Historisch Archief 1877-1940
No. 659
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
De zaal van Flora was Donderdag bezet door
talrijke genoodigden, die de vertooning van de
beide tooneelstukjes gaarne toejuichten. Eerst
werd voor het voetlicht gebracht een tooneelspel
in drie afdeelingen, geschreven door den heer
Mari J. Ternooy Apèl, en daarna de Schooirijdster.
In het tooneelspol van den heer Ternooy Apel,
dat de naam draagt van Heilig, worden twee
stellingen behandeld:
Ten eerste, dat men zonder godsdienst braaf
kan zijn, en met godsdienst slecht; ten tweede
dat het een meisje, die uit liefde hare hand reikt
aan een jongen man, niet vrijstaat de verloving
te verbreken, al neemt de man harer keuze niet
die plaats in de wereld in, die men dacht.
De bespreking dezer motieven gaf blijken van
nadenken, doch de gedachtenloop van den schrijver
vormde nog niet zulk een aaneengeschakeld ge
heel, dat de toestand het publiek steeds volkomen
helder was
De dames en de heeren, die de rollen vertolk
ten, deden dat niet onverdienstelijk.
Vooral mej. M. Schut, die voor het jonge meisje,
dat weigert van haar verloofde af te zien. speelde,
komt een woord van lof toe. Zij gaf blijk van
veel studie. Zoowel haar gebaren als haar
sternbuiging waren wel overdacht. Dit was modo het
geval toen zij optrad als Imrones Nitoeh in de
Schooirijdster. Deed zij in Heilig soms aan me
vrouw Frenkel denken, als barones Nitoeh herin
nerde zij aan mevrouw Rössing?Sablairolles.
Klaarblijkelijk heeft zij bij liet bezoeken van onze
schouwburgen goed toegezien, en er haar voordeel
mee gedaan. Bovendien heeft zij haar uiterlijk
en haar orgaan in haar voordeel.
Van de heeren beviel mij de heer Schut, die
in Heil/f/ voor Alfred van Buren, en in de
ftchoolTijdster, door verhindering van den heer Wester
man voor Enqelhurdt van Menninyhauwn spoelde,
Let besfe. Hij bewoog zich wel wat breed, maar
toch gemakkelijk.
De beer Ternooy Apel trad in het laatste stukje
als Otto op, en hoewel hij zich als bediende wel
wat te veel op don voorgrond stelde, deed hij het
komische gedeelte van zijn rol toch goed uitkomen.
De dames ontvingen ruikers, de auteur van het
eerste stukje kransen
Naar ik vernam, werd de regie bestuurd door
den heer Wonsma van de Kon vereeniging het
Nederlundsch Tooneel. die al Ie eer van zijn werk had.
In Heüifl was de mise en scène zeer te roemen.
Kalm en bedaard, en niet te veel meubelen.
* s
*
In den Salon des Variétés gaat eennieuw shik:
Koii-~Pion Donderdagavond was het bij de eerste
voorstelling een benefice-avond voor den
orkcstdirpctenr. den heer Benard
Over dit stuk een volgende keer.
FR.
A ANTEE KENINGEN SCHILDERKUNST.
Wat men moge zeggen van de jaarlijkscbe ex
posities na den wedstrijd-Willink van Collen, zij
zijn toch maar de meest pikante die Arfi ons te
zien geeft. Ik weet wel dat dat niet door hun
mooi is. maar men gaat er dan toch maar naar j
toe en kijkt en vergelijkt, en vraagt, en snuffelt
en overweegt, en lacht misschien eens, en gist,
en praat er eens met een ander over. en tracht j
alles dan nog weer eens goed te zien. Het is l
een amusement zooals men het van een betrek- j
kelijk klein aantal schilderijen, en dan nog wel l
van meestal beginnelingen op geen andere manier j
kan hebben. Als er de namen op stonden, zou !
de aardigheid er af zijn De bekroonden, al ver- !
beelden ze zelfs nog wel de besten, hebben heel
weinig aandeel in onze belangstelling Maar dat
onbekende en toch half bekende, dat onzekere. ...
De exposities-Willink van Collen hebben voluit i
de kittelende charme van een bal-masquê.
Wat drommel, denkt men dadelijk, die komt
me hekend voor, en toch weet ik 'm niet thuis '
te brengen maar uit dien hoek moet i dan ;
toch komen in alles ziet dat er zoo Haagsch j
uit en die lijst zoo hebben ze juist
die jonge Hagenaars verleden jaar was er ook j
zoo'n lijst ik geloof waarachtig dat 't dezelfde ;
is neen maar dat kan niet, want dan zou 't
van hem moeten zijn en daar is dut bepaald j
van. Als ik maar eens even een tipje kon oplich- j
ten. Maar ik weet toch zoo ten naastenbij wel \
wie er bij ons zooal schildert. Neen 't moet dan
toch wel van Item zijn maar daar is 't dan
toch te slecht voor zou die soms ook al weer
volgelingen hebben. -Die zegt stellig zeker te zijn dat
't van dien is. maar me dunkt hij kan dat ook
zoo zeker niet weten. Eri zoo voorf, een amuzant
spelletje, een ware puzzle.
Zoo heb ik moer dan een half uur, alleen over
die zeven en dertig schilderstukken, waarvan 't
meerendeel letterlijk te gek was om alleen te
loopen. heel genoe,gelijk zitten praten met een
zeldzaam serieus artiest, die anders nog al kies
keurig is op zijn onderwerpen van diskoers, en
die even nieuwsgierig bleek te zijn als ik naar
dingen, die hem zeker niets zouden kunnen
schelen als hij ze van zelf had kunnen weten.
De nieuw-Duitsche schilder Fritz von Uhde
schijnt het in zijn rationeel opgevatte Bijbelsche
sujetten te blijven zoeken Hij schildert nu een
Gang naar Betblehem, begrepen als een eenvou
dige timmerman en zijn vrouw, die door een nevelig !
landschap trekken.
Bij de Fleurs du Mal van Charles Brudelaire
zijn acht interpretaties in lithogratie geteekend
door Odilon Kedou De bundel, waarvan vijftig
exemplaren gedrukt worden, zal in deze maand
verschijnen.
Op de Tudor-expositie in de New Gallery te
Londen vindt men een nige gelegenheid
niet minder dan drip-en-tachtig teekeiiingen van
Holbein. door do koningin uit do Windsor-biblio- ,
theek geleend. j
De firma C. M, van Gogh op de Keizersgracht l
exposeerde deze week voor haar raam een zeer
aantrekkelijke krijtteekcning van den beer Alleb
van het jaar '67.
Aan de door de firma Roos te houden schilde
rijen-auctie is nog toegevoegd het schilderij van
Mauve: Een vrouwtje in het koolveld, dat vijf of
zes jaar geleden in Arti was en het laatst in
Adrian Hotel" hing.
De opening van I'ictwa door de nieuwe firma
Preijer en Co. te Amsterdam is tot 10 Februari
uitgesteld.
De Tentoonstellingen in de provincie zullen
weer komen.
De Vereeniging Uit het volk voor het volk"
te Middelburg heeft hare uitnoodigingen verzon
den ter deelname aan de vierde tentoonstelling
van schilderijen van levende meesters in het
Schutlerohof daar ter stede. De expositie zal
worden gehouden van 2 tot 20 April. Men zal
aankoopen doen voor het museum te Middelburg.
In Arnhem zal, nogal kras voor zoo'n groote
stad de eerste schilderijen-tentoonstelling komen.
De vereeniging tot bevordering van het Vreemde
lingen-verkeer organiseert haar. Zij wordt van
15 Juli tot 15 September gehouden In het Pro
gramma trekt de aandacht art 0. De Commissie
zal bij de llegeering aanzoek doen om van Rijks
wegen stukken aan te koopen, die voor Rijksver
zamelingen waardig worden gekeurd". Men denkt:
zegt dat iets? Zou dat aanzoek veel balen';1 En
zijn er bovendien wel Rijksverzamelingen van
moderne kunst 'i
Het Schilder- en Teckenktindifl Genootschap
Kunstliefde" te Utrecht schrijlt voor leden zijn
jaarlijksche tentoonstelling uit, te houden van O
April tot 4 Mei.
In de Cfazette des Beaiix-Arts van februari :
een artikel van Emile Michel over de Jeugd van
Rcmbraudt. In the nieuwe Mnr/azhie of Art oen
kurieus stuk van den schilder Ford Madox Brown
over de National Gallery, en wat hij daar het
mooist vindt. Do Art Journal, do Art Review
en Art and Literatwe geven verschillende por
tretten van Robert Browning.
De verklaring van Antonin Proust aangaande
den aankoop der Olympia van Manet, we spraken
daar verleden week over, heeft nogal wat
tegenspraak gevonden. Ten eerste schrijft de zuster
van Manet aan den Figaro, dat do bedoeling der
aankoopers feitelijk geen andere geweest is dan
om. voor Frankrijk een schilderij te behouden,
dat haar broeder en zijn vriend n als een kapitaal
stuk beschouwde. De weduwe Maiiet zelf schrijft
verder dat haar betrekkingen zeker met verba
zing gelezen zullen hebben dat zij in ongunstige
omstandigheden verkeerde. Volgens haar is hier
geen sprake van. De aankoop der Olympia be
schouwt zij als een treffende betooging ten gunste
van de kunst en de nagedachtenis van haar
echtgenoot Eindelijk schrijft ook Octave Mir
beau dat de verklaring van den heer Pronkt
bezijden de waarheid was. Claude Monct cu
de zijnen openden de inschrijving, die nooit
anders ten doel had dan hot schilderij voor
het Louvre-museum te winnen, eoi>t nadat zij
zich van de sympathie en do medewerking van
Fronst verzekerd hadden. Van den heer l'roust
was toen, volgens hem, alles gedaan te krijgen
omdat zijn portret door Mimet hooi mooi midden
op een vak prijkte op de Kxposition Centenuale.
Nu de heer l'roust echter bemerkt dat de deuren
van het Louvre zich voor Manet nog niet zoo
gemakkelijk openen, zou de Oud-Minister van
Scboone Kunsten louter om politieke redenen van
mcening veranderd zijn.
Voor den omslag van de maandelijks te
verschreven Figaro Ill«*tiéis een prijsvraag uitge
schreven met een prijs van duizend, en een premie
van vijfhonderd francs Bovendien wordt het den
eventueele mededingers ais eeu kostbare reclame
voorgehouden dat do oplaag van die uitgave niet
minder dan ir,0,000 exemplaren groot zal zijn.
G Febr. '00. V.
PROF. TVNüALL OVER CARLYLE.
Onder de onverklaarde .schrijVersfiguren, waar
aan de E'igelsche letterkunde steeds rijk geweest
is, tolt de persoonlijkheid van Carlyle zeker in
de eerste plaats inede, en dit is te opmerkelijker,
omdat hij uog zoo kort dood is, en er reeds
zoo veel over hem geschreven is. (irillig en
bijna ziekelijk als zijn stijl, is ook veel wat
meii van zijn karakter weet; en ondanks de
vele biographieën en bijzonderheden, die omtrent
hem medegedeeld zijn, is dut karakter nog steeds
eer geheimzinnig dun aantrekkelijk. Ook de
beroemde geleerde prof. Tyudall heeft nu ziju
herinneringen aan deu schrijver van Surtur
Hesartus doen verschijnen, en daardoor iets bij
gedragen tot verklaring van deze complexe
figuur.
Tyudall werd L'iter eerj vertrouwd vriend van
Carlyle, muar begon met hem op een afstand te
bewonderen, en beschouwt hem ook uu uog als
-een der genieën der wereldlitteratuur. Ondanks
dat schijnt het beeld dut hij van Curlyle geeft,
geheel dnt van een kind, onbekwaam om in het
leven, op te treden, bedorven, nukkig, niet buien
van dolle vroolijkheid en onbeteugeld slecht hu
meur, onbillijk eii uitersl lastig voor zijne om
geving.
De eerste m:iul (lat Tyndull met Carlyle keu
nis niuukle, was bij lord Asbburton. Er werd
gesproken over homeopathie, en de geleerde
trachtte uiteen te zulten, hoe kleine oorzaken,
uu elkander komend, reusachtige uitwerkingen
kunnen hebben. Muur Curlyle's meeniiig was
gevestigd omtrent de honuiöputhie, en in plaals
van naar iets te willen luisteren, schreeuwde hij
over kwakzalverij en boeren bed rog, zoodat inrs.
Curlyle hem het zwijgen moe>t opleggen. Hij
lachte muar luid en voortdurend en brucht
allerb-i paradoxen te berde om tegeutespreken eu
gelijk te hebben Omtrent alles wat hij eenmual
aangenomen had, was bij onver/ettelijk; voor
hem was b.v. Uothe een onfeilbaar genie in alle
wetenschappen. Hij wilde er idcts over hooreu.
»Kent gij een man aan wien ('md zich geopen
baard beeft, eu door hem aan de men.-ehen? Ju,
en zijn uuurn is (üithe " Van vergissingen iu
Cïi'itbe's wetenschappelijke werken wilde hij niets
weten.
Zijn Leven van Frederik den Groote had hem
zeer vermoeid. »Deze man,''1 zeide hij van ziju
held, »is de grootste bestuurder van de wereld
geweest, maar ik kan niet van hem houden."
Toen het werk af was, nam hij den eeretitel van
rector der Ediiiburgsche universiteit aau, die
hem door de studenten was aangeboden. Aan
Tyudall werd door mrs. Carlyle de taak opgedragen
hem naar Edinburg te brengen; hij moest altoos
geleide hebben, underskwaui bij nietten cht. Onder
weg zou men een dag of uoht te Freyston, in
Yorlohire doorbrengen, bij lord Houghton ; maar
Curlyle kon er den eei>,teu nacht niet slapen
en wikle daarom terstond maar verder guau.
Eerst op het oogenblik van het vertrek, toen
alles gereed was, stemde bij toe te blijven, en
Tyndall deed alle moeite om hem in de
di.-eussiëu voor grof heden en uitvallen te bewaren ; hij
stopte maar steeds Curlyle's pijpen eu zette hem iu
?zachte fauteuils en bewoog hem zoo lot büjveu.
Te Ediuburg was het nog lastiger, Carlyle
moest eene rede houden tot de studenten, eu
kou het daaromtrent niet met zich zelf eens wor
den. Hij wus toen uiterst onaangenaam en
Tyndall dacht dut alles xou misloopen, tot op liet
laatste oogenblik de inspiratie kwam, bij zeer
goed sprak en uitbundig werd toegejuicht. Men
telegrafeerde onmiddellijk aan Mrs. Curlyle, die
met Wükie Collins eu Dickens aan tafel zat. en
zeer ongerust was geweest. Benige diigeu later
was Mrs. Carlyle overleden. Carlyle kwam haas-lig
naar Chelsea en beschuldigde zich bitter en wan
hopig van al het verdriet dat zijne grillen haar
hadden aangedaan.
Volgens Tyndall heeft deze openhartigheid in
tegenwoordigheid van vele getuigen, Curlyle veel
J kwaad gedaan, want al was hij nukkig, Mrs.
Carlyle had ook hare fouten ; zij hield veel van
hem en was goedig, maar haar toon was bits en
zij was plaagziek, hetgeen Curlyie niet verdra
gen kon.
Na zijn vrouws dood was Curlyle als een schip
zonder roer. Tyndall geleidde hem naar Menton ;
een nacht te Parijs doorgebracht, iu ecu hotel
in de Rue Saint llonoré, bracht hem tot wan
hoop; men moest haastig verder. De Zuiderzon
deed hem goed, en een puur dagen na zijn kornet
te Mentor], kon CarJyle weer naar hartelust
reJeneeren, paradoxen opwerpen en met Tyndull
over pbysicu en litteratuur disputeeren.
Den volgenden zomer logeerden builen op
Melchet, bij lady Ashburton : daar was etn hoekje
boscli, waar Carlyle bijzonder veel van hield.
i Hij bracht er Tyndall he^-ii, ging er op dorre
bladen zitten, liet zich pijpen st-ppen en op
steken, eu het reJeneerr-ii begon weer. Carlyle's
meeriing was b. v. dut de muderne denkbeelden
vooral daarom den mc-nsch i:\lukkiger gemaakt
hadden, omdat zij hem de vrees voor de hel
hadden ontnomen ; dut nooit het zwarte ras de
eigenschappen vau het blanke zou kunnen be
zitten, dat de Ieren enkel ondankbare en on
billijke weuscheu koesterden, enz. Darwiu zelf
vond hij «eeu alleraangenaamst ineüsch", maar
van zijne leer kon hij nooit het geiingste toege
ven : liij bssehouwde haar als een vergrijp tegen
liet spiritualisme eu het zedelijkheidobi.'giip der
niensciiheil.
De laatste jaren waren heel treurig; het ge
heugen verdween, de lamheid in de ledematen
verergerde. Zelfs iu ziji.e lief.-te verstrooiingen,
redeneeren, brandy-and-soda eu tabak, had Car
lyle geen siuuak meer. Hij stierf 5 Februari lS81,
reeds vooiuit bad Carlyle gezegd, dut hij niet
| in de Westminster abdij begraven wilde worden ;
Tyndall en Froude bestelden hem ter aarde op
een dorpskeikh>;f, zonder e'.-nige pkchüghcid.
Al het kwaad, door Carlyle in zijn
Ri'iitiiiisfcnccs over zijn vrienden, vooral over Froiuie ge
zegd, wordt door Tyndall vergoelijkt. Hij wijst
vooral op Carlvle's lichaamslijden. Voor deu
lezer is het echter nog duidelijker dat Curlyle,
een kind in hei ieveu als hij was, prikkelbaar
j eu overdreven, na een discussie waarover hij niet
tevreden was, vau zij'ie redeneerende vrienden
allerlei kwaads opschreef eu het goede vergat,
geheel onder deu indruk van bet oogoublik,
eer eeri dichterlijke eu vrouwelijke natuur dau
eeu wijsgeer.
DE EEUW" DER HUICHELARIJ
Ligt ze ver van ons, die eeuw? Volgeus Paul
l Marnegazzu, het italiaausche parlementslid, ziju
wij er midden in eu iu is het de eenig
sieekhoudeude qualilieulie vau deze eeuw, haar die
der huichelarij te noemen. Eene Duitscue ver
taling vau ziju pas verschenen betoog is in Jenu
uitgekomen, ouuer deu tiie-1 >-l)üs licueiilcrisc-ltc
Ja/iiitaiidert" von Paul Munlegazza, uii.s deui
Itulieuincheii vou lluldu Meister."
Mei eeu soort van koude oprechtheid worden
j de schijnheiligheid eu het bedrog, die in het
orij derliug verkeer, in onze kleeding eu iu ons
deu[ keu zoowel uls in ous voelen heersenen, iu het
licht ge.-teld en besproken. Door die nuchterheid iu
de voorstelling heeft liet werkje iiiet gewonnen; vau
gloed of verontwaardiging is geen sprake, maar
daardoor krijgen de meegedeelde l'eiteu eeu soort
van falalit-tisciieu tint, die ze treffend maakt.
Noch wat inhoud, noch wat vorm betreft is het
werkje op ne lijn. te stellen met Nordau's
»Ltiycii da' G'cy<.7/.sf//u/r', muur toch zal mUschieu
het volgende, nu een proces vau exiruheereu
verkregen, do belangstelling der lezer» van het
\\'ci-IMa<l wekken.
Huichelarij iu zake van politiek heelt de
>clarijver, die reeds bijna vijf-en-twintig jaren lid is
vau de volksvertegenwoordiging, bij iedere ndireUe
j waargenomen en eeu puur staaltjes daarvan /ijn
j iu verband met ouze zetten op bet Nederlundsclie
! staatkundig schaakbord dezer dagen niet onver
makelijk. Eens'", verhaalt Mautegazza, stelde
de partij, waartoe ik de eer had te behooren,
een ontwerp vau een zeer slechte wet voor, die geeri
enkelen weuscli vuu bet gozoud verstand bevre
digde. Ik prolcsteerde en weigerde er mijne stem
aau te geven. Ken der lioufdcn van mijne partij,
eeu goed vriend van mij, hield toen eeu lang
betoog, om mij te bewijzen, dat de riaaüele
! zijde der wet Volstrekt geen gewicht iu de schaal
l legde tegenover den poiitieken kant der qiwe.stie
ui dut meu het mindere moest opoil'eren, om
het meerdere te verkrijgen. Werd de wet ver
worpen, dan zou onze tegenpartij aan het roer
komen en zouden onberekenbare rampen over !
het land worden gebracht! Hij kon mij echter
niet overtuigen en ik beloofde mijn stem niet,
waarna hij de verklaring aflegde mij in alles voor
een fiiuken en heldereu kop, maar iu de politiek
voor een domoor te houden."
En later toen Mantegazza zich al mser van
zijne partij had vervreemd, omdat zij harea
staa! kuudigen kringloop had voltooid en zich nog
alleen in het Parlement voor levend hield, ter
wijl ze dood was in het land, toen kwam hij ia
verzet tegen eeu voorstel vuu wet, dat het top
punt vau huichelarij was, doordieu het de
tegeapartij noodzaakte, dankbaar te zijn voor de ro
zen, waarmee ze werd bekranst, vóór ze naarde
(iil'erplaats werd gebracht, en zich losscheuread
van zijne vrienden, stemde hij tegen. Eu *"öer
sprak eeu vriend: >-Maar lieve man. wees toch
niet zoo dwaas, 't i.s imuiers een politieke wet,
dus toch maar een handvol leugens."
Doch deze leugens zijn slechts kleine oribed
ideude anecdottu, vergeleken bij de groote
bedriegerijeu. die met reusachtige gouden lett/ers
in onze nuiat^enapjielijke gewoonten eu in onze
grondwet zijn geschreven. En het ergste is, dat
de huichelarij in de rechte reden met ue bescha
ving toeneemt eu dat zij overbodig is, waar nog
liet geweld beerscht. Waar echler de vrijheid
al die tegenovergestelde krachten eerbiedige, die
wij de belangen van het individu of het maat
schappelijk welzijn, of natuutlijke i.eigingen, of
idealisme of eiscben der werkelijkheid noemen,
duur ont.^laau de duizend en nogmaals duizend trans
acties, die het boivondertii.swaardig eveinvicht vor
men, waaraan de huichelarij het aanzijn dunkt. Ea
waarom zouden wij klagen, dat zij ons iu slaap
wiegt, wanneer we piju hebben, ons amuseert,
wanneer we ons vervelen eu ons in den waan
brengt, allen vrij eu goed en gelukkig te ziju.
Zij rondt de doornen voor ons af eu effent de
liobbfeligheden van ons pad, bedekt de roest met
vernis, stopt de reten onzer hui/.eri dicht, maakt
de hitte koel eu het ijs lauw, bedekt ons li
chaam met kleederen, den laster met mooie phra-,
ten, het verraad met beleefdheid m al wut e;
vuil is om ons heen met welriekende omhulsels
Laat onze eeuw physiek eene zeuuwlijderes zijr
wat nood. zij is moreel de huichelachtigste alkv
eeuwen, door en door Tartuffe eu dus de
beminnelijkste eu medeiijdeiidste verpleegster voor onzd
kwalen.
Voorbeelden vau de leugens, dagelijks in ss
lons eu theaters, in ziekenkamers, op straat er
op school geuit, geeft de schrijver bij menigte.
zonder eeu nieuw gezichtspunt daarop Ie opene»,
dus hier niet der vermelding waard. Eene aan
haling- t c hier, die hij doet uit Leopardi, willen
wij niet achterwege houden. Wanneer /,iju de '
merschen eerst recht belachelijk V »Dan'', zegt
de Italiaan-ehe denker, als ze ' oor iets willet
dooigaun, dat ze iu werkelijkheid niet zijn. Wit
arm of dom of ziek of oud i,-, is daarom nie1
belachelijk, maar wordt het zeer zeker v.el, afcs
hij gebiek wil verbergen onder den schijn van
bezit, als dus de arme rijkdom, de zieke gezond
heid, de domme gelecrdhtid en de oude jeugd
huicbelt. Met zijne lange beenen legt Tartuffe
den korten afstand lus -cht n het verhevene eu
ht-t belachelijke telkens met groot gemak af.
De burgerlijke wet veibiedt het onderzoek :iaar
het vaderschap, doch als het wel geoorloofd is
dut der eeuwen uit te vorschen, dan blijkt de
10e eeuw een kind van het jaar 1781) en een
allesouderzoekende, overmoedige, ouge uddige
wetenscliap. I.'it «leze verbiiitoni.-s is een zenuwzwr.
onrustig, grillig schepsel voortgekomen, dat OL
tevreden i.s met het tegenwoordige, omdat zijp'
moeder htm altijd een ver verwijderd, schooi. ,
en beter panorama voor oogeu houdt, waaraati
het heden wordt getoetst. En de kinderen van
het nieuwe geslacht werden gedoopt, niet met
wijwaler, muar met het bloed vuu 'SO en kregen
allen tot stempel de drie profetische woorden :
vrijheid, gelijkheid en broederschap. Nieuwe wet
boeken werden gedrukt en de vaandels werden
nieuw geverfd, maar met de menscbeu bleek het
minder gemakkelijk te guau, by-t bloed, dat ii
hunne aderen vloeit en het a .^ P^o^ oc;r been
deren kunnen slechts zeer, z'^ f*'1^ Gli //,'rdeii.
gewijzigd en dun niet door ' >>e,f e/,-/J^'('f£ ^'^o,
maar door bet gestadig "*/ l* ' c/e fyfcl.-j
geslachten. Wij kennel. ''' i--,-,./Q'aleu
en zien ver bo"en ons dea .. . ujuoideu
rein, hoog <_eluk, maar onze handen kutmeti
hem niet beieiken en onze oogen kunnen het zelfs
niet, als ze door de krachtigste telescopen
wofden gesteund.
Er is maar n middel, om de komende eeun
beter te maken dan de tegenwoordige; wij moe
ten namelijk die idealen, die we tot nu toe illeet
in onze wetboeken eu op onze vaandels h^bt
geschreven, met onuitwischbave leekenen schr
ven in de harten en de denkbeelden van al.
meu>cheu. Dan zullen minder superlatieva
worden gebruikt, die iu waarheid nog niet eens
de beteekenis vuu eenen positief hebben, maar
soms in deu omgang moeten worden aangewend.
ook in heiligen ernst, omdat de banale beleefd
heid, waarachter de onverschilligheid of zelfs de
tegenzin zich verbergt, reeds den stellenden trap
voor haar leugens heeft verbruikt. Ouze huiche
larij iu gevoelens eu geducbteu, onze koketterie
met denkbeelden worden scherp gegiapt; onder
wijzers eu leerlingen, examens en getuigschriften
geleerden en vromen, alles is deu schrijver
beivijs voor de huichelachtigheid vau ouze ee
Dat bij de tentoonstelling vau zooveel or,e<
lijks de vroiiiveiikleediug eu de sehoonbei
aan eene veroordeeling zouden ontsnappen, wi
wel niet te verwachten eu werkelijk worden ;
dan ook niet gespaard; wat valscb. i.s of kan zi
wordt alles opgenoemd en uls etiriosiini voe^
de schrijver aan ziju boeke eene lange lijst vai
scliooubeidsniiddeleu toe, waaruit dus de schoon*
heidsleugeu kracht put. Hij heeft met ziju l
roemden collega, dokter Kleucke, de zeer lan£
lijst die ril. v. blz. 1IJO lot 170 loopt, opgeste!
en waar 't mogelijk was, de chemische same
stelling der middelen opgegeven. Of er niet zij
voor wie liet werkje daardoor in waarde wint '?
De schrijver denkt het mei, want aau het slot
spreekt hij de verwachting uit, dat wij, doorzeb'
ijverig uuur waarheid te streven en op oni,fc