Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 084
Duitschland te vereenigen. Rusland zal zich
daartoe moeten bepalen tot het plaatsen van
betrekkelijk kleine observatiekorpsen van de
Zwarte Zee tot aan het brongebied van de
Weichsel om met de hoofdmacht uit Polen
een. overweldigenden inval in Pruisen te
kunnen doen. De eenige weg, dien de
Fransche troepen kunnen volgen om zich'met die
yan Rusland te vereenigen is de laagvlakte
van den Beneden-Rhijn dwars door Belgi
en. Nederland. De Vogezen- en Moezellinie
toch vormen een verdedigingsstelsel, welks
weerstand niet dan met de grootste moeite
en zeker niet in den eersten aanloop te ver
breken zal zijn. Het forceeren der
Zwitsersche Alpenketen mag gerust tot de onmo
gelijkheden worden gerekend. Vooral omdat
Zwitserland door zijn volksleger iri een
uitmuntenden staat van tegenweer ver
keert. Zuidelijk belet Italiëelk actief op
treden van Frankrijk in de Po-vlakte.
Er schiet dus geen andere weg over dan
die door Belgiëen Nederland voert, en die
door de uitstekende communicatie-middelen
en door het ontbreken van noemenswaardige
versperringen de beste gelegenheid tot snel
en krachtig optreden geeft.
Een en, ander heeft tot gevolg dat »in
een Europeescheu oorlog de geografische lig
ging en de topo-hydrografische gesteldheid
van Nederland een strategisch-domineerend
karakter verkrijgen." Het zal derhalve voor
Duitschland zaak zijn te zorgen, dat de
rechtervleugel van het Rijnfront niet gefor
ceerd kan worden; daarvoor moet »het de
zuideelijke en Westelijke frontier van Nederland in
het minimum van tijd bezetten en in passenden
staat van tegenweer brengen, om het Rijnfront
dat zich geografisch en topografisch uitstrekt
tot de Noordzee, aan zijn strategisch doel te
doen beantwoorden." En in dat geval wordt
ons zelfstandig bestaan bedreigd en wordt
ons land het tooneel van den oorlog. Van.
welke zijde men de zaak ook beschouwt, dit
resultaat zal steeds verkregen worden, dat
Nederland genoodzaakt wordt den oorlog te
verklaren aan de mogendheid, wiens leger onxe
grens overschrijdt of wiens vloot onze zee
gaten forceert.
Daarom acht Aldegonde »een bondgenoot
schap met n der partijen het eenige middel
om voor en tijdens den oorlog rang in te nemen,
de materieele bezwaren van den krijg binnen
zijn grenzen tot het minimum te beperken
en bij den vrede gerechtigd te zijn tot het
uitbrengen van een stem."
Tot zoover is Aldegondes betoog vrij juist;
doch in het laatste gedeelte van zijn boekje
waar hij Duitschland als den wenschelijken
bondgenoot voorstelt is zijn redeneering verre
van snijdend. Als er geen betere motieven
vóór dat bondgenootschap zijn aantevoeren,
dan Aldegonde .doet, komt ons de noodzake
lijkheid ervan nog niet voor zoo heel groot
te zijn. Frankrijk is onze erfvijand en
Duitschland onze stamverwant.... dat is
al zoowat de sterkste zijner redeneeringen.
En het aansluiten bij de Triple Alli
antie kan een waarborg te meer zijn voor
het behoud van den vrede zoolang die
alliantie niet zóó machtig wordt, dat zij
meent Europa de wet te kunnen voorschrij
ven. Dan wordt de oorlog slechts een quaestie
nu dat je wegkomt, dan kun je om twaalf
uur weer hier zijn."
Pallesen stond pruttelend op.
»Kom Pallisje, hnast je nu een beetje."
»Het is vreeselijk wat een haast je hebt
om mij van de baan te schuiven. Men zou
bijna denken dat je een afspraak had. Die
~ zwartoogige politieagent, die altijd zoo naar
binnen gluurt, is toch niet in de nabij
heid ?"
»Je bent gek, Pallesen. Denk je dat zoo'n
jong man zich verlieven zou op zoo'n oude
leelijke vrouw, als ik T'
»Caveliue, je weet heel goed dat je nog
mooi bent. Maar als je mij ontr . .."
»Nu, wat dan ?"
»Dan vermoord ik ons beide, daar kun je
rattenkruit op nemen."
»Pallesen, ga nu en haal de kool. Je bent
zelf de grootste kool uit den gcheelen
winkel."
Pallesen slenterde nog steeds brommende
de straat op.
Nauwelijks was hij uit het gezicht of de
tweede luitenant Frits Bask trad binnen.
sGoeclen dag, juffrouw Pallesen."
»Goeden da", mijn besten jongen. Hoe gaat
het?"
»Dank u, slecht. Ik ben vreeselijk onge
lukkig."
«Hoeveel geld heb je noodig?"
>Geld ? Nu ja, een tien kronen?'
»'Hiev zijn ze, ondeugende jongen.
>Dank u. Maar ik ben toch nog ongeluk
kig," zeide hij op een zak aardappelen
|>laats nemend.
«Wat is er dan aan de hand ?''
»Ik ben verliefd."
»Dat is niet zoo gevaarlijk."
>Ja, dat is zelfs levensgevaarlijk. Ik ben
voor mijn geheelc leven verliefd."
»Op wie ?"
»Op een lief, jong meisje, dat misschien in.
dit oogenblik boven mijn hoofd zweeft; zij
?woont hier op de eerste verdieping."
van zoeken en zou het behoud van den .,
vrede ieder oogenblik aan gevaren blootstaan.
Ten slotte nog de opmerking, dat het
boekje onmiskenbare sporen vertoont van
Germaanschen afkomst. ledere bladzijde geeft
daarvoor bewijzen. Voor de vuist halen
wij aan :
het in de lengte trekken van eene cam
pagne (pag. G);
een doorgang en een omgaan van vestin
gen (noot pag. 7) ;
De Russische actie zou aldus zich in het
centrum der defensie.... waar de vallei
van den Bovenltijn een onderbreking in
vormt moeten werpen (pag. 8);
grootere, meerdere en derg. op vele plaat
sen ; het Zwitsersche Alpen-complex (pag.
10) enzoovoorfc.
Het ȟuytsche bloet" van den schrijver
heeft zich daarin niet verloochend.
Uit het Haag-je.
Reeds menigmaal is de lusthof der Residentie
het tooneel geweest van weelderige, fraaie, minder
prachtige, iiitgewaaide en verdronken
illummatien. Ter eere der verjaring van vorsten en vor
stinnen is het Haagsche bosch herhaalde malen
door viaggen gekleurd, door duizenden lampions
verlicht en veeltijds door prachtig weder begun
stigd geworden.
De beukenboomen hebben op die feestavonden
dikwijls gelegenheid gehad hunne pruiken in het
kunstlicht te doen schitteren. Hun weelderig
loof, door de avondkoelte bewogen, heeft dan de
gewoonte om te mischen, zoo tevreden en ge
lukkig als een poes, die in de zou ligt te spinnen.
De onverstoorbaar ernstige eiken behouden als
altijd hunne deftige strakheid. Het is alsof ze
het beneden zich achten als fakkeldragers dienst
te doen. Trotsch en stug heffen ze met hum/e
knokkige armen de lichtkronen en guirlanden
hoog boven de menschelijke hoofden. Aan vreed
zaam mischen, evenals de beukeu .. . geen ge
dachte; van lieflijk knikken als de populie
ren... geen sprake;?niets van dat alles. Zij ver
waardigen zich alleen om een aantal gapende, naar
boven kijkende lompers, heel onverwacht en onaan
genaam,over hunno harde toontu te doen struikelen
en vallen. De houten bruggen, aan een gemakkelijk
leven gewoon, zijn nog veel minder in haar nop
jes. Ze zuchten en steunen onder de
menschenmassa's, die zich op hare respectieve ruggen
verdringen om naalden en eeretempels te be
wonderen, die in de vijvers zijn opgeslagen. Eens
is het zelfs gebeurd, dat eene hoogst bejaarde
brug zich dermate ergerde aan een bijzonder
coquetten Chineescheu tempel, dat ze op eens
den moed en tevens den rug liet zinken, zoodat
een aantal menschen hals over kop in het water
tuimelde. Gelukkig dat boomen noch bruggen
kunnen spreken; anders zou wellicht een groot
gedeelte van het schoon en de pret eener illu
minatie verloren gaan. Immers schoon is eaue
illuminatie voor een achtbaren rentenier, die
met zijii ega bedaard opwandelt en met wijd
opeugespalkte oogen het groote stuk in den laatsten
vijver in stomme verbazing staat te bewonderen;
pret hebben eenige ondernemende schooljongens,
die zich jichtrr dat eenzame paar bevinden, en
ongemerkt n:et een touwtje of speld den jas van
mijnheer aan de sjaal van mevrouw vasthechten,
het echtpaar met kutten bombarde* ren of wel
door een min of meer kunstmatig opgewekt
gedrang van elkander trachten te scheiden. Af en
toe wordt er op de duisterste plekken Benï.'ialsch
vuur ontstoken, waardoor boomen en meusehen
opeens in het volle roodc licht gehuld worden.
i Een ontelbare menigte koppen is dan plotseling
»Ah, lieve God, op Mille Frcijbel!"
«Juist, wij ontmoetten elkaar in de
paaschdagen op een bal, en bij het afdalen
(leitrap hebben wij ons verloof'.!. Dat is nu
veertien dagen geleden, en ik heb in al dien
tijd geen woord met mijn liefste kunnen
wisselen, laat staan haar ecu kus geven, zij
heeft mij door het venster menig tcederen
blik toegeworpen, maar daar kan men op
den duur niet van leven.''
«Woont ze bij haar tante ?"
»Ja, die oude draak heeft vermoedelijk al
de briefjes, die ik aan Milla zond, onder
schept, zoodat zij ze niet eens geroken heeft,
want ze waren natuurlijk geparfumeerd.''
:>Het is in het belang van de oude juf
frouw Frcijbel, dat geen van hare nichten
trouwt.''
»Zijn er twee ?"'
»Ja, de jongste, Suzanna of Suzc zooals
zij genoemd wordt, is nog maar pas een jaar.
Zie, Frits, de zaken staan zóó. Toon
kapitein Freijbel een jaar geleden een ivis
maakte naar Amerika, nam hij zijne vrouw
en twee zonen mee. De beide meisjes, Emilie,
die op school ging, eu de kleine Suzf, ble
ven hier onder de hoede zijner zuster."
»Kn hij kwam met de geheele faiuilio op
zee om."
Proeies. Maavvóov hij vertrok hadl'.ijecn
testament gemaakt, waarin hij bepaalde : dat
het vermogen der beide meisjes onaangeroerd
moest blijven tot zij meerderjarig zouden zijn,
en dat have tiiüle jaarlijks '_'(iOU kronen voor
elk dor beide meisjes moest hebben, om deze
een goede opvoeding te geven.
»Ja, ik begrijp, dat zij die -1.000 kronen
jaarlijks, gaarne zoolang mogelijk wil be
houden."
«Natuurlijk."
«Maar beste juffrouw Pallcsen, u moet er
voor zonren dat ik Mille te spreken krijg."
»Ik? Waar denk je aan!"
Besto, lieve, flinke juffrouw Palle.-en, u
moet, hoort ge, u moei.'"
zichtbaar, welke roodgekleurde nullen zich te
midden van het groen vrrtoonen als eeoe mons
ter pottie abrikozen, heel smakelijk met
wijugaardbladeren opgedaan. De dichte bladerdossen
worden voor eeaige seconden transparant, en
steken het fijnste en prachtigste kuipwerk naar
de kroon, dat ooit den ballon van eene
ouderwetsche Carcel-lamp versierd heeft.
Hedenavond zal dan wederom, wegens den
geboortedag van Hare Majesteit onze geëerbie
digde Koningin, voor de zooveelste maal ons
heerlijk schooue bosch ia vuur en vlam gezet
worden. Wanneer het weer eenigszins medewerkt
zal het aan aanbidders en bewonderaars niet
ontbreken, omdat men hier ook al weer te doen
heeft met een van die aloude geschiedenissen,
die eeuwig en altijd nieuw blijven. Maar al ware
dit niet het geval, dan nog zou deze illuminatie
bijzonder welkom zijn aan de Haagsche bevolking,
daar zij nu te gelijk apotheose is van de
allergelukkigste outkuoopiug der boeiende, maar
ietwat langsvijlige spuiiugshisiorie met hindernis
sen, die hier zooveleu hrvig geagiteerd en vaak
uit den slaap gehouden heeft, ut s gemeentebe
stuur, niet geheel ongelijk aan zekeren poel met
kwakende kikvorscheu, heeft namelijk net zoo
lang met slijk en modder gemorst, totdat al onze
dokters, in. consult saamgeschoold, hen uit de
kwalijk riekende sloot verdrongen en tot zwijgen
gebracht hebben. Men heeft geheel naar Hol
landsen gebruik, precies als indertijd te Leiden
geschied is, na de dokters-conspiratie, onmiddel
lijk de dijken doorgestoken, en het frissche water
van Delllaud ongehinderd en vrij doeii binnen
stroomen en zoodoende de benauwde stad ont
zet. Scherpzienden beweren zelfs dat de vlag
boven op het Kurhaus is ingehaald, en dat de
letters M. Z. S., die op de witte baan prijken,
daarvan de oorzaak zijn. Vroeger wilden die
letters eenvoudig zeggen : Maatschappij Zeebad
Schevcninycn, maar sinds de glorierijke overwin
ning door de watergeuzen, die aan versche lucht
de voorkeur geven boven een bedorven
badgastatmospheer, zijn deze onschuldige letters veran
derd iu de oorlogsleus ; Men 'Zal Spuien .'.'!
Hoe dit zij, reeds nu is gebleken dat door het
onschuldige spuien het gebruik der baden eu het
bezoek van Scheven! ngen volstrekt niet vermin
derd, maar integendeel toegenomen is, en dat
aldus de Hagenaars alleen voor de schaduw van
een ezel al dien tijd iu een verpestende
atroospheer geademd hebbeu. Een geluk is, dat tot nu
alle ramen, toch potdicht gesloten moesten blij
ven, aangezien de lucht zich dag en nacht ver
toonde in donker marschtenue, bekoorlijk met de
flikkerende sergeaiitsstrepf-u voorzien, hetgeen ook
met het bijbchoorend gebrom en gegrom, regen
en wind gepaard ging.
Het zal wel niemand verwonderen dat wij op
dezen :Men Augtustus, nu het beeld der Koningin
als een reddende engel in een zee van licht in
het oude bosch verschijnt, volmondig de ouden
nazeggen : ik neem het voorteekeu aan.
Z.
Kunst en Letteren.
AAXTEEKENLNGEN. CüiLLiEKKlLNrfi'.
Zondag den derden Juli, des namiddags to twee
uur, zal voor gonoodigden de opening plaats heb
ben der blaiic-et-noir-teiitoonbtetling, gegeven door
de Ncderlandsche Ets-club.
Deze tentoonstelling belooft zeer interessant te
worden.
Ziehier, om te beginnen, de lijst der exposanten:
M. liauer, 1\T. Rastert, Mej. Etha Eles, Mej. van
l Houten, isaiic Israëls, J. E. Karson, Jac. van Looy,
i Anton Mauve, Mei. Wally Moes, J. F. Rafaëiii,
Auguste liodin, Mej. Suse Robertsen, Francis
Seymour Iladcn, M. \V. van der Valk, Jan Veth,
K." S. Witkamp, "\Yillem Witscn, l'h. Zilckon.
Interessant zal deze tentoonstelling zijn, in de
eerste plaats door de trouwe opkomst van bijna
alle werkende leden. Zien wij er niet de namen,
prijken van vier leden die er verleden jaar ont
braken, nl. Witben, van Looy, Is. Israëls en van
der Valk? Volledig zoude zelfs het contingent
der leden zijn indien wij niet Breitner en de
Zwart moesten missen. Voor zoover wij tot nog
toe weten zal er ook niets van van der Matrel
te zien zijn.
Interessant evenzeer zal deze tentoonstelling
zijn door de inzending der invites. Kan zij daar
onder niet noemen do koninklijke etsen van den
Engeischen meester Seymour Haden, de kurieuso
gewrochten van Rafaelli en ten slotte de interes
sante stuiies van Auguste Rodin. Deze beeldhou
wer toch heeft, zooalüwij in dit weekblad mede
deelden, een ontwerp gemaakt voor een Victor
Ilugo-grocp, to plaatsen, in het Pantheon. Het
comitévan beoordeeiing heeft het ontwerp
van dozen onigen onder de Fransche beeldhou
wers afgekeurd, omdat hot niet in harmonie was
met de omgeving, waarin het geplaatst zou wor
den". Do inzending nu van dezen afgewezen artist
bestaat in twee drogcnaald-studies naar den kop
van Victor llugo, elk van beide van verschillende
zijde genomen.
Een geheele eenige plaats op deze tentoonstel
ling wordt ingenomen door de inzending van Me
vrouw do Wed. Mauve. Dit zijn studies en
teekeningen zaraen wel een twaalf in getal, die een
geheel nieuw licht werpen op de voortdurende
werkzaamheid van Anton Mauve. Als eerste onder
deze noemen wij een schetsje van een slapend
kinderkopje.
De geheele tentoonstelling zal bestaan uit min
stens liJO nummers. Zij wordt gehouden in de
grootste der beide kunstzalen van Arti, die
door hare nieuwe bekloeding met roode stof van
een uitstekende kleur beter dan ooit geschikt is
om de etsen en teekeuingen tot haar recht te
doen komen.
Nog enkele bijzonderheden aangaande de inzen
dingen der leden.
Kapitaal is de inzending van Bauer, grootsche
teekeuingen van uitheerusche gebouwen, magistrale
j etsjes van Oosterscho menschen-groopen.
Van Van Looy een kop, waarin al de macht
! van dit expressieve talent te waardeeren valt.
Van Witsen zeer merkwaardige etsen van
Londonsche stadsgezichten, o. a.: Waterloobridge en
een stuk van Trafalgarsquare. Van Jan Veth
zal men er te zieu krijgen een zeer doorwerkt
portret van Jozef Israëls.
Dit zijn slechts eenige aanduidingen van het
veel belangrijke dat deze weken zeer velen naai
de zalen van Arti tot oen bezoek zal uitlokken
Toevallig heeft men dezer dagen den meester
van Bastion Lepagc en Dagnan-Bonveret gevon
den. De man heet Jarand, woont in de provincie
en is verbonden aan een porcelein-fabriek. He;
is een dood-eenvoudig wan. Hij schilderde vee!,
maar verkocht nooit buiten-af, want hij had met
den directeur der fabriek een contract gcslotea
om allo schilderijen aan hem af te staan. Dia
vriend, de directeur, zag er wat in en vond het
wijs de boel aan zicli te houden. Heel toevallig
zijn er nu onlangs te Parijs oen paar studies ver
dwaald, die zóó moot waren dat men direct den
man is gaan opsporen. Sommige kenners vindea
het mooier dan liasticn Lepage en in ieder geval
mooier dan Dagnan-Bouverot.
Rodin heeft juist onlangs eeno bestelling van
het rijk gekregen om ccne buste van l'uvis de
i Chavannes te maken, waar hij boel blij mee is.
Ook heeft hij op het Salon in het Champ d;:
l Mars ecu of meer beeldjes gekocht van Mcunier,
| een Belg, die hij bijzonder mooi vond. Het nc-,
Iv.i Frits vleide eu praatte zoolang, tot l
juffrouw Pallesen beloofde haar best te
zulien doen om te bewerken, dat de jongelie
den elkaar den volgenden avond om zeven
uur, in den groentenwinkel, die op dat uur !
gesloten v.c.rd, zouden kunnen ontmoeten,
waarna de jonge luitenant iu het beste hu- j
meur ter wereld de straat opging.
Een paar dienstmeisjes kwamen om
inkoopen te doen, en een beetje later kwam
de oude juffrouw Freijbcl door de
achtcvdcuv.
Oud was zij eigenlijk niet, zo was nog
Keen veertig, en zag er met haar modern
kapsel en elegante kleoding veel jonger
uit.
liet dienstmeisje, Oine, was met Suse ia |
den kinderwagen uitgegaan, en nu moest l
juifrouw Freijbel zelve een beetje peterselie j
voor de soep halen, eu natuurlijk werd er [
een klein praatje aangeknoopt.
Want juil'nnnv Pallesoii was een soort vau j
reservoir, \vaarin alle bewoners der straat l
hunne zorgen uitstortten, in 't bijzonder ge
poederde mevrouwen en dienstmeisjes, die
elkander met tic meest moderne realistische j
verwen kleurden. j
Juifrouw .Freijbel begon dan ook over j
G'nio te spreken, als het liohi.ziniiigs-te we
zen dat or op de slechte straten van Kopen
hagen liep, eu bracht toen het gesprek op
haar nicht, Emilie.
^Dcnk eens, zij is nog maar achttien jaar
011 nu hoeft zij reeds een liefdesavontuur.''
Juffrouw Pailesen was verbluft; toen zij
achttien was, wist zij nog niet wat liefde
was, en zij hield zicli overtuigd dat de juf
frouw, die nu toch al lang over de achttien
was, nog geeu enkel liefdesavontuur had
l gehad.
Juffrouw Freijbel sloeg do oogen neder,
en stak bedeesd ecu blaadje peterselie in
den mond.
Zij moest bekennen, dat zij juist in de/e
dagen .... Hm ! zij was zoo goed als verloofd
met een heer van do derde verdieping,
dien zij dagelijks op de trap ontmoette.
Juffrouw I'aliescn dacht bij zich zelve:
dat het oen familiezwak was om zich op do
trap te verloven.
J lot was naar aanleiding van dit feit, dat
zij juffrouw l'allescn zoo gaarne ecu dienst,
wil<ie vragen.
;:En wat is dat, boste juffrouw Frcijbel?"
^Zouden mijn liofste on ik hij is
kommios aan hot ministerie geen verlof kun
nen, krijgen, om elkaar als morgenavond de
poort voor 't: publiek gesloten is, hier even te
ontmoeten. Ik kan hem, vóór do verloving
publiek is, mooiolijk bij mij aan huis laten.
komen, en ik wil Mulo on die neuswijze
Ciine liefst geen aanleiding geven tot liet
maken van zinspelingen."
»Dat kunt u mot ploizior, juffrouw; maar
V avonds wijkt Pallesen zoolang als ik hier
ben, troon stap uit clou winkel. Neon, daar
weet ik wel wat. beiers op. Geef Gine mor
genavond ecu. kaartje voor don schouwburg
on zend juffrouw Jvnilio hier om ecu bood
schap, dan zal ik haar wol ecu tijdje aan
don praat, houden, 011 haar vragen: of zij wat
bouipieljes van violen voor mij wil maken,
dan kunt u ongestoord uw commies in huis
ontvangen, dat is toch ook behoorlijker."
»Jo hebt gelijk, dat is oen mooi idoo.
Och, n is altijd zoo lief en verstandig, juf
frouw Palloson. M aar kan ik or nu op
vertrouwen, dat u Emilie ecu uurtje
hierh ou cl t."
»Wces daar aerust op. Ik zal wel iets voor
haar zoeken om to doen; iets waarin zij
pleizicr hooft."
Juffrouw Freijbcl ging hoon.
Juffrouw Pallesen viel op don
omgekeevilou korf neer, zette beide handen in de zij,
eu schudde van het lachen, tot groote ver
bazing van ecu dienstmeisje dat kwam om
aardappelen to koopeu, wat zij iu 't milist
niet prettig of belachelijk vond.
(Wvri.lt vercoljd).