Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, W EEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 662
aan hare voeten te brengen, en hem als hij ge
heel verteederd zijne lief Ie woorden stamelt, uit
te lachen tot zijn straf. Zij eischt hem op als
haar cavalier en door een echt vrouwelijke list
zorgt zij ook, dat hij aan hare zijde komt, ter
wijl de andere mededingers zich hare nichten
als dames zien toegewezen, iets wat hun wel
eerst niet bevalt, doch waarover zij zich al heel
spoedig troosten.
De schoone erfprinses is nog minder sterk dan
men dacht. Don Cesar begaat eerat een fout
en bekent haar zijn liefde, zij roept reeds «over
winning"; doch haar aanbidder weet haar te
overtuigen, dat het slechts scherts was en wa
pent zich na deze eerste nederlaag zoo sterk,
dat Donna Diana-, na alles aangewend te hebben
om hem te boeien en te bekoren, ten slotte
ruiterlijk voor hare liefde uitkomt en Don Cesar
- tot gemaal kiest. Een blijde verrassing is het
dan, dat hij ook haar bemint.
Dat Perin echter heel wat moeite heeft om
het minnende paar, waarvan hij steeds de ver
trouwde blijft, tot elkaar te brengen, is te
gelooven.
Hij is altijd om en bij hen. Hij spreekt Don
Cesar moed in, als deze door ontijdig zijn mas
ker af te riemen, alles bederven zou.
Hij prijst in Diancis bijzijn steeds dien man
Vfn steen en staal, en prikkelt haar daardoor
des te meer. Als zij op de luit speelt, vertelt
Perin haar dat Cesar gevraagd heeft: »wiedaar
zto gruwelijk knoeit1', en hij zorgt, dat als Cesar
zich wel aan hare voeten zou willen werpen, hij
baar toch met een onbewogen gelaat voorbijgaat.
Teze Perin heeft, als Figaro in Ie Barbiet de
Gevitte, de draden van het spel in handen, hij
maakt de geestige opmerkingen, die het stuk
kruiden; hij is het leven, de kracht ervan; de
prins en Donna Diana zijn de figuren die hij
beweegt, de andere mede.-pelenden Don I MIX, en
Don Gaston, Donna Laura eri Donna Fenise,
die zich. twee aan twee verloven, nit-t meer dan
stoffage, die opkomen als zij noodig zij n en heen
gaan als zij een buiging gemaakt hebben;
Florette'is er om Perin aan te vullen, doch zij blijft
veel meer op den achtergrond.
De heer Henri Poolman stelde nu dezen Perin
op voortreffelijke wijze voor. Met een duidelijke
uitspraak der woorden, en zijn mooie klankrijke
stem, met welgekozen gebaren en goede houdin
gen vertoonde hij era Perin, die dezen ook hier
door tot de hoofdpersoon van het stuk maakte.
Alleen reeds de stand dien hij aannam aan het
einde van de tuinscène, toen hij met veel moeite
don Cesar in toom had gehouden, en eindelijk
Donna Diana wanhopend, in vuur en vlam, weg
was geloopen, zou kunnen bewijzen, dat de heer
Poolman een onzer beste acteurs is.
Na hem moet mej. Roelofsen in de titelro.1,
genoemd worden. Zij trok onmiddellijk bij het
opgaan van het gordijn de aandacht door den
fraaien kop, dien zij gemaakt had. Het
Rembrandtrood van het haar stond in bekoorlijke te
genstelling met haar teeder teint en hare (lonkere
oogen; zij heeft niet de aangenaamste rol, die
vorstin, die eerst zoo heftig hare stelling verde
digt en zoo spoedig bekeerd wordt. Hare
woor'denrijkheid noch rmre overtuiging kunnen haar
redden. Mej. Roelofsen had dan ook niet dat
genoegen van haar optreden, als wanneer zij
Nora vertolkt.
Mij hinderde gisteravond bijzonder een
leelijkharde trek, dien zij dikwijls op haar gelaat
bracht, dat zij met den heer Rooyaards gemeen
heeft. Dat men zijn oogen sluit, 't zij heel of
half, kan ik begrijpen, doch dat men dit doet
door het onder-ooglid op te halen, vind ik
leelijk. Bovendien 'dreigt de gewoonte ervan een
rimpel aan, die een frisch, fijn gelaat als dat van
mej. Roelofsen, niet ontsieren mag.
Toen ik den heer Royaanis zijn eerste woorden
hoorde zeggen, heni de eerste maal in zijn
Spaariseh costuum zag, was het mij alsof ik
Veltman zag en hoorde. Witman »van het
Leidsche plein", in zijn kracht en zijn talent,
zooals ik hem mij herinner in Keizerin en mopder,
afscheid en dan .... ;>Keo;uiescat in pace ? '
klinkt liet hartverscheurend door den stillen
nacht,
«A-a-men !'' antwoordt men in mijne on
middellijke nabijheid
«Groote hemel ! Oom!" want 'k herkende
zijn stem. »0orn !" klinkt het scherp.
O, 'k had hem op dat pogcnblik kunnen
villen, waren me niet in tijds de kistjes
heerUjke sigaren te binnen geschoten, die ik na
zijn dood derven zou.
«Zeg, mannetje, wat voer je in 's hemels
naam uit; houd je hier lijkdienstjcs ?''
»O-o-m!"
»Maar 't ruikt hier afschuwelijk! Rook je
bokkings?" en hij tracht in het vuur te zien.
»Pof!" dicht valt het deurtje en den pook
grijpend om mijne schatten desnoods met
fevveld te verdedigen, posteer ik me voor do
achel.
»Toe, maak eens een lichtje; 'k kan. je in 't
geheel niet zien. Hoe gaat liet, beu je ziek?''
»Zick ? Ik? 'k mankeer niets." En dan ver
wonderd : «waarom denkt u dat ?"
»Ja, 'k hoorde van avond zulke vrecselijkc
verhalen ; ik dacht je minstens half' dood te
vinden: kiespijn, hoofdpijn, maag-pijn,
rhumatiek, wintcrvoeten, weet ik al niet wat. En,
je hebt den dokter gehad."
»Ja, maar niet gehaald, en 'k ben ook niet
ziek".
Oom heeft ondertusschcn ecu vlammetje
aangestreken, en de tafel naderend,ontsteekt
hij de lamp. Dan worden de ramen geopend
om de afschuwelijke brandlucht weg te laten
trekken.
»'k Had nogal een uitnoodiging voor je,
van juffrouw van Vorsten om morgen mee naar
de komedie te gaan."
»Ik naar de komedie met blonde Saai'....
en met u? Neen, oom, wol bedankt.''
«Blonde Saar; ben jo gek: juffrouw van
Vorsten meen je. Maar waarom bedankje,
kerel ? Heb je iets tegen mijn meisje ? 'k
Dacht dat jelui zulke goede maatjes waren ;
kijk ze eens voor je meegegeven hebben : een
in Het dochtertje uit den Kloveniersdoclen of de
Pest kits, enz.
Wat de rol van Don Cesar aangaat, hij is ook
een pop, die door Perin bewogen wordt, doch
de heer Rooyaards bewoog zich als zoodanig
goed. De dames Beukers, Spoor en Poolman,
de heeren Blaa-er, Mulder en v. Biene vervulden
de kleine rollen op bescheiden wijze. Mej. Pool
man gaf aan de hare nog de meeste kleur
De costumes zijn zeer fraai uitgezocht, de
decoraties van de hofzaal, en die van den tuin
zijn nieuw en mooi.
De metrische vertaling kwam mij voor goed
gelukt te zijn.
Heeren regenten hebben in Donna Diana
een keuze gedaan, die het publiek van allerlei
slag zal amuseeren.
De Kon. Vereeniging Ikt Ned Tooneel treedt
nu op in den Plantage Schouwburg vr Lier.
Reeds Zaterdag was door de voortvarendheid
vau den Raad van Beheer, van directie, decora
teurs, enz., do eerste voorstelling mogelijk.
Bij die eerste voorstelling trad de heer de
Leur, regisseur parlant au public, voor het
voetlicht en riep den steun in van het
Amsterdamsche publiek voor de tooneellisten, uit hun
eigen huis verjaagd.
Wij twijfelen niet, of het publiek zal ann dit
verzoek voldoen.
Daar alle hulpmiddelen der Vereeniging ver
brand zijn, zullen we in den eersten tijd met
het oude repertoire genoegen moeten nemen.
Trouwens, als do verschillende theaterdirecties
in den lande hun hulp niet aan de vereeniging
verleenden, zou zelfs het vertoonen van oude
stukken bezwaarlijk gaan. doch naar ik verneem
heeft b. v. de firma (l Theod. Bom en Zoon,
mede reeds haar tooneelbibliotheek ten gebruike
aangeboden.
! Natuurlijk wordt in de stad druk de vraag
besproken of er plan bestaat den schouwburg i
weder op te bouwen of op andere wij'.e in het
geleden verlies te voorzien. j
Het Leidscheplein is wel een geschikt punt,
als punt van sarnentreflen voor vele tramlijnen, !
voor ee» schouwburg; technici zouden echter |
moeten uitmaken of op het beschikbaar terrein
oprichting van fen aan de eisenen des lijds vol
doend theater mogelijk is. Doch men hoort nog ;
andere denkbeelden aangeven.
In de dagbladen wordt b.v. melding gemaakt
van een plan om het Panoramagebouw in de
Plantage tot een schouwburg te hervormen. j
De heer J. Gosschalk moet het plan onder
zoeken, en zijn idee zou zijn om de kunstzaal
tot trappenhuis en vestibule te verbouwen ; de j
Panoramazaal wordt dan tooneelzaal en tegen- :
over de rnachinistenschool komt het tooneel. '?
Een lezer schrijft mij, dat hij het terrein aan
het Leidsche plein zou willen vei koopeu aan den
Staat voor deu bouw van een Paleis van Jus
titie, en dan zou men bij de koopsom wat geld
moeten leggen om het Paleis voor Volksvlijt tot
schouwburg te hervormen.
Hoof Iquaestie blijft echter de financicelc
quaestie.
Een ander schrijver voelt zijn hart reeds gloeien
voor een fanr-i/-fair, zooals wij indertijd hadden
voor de vaeaulie-kolonies.
Zijn denkbeeld is om een fonds tot stand te
brengen, waarop een commissie zou steunen tot
het verkrijgen van verdere gelden voor deu her
bouw van den Stadsschouwburg.
Ook vraagt men, waarom geen leening zooals |
voor den Nieuwen Rotterdamschen schouwburg?
Dat er echter iets gedaan moet worden, al ware
het alleen om de artisten die schade leden, en
ue beambten, die vee! verloren, te helpen, be- j
a.amt ook het hoofdbestuur van het \r<l.
T,>onrrlrci'bond. De contracten van de artisten vau
de vereenising het AW. Tonni'rl gaan wel door,
de Raad van Helieer is wel dadelijk kranig op
getreden, doch toch is er hulp voor kleinere
krachten nood i UT. i
grooten pot confituren ; ze pakte het zelf in
i en zocht do lekkerste voor je uit. JE n nu ben ;
jij zoo leelijk Foei, Leo !
Maar je meent het zeker niet, en zult wel
j wat in je schik zijn met zoo'n lief tantetjc.'' j
Goede oom! Nog zie ik u bij de tafel slaan,
terwijl het volle licht op uw eerlijk gelaat
valt. Wat waart ge. althans op dat oogenblik,
bizonder knap Die donkere krullebol, gee.s- [
tige oogen, volle knevel en iijne trekken! |
Vele jaren zijn sinds dien avond voorbijge
gaan en gij til kapitein, terwijl ge geen wat- j
ten meer noodig hebt om op een gezellig !
buikje te kunnen bogen. j
En uw goedhartig, vroolijk vrouwtje, met
haar dubbele, deftige onderkin ! Xiemand zal '
j in haar het slanke, teere figuurtje van zoovele '
jaren her, terugvinden. Sic transit gloria i
mundil {
»Xu, Leo wat zegje van mijn engagement?"
?>'k Bewonder uw keus meer dan de hare," ,
en nauwelijks waren die hatelijke woorden
gesproken, welke zeker alleen door een gevoel
van jaloezie konden geuit worden, of 'k had j
mijn tong wel willen afbijten. j
Yreg was de zonnige uitdrukking1 van zijn j
open gelaat, verschrikt zagen de zachte oogen
mij aan en bitter klonk zijn anders zoo
op| gewekte stem. 'Ja, kerel, je hebt gelijk; ze :
kon beter partij doen dan een ongefortuneerd j
luitenant....'' _ _ j
?>Maar, oom. oom, vergeving: zóó meende
ik 't niet!"
?-'t Is niets dan de waarheid, jongen, die'k j
me zelf en ook haar meermalen voorhield,"
en hij zag me ernstig, doch niet onvriende- j
lijk aan.
?-Oom, begrijp me niet verkeerd ; dat is ze
ker 't laatst wat ik zeggen wilde ; 'k bedoel j
alleen .... ze had eon van ons allen moeien
Het hoofdbestuur van voornoemd lichaam heeft
dus een circulaire rondgezonden om steun te
vragen.
»> Wat verloren ging zoo schrijft het aan
archief, aan bibliotheek, aan decoratief, is onher
stelbaar, muur plotseling geleden verlies aan
kleedingstukken e/i benoodigdheden, door forre
majture ontbonden overeenkomsten, en niet het
allerminst betrekkingen niet meer te vervullen,
onnoodig geworden diensten, vervallen verklaarde
weekloouen, dat alhs te zamen genomen eischt
hulp niet alleen van tooneelvrienden en begun
stigers, maar van alle weldenkendeii, van alle
offervaardigen, waaraan Nederland bij zoo menige
gelegenheid rijk bleek te zijn."
Het, hoofdbestuur roept dus alle
afdeelingsbesturen van het Ned. Tooneeluurbond op om
middelen te beramen om milde bijdragen te doen
vloeien. Het doel is het bijeenbrengen van een
som om ten eerste hen te helpen die werkelijk
door den vreeselijkeu schouwburgbrand geleden
hebben, te helpen naar recht en billijkheid en
om daarna een fonds te stichten dat bij elke
dergelijke ramp tot onmiddellijk helpen in .-taat
is. Dan aan beheer en uitkeering van dat fonds
zoodanige regeling te verzekeren en zulke voor
waarden te verbinden, die bijdragen tot vermin
deren van gevaar, tot vrijwaren tegen schade.
Het hoofdbestuur is bereid aan allen, die hel
pen willen, nadere inlichtingen te verstrekken.
Zoo verrijze uit de puinhoopen aldus be
sluit de circulaire van Amsterdam's schouw
burg een gedenkzuil voor breedopgevatte
menschlievendheid."
Ik teeken hierbij aan dat de heer D. II. .Toos
ten, te Amsterdam, secretaris van het hoofdbe
stuur van het Net/. Toimcclcerboiid is, en ik ein
dig met te betuigen, dat het denkbeeld van een
Fancy fair in het Paleis, of'als de voorbereidende
maatregelen wat lang duren, van een zomerfeest
in den tuin van het Concertgebouw, mij nog lang
niet het slechtste voorkomt.
De Amstordamsche Studenten gaan voor. Het
Sfudentontooneelschap en het iluziekgezelschap
Swceluicb gaven iu Januari een gecombineerde
voorstelling, dio zeer veel succes had. Die zal
nu ton voordeele van do beambten en bedienden
vroeger aan den Stadsschouwburg verbonden, her
haald worden. Fit.
Onder wie is ze opgegroeid; wie heeft, haar
van kind af bewonderd, liefgehad en
vertroej teld ; wie haar boeken gedragen, werk ge
maakt, naar school gebracht; wie met haar
gedanst en gemusiceerd; wie haar gevierd,
BROKDKKSCHAi' ONDER KILN'STKNAAiW.
Algemeen hecrscht de overtuiging dat slechts
eeu man als de heer J. II. Kössing de waarheid
kent in zake hot tooiiool, de aniston en zelfs
omtrent do gevolgen vau den schouwburgbrand
op *!() Febr. 11.
Na zijn artikel iu het A'. r., d. Dag van Woens
dag "2(> Februari heeft menigeen de reeds
halfoiitkiioopte koorden der beurs plotseling weer
toegehaald, terwijl hij dacht : do man, die met
zooveel onbevooroordeelde tt'3<u'<leerijijj kritieken
schrijft en met zooveel kiesdie welwillendheid
spreekt over i!e artisten, wier metgezel en leider
hij gedurende circa 1,'i jaren was, MOKT zeker
wel gelijk hebben.
Velon zullen het dadelijk met hem eens zijn
geweest dat de schouw bnrgïirand yin- u ritnip is eu
jioits do (d l, ach t e iu zich hebben voelen opkomen
dat de artisten er eerder een voordeeltje aan
hebben, omdat zij een VOORSCHOT krijgen, dat
zij later moeten terugbetalen. Menigeen /al
ook, evenals ik. getroffen zijn geworden door den
vriendschappelijke!! toon die in dat opstel klinkt
en waarop cie heer itössing vernaalt hoe : artisteu
in ja.xxeti, tnet bont It-ttit, tutoy^te weelde
K'cendtn oi> t/c' piiiiiltovjicn poseerend en actee
rend en hoe zij.fci;* eii/i-'iiivtuti'ilc i/cr/jc'end,
oi:cr'OoiU/je crcciiiiic linl)> zullen i:cr*in<tileii.
Toch zal ik, hoezeer ook doordrongen van des
heeren Rössing's bevoegdheid in 't oordoelen
over toonoulzaken en artisten, het nu maai' eens
wagen om mij niet aan zijn vnoinluJijks! waar
schuwing te storen en liever hot oor Iconen aan
het Xederlandsi/h Toonceivorboml dut hulp" Sici'
weimdielijk iudt.
geëerd en bewonderd '.' Wij, wij en nogmaals
wij ?' o, dat had ze niet mogen vergeten.' /e
had een uit ons moeten kiezen : een gestu
deerde, 't, zij dominee, dokter of advocaat,
philosoof of lit.terator ; zoo niet een der te
genwoordige studenten, in geen geval een
vreemde ! Dat is 't wat, ons grieft en wat wc
haar zeker nooit, nooit kunnen vergeven."
In hot vuur mijner redevoering en door
drongen van de waarheid die ik verkondigde,
ware ik zeker nog verder doorgegaan, Saars
handelwijze te veroordeelen en on/.e teleur
stelling te openbaren, als niet een l)hk in den
spiegel mij zoo'n allerpolsierüjks! beeld ge
toond had, dat eensklaps aan alle welspre
kendheid een einde maakte. Ik zag de ge
daante, die met schitteren'. Ie oogen en verhoogde
kleur, hevig gesticuleerend af deze beschuldi
gingen uitbracht, in een lang, wit nachthemd
en pikmnts, waarvan het kwastje nijdig ten
hemel wees, scheet' over hei een;1 oor getrok
ken, en den pook als bisschopsstaf, verwoed
heen en weef zwaaiend. Xeker de grootste
tegenstelling mot mijn knappen,
breedgescliontlei'den oom, in de sierlijke uniform, die
verrast toeluislerde.
Eindelijk kon hij er een woordje tusschen
krijgen,
».)e neemt de zaak verkeerd op, Leo. Ver
onderstel dat, juffrouw van Vorsten een uwer
genomen had; alle overigen zouden zich ver
ongelijkt rekenen en hem en haar, wellicht,
uit jaloezie hun vriendschap onthouden, ter
wijl ge allen haar nu even na zijt en als
zuster kunt blijven beschouwen.
Neen, geloot' me, ze heeft, op die manier
het wijst gehandeld, en zeker ook met de
gedachte aan u allen.''
Oom kon aardig praten, en wist, aan alles
ecu geheel nieuwe uitlegging te geven, doch
't 'einkte hem dien avond niet me tot andere
gedachten over to halen.
Maar nu kerel, daar heb-je 't half twee;
kruip er dus lekkertjes onder. Ik houd je, van
nacht go/.oNchap : je mocht eens wat noodig
hebben." En de goede man was niet te
beEeri onderhoud mot den directeur van Het Ked.
Tooneel, de heer S t u nipt' f heeft mij de zeker
heid geschonken en die dit lezen, zullen mij
wel willen gelooven dat er artisten zijn die VEEL,
ja, ALLKS verloren hebben, en die gevoel vau
eigenwaarde genoeg bezitten om de hen hartelijk
toogestoken vriendenhand niet af te wijzen
De artisten hebben mij zoo dikwijls geholpen
en goed geholpen bij de vertooning van ulijn
tooneeistukkeu, dat ik van ganscher harte hen wil
bewijzen, dat ik die hulp niet vergeten hen.
Zij hebbeu vaak voor mij gespeeld en gespro
ken, welnu! ik zal thans eens voor hen spreken,
oi' spelen ieder zijn beurt! Ik stel mij voor om
op Vrijdag 7 Alaart in den Plantage-schouwburg
van Lier ten voordeele van de artisten enz. enz.
van hel J,ed. Tooueel een Soiree variée" te ge
ven, waarop de heer Johan Braakensiek met
snelteekenen eonige portretten, naar keuze vau
het publiek zal teekenen en de heer Kreps
met zijne dochter proeven zullen alleggeu
van L.\ nousi.B VI/E XATI IÏKI.LU'' (helder
ziendheid) en ANTi-iiAoxETisjiK waarna ik
mij veroorlooven zal een onuitgegeven humo
ristische schets 31 ij n !c:hi(] te Jiosclucijk" ten
gehoore te brengen; wellicht heb ik bier in Am
sterdam nog wel eem'ge vrienden die mij willen
steunen in dczo poging.
Ji'RTvs VAX MACRIK, JUNIOR.
MtlZIKK IN DG HOOFDSTAD.
Sedert mijn vorig schrijven heeft hier plaats
gehad : een concert in het ('oiicertyt'bonio met
medewerking van den cellist llugo Boeker uit
Frankfort a/M. (Rosa Papier was wederom door
ongesteldheid verhinderd hare beloofde hulp to
verloonen), vervolgens eene opvoering door de
Fransche Opera uit den Haag, van JUitjiton, met
Sigrid Arnolilson in de titelrol, 5e soiree voor
kamermuziek van 'loonkiinxt, 3o
Kamermitsieksoii'cc van den heer Laonanl vau Loonen ca 00110
weileropvoering van Die \\'ull;iire dooi' de
Duitsche Opera vau Kolterdam.
Het concert iu bet Concertgebouw verschafte ons
het genoegen van de kennismaking met eeu uit
muntend cellist, den heer Jlngo Boeker, een zoon
van den indertijd zoozeer gewaariloonlen schepper
ven het FKn-entijnsche kwartet", Jean Hoeker,
wiens kinderen allen met groot succis de loop
baan huns vaders volgen. Kon de heer Boeker
in het tamelijk onbelangrijke, conigszins gemaakte,
rioluHvcliMHCci't van Halt' (i), mol) nog niet zoo
recht pakken, des te meer dce.il hij zulks in een
Larifo van Uoeclieriui, een Jfenuet van eigen
compositie en '2, geestige nummers van den
voortreffelijke;! componist voor zijn instrument:
l'opper. Uitmuntende vingers en streek, bene
vens een fraaie Loon f-taan don heer Hoeker
ten dienste. Alles is bij hem even duidelijk,
een toonladder klinkt by liem op zijne cel als
bij een ander op do piano, de zuiverheid laat
geen oogenblik iets to wenschen over. do
phraseoring is weldoordacht, alle muzikale efi'eetun zijn
tot in de lijuste détails berekend. Men geniet
daardoor onder zijn spul een soort van zinne
lijk welbehagen, ofschoon het aan den anderen
kant bij dit snort van berekend inol niet te
ontkennen valt, dat de hoorder soms het ge
voel krijgt alsoi', wanneer oen enkel onderdeel
van dit spel mocht mislukken, het geheele kunstig
opgetrokken gebouw ineen zou vallen, evenals in
oen mathematisch betoog een enkele schakel over
bet lot van de geheele ro'iencerhig beslist. Ineen
meer innig, moer hartstochtelijk en spontaan spel
hindert het niet, wanneer niet elke noot precies do
baar toekomende plaats en beteekenis ki ygt. maar
in een spel. waarin de noten mér dan hei, karakter
hoofdzaak zijn.mag ook geen enkeio noot iets te
wensehen o verlaten of men ontvang t den pijn l ij ken indruk
dien een zorgvuldig aanecngevoegd mozaïek maakt,
waaraan een enkel steentje ontbreekt. Jluti ziet
dat dadelijk. li:j het soort van .spel als dat van
don heer IJockor denk ik altijd met zekere angst:
als nu de volgende toon maar niet télaag ot to
wegen naar zijn hotel te gaan. waar hem toch
zeker een betere legerstee wachtte dan bij mij
doch vergenoegde zich op de harde, ongelijk
gevulde kanapee en verkoos geen ander rust
punt vooi' zijn hoofd dan de on/.aciite rol,
terwijl zijn kapotjas en het wollen tafelkleed
't eenige was, wat, hem in den kouden winter
nacht, tot dek diende.
Met zacht geweld duwde hij me in bed,
stopte bezorgd de dekens overal in. zette een
tafeltje met schel, drank, lepel en den pot
contituren onder mijn bereik en.... den mi
nuten later hoorde ik een rustig ademhalen,
dat bewees hoe hij reeds in Morplieus armen
verzonken was. Alleen iemand met een gerust
gevreten kon zoo .slapen als hij. die zien daar
op die ongemakkelijke kanapee gekleed ter
rust, had gelegd om mij,.... die hem zoo af
gunstig was geweest.
.Nog langen tijd woelde ik rusteloos rond
en kon den slaap niet vatten ; zond een paar
minder hartelijke wenschen aan 't adres van
dikken l'iel, die de huisdeur zoo slecht geslo
ten had, en zocht, eindelijk troost in de
coniiluivn. welke ik eerst stellig hesloten was
niet aan te raken /e hielpen den tijd korten,
verdwenen langzaam doch zeker en smaakten
overheerlijk.
Als oom Leo 's morgens zijn verwondering
te kennen gat', toen zo allen gevlogen waren,
kon ik, io verslokte zondaar!) nog iets mom
pelen als die snoeperige kaf. van de
ploertecij."
Eindelijk sluimerde ik in, maar had be
nauwde droomen, waarin oom.Saar en dikke
Piet, me afschuwelijk aangrijnsuen en in ko
kende erwtensoep poogden te laten verdrin
ken, en schrok dan wakker van mijn eigen
hulpgeroep.
Zooals anders in slajieloo/.e nachten, was
't me nu onmogelijk verzen ie maken op
zeker iemand:.... ze was geëngageerd...,
geëngageerd met mijn oom! O tempora ! ()
mores! o blonde Haar.'....
20 Maart 1SS9.