De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 3 augustus pagina 2

3 augustus 1890 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 084 Duitschland te vereenigen. Rusland zal zich daartoe moeten bepalen tot het plaatsen van betrekkelijk kleine observatiekorpsen van de Zwarte Zee tot aan het brongebied van de Weichsel om met de hoofdmacht uit Polen een. overweldigenden inval in Pruisen te kunnen doen. De eenige weg, dien de Fransche troepen kunnen volgen om zich'met die yan Rusland te vereenigen is de laagvlakte van den Beneden-Rhijn dwars door Belgi en. Nederland. De Vogezen- en Moezellinie toch vormen een verdedigingsstelsel, welks weerstand niet dan met de grootste moeite en zeker niet in den eersten aanloop te ver breken zal zijn. Het forceeren der Zwitsersche Alpenketen mag gerust tot de onmo gelijkheden worden gerekend. Vooral omdat Zwitserland door zijn volksleger iri een uitmuntenden staat van tegenweer ver keert. Zuidelijk belet Italiëelk actief op treden van Frankrijk in de Po-vlakte. Er schiet dus geen andere weg over dan die door Belgiëen Nederland voert, en die door de uitstekende communicatie-middelen en door het ontbreken van noemenswaardige versperringen de beste gelegenheid tot snel en krachtig optreden geeft. Een en, ander heeft tot gevolg dat »in een Europeescheu oorlog de geografische lig ging en de topo-hydrografische gesteldheid van Nederland een strategisch-domineerend karakter verkrijgen." Het zal derhalve voor Duitschland zaak zijn te zorgen, dat de rechtervleugel van het Rijnfront niet gefor ceerd kan worden; daarvoor moet »het de zuideelijke en Westelijke frontier van Nederland in het minimum van tijd bezetten en in passenden staat van tegenweer brengen, om het Rijnfront dat zich geografisch en topografisch uitstrekt tot de Noordzee, aan zijn strategisch doel te doen beantwoorden." En in dat geval wordt ons zelfstandig bestaan bedreigd en wordt ons land het tooneel van den oorlog. Van. welke zijde men de zaak ook beschouwt, dit resultaat zal steeds verkregen worden, dat Nederland genoodzaakt wordt den oorlog te verklaren aan de mogendheid, wiens leger onxe grens overschrijdt of wiens vloot onze zee gaten forceert. Daarom acht Aldegonde »een bondgenoot schap met n der partijen het eenige middel om voor en tijdens den oorlog rang in te nemen, de materieele bezwaren van den krijg binnen zijn grenzen tot het minimum te beperken en bij den vrede gerechtigd te zijn tot het uitbrengen van een stem." Tot zoover is Aldegondes betoog vrij juist; doch in het laatste gedeelte van zijn boekje waar hij Duitschland als den wenschelijken bondgenoot voorstelt is zijn redeneering verre van snijdend. Als er geen betere motieven vóór dat bondgenootschap zijn aantevoeren, dan Aldegonde .doet, komt ons de noodzake lijkheid ervan nog niet voor zoo heel groot te zijn. Frankrijk is onze erfvijand en Duitschland onze stamverwant.... dat is al zoowat de sterkste zijner redeneeringen. En het aansluiten bij de Triple Alli antie kan een waarborg te meer zijn voor het behoud van den vrede zoolang die alliantie niet zóó machtig wordt, dat zij meent Europa de wet te kunnen voorschrij ven. Dan wordt de oorlog slechts een quaestie nu dat je wegkomt, dan kun je om twaalf uur weer hier zijn." Pallesen stond pruttelend op. »Kom Pallisje, hnast je nu een beetje." »Het is vreeselijk wat een haast je hebt om mij van de baan te schuiven. Men zou bijna denken dat je een afspraak had. Die ~ zwartoogige politieagent, die altijd zoo naar binnen gluurt, is toch niet in de nabij heid ?" »Je bent gek, Pallesen. Denk je dat zoo'n jong man zich verlieven zou op zoo'n oude leelijke vrouw, als ik T' »Caveliue, je weet heel goed dat je nog mooi bent. Maar als je mij ontr . .." »Nu, wat dan ?" »Dan vermoord ik ons beide, daar kun je rattenkruit op nemen." »Pallesen, ga nu en haal de kool. Je bent zelf de grootste kool uit den gcheelen winkel." Pallesen slenterde nog steeds brommende de straat op. Nauwelijks was hij uit het gezicht of de tweede luitenant Frits Bask trad binnen. sGoeclen dag, juffrouw Pallesen." »Goeden da", mijn besten jongen. Hoe gaat het?" »Dank u, slecht. Ik ben vreeselijk onge lukkig." «Hoeveel geld heb je noodig?" >Geld ? Nu ja, een tien kronen?' »'Hiev zijn ze, ondeugende jongen. >Dank u. Maar ik ben toch nog ongeluk kig," zeide hij op een zak aardappelen |>laats nemend. «Wat is er dan aan de hand ?'' »Ik ben verliefd." »Dat is niet zoo gevaarlijk." >Ja, dat is zelfs levensgevaarlijk. Ik ben voor mijn geheelc leven verliefd." »Op wie ?" »Op een lief, jong meisje, dat misschien in. dit oogenblik boven mijn hoofd zweeft; zij ?woont hier op de eerste verdieping." van zoeken en zou het behoud van den ., vrede ieder oogenblik aan gevaren blootstaan. Ten slotte nog de opmerking, dat het boekje onmiskenbare sporen vertoont van Germaanschen afkomst. ledere bladzijde geeft daarvoor bewijzen. Voor de vuist halen wij aan : het in de lengte trekken van eene cam pagne (pag. G); een doorgang en een omgaan van vestin gen (noot pag. 7) ; De Russische actie zou aldus zich in het centrum der defensie.... waar de vallei van den Bovenltijn een onderbreking in vormt moeten werpen (pag. 8); grootere, meerdere en derg. op vele plaat sen ; het Zwitsersche Alpen-complex (pag. 10) enzoovoorfc. Het »üuytsche bloet" van den schrijver heeft zich daarin niet verloochend. Uit het Haag-je. Reeds menigmaal is de lusthof der Residentie het tooneel geweest van weelderige, fraaie, minder prachtige, iiitgewaaide en verdronken illummatien. Ter eere der verjaring van vorsten en vor stinnen is het Haagsche bosch herhaalde malen door viaggen gekleurd, door duizenden lampions verlicht en veeltijds door prachtig weder begun stigd geworden. De beukenboomen hebben op die feestavonden dikwijls gelegenheid gehad hunne pruiken in het kunstlicht te doen schitteren. Hun weelderig loof, door de avondkoelte bewogen, heeft dan de gewoonte om te mischen, zoo tevreden en ge lukkig als een poes, die in de zou ligt te spinnen. De onverstoorbaar ernstige eiken behouden als altijd hunne deftige strakheid. Het is alsof ze het beneden zich achten als fakkeldragers dienst te doen. Trotsch en stug heffen ze met hum/e knokkige armen de lichtkronen en guirlanden hoog boven de menschelijke hoofden. Aan vreed zaam mischen, evenals de beukeu .. . geen ge dachte; van lieflijk knikken als de populie ren... geen sprake;?niets van dat alles. Zij ver waardigen zich alleen om een aantal gapende, naar boven kijkende lompers, heel onverwacht en onaan genaam,over hunno harde toontu te doen struikelen en vallen. De houten bruggen, aan een gemakkelijk leven gewoon, zijn nog veel minder in haar nop jes. Ze zuchten en steunen onder de menschenmassa's, die zich op hare respectieve ruggen verdringen om naalden en eeretempels te be wonderen, die in de vijvers zijn opgeslagen. Eens is het zelfs gebeurd, dat eene hoogst bejaarde brug zich dermate ergerde aan een bijzonder coquetten Chineescheu tempel, dat ze op eens den moed en tevens den rug liet zinken, zoodat een aantal menschen hals over kop in het water tuimelde. Gelukkig dat boomen noch bruggen kunnen spreken; anders zou wellicht een groot gedeelte van het schoon en de pret eener illu minatie verloren gaan. Immers schoon is eaue illuminatie voor een achtbaren rentenier, die met zijii ega bedaard opwandelt en met wijd opeugespalkte oogen het groote stuk in den laatsten vijver in stomme verbazing staat te bewonderen; pret hebben eenige ondernemende schooljongens, die zich jichtrr dat eenzame paar bevinden, en ongemerkt n:et een touwtje of speld den jas van mijnheer aan de sjaal van mevrouw vasthechten, het echtpaar met kutten bombarde* ren of wel door een min of meer kunstmatig opgewekt gedrang van elkander trachten te scheiden. Af en toe wordt er op de duisterste plekken Benï.'ialsch vuur ontstoken, waardoor boomen en meusehen opeens in het volle roodc licht gehuld worden. i Een ontelbare menigte koppen is dan plotseling »Ah, lieve God, op Mille Frcijbel!" «Juist, wij ontmoetten elkaar in de paaschdagen op een bal, en bij het afdalen (leitrap hebben wij ons verloof'.!. Dat is nu veertien dagen geleden, en ik heb in al dien tijd geen woord met mijn liefste kunnen wisselen, laat staan haar ecu kus geven, zij heeft mij door het venster menig tcederen blik toegeworpen, maar daar kan men op den duur niet van leven.'' «Woont ze bij haar tante ?" »Ja, die oude draak heeft vermoedelijk al de briefjes, die ik aan Milla zond, onder schept, zoodat zij ze niet eens geroken heeft, want ze waren natuurlijk geparfumeerd.'' :>Het is in het belang van de oude juf frouw Frcijbel, dat geen van hare nichten trouwt.'' »Zijn er twee ?"' »Ja, de jongste, Suzanna of Suzc zooals zij genoemd wordt, is nog maar pas een jaar. Zie, Frits, de zaken staan zóó. Toon kapitein Freijbel een jaar geleden een ivis maakte naar Amerika, nam hij zijne vrouw en twee zonen mee. De beide meisjes, Emilie, die op school ging, eu de kleine Suzf, ble ven hier onder de hoede zijner zuster." »Kn hij kwam met de geheele faiuilio op zee om." Proeies. Maavvóov hij vertrok hadl'.ijecn testament gemaakt, waarin hij bepaalde : dat het vermogen der beide meisjes onaangeroerd moest blijven tot zij meerderjarig zouden zijn, en dat have tiiüle jaarlijks '_'(iOU kronen voor elk dor beide meisjes moest hebben, om deze een goede opvoeding te geven. »Ja, ik begrijp, dat zij die -1.000 kronen jaarlijks, gaarne zoolang mogelijk wil be houden." «Natuurlijk." «Maar beste juffrouw Pallcsen, u moet er voor zonren dat ik Mille te spreken krijg." »Ik? Waar denk je aan!" Besto, lieve, flinke juffrouw Palle.-en, u moet, hoort ge, u moei.'" zichtbaar, welke roodgekleurde nullen zich te midden van het groen vrrtoonen als eeoe mons ter pottie abrikozen, heel smakelijk met wijugaardbladeren opgedaan. De dichte bladerdossen worden voor eeaige seconden transparant, en steken het fijnste en prachtigste kuipwerk naar de kroon, dat ooit den ballon van eene ouderwetsche Carcel-lamp versierd heeft. Hedenavond zal dan wederom, wegens den geboortedag van Hare Majesteit onze geëerbie digde Koningin, voor de zooveelste maal ons heerlijk schooue bosch ia vuur en vlam gezet worden. Wanneer het weer eenigszins medewerkt zal het aan aanbidders en bewonderaars niet ontbreken, omdat men hier ook al weer te doen heeft met een van die aloude geschiedenissen, die eeuwig en altijd nieuw blijven. Maar al ware dit niet het geval, dan nog zou deze illuminatie bijzonder welkom zijn aan de Haagsche bevolking, daar zij nu te gelijk apotheose is van de allergelukkigste outkuoopiug der boeiende, maar ietwat langsvijlige spuiiugshisiorie met hindernis sen, die hier zooveleu hrvig geagiteerd en vaak uit den slaap gehouden heeft, ut s gemeentebe stuur, niet geheel ongelijk aan zekeren poel met kwakende kikvorscheu, heeft namelijk net zoo lang met slijk en modder gemorst, totdat al onze dokters, in. consult saamgeschoold, hen uit de kwalijk riekende sloot verdrongen en tot zwijgen gebracht hebben. Men heeft geheel naar Hol landsen gebruik, precies als indertijd te Leiden geschied is, na de dokters-conspiratie, onmiddel lijk de dijken doorgestoken, en het frissche water van Delllaud ongehinderd en vrij doeii binnen stroomen en zoodoende de benauwde stad ont zet. Scherpzienden beweren zelfs dat de vlag boven op het Kurhaus is ingehaald, en dat de letters M. Z. S., die op de witte baan prijken, daarvan de oorzaak zijn. Vroeger wilden die letters eenvoudig zeggen : Maatschappij Zeebad Schevcninycn, maar sinds de glorierijke overwin ning door de watergeuzen, die aan versche lucht de voorkeur geven boven een bedorven badgastatmospheer, zijn deze onschuldige letters veran derd iu de oorlogsleus ; Men 'Zal Spuien .'.'! Hoe dit zij, reeds nu is gebleken dat door het onschuldige spuien het gebruik der baden eu het bezoek van Scheven! ngen volstrekt niet vermin derd, maar integendeel toegenomen is, en dat aldus de Hagenaars alleen voor de schaduw van een ezel al dien tijd iu een verpestende atroospheer geademd hebbeu. Een geluk is, dat tot nu alle ramen, toch potdicht gesloten moesten blij ven, aangezien de lucht zich dag en nacht ver toonde in donker marschtenue, bekoorlijk met de flikkerende sergeaiitsstrepf-u voorzien, hetgeen ook met het bijbchoorend gebrom en gegrom, regen en wind gepaard ging. Het zal wel niemand verwonderen dat wij op dezen :Men Augtustus, nu het beeld der Koningin als een reddende engel in een zee van licht in het oude bosch verschijnt, volmondig de ouden nazeggen : ik neem het voorteekeu aan. Z. Kunst en Letteren. AAXTEEKENLNGEN. CüiLLiEKKlLNrfi'. Zondag den derden Juli, des namiddags to twee uur, zal voor gonoodigden de opening plaats heb ben der blaiic-et-noir-teiitoonbtetling, gegeven door de Ncderlandsche Ets-club. Deze tentoonstelling belooft zeer interessant te worden. Ziehier, om te beginnen, de lijst der exposanten: M. liauer, 1\T. Rastert, Mej. Etha Eles, Mej. van l Houten, isaiic Israëls, J. E. Karson, Jac. van Looy, i Anton Mauve, Mei. Wally Moes, J. F. Rafaëiii, Auguste liodin, Mej. Suse Robertsen, Francis Seymour Iladcn, M. \V. van der Valk, Jan Veth, K." S. Witkamp, "\Yillem Witscn, l'h. Zilckon. Interessant zal deze tentoonstelling zijn, in de eerste plaats door de trouwe opkomst van bijna alle werkende leden. Zien wij er niet de namen, prijken van vier leden die er verleden jaar ont braken, nl. Witben, van Looy, Is. Israëls en van der Valk? Volledig zoude zelfs het contingent der leden zijn indien wij niet Breitner en de Zwart moesten missen. Voor zoover wij tot nog toe weten zal er ook niets van van der Matrel te zien zijn. Interessant evenzeer zal deze tentoonstelling zijn door de inzending der invites. Kan zij daar onder niet noemen do koninklijke etsen van den Engeischen meester Seymour Haden, de kurieuso gewrochten van Rafaelli en ten slotte de interes sante stuiies van Auguste Rodin. Deze beeldhou wer toch heeft, zooalüwij in dit weekblad mede deelden, een ontwerp gemaakt voor een Victor Ilugo-grocp, to plaatsen, in het Pantheon. Het comitévan beoordeeiing heeft het ontwerp van dozen onigen onder de Fransche beeldhou wers afgekeurd, omdat hot niet in harmonie was met de omgeving, waarin het geplaatst zou wor den". Do inzending nu van dezen afgewezen artist bestaat in twee drogcnaald-studies naar den kop van Victor llugo, elk van beide van verschillende zijde genomen. Een geheele eenige plaats op deze tentoonstel ling wordt ingenomen door de inzending van Me vrouw do Wed. Mauve. Dit zijn studies en teekeningen zaraen wel een twaalf in getal, die een geheel nieuw licht werpen op de voortdurende werkzaamheid van Anton Mauve. Als eerste onder deze noemen wij een schetsje van een slapend kinderkopje. De geheele tentoonstelling zal bestaan uit min stens liJO nummers. Zij wordt gehouden in de grootste der beide kunstzalen van Arti, die door hare nieuwe bekloeding met roode stof van een uitstekende kleur beter dan ooit geschikt is om de etsen en teekeuingen tot haar recht te doen komen. Nog enkele bijzonderheden aangaande de inzen dingen der leden. Kapitaal is de inzending van Bauer, grootsche teekeuingen van uitheerusche gebouwen, magistrale j etsjes van Oosterscho menschen-groopen. Van Van Looy een kop, waarin al de macht ! van dit expressieve talent te waardeeren valt. Van Witsen zeer merkwaardige etsen van Londonsche stadsgezichten, o. a.: Waterloobridge en een stuk van Trafalgarsquare. Van Jan Veth zal men er te zieu krijgen een zeer doorwerkt portret van Jozef Israëls. Dit zijn slechts eenige aanduidingen van het veel belangrijke dat deze weken zeer velen naai de zalen van Arti tot oen bezoek zal uitlokken Toevallig heeft men dezer dagen den meester van Bastion Lepagc en Dagnan-Bonveret gevon den. De man heet Jarand, woont in de provincie en is verbonden aan een porcelein-fabriek. He; is een dood-eenvoudig wan. Hij schilderde vee!, maar verkocht nooit buiten-af, want hij had met den directeur der fabriek een contract gcslotea om allo schilderijen aan hem af te staan. Dia vriend, de directeur, zag er wat in en vond het wijs de boel aan zicli te houden. Heel toevallig zijn er nu onlangs te Parijs oen paar studies ver dwaald, die zóó moot waren dat men direct den man is gaan opsporen. Sommige kenners vindea het mooier dan liasticn Lepage en in ieder geval mooier dan Dagnan-Bouverot. Rodin heeft juist onlangs eeno bestelling van het rijk gekregen om ccne buste van l'uvis de i Chavannes te maken, waar hij boel blij mee is. Ook heeft hij op het Salon in het Champ d;: l Mars ecu of meer beeldjes gekocht van Mcunier, | een Belg, die hij bijzonder mooi vond. Het nc-, Iv.i Frits vleide eu praatte zoolang, tot l juffrouw Pallesen beloofde haar best te zulien doen om te bewerken, dat de jongelie den elkaar den volgenden avond om zeven uur, in den groentenwinkel, die op dat uur ! gesloten v.c.rd, zouden kunnen ontmoeten, waarna de jonge luitenant iu het beste hu- j meur ter wereld de straat opging. Een paar dienstmeisjes kwamen om inkoopen te doen, en een beetje later kwam de oude juffrouw Freijbcl door de achtcvdcuv. Oud was zij eigenlijk niet, zo was nog Keen veertig, en zag er met haar modern kapsel en elegante kleoding veel jonger uit. liet dienstmeisje, Oine, was met Suse ia | den kinderwagen uitgegaan, en nu moest l juifrouw Freijbel zelve een beetje peterselie j voor de soep halen, eu natuurlijk werd er [ een klein praatje aangeknoopt. Want juil'nnnv Pallesoii was een soort vau j reservoir, \vaarin alle bewoners der straat l hunne zorgen uitstortten, in 't bijzonder ge poederde mevrouwen en dienstmeisjes, die elkander met tic meest moderne realistische j verwen kleurden. j Juifrouw .Freijbel begon dan ook over j G'nio te spreken, als het liohi.ziniiigs-te we zen dat or op de slechte straten van Kopen hagen liep, eu bracht toen het gesprek op haar nicht, Emilie. ^Dcnk eens, zij is nog maar achttien jaar 011 nu hoeft zij reeds een liefdesavontuur.'' Juffrouw Pailesen was verbluft; toen zij achttien was, wist zij nog niet wat liefde was, en zij hield zicli overtuigd dat de juf frouw, die nu toch al lang over de achttien was, nog geeu enkel liefdesavontuur had l gehad. Juffrouw Freijbel sloeg do oogen neder, en stak bedeesd ecu blaadje peterselie in den mond. Zij moest bekennen, dat zij juist in de/e dagen .... Hm ! zij was zoo goed als verloofd met een heer van do derde verdieping, dien zij dagelijks op de trap ontmoette. Juffrouw I'aliescn dacht bij zich zelve: dat het oen familiezwak was om zich op do trap te verloven. J lot was naar aanleiding van dit feit, dat zij juffrouw l'allescn zoo gaarne ecu dienst, wil<ie vragen. ;:En wat is dat, boste juffrouw Frcijbel?" ^Zouden mijn liofste on ik hij is kommios aan hot ministerie geen verlof kun nen, krijgen, om elkaar als morgenavond de poort voor 't: publiek gesloten is, hier even te ontmoeten. Ik kan hem, vóór do verloving publiek is, mooiolijk bij mij aan huis laten. komen, en ik wil Mulo on die neuswijze Ciine liefst geen aanleiding geven tot liet maken van zinspelingen." »Dat kunt u mot ploizior, juffrouw; maar V avonds wijkt Pallesen zoolang als ik hier ben, troon stap uit clou winkel. Neon, daar weet ik wel wat. beiers op. Geef Gine mor genavond ecu. kaartje voor don schouwburg on zend juffrouw Jvnilio hier om ecu bood schap, dan zal ik haar wol ecu tijdje aan don praat, houden, 011 haar vragen: of zij wat bouipieljes van violen voor mij wil maken, dan kunt u ongestoord uw commies in huis ontvangen, dat is toch ook behoorlijker." »Jo hebt gelijk, dat is oen mooi idoo. Och, n is altijd zoo lief en verstandig, juf frouw Palloson. M aar kan ik or nu op vertrouwen, dat u Emilie ecu uurtje hierh ou cl t." »Wces daar aerust op. Ik zal wel iets voor haar zoeken om to doen; iets waarin zij pleizicr hooft." Juffrouw Freijbcl ging hoon. Juffrouw Pallesen viel op don omgekeevilou korf neer, zette beide handen in de zij, eu schudde van het lachen, tot groote ver bazing van ecu dienstmeisje dat kwam om aardappelen to koopeu, wat zij iu 't milist niet prettig of belachelijk vond. (Wvri.lt vercoljd).

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl