De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 3 augustus pagina 6

3 augustus 1890 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTESDAMMEB, WEEKBLAÖYOOE NEDERLAND. zij dan wel zeggen? «genten en de chef bezagen aandachtig *>jj» voorwerpen een voor een. Ik vond het ge 4my TM» den chef, zoo iets als een inspecteur, war weinig betamelijk tegenover iemand ep wien «leehto een dermate vaag; vermoeden van misdadigheid rustte als op mij. Hij sprak zoo barach, . .«h had hjj met een geëtiketteerden schurk te dOM, dreigde mij met verbolgen oog met den pri*en, indien ik mij niet legitimeerde, enz. Ik xtad h*m aan onmiddellijk naar den burgemeester «l de politie van mijn woonplaats te telegrafefflren ten einde zich van mijne honorabiliteit te overtuigen. Hij antwoordde mij, dat ik dat dan miar onmiddellijk voor mijn kosten moest doen. Ik moest den telegram stellen, de kommissaris «on hem.onderteekenen. Dit vond ik zonderling. Vijf minuten later waren allen vertrokken, ook het jonge mensch, mijn telegram had ik afgegeven, «n de autoritaire inspecteur had de deur aan den buitenkant afgesloten. Daar stond ik! Het vertrekje was vuil als de meeste politiekamers, eenige afgesleten banken aan de wanden, een kapotte armstoel met nog slechts half aanwezige rieten zitting, een vijftig-, jarige manke kantoorkruk, een verweerde lessenaar, eecige doorgerookte landkaarten aan de wanden, een zwart gewalmde zoldering, een met «and bestrooide en menigvuldig bespuwde vloer, riedaar mijn tijdelijk appartement. Ik liep wat heen en weer, niet ongelijk aan een beer in zijn hok. Na een uur ongeveer, werd ik geroepen «oor een agent. Het gangetje door, kwam ik door de andere deur in een kantoor, waar eenige - politie-beambten aan een groeten lessenaar stontwn te schrijven, waarbij de chef. Men deed mij tegen^ den muur staan en nam mijn lengte op; tegelijkertijd schreef de chef mijn signalement, «*or portrait literaire, dat, naar de verbolgen Wikken waarmee de chef, als teekende hij mij uit, mij telkens gadesloeg, te oordeelen, niet al te vleiend moet zijn uitgevallen. Daarna ging ik trrug naar het eerst betreden vertrek, waar BU voortdurend een of meer agenten de wacht hielden. Mijn jonge man kwam ook weer opdagen. Ik presenteerde hem sigaretten en een glaasje cognac; voor het laatste bedankte hij; aan de agenten raakte ik echter eenige glazen bier en sigaren kwijt, die een naburige herber gier zoo vriendelijk was te leveren. Nadat er nogmaals een uur verstreken was. kwam de chef mjj weer halen en, mij voorgaande, geleidde hij mij nu naar het afzonderlijk vertrek van den kommissaris, dat met een lederen dubbele deur aan het kantoor was verbonden, De kommissaris, een ouderwetsch heertje, zat achter een weelderiger schrijftafel, mahoniehout metschrijfvafc van biljartlaken. Mijne voorwerpen op zijn beurt naziende, ondervroeg de kommisgaris mij .op hoffelijker toon dan zijn ondergeschikte. Als slotwoord zei hij: »Ik zal naar uw woonplaats telegrafeeren." Ik schrok al weer, want ik dacht, dat er al lang antwoord op mijn telegram ontvangen zou zijn. Het was toen 2 uur geworden. De kommissaris stelde zelf een telegram, dien ik goedkeurde. En ten 5 u. 30 kwam het ant woord eerst aan ! Dien gansenen middag heb ikjn het onverkwikkelijke vertrekje mogen ver blijven, nu voortdurend in gezelschap van agen ten. En al kreeg ik ook, op mijn verzoek, wat oud vleesch en brood uit de herberg te eten, waarbij de vunzige zitting van de manke, hooge kantoorkruk tot tafel diende, en al kreeg ik ook van de agenten, die ik door minzame toespraak en glazen bier aan 't praten maakte, aardige ver halen te booren, toch had ik mijn dag'liever anders besteed, en de aardige typen van aan klagers en beschuldigden, die zich voor verschil lende zaken kwamen aanmelden, had ik liever van een ander standpunt beschouwd dan van de bank, waar ik de kollega der laatsten scheen. Toen de ophelderingstelegram uit mijn woon plaats gekomen was, hield de kommissari?, in bijzijn der kantoorheeren, een toespraak, waarin hij zijn verontschuldigingen aanbood, »naaar de politie heeft plichten ..." enz. Het was intusschen te laat geworden om mijn zaken te doen, ik kon nanwlijks goed thuis ko men. En in het bezit van den begeerden prachtigen hazewind ben ik dus niet mogen komen. Den volgenden dag ging hij naar Brussel. Enkele dagen later ontving bet jonge mensch met zijn gunstig Ruiterlijk, mij lachend en min zaam in zijn winkel en mijn zaken zij a toen door zijn firma met zorg geschat. Een zweem van. exkuze heeft hij noch zijn vader, die toch eigeclijk van al mijn onaangenaamheden de oorzaak waren, mij echter niet gemaakt. Dit getuigt m. i. van onwelopgevoedheid. Te meer, daar bij be paald verkeerd heeft gehandeld en had kunnen volstaan rnet mij naar de politie te verwijzen om. een permissie te halen, natuurlijk zonder mij zoo maar iu-eens te doen arresteeren. Het tweede waarover ik ineen mij te mogen beklagen is, dat men mij, op wieu slechts zulk e»n gering vermoeden kon rusten, zoo lang heeft laten wach ten voor ik bij den komrnissaris werd toegelaten; het derde is de onaangename bejegening van dea inspekteur; het vierde, dat men geen ordet.telijker vertrek heeft als wachtkamer voor lieden, wier schuld zóó weinig zeker is als de mijue was. Ook heeft later een Hollandsen kommissaris van politie mij gezegd dat mij u persoonlijke aanhouding hem van een overdreven zorgzaam heid scheen te getuigen, dat hij, in dit geval, hoogstens alleen besiag op de voorwerpen zou hebben gelegd doch deii persoon in vrijheid ge laten. Enfin, wat hier ook van zij. gij, vreemdeling, die Antwerpen bezoekt en dair iets te verkoopeia hebt, gij weet nu waaraan gij bloot staat. Un homme averti en vaut deux. E. 20 Juni '90. F. STEILE. SCHEVENINGEN DOOK EEN AMERIKAAN. In het Now-Yorksche weekblad The Nat ion komt een artikel over Een Hollandsdie badplaats" voor, dat aldus begint: SLUEVESÏSGEN, Juni 1890. Deins niet terug voor den hierboven prijkendon, schijnbaar vreesehjken naam. Ge maakt maar zooiets tusschen ch en k, en bere youare! De plaats zelf is bij de Hollanders zoo bemind, dat de ruwe naam den inboorlingen vlug over de tong trippelt, en wie hem uitspreekt doet dat met een toon van meerderheid, die de aanspraken van alle andere bad plaatsen vlugweg ter zijde schuift. Maar Scheveningen heeft inderdaad een bekoorlijkheid, die geen andere zeeplaats bezit. De Noordzee zelf heeft een uitdrukking, grijs en dommelig in de kalmte, vreeselijk in de stormen, die tegelijk betoovert en afstoot; gemakkelijk kan men zich de eerbiedige vrees begrijpen, waarmede zij het eerst de avontuurlijke zeelieden, die zich aan hare donkere wateren toevertrouwden, bezielde.'' Do Amerikaan vertelt dan weer hetzelfde over den grond lager dan de zee, het bolwerk der duinen, de schilderachtige nauwe straatjes van het visschersdorp Scheveningen, dat wij al meer hoorden. Als men door de nauwe straatjes wandelt, schijnt het altoos wel wasch- of schrobdag, want op iedere uitstekende punt hangen flanellen kleeren, rood en blauw, helgekleurde voorschotpn en rijke halsdoeken, die mot de rozen en geraniums in de vensterbanken, genotvolle plekjes kleur in het landschap geven. Maar telkens nioet men de zondvloeden water vreezen, die den zclfvergeten droomer mochten treffen, want door de waschmanie aangegrepen, heeft do Hollandsche meid, anders vriendelijk van natuur, voor geen persoon respect." Hij beschrijft dan de villa's, langs de helling der duinen, vroolijk opgeschilderd, en Hollandsche of Fransche vrouwennamen dragend, of opschrif ten die de vreugde en tevredenheid der bewoners te kennen geven, als Zeerust, Vriendschap en gezelligheid, Rust en genoegen", voorts de bad huizen en badkoetsjes, de oranje wimpels en de cosraopolitische drukte der bezoekers. De zee waarop deze vermaakzoekers staren, is nooit glimlachend, en men kan meenen dat zij een innige verachting gevoelt voor do babbelende menigte langs haar strand. Zwaarmoedig ligt zij in den stillen zonneschijn, en als over hare vlakte de late schemering sluipt, bedekt zij zich met een mantel van bleekgrijzen nevel en kermt droevig, ot, in woede opstuivend, beukt zij den stevigen rotsmuur, die door menschenhanden is op geworpen om hare macht te weerstaan. Intusschen straalt er vroolijk licht uit de paviljoenen, en luchtige muziek spot met het kreunen der zee ; alleen wanneer droeve geluiden klinken, door een Germaansche mythe geïnspireerd of door eene ziel, aan de Vikings verwant, gevonden, schijnen de mensch en de natuur elkander te vertolken". Zeer goed schildert de Amerikaan de physionomie der visschers, hun breiende vrouwen, hun rossig bruine pinken, het aan land brengen der terugkeerenden, het ophalen der pinken, het ver trek, het schreien bij het afscheid en het terugkeeren der vrouwen naar het dorp Met ernstige gezichten en langzame stappen gaan de vrouwen naar huis, en de oude mannen trekken zich terug naar eene bank van waar zij de zee over zien, en zitten zwijgend op een rij, terwijl de rook uit hun pijpjes langzaam omhoog rijst." Dan komt de beschrijving van het andere ge deelte van het strand, de plaats van vermaak zoowel voor de rijke badpiaatswcrcld als voor de bescheiden burgerluidjes die uit" zijn. Een stroom van vroolijk gekleede mcnschen gaat er onophou delijk voorbij. Aan beide zijden van het wandel pad zijn kramen met kleurige vlaggen, waar hoopen roode kersen liggen, purperen pruimen, gele abrikozen en de beroemde llollandsche koek, gezoet met honing en rijk versierd met citroen (bedoeld is hier waarschijnlijk sukade). Uit de blinkende koperen kannen vloeit de heerlijke melk, het product der glanzige koeien, die \vij op den weg naar den Haag in de groene weiden zien; en het opschrift: Diverse bieren'' verkondigt ook dat men niet dorstig behoeft heen te gaan". De schrijver gedenkt de wiudstoelen", de babbelende oude dames, de kinderen die als echte Hollanders dijken tegen de zee aanleggen, do ezeljongeiis, (Ie heeren in wit flanel, de meisjes in haar verschei denheid van costuum. Wat hem vooral trol' was het internationaal gebabbel onder de kinderen. Zij praten door elkaar Fransch, Duitse!), Hoilandscli, terwijl telkens vlugge vragen in do ceno taal even vlug in de andere beantwoord worden, met dien kinderlijken aanlog voor talen die volwassen menschen hun kunnen benijden." Dan komt de avond, de fraai verlichte Kursaal mot haar uitnemend orkest. Ondanks de vele menschen en de geneigdheid tot gezelligheid is er weinig drukte, en het is, gedurende eenige num mers, den kellners verboden, rond ie loopen. De liefde voor muziek, zoowel als voor kleur, schijnt den Hollander aangeboren ; er is weinig luidruch tig app'aus, maar naar het schijnt, veel kiesche waardeering. Bij hot spelen van het volkslied bleek de vaderlandsliefde, toen het geheelo pu bliek opstond en bleet staan tot de laatste noot geklonken had." Gedurende, de lange schemering komen ook de vrouwen van het dorp, als het dagwerk is af gedaan, in groepen langs de esplanade slenteren, ernstig en waardig in uiterlijk, en weinig notitie nemend van, de elegante vroolijke wereld om hen heen. Zij zijn allen gelijk gekleed, in zwarte kou sen, witte klompen, korte rok van roode of blauwe serge, naar men beweert door twintig enderrok ken zoo breed uitstaande. Een halsdoek van hel dere kleur is over de borst kruiselings vastgespeld en een wit mutsje sluit nauw aan het hoofd, waaraan op Zon- en feestdagen aan beide zijden hoven de slapen de kleinoodiën worden toegevoegd, gouden spiralen en zwaro hangende ornamenten, die aan elke Nederlandsche boerenvrouw zoo dierbaar zijn. Mot uitzondering der gou den versierselen, zijn de kinderen geheel miniatuur-copieën van de ouders, en op een afstand zien ze er komisch uit; maar dichtbij zien we lieve ernstige gezichtjes met eerlijke blauwe oogen; als de stof van rijker qualiteit was, konden we meenen dat de kleine figuurtjes van de gale rijen van Amsterdam en den Haag uit de lijsten gestapt waren. Vrouwen en kinderen ziet men altoos kousen breiend, lange zwarte kousen. Hetzij zij aan den duinkant zitten, of bij een hondekar met groenten of melk loopen of langs het strand drentelen, altoos gaan de breinaalden vlug onder de bezige vingers heen en weer. Wij verbaasden ons en vroegen waar toch een markt kon zijn voor zoo tallooze paren kousen. Maar wij vonden de oplossing toen wij het geliefkoosde tijdverdrijf der kinderen zagen. De oogenschijnlijk zoo stemmige figuurtjes worden wild als zij in de buurt van de zee komen. Dan gebruiken zij hun houten klompjes als tolioijgans, glijden roekeloos en pijlsnel langs de glad de steonen borstweringen naar het water, er. klonte ren dan op hun kousen weer naar boven, al schreeuwend en lachend van pret. Daar kunnen de wollen kousen niet tegen; er moet dus voort durend gebreid worden." De verteller gaat nu het rusteloos worstelen tegen binnenwater, zand en zee na, het voortdu rend waken tegen overstrooming en verzanding, en besluit dat, waar het zooveel moeite kost om te houden wat men hoeft, het ook niet te ver wonderen is, dat het klein strookje waterland zoo dierbaar is aan zijn bewoners. VOOR DAMES. alleen te 'Berlijn. Een Kchoone In de afgeloopen maand hebben duizende dames zich beziggehouden met het gewichtig vraagstuk: wat o]) reis aan te trekken V Het is natuurlijk een moeiolijke keus, want men kan niet vooruit zeg gen of het reissaizoen een zachte Novembermaand of de temperatuur van Timhuctoe zal meebrengen. De Engelsche dames, reizigsters bij uitnemendheid, hebben dit jaar vooral voor crêpon gedecideerd, en voor do verwante grenadines on barèges. Voor huwelijksreisjes zag men dit in biscuitkleur, met mouwen en front van rose zijden mousseline, of ook van grijs erf pon met wit zijden mouwen, maar beide schijnt wel wat teer voor de roet-atmosfeer van spoorwogovorkappingcn. Zwart er f pon met balsstuk van rooile zijde is practisch en sterk, alleen is zwart zoo gauw stoffig. Grijs, reekleur, riiiikleur, faure. rossig grijs, zijn geschikte nuances. , Vroeger was borduursel geheel uitgesloten, tegen woordig leveren de modistes het wel voor reiscostuums, maar het heeft zijn bezwaar. Het stof blijft er tusschen zitten, het haakt, rafelt, ver kleurt ; in elk geval is in plaats van passement. kralen of borduursel, het eenvoudige en sterke tres" te verkiezen. De prinses van Wales droeg ileze week op een reisje per yacht een kleed van haar geliefkoosd blauw serge, met wit tres. Wit zijden vest, waaromheen de witte tresrand van het jacquet met groole blauwe knoopen zeer stevig sloot; (ie revers konden ook omgeslagen en mot de blauwe knoopcn over do borst dichtgeknoopt wor den. Ook maakt men costuums van stevig grijs of' bruin laken, die men zoo met Schotsche zijde vocrr, dat. ze voor gelegenheden kunnen worden opgeslagen en dan betrekkelijk gekleed zijn ; reeds in het eind van den vorigen zomer maakten Parijsche huizen die voor ilo bezoeken aan den EiiH'ltoreu. Er behoort dan een vest of blouse van dezelfde zijde bij. Do ii:uter[i)'0!>[ heeft, gelijk men wcot, alle kleu ren, zells de- nieuwste, veroverd. Geen parelgrijs, Van Dijck b'auw, sang-dc-boeuf, mayolica-groen, dat hem te machtig is: zelfs in geweerschijnde zvu!<; vindt men cUiii onontbscrlijkeu regen- < t stofmantel, en de fabrikanten zijn er in geslaagd hem zoo licht en zoo ondoordringbaar te maken, dat het ideaal in deze bijna bereikt is. De matrozenhoed v*n de Engelsche badplaatsen nadert zijn einde. Hij wordt steeds kleiner; de nieuwste, zeer klein, hoven op een kapsel al s een kraaiennest, zijn doodeenvoudig belachelijk. Men kan weer zeggen als in den tijd van het Keizer rijk: trop de cheveux et pas assez de chapeau". Voor de badplaats-toiletten is wit serge een zeer geliefde stof. Men maakt het dan ook pretentieuser op, b v. met een zeer smal randje gou- den tres langs de zakken e i de mouwen, of langs het geheele jacquet. Bij een wit serge kleed, door een jongo gravin gedragen, behoorde een paletot van dezelfde stof, gevoerd met dunne schots che zijde in do schelste kleuren, scharlaken, biauw, groen en geel; van alles kwam echter zoo gof d als niets te zien, alleen bij toeval, httgeen rijk en smaakvol stond. Ook wit serge met lichtblauw, of geel of rose wordt gedragen. Corsagcs suissesse, ge regen, ziet men meer en meer; de lederen cein tuur, die stijf dichtge-e.spt kan worden zonder te breken, is, hoe gevaarlijk ook, nog steeds in gunst. Loerkleur over 't geheel is in de mode, zoowel cuir de Itussie als alle andere natuurlijke kleuren; men omboordt ook wel roodfianellen coatumes mot dun leder; kousen eu parasol behooren dan ook rood te zijn, handschoenen en schoenen lederkleur; hoed lederkleur met klaprozen. In het Bcrliner Tageblatt geeft Marie Landmann cenigo wenken voor hen die loges vragen, maar vooral voor do loges zelf. De goode ouderwetscho gastvrijheid, zegt zij, en het genoegen dat de loges daarin vonden, wordt in. gevaar ge bracht door het comfort der hotels, waar de gast voor zijn geld alles krijgen kan wat hem in 't hoofd komt, en hij niemand behoeft te bedanken. Toch is het genoegen van dat logeeren bij vrien den, en het genoegen zijne vrienden te gast te hebben, zoo groot, dat het jammer zou zijn de gewoonte te zien uitsterven. Zij zegt dan tot de gastheeren: Noodig niemand, dien ge niet werkelijk gaarne hebt. Bedenk vooruit of ge plaats en tijd voo.' uw gasten hebt. en of hun tegenwoordigheid u; geen al te drukkende lasten oplegt. Bied uwea gast, alihans wanneer hij over de prille jeugd heen is, een eigen kamer aan, en wanneer hij wat be daagd, of wat zenuwachtig, of verwend is, een kamer met een sofa. Verg van uw gast geen hulp in de huishouding, geou diensten, welke ook; laat hem volle vrijheid over zijn tijd naar welgevallen te beschikken, te lozen, te slapon, te visschen, te jagen, vooral alleen to zijn zoolang als hij wil; sommige rnonschen hebben daar behoefte aan, en het tegendeel maakt hen zenuwachtig. Beperk hen op geenerlei wijze door uwe wenschen of nieeniiigen. en uw gasten zullen zich er wel bij gevoelen. De plichten van den gast meet Marie LanJmann meer in bijzonderheden uit; er zijn zeer verstandige wenken ouder. Ga bij niemand voor eenigen tijd logeeren, als go niet vrij goed op de hoogte zijt van zijn huishouden, cu vooral van zijn of ha?.r echtgenoot; niemand kan toch weten hoe twee, op zich zelf goode en verstandige men schen bij lang samenzijn op elkander werken. Ga alleen wanneer ge overtuigd zijt van het harte lijke der uiinoodiging. Ga nooit logeeren bij een pas getrouwd paar; wacht tot de tijd van het egoïsme a deux voorbij is, eu ge geen füelieux. troisième meer kunt zijn. Vermijd ook gezinnen waar een baby is; de tegenwoordigheid van zulk een kleintje brengt beschaafde gezinnen tot den natuurstaat terug; meent ge u daarin te kunnen schikken, dan moet ge 't zelf weten. Verder: maak over hetgeen u voorgezet wordt, nooit eene opmerking anders dan wanneer ge er iets goeds van te zeggen hebt; van deze omstan digheid hangt meer af dan gij meent. Niets toch is ergerlijker voor de huisvrouw, dan dat de gast, voor wien '/,{] zich moeite gegeven heeft, het aan gebodene niet eet of er zelfs eene afkeurende opmerking over maakt. L'.'.at van tijd tot tijd uw gastheer en gastvrouw eens samen alleen; niet bij alles wat zij te bepraten hebben kan toch de vreemde tegenwoordig zijn. Wees blind on dooi voor huiselijke woordenwisselingen; verdwijn, ak gij daarvan iets bemerkt, zet een gezicht alsof go er niets bui'eügowoons in vondt, kios nooit partij. en mocht men uw oordeel vragen, maak er u dan met ce;i gekheid af'. Spreek nooit met do dienstbode»; voed niet de kinderen op. behalve door uw ei^en voorijyeid; verlang niet dat uw gusihecren u van de eene ver makelijkheid naar do andere slepen; voeg u naar de regelen des huizes; wees vriendelijk en be hoorlijk dankbaar voor hetgeen men u aandoet. Breng uw gastvrouw niet ia de war door iederen. dag uw vertrek aan te kondigen en het de;i volLeipüig, noemde Fritz Riemaim uit Brcslau. Laatstge- j ongesteldheid na eene partij gespoeld en MhickwUz trokken zich echter wegens [ terug. De stand was Vrhdat' ?_'"> Juli l v. Bardclcbcn II. Caro. . . . Dr. II. v. Gottschall M. Harinor:ist .... Dr. B. Lasker .... E. Lasker ; J. Micscs Ph. v. Scheve .... te hebben, ! Match lüackbunio-Loc. Sedert ons laatste boaldus : : richt worden ?"> partijen gc.-pwJd, waarvan BI. 2 j en L. l won D.-; stiind is thans: 151. i>, L. l en remises. De overige partijen worden te Londen ge-jieeid, aanvangende Dinsdag 5 Augustus. Voor het ter perse gaan ontvangen wij bericht uit Berlijn, dat op hot Deutsche Meibtor-Congrcs de prijzen aldus verdeeld zijn: f u eu tie prijzen. | ."(M) en '200 Mark. deden de Gebr. L.'K-.kcr. i:a. i een beslissende partij gespeeld te hubbui;. die 'j remise werd. ! Caro eu v. Scheve deel on den ."den prijs, lüO ; Mark. Do ni'.'t-]irij:;wir.ners zijn von Bardciüben. ! v. Gottschall, Mi'jst'.s en llarmonist. i De uitsla;' was Dinsdagavond heslist. | " CülülKSi'OXDKNÏIE. Wed. L. F. A. M. T.. Ziitphen. In het probleem W Hst; o speelt wil op i'-l van /.wart cT cf> om verder op f'-! mat te geven. In probleem No. o2 schijnt u ontgaan te zijn, dit op b-i een witte toren l staat en uwc oplossing dus geheel fout is. Ais hst beste en goedkoopste werkje voor eorstbcginr.enden. kiunien wij u aanbevelen het onlangs verschenen boshjo Theorie en Praktijk van het Schaakspel" uitgegeven door eenige leduu der Utrcchtschc Sehaakvereer.iging, Prijs GO ets. G. W. te Delft. Wij begrijpen uwe bedoeling niet f7 f5 is toch niet mogelijk, wegens deu. witten pion f(i. Ami, alhier. Uwe oplossing is niet goed.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl