijn er in banknoten bijge voegd. Woedend smijt Fernando ze op den grond. Op datzelfde oogenblik komt Muller binnen. »Ha ! een geldrcgen !" roept hij, als hij liet geld ziet, snelt op zijn vriend toe en drukt hem stormachtig aan zijn hart. Knorrig duwt Fernando hem we»' en raapt liaasiig het geld op. >ÏIicr, hier, lees, mensen !" roept hij, terwijl hij hem de afrekening voorhoudt. >\)c directeur is ecu spitsboef, een onbeschaamde vlegel ! Hij heeft mij bedrogen schandelijk afschuwelijk bedrogen ! liet is de uroolste fauwdief die er bestaat! Kijk eens, Muller, erel, ongeluk! Drie ze«'ire drie kransen heeft hij laten maken. Telkens zijn ze weet1 spoorloos verdwenen en v,'eer merkwaardiger wijze in de loges gekomen. Drie, meer niet! Begrijp je nu die brutale spitsboeverij ? Kn voor dat toewerpen laat hij zich nog afzon derlijk betalen ! Het verbaast me nog-, dat hij niet gerekend heeft voor het telkens weer naar de loges brengen ! Voor den fakkel optocht 230 thalors ! Ken bagatel l Voor de prullerige gedichten (i)? thalers! Hahaha ! Daar kan ik een hooien bundel gedichten voor laten maken ! Mensch, Muller, kerel, hoe kan je in 's hemelsnaam lachen bij zoo iets ernstigs? Lach niet, of bij den Styx, ik worg je ! Is dat geen ongehoorde bedriegerij?" «Ongehoord," antwoordt Muller. »Ja, en wat nog erger is, de secretaris rekent 2 Louis d'or voor zijne bemoeiingen ! De kerel had bankier moeten worden of naar Calif'orniëmoeten gaan! Maar geduld! Ik zal dien vent aanklagen of openlijk aan de kaak stellen !" De critici in de couranten dragen in dat op zicht eene zware verantwoordelijkheid. Direct hebben zij niets te kommandeeren, evenmin als Jan, de oppasser van den Overste, dien wij uit de militiiire schetsen van den heer van Harpen hebben leeren kennen Maar toch laat die schijn baar onnoozele Jan het bataljon geheel naar zijn goedvinden, uitrukken of thuis blijven. Het ligt er slechts aan of de slimmert, wanneer hij 's mor gens vroeg den overste komt wekken en zijn pruikje in orde maken, het weer als mooi of als leelijk gelieft voor te stellen. In het hevigste stadium der griep-epidemie was nogtans zelfs Jan de criticus niet bij machte om cenigen invloed op de opkomst van het pu bliek uit te oefenen. Het bleef' alles leeg en stil en onbezield en naar." Zoowel binnen 's huis als daar buiten scheen aan de hier zoo op prijs ge stelde gezelligheid, de genadeslag toegebracht. Bijna alle huizen waren in kille, druilerige musea veranderd met tafels waaronder geen beenen staken, stoelen waarop geen menschen zaten, glazen waaruit niet werd gedronken, klokken die stil stonden, en slechts bevolkt met mummies in liggende houding.... het spook der influenza had allen diep onder de dekens gejaagd. /j. Kunst en Letteren. MUZIEK IN DE HOOFDSTAD. Deze weck is zeer weinig omtrent hel muzikal0 loven in do hoofdstad te vermeiden. De kamer muziek-soiree waarvan ik mij veel genoegen had voorspeld, werd wegens ongesteldheid uitgesteld, ever;als het concert des hoeren van Loeiien. | In den Parkschouwburg werd Zondag avond eene j degelijke voorstelling van Kossini's \Y~ilIem Teil" j gegeven. Deze opera, die in liü'J voor 't eerst i gegeven werd, wordt algemeen beschouwd als het i meesterstuk van den Zwaan van l'esaro; het ver haal luidt dat Uossini zelf hiervan zoo overtuigd j was, dat hij meende nooit meer iets dergelijks te kunnen schrijven en daarom de pon, wat betreft het schrijven van opera's, heeft neergelegd. Van alle Italiaansche opera's is deze zeker de beste of een van de hoste, niet alleen wat melodieën- \ bouw en recitatieven aangaat, maar ook wat de : doorwerking betreft van het orchcst, dat in dit werk niet zoo geheel overwegend is als in do opera's van Meyerbeer, maar toch een grouten .in vloed heeft op eene, goode uitvoering. De tekst, hoewel ontleend aan het bekende drama van Schiller, staat echter verre beneden het werk des Duitschen dichters. Nu spreekt het vanzelf dat een drama, niet geschreven voor op voering als opera, ook daartoe niet geschikt is ; de tekst moest das veranderd worden. Maar deze verandering brengt, dunkt raij, niet niet zich dat de schoouc figuur van Uertba vou Brüneek, moest misvormd worden tut de prinses Mathilda van llabsburg Daardoor mist de opera een der schoonste gedeelten vau Schillers drama, namelijk, de ont moeting van IJertha en Jtudenz (Drilter Aul'zug, zweite .Scène); vergelijkt men hiermede het overeen komstig tafereel iu het begin van het tweede bedrijf der opera, dan springt (ie misvorming ter stond iu het oog. Welk een onderscheid tusschen de edele Beriha, die den geliefde in de schoonste en meest roerende taal aanspoort, eerst zijn vader land te bevrijden van Oostenrijk's juk; zij, do hooggeborone, met haar open, vrij en warm hart voor do vrijheid des volks, zij wil zich alleen door die vrijheid den geliefde veroveren; zij wil j slechts den man dien zij achten kan. den held. \ den strijder voor eer en recht. M.iüiiKle daareni tegen bekommert zich om dit alles niet ; het duet tusschen haar en Arnold is eene klacht over den afstand die hen in hunne Heide scheidt; de raad dien iMathüde haren minnaar geeft, is alieeii dat | hij, blijkbaar onder Oostenrijksoho banier, maar l eens flink vechten moet. Mogelijk is het, dat 1 deze zoogenaamd roemrijke handelingen do, aan dacht des keizers zullen trckkoa on hij zich zoo[ doende kan opheffen tot vorstelijk bloed. Men ! gevoelt welk eene vernedering hier de figuur van iicrtba en de prinses onderdaan heeft. i l .,?!?...?ll-l . , ,,.,,. | »En je reclame ''" brengt Muller hier lachend tegen in »Sül, verongelukt genie! Denk je, dat ik niets anders meer te betalen heb. Je, hebt min stens voor vijfiig thalers \vi.ju gedronken dit is al mijn aardsche, have. waarmee moet ik de höteirckening betalen ? .Hoste vriend, je weef, dal ik alli.jd een innige toegenegen heid voor je heb gekoesterd zog, heb je niet toevallig een goudstuk of 2<i over, die-je me zoudt. kunnen geven ? ' »]k, 20 goudstukken'.1" valt Muller hem ver baasd in de rede, ??Fernaiido, nog nooit heeft een sterveling die bij mij gezocht!'' »Wat moet ik beginnen '.'" »Wel, leen bij den hotel houder, den direc teur, den regisseur, bij ai, die je maar kent en vertrek met de noorder/on V' Peinzend loopt Fernaudo heen en weer. »Dat is liet lot, van hel, schoouc op aarde!" zegt hij met, valsch palhos. )an schreeuwen de menschen nog over het lichtzinnige leven van tooneelspelers. omdat die zooveel ver dienen en toch nooit iets bezitten ! Zij welen niet, hoeveel het vak kost!" 'l']u hoe dorstig het maakt!" valt Muller hem in de rede. Laat in den avond rijden twee mannen dicht in hun manlels gehuld, de slad uit. Het zijn Kernando en Muller. De rekening in het hotel is betaald met geld, dat ze bij den goedgeloovigop. regisseur hebben opge nomen, builen het reisgeld bezitten zij niets. Fernaudo is somber er. st.il. Muller is vroolijk als altijd, i lij hoeft vog een thalor iu zijn zak. en dien betast hij elk oogenblik. terwijl hij er over peinst,, in welke herberg hij hem zal verteren. hVrnando troost zich met de uitstekende hcoordcolingen, die hij in zijn zak draagt. De lauwerkransen heeft hij achtergelaten; zij zijn hem zeer dierbaar en toch weer niet zoo, of hij kon er wel van scheiden. En dan de taal! Vergelijk eens de heerlijke, gloedvolle woorden van Bert ha met het armzalige Hollandsen, dat hot paartje in do opera voor den dag brengt. Men mccno niet dat ik dit zog om der Ilollandsche opera onaangenaam te zijn, geenszins; integendeel, ik wijs op dergelijke misvormingen om te doen zien hoe noodig het is. dat onze groote letterkundigen eens een klein beetje warm worden voor dezo, zooals do heer De Lange zegt: natio nale instelling bij uitnemendheid", opdat zij in die warmte de kracht mogen vinden zich deze instelling aan to trekken en of zelve behoorlijke libretto's leveren, zooals onder anderen reeds door Fiore Della Neve gedaan is, of voor eene behoor lijke vertaling zorgen. Want dezo arbeid mag niet. langer overgelaten worden aan X of Y, maar moet geschieden door oen bevoogd letterkundige met hulp van oen musicus, om te verhoeden dat verkeerde klanken op do verschillop.de noten komen, want vertalen vau ccn tekst, waarbij reeds muziek geschreven werd, is veel moeielijker dan de vertaling van een roman en vereischt tevens muzikale bekwaamheden. Op dezo wijze wordt der Ilollandsche opera eeu schoonc toekomst gewaarborgd, dio des te zekerder zal zijn, als ook bekende artisten zich niet schamen hunne medewerking in het orkest to vcrlecnen Do hoer Uosmans schijnt reeds voor gegaan to zijn. bravo ! Niet alleen het goed zijn, ook hot streven naar deugd, is deugd, zegt Multatuli ergens ; niet do vraag is gewettigd is de Ilollandsche opera ?,oo volkomen, dat zij do open baring is der hoogste kunst" 'l maar dezo : beschikt de Ilollandsche Opera over zulke krachten, dat door samenwerking on zoo noodig' geldelijke on dersteuning, zij de openbaring der hoogste kunst kan worden" en dan geloof ik dat goede verwach tingen volkomen gerechtvaardigd zijn. Over do uitvoering zelve zal ik niet spreken; mot vreugde sluit, ik mij aan bij do beschouwing, door onzen bekwamen musicus Dan. de Lange gogcvon. hoewel ik niet kan verholen, dat zij op timistische kleuren heeft aangenomen. Donderdagavond bezocht ik het Klassieke Con cert in hot Paleis voor Volksvlijt, waar eene grooto menigte bijeengekomen was, om het spel van den eltjarigea violist Jacobs te hoorcn. Als eerste nummer gaf het orchcst Gade's S'ymfonie in (i-mol!, op. .')'J. Men heeft wel eens vau dezen componist gezegd dat zijne scheppings kracht gaandeweg minder wordt on zijne eerste werken door moor oorspronkelijkheid zich ken merken dan de, latere. In deze symfonie viel mij op, dat voornamelijk hot thema van het eerste gedeelte sterk gelijkt op eeu strijkkwartet van Meiuielssohn; belangwekkend vind ik dit werk riet, hoewel doorwerking ea instrumentatie den goool'endon meester toonon. De, indruk op het publiek was niet zeer groot, gedeeltelijk daar de stilte, voreischt tot liet rustig aaiihooron eener compiisiïie. meermalen onderbroken werd door gepraat. geloepj geschuif vau sf.telen, omvervallen van stoelen en/., maar nok omdat ieders aandacht gespannen was op do verschijning van den jeug digen violist. Hot handgeklap dat hem bij zijn optrodeu be groette was echter niet bij machte der. jongen kin stenaar van streek te brengen; kalm was zijn houding on vast zijn spel. De Fa.ntaisic-Capricc van Yioiixtetiijis werd door hem vertolkt op eene wijze die toont dat hij ernstige stn liccn hooit gemaakt, ja dat hij belooft een artist van den eersten rang io, zullou worden. Dio jeugdige vio list beschikt reeds over eono bewonderenswaar dige techriek : zijn toon is rond on beeft, reeds een behoorlijken trap van fraaiheid bereikt; bo vendien werd dit werkje vau Yieuxtemps met zootor door hein gemaakt dau hot reeds is, en dat besdtou'A' ik als ee.uo, gn.ote verdienste. Voeg hierbij dat dit nummer geheel u;t bot hoofd werd voorgedragen, dan geloot' ik dat do voorspelling eonor sclioono toekomst niot ongerechtvaardigd is. Over den pianist Ulüz kan ik met niet zooveel loi' siirokou ; v^ei word hot pianoconcert ?de le ?Hing vau eeu zal voordragen. Dat? tenaar verheft, indigloed. on!brak m. i. . nooit vroeger boorde. nummer niet heoorvertolke-n van (irieg's komt niij voor dat iedoro g' conserva:oire dit even goed gene wat iemand tot kun1 vidneolo stempel, karakter, geheel. iHar ik dezen pianist wil ik hom naar dit oeno docHi : 't kan zijn d.it bet, werk niet tot het boste gedeelte van zijn talent, behoort, Gelukkig spoeltlo do pianist niot uit hot hoobi. waardoor bij voor ongelukken behoed werd, ib'o meermalen de groMslo kunstenaars overkomen, namelijk om in < o war to geraken, zooals onlangs mevr. Carréno in bet concert van Chopin. Dit uit het hoofd spelen van groote werken staat wel kranig, maar is gevaarlijk. Ook van eene artistieke zijde bekeken, beeft hot bij niij weinig beteekenis. liet spreekt vau zelt dat de kunstenaar den gang van het stuk en geSioele passages uit het hoofd moot kennen, wil zijne vor'.olking goed zijn, ma?r er is geen enkele roden denkbaar, waarom zoo nu eu dan een blik in do muziek !icslagen. do waarde van zija spel /oude verminderen. Het iigt in don aard der zaak dat de speler, dio om zoo te zeggen steeds vooruit donken moot, soms kleine détai Is vergeet, welke hem niet zouden ontsnapt zijn, als hot uit 't hooul spolon niet zijne gedachten aan wat komen zal in beslag genomen bad. F.u hiermede kan ik eindigen, do volgende week iets over het feesteoiiccrt van Toonkunst. F. I)K AUMK JOXATIIAN. Operette in drie bedrijven van C. Mi Hoeker, tekst van H ugo Wittman en Julius liauern. Het is nu eenmaal een onloochenbaar feit, dat er tegenwoordig bij een operette voel meer ge wicht gelegd wordt op den tok-t, dan op de muziek, dat vele mtiziekaal lieliijke en degelijk bewerkte operettes geen aantrekkingskracht uit oefenden, omdat de tekst het publiek niet ge noegzaam amuseerde. Alleen o in den tekst kan men den lArmen Jonathan" reeds een groot succes voorspellen, daar deze voldoet aan alle eischeu, die zelfs eeu in dit gezicht verwend pu bliek kan stellen. Op werkelijk geniale wijze hebben do librettisten Lnfontaine's fabel van den vroolijken schoenlapper en den kuorrigen, ontevreden millionair gedramatiseerd. De handeling begint te Boston. De schatrijke Vandergold is door alle mogelijke goede vrienden, waaronder een impresario, een professor, een Poolsche graaf en tal van dames, omgeven, doch ondanks dat alles verveelt hij zich, is hij het leven moede. Al zijne gevoelens zijn verstompt; hij koestert nog slechts genegenheid voor een jong meisje, dat hij liet opvoeden ; zij is .,dokteres" geworden, houdt hem op allerlei manieren voor den mal eu laat zich ten laatste door den impre sario, die ontdekte, dat zij eeu zeer fraaie stem heeft, als primadonna engageeren. Vandergold besluit door een pistoolschot een einde aan zijn leven te maken, doch wil. alvorens daartoe over te gaan, een vreemde tot erfgenaam benoemen; zijn vrienden kent bij te goed, om hun zijn schatten te gunnen. Terwijl hij zoo in gepeinzen verdiept, bezig is zijn testament op te stellen, ziet hij een armen kerel. Jonathan, de. kamer binnenkomen, eveneens met een revolver i;i de hand .en van phui zich zelf van kant te. maken. Hij heeft in zijn leven al van alles bij do hand gehad, was o. a. ook koksmaat bij Vaudergold, werd wegens een gering vergrijp wegirej ia:rd en wil zich nu voor den kop schieten, d<>ch iu de nabijheid der geliefde Moliy, de keukenmeid van Vaudergold. De beide ievensmoeden komen aldus bijeen; bij den rijken man komt het denk beeld op. zijn vermogen aan den armer, sukkel af te staan, doch onder voor,vaarde, dat wanneer een van hen beiden liet nieuwe leven mot-de i«, hij den ander een teekeu zal geven en dat dan beiden moeten sterven. Dit toeken is het lied, dat de pnmadonna heeft gezongen op het oogen blik dat zij zich liet eugago.eren. Do arme Jo nathan trouwt nu zijn Moily, gaat als oen voor naam h et-r naar Kuropa eu komt te .Monaco. Het gaat hem hoe langer hoe sleohi.er; zijn vrouw, wier hoofd doordien onverwachter, rijk lom geheel en n\ op hol gebracht i-s, plaagt hem met hare nukken en hiimon, eu laat -zich, zij het ook steeds iu eer eu deugd, door allerlei heernuin t hof makeii. Hij. van zyn kant, tracht de gonst van meergenoemde priniadonna te winnen, die met eeu italiaansch opcrügozelsehap te .\louaeo ge komen is ; YaiüiergoM oclitor, dio het meisje is nagvrelsd, steekt daar een stokje voor door den armen gek te herinneren a-.io de voorwaarde, waarop bij hem zijn vermogen afstond. Ueh-.kkig voor Jonathan kan hij de melojie maar niet vinden, van het lied, d-it hij moot zingen; hij neuriet aila mogelijke wijfjes uit vreemde opera's (dit tO'ji'Ci'l is van een IniU^ngowoon komische uitwerking) totdat ,de melodie plotseling weer klinkt in het muzieksalon van liet hotel, waar de zangeres repeteert. Deze slaat echter terstond op de vlucht, VandergoM ijlt haar achterna; Jonathan is gered en koe; t ijlings naar Amerika terug. Maar genot kent hij niet meer en als onverwacht \ airlergold voor hem verschijnt, die inmiddels als matroos gediend en zijn goed humeur geheel herkregen heeft, verzoekt de voormalige koksmaat hom, zijn geld lenig te nemen en hem aU den armen Jonathan maar stilletjes weer tot zijn werk te laten terugkeeren. Aldus in korte tivkkeühot verloop oer han deling van De arme Jonathan", die IU dezer voor de eersto ma.il in het I'Yiedrich-\Yilhelmsiaeitische Theater te lïerlijo ten tooneeio gebracht werd. Kn niet alleen is do handeling zeer onder houdcnd en oog is friseli on 'eestig en wemelt van aardige ziusv,ondingen en grappige woordspelingen het eerste duet van Vander: de couph-tten, bijv. _ 'ld en Harrier. geven dikwijls blijk vau dichteilijke begaafdheid. Tot lof vau ile muziek van den heer Milliicker kan in do eerste plaats gezegd worden, dat zij neet veel zorg MI smaak bewerkt is; dat de ru moerige iiisti nnieiitatie, die in den laatston tijd, vooral iu Duitsche operettes tot ondraaglijk wordens toe do overhand hei ft gebregen, in den ?Armen Jonathan" niet suirtnd op ik".1, voorgrond, treedt, en in dat de orciiestratie zelfs ;-f en toe zeer iijiio nuances zijn te bespeuren. De première wem dan ook met een schitterend succes b.'kroond ; ve!o nummers moesten her haald worden en telkens daverde de zaal onder het gejuich en gelach (lor toeschouwers. Kveimls indertijd *l>cr jic//r/.i//t</ei/i'' zal ook nu -,I)i.r firine Joiititlniil" wel al spoedig een rots door Europa maken en zu'len onze lezers hun oordeel, aan dat der i>ei'iijn,-ehe pers, waaraan wij het bovenstaande, ontleenen, kunnen toetsen. i!AN!)T ALS Daar is zooeven in UiiitseJilaiul ee;i hoogst merkwaardig boek verschenen, dut dozen litci drangt. !)i-n schrijver kent men niet ; i, of. moei, een jong ]>hilo!oog zijne) l l.ot is |>!iiloso])inc van hoU'iu tot, enul, hiLiïsehe j)!i!iosop!ne, die wol eens oen vlucht neemt, uie \MJ eenvoudige Hollanders niet. meer \ulgeii kunnen. Maar ondanks veel Nvaai'bij wi| het ho:)|,,l sehadden, (zells zal menig een het voorbarig ml de lianil loggen, oi iinssoliien toornig wegwerpen) toch bevat dit boek grooto waarheden, en veel s.'hoous. Kon knliek er op to 'even, laat ik voorloopig aan anderen over. .\faar ik wiaisch allen die do kunst aan 't hart ligt, eu vooral de ontwikkeling onzer inodeme kitnsi. ja, ik zou zeiru'cit allen besehaalden huulgvnootcii toe te roepen: Aw', In'il i/ii hi.n/c. leder zal er ii'l.i in vinden vat hem treft, wat hem boeit, wat hij beaamt. K n luj zal het met mij eens /ija : al is er veel in dit werk (lat vooral ons Hollanders wat hoogdravend voorkomt, ook veel wat wol wat ge zocht is. men moet een buitengewoon ineiiseh zijn. om zoo iets te kunnen schrijven. De schrijver begint to bctoogen, dat liet geistige Leijeii'' m Diutschland m verval geraakt; wetenschap, kunst, kunstiiulastrie, dat alles ont beert oorspronkelijkheid. , Das heufig,' Ivnnstgewerbe hat, aal' seiner slilisclicn llotzjag'L alle Xeit.en uiid Yolkcr durchprobirt, umi ist iroizdeai, oder fji'fddc i/i'x.ihnl/i nielit zu cinciu eigenen ^lil gelaiigt." \Vij ivgi-truvii", iu plaats van iets groots, iets nieuws te scheppen. Toch is er in het nieuwe Duitsehe Kijk u()g' veel te doen. 7Mau

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl