Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, \V EEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 660
een diadeem van edelgestecnten, waarin als me
daillon een blinkend zilveren vrouwcnhoofd; de
haren op zijn Ethiopisch iu tallooze kleine
vlechtjes verdeeld; draperie van witzijdcn mous
seline, midden op de barst vastgehecht en langs
de heupen neervallend; voordraperie van goud
geel ciêpe de Cliine met zilver bezaaid, en met
een bonedcnrand van goud en pauwenveeren;
borststuk zeer hoog aan don bals, geheel met
kleurige cdelgesteenten bedekt; lange sluier van
z\jden mousseline met goud, mot broeden
gcborduurden rand van onderen ; zeer sluitend corsage,
van blauw schildpad, met gordel van goud en
cdelgesteenten; puntige sandalen met vergulde
zolen ; al de vingers van beide handen, zelis de
duimen, met ringen overdekt.
Wat den zang betreft, is er rfaar ne stem
over Mad. Rose Caron. Zij is de gedroomde
Salamrabövan Reyer, maar ook volgens degenen die
Flaubert tegenover Rcyer stellen, zou zij eveneens
die van Flaubert geweest zijn. Zij'is geheel de zon
derling aantrekkelijke figuur uit den vreeselijken
roman, baar epel is volmaakt en haar zang al
?wat men wenschen kan. Van acte tot acte werd
haar succes steeds grooter. Da mannenpartijen
?waren niet alle even goed bezet. Matlio (Seilier)
had van den Carlhaagschon held vooral den
forfchen lichaamsbouw; zijn tenorstem was noch
frisch, noch indrukwekkend Ook een tenor was
de hoogepriester Suahabarim, (Vcrgnet) die beter
voldeed. De Griek Spendius (d<; barylou Bouvot)
was als zanger en acteur zeer goed, de, bas
Sentein als de Numidisclic koning Narr' Ilavas weer
minder.
Het groote succes onder de zangers was echter
voor den prachtigen baryton Re-nam!, die als
Hamilcar van eene rol, waarop men weinig ge
rekend had, eene schitterende creatie maakte. Do
koren waren beter wat zang dan wat actie be
treft, bet orkest viel niet mee, er kwam bij dat
Rcyer tegen het eind der opera misbruik gemaakt
heelt van het koper, zoodat de vermoeide ooren
minder voor genot vatbaar waren.
De opvoering van een zoo ernstige en
grootsche opera als SalammbO te Brussel is eene
nieuwe grief tegen de directeuren der Groote
Opera te Parijs, Kitt en Gaiihard, die in plaats
daarvan de oude Lucie van Donizetti gemonteerd
hebben, maar zich nu met den Ascanio van
SaintSaëns dubbel zullen haasten.
MUZIEK IN DE HOOFDSTAD.
Voor de muziek in de hoofdstad schijnt weder
een goede tijd aan te breken. In tegenstelling
met de meeste struiken daarbuiten (ach, dat
«daarbuiten" beteekent voor de Amsterdammer
niet veel meer dan het Vondelpark !), aan welker
vroegtijdige uitbotsels de ijzige 'wind van de
laat*te dagen een ruw: »tot hiertoe en niet ver
der" toeriep, vertoont de struik van de muziek
in de hoofdstad, d. w. z. een terrein, begrensd
door de gemeenten Nieuwer Amstel, Sloten,
Buiksloot en eenige andere (hoe is het mogelijk, dat
te mHden van onmuzikale klanken al deze de
muziek kan leven!) allerlei veelbelovende knop
pen, op het pur-t van uit te loopen, of reeds
uitgeloopen. Zulke nieuwe knoppen, die straks hun
teedere blaadjes tot heerlijke bloemen zullen ont
plooien, zijn b. v. de Amsterdainsche lezer raadde
het reeds Sigrid Arnoldson en Rosa Papier,
die bier weldra zullen optreieu; terwijl een reeds
ontloken ?bloem aan onzen ruuziekstruik de
Kamermiixickx'iirécs-Kr-s zijn, eene bloem, die
hare eerste geuren in den avond van Woensdag
begon te verspreiden. Voor het overige niets
dan de bekende bloemen, verschillend in geur en
schoonheid overigens, zeoals b. v. de
kamermuzieksoirées van Toonkunst, waarvan er Zaterdag
jl. weder eene plaats voricl (ditmaal met mede
werking van mevr Bosmans Benedicts, piano)
en de Hoogduitsclic Opera van Eottordam, die
Dinsdag Die. Glickcn ron Cornn'ill'' gaf, De
oiiée van Toonkunst heb ik, dien de bloemengpur
(welke hoe aangenaam Lij ook/dj n moge, t och scha
delijk, ja doodelijk kim worden!) van 22 Decem
ber '89 tot 11 Februari 'iiO bedwelmde, niet bij
gewoond. Ik kan du* van niets anders verslag
geven dan van Die lockcn ron Cornerille en
de crenerale repetitie van de soin'r van Kes, want
de soiree zelve kon ik, die Woensdagavond vast
bezet ben, niet bezoeken. Die Glocl.cn run
Cornerille is een niet onaardige operette. Over
den tekst zal ik maar niet uitweiden ; zooals die
van de meeste nieuwere operettes, schijnt mij
ook deze veel te overladen, zoowel met personen
als gebeurtenissen, toe. De geschiedenis van niet
minder dan 10 p-rsonen be.shiat in het »kortc (!)
overzicht" van de 3 bedrijven, zooals dit in het
tekstboekje voorkomt, niet minder dan 25 blad
zijden ! Het effect van den tekst staat dan ook
tot de aangewende drukte in geenerlei normale
verhouding. Men denkt hierbij aan een man, die,
om zijn tuin te illiimineeren l o vetglazen van
bergkristal zou laten vervaardigen en vervolgens
voo'r het noodige vet op de robbenvangst zou uit
gaan. Men zou toch meenen, dat de tekst van
een operette iets eenvoudigs en doorzichtigs moet
wezen, maar tegenwoordig eischt hij om ontward
te worden een inspanning gelijk aan die uoodig
is om Kant te ver.-taan!
De muziek treedt hierbij hoe langer hoe meer
op den achtergrond. In den >-struggle for life"
met pretentieuze teksten legt de muziek het regel
matig af. Het is misschien dit onbedriogelijk
vooruitzicht op eene nederlaag, dat den huidigen
operette-componisten de vleugelen verlamt. Hoe
het zij, alle karakterteekening of stemming ont
breekt in de tegenwoordige operette.
Er is geen sprake van typeering van personen
ef toestanden. De walsen en polka's van den
BcUel-tudcnt zouden evengoed voor Die (Hacken
van Cornerille, zoowel als die van Boceaccio,
Der lustige- Krirg en duizend andere operettes
kunnen dienen. Tracht daarentegen eens eene
noot aan den Figaro uit den Barbier van
Rossiui te veranderen, zonder tevens het geheele
type te schenden! Maar ach, de Barbier is ook
een meesterwerk, dat in zijn genre op iemands
kunstgevoel (althans het mijne) een even grooten
invloed uitoefent als eene Kymphonic van Beet
hoven in baar genre. Ach, waarom zijn niet
alle operette-i Barbier de Scrille's ''
Evenwel is, zooals ik al begon te zeggen, de
operette Les clocltes de Cornerille niet onwaardig,
en geenszins eene der minste ouder hare
zusteren. l'ianquette is, blijkens sommige nummers,
b. v. de Gacot/e vóór het 2e tableau, Ie bedrijf,
het lied van Oaspnrd iu het 3e bedrijf en eenige
andere, een man, niet van talent ontbloot, schoon
zijn gevoel zich dan al meestal in vroolijke me
lodieëu en op dans- en marschrhytmen uit. Toch
bewijst het reeds aangehaalde lied van Gnspurd,
dat er ook voor meer ernstige, ja dramatische,
stemming plaats bij hem is, en valt het te be
treuren, dat hij hier en elders van die vatbaar
heid Liet een wat minder bescheiden gebruik
maakte. De opvoering van het werkje door de
Duitsche Opera kan zeer voldoende geacht wor
den; vooral werd de geest zeer aardig door den
heer Worins gespeeld. De bezetting van de hoofd
partijen was als volgt: Ifcnri de C'ori/ci'illc.Cnrl
Dietrich; Gaspard, Ferdinand Worms; Gerinafnc,
Marie Bendel; llaiderosc, Fugenie von Mick, Jean
Grcnii-hcux, Carl Kronek; Der Aiutniann, Gustav
Seiffertitz.
Met ernst dienen vervolgens de
Knnterimi~ieksoirécs van den heer Kcs e. s. besproken te
worden. Zooals ik reeds zeide, hoorde ik slechts
eene repetitie, doch kan naar aanleiding hiervan
ten volle instaan voor het allergurstig.-te oordeel,
dat een mijner vrienden over de uitvoering zelve
velde. Het samenspel toch was dien morgen
voortreffelijk ; klaarblijkelijk was er enorm
geslud erd, vooral op het verbazend zware
str-ijkkicartct op 131 (Cis mol) van Beethoven. (De
andere uitgevoerde wei ken waren : het
strijkkicartet, C dur met 2 violoncellen. op 103 van
Schubert en het nonet op 31 voor viool. alt. cel,
contrabas, fluit, hoboe, clarinct, hoorn en fagot
van Spohr) De klank van het kwartet van
Beethoven in 't bijzonder was zeer schoon ter
wijl de zuiverheid bij geen der spelers een
oogenblik iets te wenscheu overliet, en vooral de heer
Kes uitblonk door edelen en warmen toon.
Doch niet slechts de heer Kes, ook de HH.
Wol/f, 2e viool, Mossel, violoucel en II. Meerloo
alt, zij allen speelden als oudgedienden in het
kwartetspel (wat zij toch niet allen zijn), en
hieruit kan men afleiden hoe er gestudeerd moet
zijn! Om een enkel détail te noemen was het
overnemen van de achtstenfiguur in de Ie en 2e
violen in het laatste Allegro van het strijk
kwartet bewonderenswaardig. De twee violisten
toonden zich hier aan elkaar gewaagd. Ook de
heeren Mossel en Meerloo wedijverden in
schoouen toon. Het ensemble was uitmuntend.
Zooeven van het Concert in het Concertgebouw
thuiskomend, kan ik hierover aan dit verslag nog
een woord toevoegen. Bt-halve de rijkgekleurde
Ouverture Fingalshöhle, in welker diepe
accoordeu men zoo verrukkelijk de zee hoort dreunen,
de warme en schitterende Ouverture König
Mttnfeed van Reinecke en den staligen Trmterinarist.lt
uit Kiegfried, welks machtige harmonieën voor
mij evenwel niet het gemis aan bouw vergoeden,
hoorde ik nog den hter Frariz Rurnmel uit Ber
lijn het Es dur Pianoconcert van Beethoven, een
Concertstiick van Liszt en de Bcrccusc van
Cbopin spelen, en eindelijk een danvskoor, onder
leiding van m "j. CUteau Es-ser eenige liederen
zingen. De heer Hummel is niet alleen een tech
nisch zeer degelijk ontwikkeld, maar ook een z^er
smaakvol pianist. Het Concert van Beethoven
luid iets genialer gespeeld kunnen zijn ; het eerste
Allegro en het lïimdo werden me daarenboven
iets te langzaam genomen. De duidelijkheid won
hierdoor echter ontegenzeggelijk. Zonder kracht
was het werk geenszins, ges pit rd werd o. ». de
beroemde passage iu het Ie Allegro met de acht
sten triolen, Staccato, in de linkerhand en 'l hoofd
motief in tertsen in de rechterhand voorgedragen.
Kortom de heer Hummel is een uitstekend pia
nist en musicus, zonder een buitengewoon warm
pianist en musicus te we.!en. In het Courertsfiick
van Liszt en de Be>-ceiisc van Ohopiri toonde hij
al de voortreffelijkheid van zijn weeken aanslag
en uiti.emende vingers. Hij had een beslist en
welverdiend succes. Het dameskoor, dat in het
Ilalieniselies Kammerdutll van Handel klaarblij
kelijk nog niet volkomen op haar gemak was,
zong het volgend nummer. X/iiiic van Schumann
daarentegen heel schoon. Interessant was de ken
nismaking met La mort d'Ojihclie (Ballade) van
Berlioz, een eenigszins vaag doch stemmingsvol
werkje, waarin de halsstarrige figuur in de be
geleiding eigenaardig is. In l^cs Xorregicnnca
van Delibes liet de duidelijkheid van het hoofd
motiefje iets te weuschen over. De klank vau
het koor was somtijds zeer mooi; vooral die van
sommige alten, men zou verlangen die stemmen
nader te heren kennen. De sopranen hebben
zich te hoeden voor te laag te. zingen en dienen
in 't algemeen haar hooge tonen (m \\ci
K-imi/tcrdiictt f en g b.v.) gemakkelijker te leeren aan
spreken.
Zonder twijfel kan een voortreffelijk dames
koor zeer diepe en bijzondere indrukken teweeg
brengen, dit bewezen sommige gedeelten van de
uitgevoerde werkjes; mej. E<ser en haar koor
streven dus ixiar verdere volmaking, zij zullen
genoegen vmi haar werk belever.: hiervoor strekt
de sympathieke ontvangst, die het publiek haar
deed geworden, ten overtuigend blijk.
13 Ft-br. Vox RI:U<:KI;\ FOOK,
AANTEEKENINGEN
SWIILDEUKfXST.
De kwestie van hot winnen der Olympia van
Manet voor tien Staat, en verder van het winnen
der Fransche Regecring voor de Olympia, schijnt
mij allerbelangwekkcndst. Zij bewijst dat in het
Frankrijk, waar vijftig jaar geleden naar do groote
schilders van dien tijd weinig werd omgezien of
waar het dien mannen op allerlei manier werd
lastig gemaakt, de toestanden nog niet veel ver
anderd zijn, en dat men zelfs zeven jaren na zijn
dood een der grootste schilders die Frankrijk in
de laatste dertig jaar heelt voortgebracht geen
plaats in wjl ruimen in een openbare verzame
ling, waar zooveel nietswaardige modeschilderijen
gaarne worden toegelaten.
Geen wonder dan ook dat een groot aantal ar
tiesten, critici en kenners door het steunen der
door Claude Monet geopende inteokening tot aan
koop der Olympia tegen dezo blinde orthodoxie
krachtig heeft willen protcsteeren.
Op de lijst van hen die tot den aankoop
bijdroegci vindt men de schilders Albcrt Besnard,
Jean Bcraud, Jacques Blanchc, Cazin, Eugène
Carrière, Degas, Carolus Dnran, Duez, Fantin
Latotir. Gervex, Lhermitte, Lerolle, Puvis de
Chavannes, Camille Pissarro, Th. Kibot, Renoir, J.
F. liaffaölli. Ary Renon, lïoll, Sargent, de
etsers Bracquemond, Dcsboiitins. Guérard, Félicien
Rops, den liihograaf Thornley, de beeld
houwers Dalou en odin, de kunstcritici
Philippe Burty, Théodore Durct, Gnstave Gcffroy,
J. K. Iluysmans, Maurice Hamel. Stéphane
Mallarmé. Octave Mirheau, do kunstkoopers Bing,
Dnrand Rnel, Georges Petit.
Claudo Monet zelf heeft ract Camille Pelletan
den minister een door den eersten opgesteld stuk
overhandigd, waarin de Olympia feitelijk den
Staat wordt aangeboden.
Het stuk schijnt mij belangrijk genoeg om hier
weer te geven.
In naam van een groep inteekenaars heb ik
de eer aan den Staat do Ofympia van Edouard
Manet aan te bieden. Wij zijn zeker hier de
vertegenwoordigers on de tolken fe zijn van oen
groot aantal kunstenaars, schrijvers en verzamelaars,
flie sedert lang erkend hebhen welk een belang
rijke plaats in de kunstgeschiedenis wordt inge
nomen door den te vroeg aan zijn kunst en zijn
land ontrukten schilder.
De discussie waartoe de schilderijen van Manet
aanleiding hebben gegeven, en de aanvallen die
zij hebben moeten verduren, zijn thans gekal
meerd. Maar ook als de krijg nog aan den gang
was tegen zulk een persoonlijkheid, zouden wij
niet minder overtuigd zijn van de belangrijkheid
van Manets werk en zijn eindelijko zegepraal.
Wij zouden kunnen volstaan met ons, om slechts
enkele eertijds uitgejouwde en thans beroemde
namen te noemen, te herinneren hoe het gegaan
is met kunstenaars als Delacroix, Coiot, Courhet,
Millct, hoe rncn hen bij hun optreden alleen liet
staan, en hoe groot thans na hunnen dood hun l
roem is. Maar, naar getuigenis der groote meer- i
derhcid van hen die belangstellen in de Fransche i
schilderkunst, is de invloed van Edward Manot l
heilzaam en stellig geweest. Niet enkel heeft
hij persoonlijk een belangrijke plaats ingenomen.
maar hij is bovendien de vertegenwoordiger ge
weest ecner groote en vruchtbare evolutie.
liet sch nt ons dus onmogelijk dat zulk een
werk geen plaats zou vinden, in onze nationale
verzamelingen, dat men den meester niet bin
nen zou laten daar waar de leerlingen reeds toe
gang kregen. Wij hebben bovendien mot onrust
de voortdurende beweging gadegeslagen in de
kunstmarkt, de concurrentie die ons door Amerika
in aankoopen wordt aangeboden, en voorzien nog
het vertrek naar een ander werelddeel van zoo
veel kunstwerken die de vreugde en den roem
van Frankrijk uitmaken.
Wij hebben voor Frankrijk een der meest ka
rakteristieke doeken van Manet willen behouden,
datgene waar hij als overwinnaar uit den strijd
verschijnt, meester van zijn zienswijze en zijn
métier. De Oh/mpia wordt door ons iu uwe han
den gesteld. Onze wenseh is dat zij naar tijds
orde in het Louvre een plaats vindc, tnsschcn de
voortbrengselen der Fransche schilderkunst.
Indien ds reglementen dit echter niet toela
ten, indien niettegenstaande hierop bij Courhet
geen acht geslagen werd, wordt aangemerkt dat
liet tijdsverloop van tien jaren na den dood van
Manet nog niet verstreken is, achten wij dat het
Luxembourg geheel aangewezen is om de
(o ontvangen en haar
waren.
Wij hopen dat gij wel uwen steun zult wil
len verleeneu aan een werk waar wij ons aan
gewijd hebben met de voldoening eenvoudig een
daad van rechtvaardigheid te bedrijven. Aan
vaard etc.
Cl.AVDK MONF.T.
liet Museum van de Yerecniging voor Geschie
denis en Kunst te Rotterdam zal met l Mei a.s.
worden opgeheven.
Op verzoek der artistcn zal de driejaarlijkschc
tentoonstelling te Brussel dit jaar, later dan ge
woonlijk, in het najaar worden gehouden
Den l Ken Februari wordt, naar de N. Kolt.Cl.
meldt, in Arti"' te Amsterdam een tentoonstel
ling van werken van Jozef Israöls geopend.
Te Leiden zal de nieuwe zaal, die bij het Mu
seum in de Lakenhal getrokken is. worden inge
wijd met oon J,'t<;j'i«<ie-teiitoonstclling van.
hedendaagsche Nederlandsche kunst
In Pulchri te 's I lage volgen onder het nieuwe
beheer de belangrijke tentoonstellingen elkaar.
Thans heeft inon er een expositie van 32 schil
derijen en een aantal teekeningen en etsen van
Daubigny, toehehoorende aan de heeren Mesdag,
van Wisseling!1, en dr. Blom Coster In welke stad
van Europa zou men zooveel werken van Dau
bigny bij elkaar vinden ? Deze tentoonstelling zal
vooral welkom zijn aan hen, die een studie
wcnschen te maken van de moderne Fransche kunst
en die Danbigny dezen zomer op de Ki'pusition
Ceniennnle te Parijs zoo onvoldoende
vertegonj woordigd hebben gevonden.
Ter gelegenheid van deze tentoonstelling is
door mej. A. C. Croiset van der Kop een
hiograliesche schets van Daubigny uitgegeven, waarbij
de heer II. W. Mesdag een inleidend woord heeft
gevoegd De heer Mesdag die hiermede, zoover
ons bekend is. als schrijver debuteert, heeft dus,
evenals vóór hem de heeren Bosboom Ter
Meuien. Israëls, gebroken met het dwaze en tamelijk
algeniccno vooroordeel, dat de mannen van de
kwast geen pen moaten hantceren.
l,'i Fc.hr. '90. V.
T A 11 I A.
PLASTISCHE KUNST.
Aiitoivo S/ilciali. de hersehepper der
Venefiaansche glasindustrie, is dezer dagen te Veneti
in den ouderdom van 74 jaar gestorven. Hij
word in lol'! te Yincer.za gehoren, studeerde in
de rechten en werd advocaat: van toen at echter
wijdde hij zijn beste krachten aan de
Yenetiaansc'hc glasfabricatio, met het doel om de midi!
glasmozaïekcn weder in het leven te roepen. Op
Murano bij Ycr.etièstichtte hij in 18'I!> een fabriek,
en hij mocht de voldoening smaken, (lat zijn
poging om zelf de Yenetiaanschc bekers uit de
IGe en 17e eeuw na temaken, uitmuntend
gelukteIn 18G7 verhond hij zich met een Engelsche
maatschappij op aandeelen, maar reeds tien jaar
daarna maakte hij een einde aan deze verbinte
nis, om in vercenigin^fcnet een Duitsch industrieel
te Berlijn een magazijn van glasmozaïekcn op te
richten, dat nog bestaat.
Te Superga, waar het lijk van prins Arnadeo
van Savoye is bijgezet, is het oude familie Taf der
koningen van Sardinië. Het ligt op nauwelijks
een uur afstands van de oude hoofdstad van
Piemorit, en heeft zijne stichting super tcrga
montium", G50 meter hoog, aan eene gelofte te danken.
liet was in den Spaanschen succcssie-oorlo»'
Turijn werd door de Fran-clien in het nauw
gebracht, tot prins Engonius van Savoye in 1706
zijn neef Vittorio Amedeo II te hulp ijlde. Het
was hoog tijd. Op het punt waar nu het familie
graf is. stond prins Engenius met den Sjavooischen
hertog, overzag de positiën en maakte het plan
voor den slag op Yan hier werd aan den bevel
hebber der burgerwacht door een groot vuur het
sein gegeven, dat hulp in aantocht was en hij
zich nog eenige dagen moest staande houden.
luns Eugemns was tevreden over zijne waarne
mingen en zeide den hertog, dat hij hoopte te
slagen, foen viel prins Vittorio-Atucdeo op de
knieën en dood de gelofte aan de Madonna della
Grazie, die op den houvel en kapelletje had dat
hij haar een prachtigen tempel zon schenken, als
hij do overwinning behaalde. De Madonna wist
hare kerk te verdienen, en deze werd van 1718
31 naar plannen van Juvara gebouwd. In 1778
werd het eerst de crypt als familiegraf gebruikt.
Aan den ingang der groeve staat een marmeren
aartsengel Michael van Finelli; Victor-E-nmanuel
het dien er in 1879 heenbrengcn De grafkapel
heeft den vorm van een Latijnsch kruis, en wordt
door eene eeuwige lamp mat verlicht In de vier
zijmsscn staan de marnieren standbeelden van
Geloof, Barmhartigheid, Genade en Kunst; de
wanden zijn met kleurig marmer hekleed en met
basrehels en verguld stuc versierd. In het midden
der groeve bevindt zich een marmeren sarkop'iaa",
waarop het lijk van den gestorven koning blijft
rusten, tot zijn opvolger sterft. Yijf koningen en
acht koninginnen zijn in den grafkelder bijgezet;
een opschrift aan den ingang vermeldt, dat koning
\ ictor-Emmanncl in hot Pantheon te Rome rust.
Een kettingspoorwcg voert van Sassi naar den
heuvel, van waar men een praditi»- uitzicht op
Mont-Céms on den Monte-Rosi heelt.
In het hotel Dronot heeft deze weck de ver
kooping plaats gehad van cenigo schilderijen van
oude meesters, toehehoorende aan den
heerNicolaeff Deze verkoop bracht (il,170 francs op.
Onder deze belangrijke collectie vinden v. ij ver
meld ecu merkwaardig stuk vau David Tcniers
den jongere, Dorpsbruiloft, dat voor 14.900 francs
ging. liet portret van Charlotte van Mecklenburg
Strelhz, vrouw van koning Gicorgo III van En
geland, door IJcynohls, heeft niet de volle waarde
opgebracht ; er werd slechts 8,500 francs op ge
boden. Een Winter in Holland, door Alhert van
der Neer, en figuren van Alhert Cuyp, is iu 188G
op de verkooping Wombwell voor 3150 francs
gegaan, nu voor 5.400 francs Jje JOIK/C /"t/er,
van Alhert Cuyp, 4000 francs. De scltuiiimel 'een
denistuk van Deshayes, ;{.250 francs. UK
drink'plaats, van Nicolaas Borchem. .000 francs.
Jjiudfcltap met dieren, van Pijnakcr. in 1881 j op de
verkooping Wombwell met 820 ' francs betaald,
werd nu voor 2,000 francs verkocht, en De
Alcity mint van Th. Wijck, voor 3.350 francs.
TOONEEL EN MUZIEK.
Robert Btiehanau's lai-g beloofde en veel be
sproken dramatische bewerking van Richardson's
roman Clarissa" is den 9n Februari het eerst
opgevoerd in het Vmtderille TJte/ttre to Londen.
en had dadelijk een beslist succes. Dit is niet het
eerste tooneelstnk, dat getrokken wordt uit dezen
roman in acht of negen deelen, een roman, dien
men het prototype van Klaasje Zevcnstcr ' kan
noemen, en waarvan Dr. Johnson placht te zeg
gen: als men ter wille van liichardson liet
\erhaal leest, wordt men zoo ongeduldig, dat men
zich reeds vóór de vijftigste bladzijde' aan den
i eersten den besten spijker ophangt.'1 Didcrot
dacht er anders over; zelfs noemde hij den senti
incntcelen Richardson in n adem niet Mozes,
Homerus, Enripides en Sophoeles. Iticliardson's
verdienste bestond eenvoudig daarin, dat hij den
sentimenteelon roman uit het burgerlijk leven in
voerde; maar de moderne lezers bedanken voor
een roman in zooveel deelen, zelfs tot op drie
doelen gereduceerd is Clarissa hun nog te mach
tig. Daarentegen hebben de Franschon reeds
in 1812 het, dramatisch effect der intrige vau
d>;zeu roman erkend; een tooneelbewerking van
Dumanoir, Giilard en Clairvillc werd in het
Gymiifine opgevoerd, en liobert Buehanan heeft van
| dit stuk gebruik gemaakt voor de belangrijkste
scènes. De intrige bestaat in hoofdzaak uit eene
schaking, twee verleidingen en twee sterfgevallen,
waaronder een gewelddadige dood. Jiuclia' a» is
van meening, dat voor het Engolsche
schouwburgpubliek n schaking genoeg is. Ook heeft hij
verder wel den geest van het hoek behouden.
maar de oorspronkelijke intrige niet letterlijk
overgenomen. In het eerste bedrijf maakt men
kennis niet de door haar ouders geplaagde Cla
rissa Ilarlowe, die niets wil weten van de aan
zoeken van den rijken vrijer Solmes, welke door
haar vader gesteund wordt; daarentegen geelt zij
gehoor aan het voorstel van Lovelace, die haar
l bepraat met hem (e vluchten. Dan komt: de vlucht
naar Londen, waar in een marktkraam de onge
lukkige Ilettie Bc-lford. ecu vroeger slachtoffer
van Lovelace. wordt aangetroffen. Deze goed
gtslaagde figuur is eene schepping van Buehanan;
zij gaf' den heweiker een uiterst, effectvol
draniatisch motief aan de hand, want haar broeder,
j l'hilipp Belford, die Lovelace trouw zijn schandelijk
' plan heeft helpen uitvoeren, wordt zoodra hij
1 ontdekt dat ziju vriend zijne zusier onteerd heelt,
haar wreker en tracht Clarissa weer uit zijne,
handen to redden Hij drinyt de kamer binnen.
waar Clarissa, die tot het inzicht van haar toe
stand gekomen is, door Lovelace gevangen wordt
gehouden; Philipp wordt echter met een
slaap