De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 10 augustus pagina 4

10 augustus 1890 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 685 vermoordt. De beschrijvingen van de stad yoBd en van de bewegingen van maanlicht ,Ü| wolken in verband met Ni n a's gemoedsstem ming in het eerste der bedoelde gedeelten, en ^ÉB bet musiceeren van baars vaders gasten, terwijl Nina zelf in het open venster geleund tfyaA, in het tweede, zijn kalm en toch gloedvol it& brengen het gewenschte effekt te weeg. Aïs voorbeeld van de wijze, waarop de schrijf.*!«-opmerkt en weergeeft, zij het volgende aan gehaald: De zon was ondergegaan aan een onstuimig ge kleurde lucht; een toornig rood vlamde in het Wes ten, en zette zich voort over een fel blauwen onder grond in purperen, stormachtige veêron. De bergen hieven zich fantastisch af tegen den stralenden horizon, donker vooruittredend als een poort Van licht; de Eijn schoen haastiger voort te vlieten, geluidloos zijn geheele vlakte voorbij te schuiven, dien glana tegemoet in de verte. Doch meer naar het Oosten was het brandend azuur verbleekt, tot een fijn en lichtend blauw, dat ongemerkt verzwom in een effen parelgrijs; boven de bergen in schemering vertoonde zich daar een bleek glanzende stip, als was het een ster van zeldzamen gloed en grootte ; het was de sikkel der maan, die langzaam opschoof tegen de lucht, stil omhoog klimmend achter de bergen, en eindelijk geheel zichtbaar, een oogenblik rosten bleef op den donkeren bergkop, als een gou.deu, gekromden horen. (Blz. 171?72). Niemand zal deze beschrijf ing anders dan bedaafd, waar en knap kunnen noemen. Met nauw keurige zorgvuldigheid he«ft de schrijf-ter al de tHuièraeelen van het landschap bekekeu en mede gedeeld. In dit aangehaalde stukje vindt men echter de gemoedsstemming der personen niet in bet landschap weerspiegel.!. Het is a's een schu tterig'jfl tusschen de andere tekst opgehangen. De «chrijfster geeft het dan ook alleen om eens te ?beschrijven boe mooi een avcnl zijn kan, zonder verdere betrekking tot de handeling van het vernaai. »Zvj (Nina en J.diannes de Duhscher) temden zich nauwelijks lopnr. ken van dien aan blik", volgt erop. Niet wijl zij daarin een zinBebeeld of een weerspiegeling hunner gemoeds stemming meenden te b'speuren, ma»r omdat die lucht enz. in zichzelf zoo schoon is. Dit is htet ver.-chil tusachea deze beschrijving en bijisa all« andere. I» de meening gewaagd, dat de auteur van sGevlr«;kt'' een der beste nederlandsche romansebfijfeiers van dezen tijd is ? 20 Juli '90. A. J. V A K I A. PLASTISCHE KUNST. Sedert l Augustus zijn in het Museum van Kunstnijverheid te Haarlem eone verzameling gekleurde platen tentoongesteld van de meest belangrijke muurschilderingen die gedurende dezo eeuw uit de lava waaronder Pompeji bedolven lag te voorschijn werden gehaald. De repvoductiëu zijn op groot formaat met de meeste zorg behandeld en geven een getrouw en jjiist beeld dezer verrukkelijke versieringen, die et» Romeinen met zooveel smaak wisten aan te Het Museum vrerd gedurende de maand Juli bezocht' door 1483 personen. De Roemcensche regoering heeft kortelings prgzen van 15000, 7000 en 3000 francs uitgeloofd voor de beste ontwerpen van een monumentaal gebouw voor het Huis van Afgevaardigden en een ander voor den Senaat te B'ikarest. Architecten van elke nationaliteit worden ter mededinging 'üitgenoodigd De antwoorden op deze prijsvraag moeten worden ingezonden voor den löen No vember e.k. Voor nadere bijzonderheden wende men zich tot het secretariaat van den minister raad te Boekarest of de Roemeensche gezant schappen te Berlijn, Athene, Konstanrinopel, Londen, Parys, St. Petersburg, Rome, Weenen en Brussel. TOONEEL EN MUZIEK. De Scala te Milaan. Weinige dagen geleden berichtten de bladen, dat "het Milaneescbe Scala-theater gevaar liep zijn gomeente-subsidie te verliezen. De Frankfurter Zttj. verneemt tians van haren correspondent nadere bijzonderhe den. Hot gemeentebestuur van Milaan stond de Scala een jaarlijksch subsidie van 300,000 lire toe, een aanzienlijke som, die uit de zakken der Milaneesche burgers in den buidel van een uitge ver, van een impresario, van een beroemden tenor, eener gevierde prima-donna vloeit, zonder dat de belastingbetalende ingezetenen daarbij ook maar 't geringste voordeel hebben. De prijzen van den schouwburg zijn namelijk zoo buitensporig hoog, dat het alleen aan hen vergund is, die ruimschoots met aardsche goederen gezegend zijn, dezen zoogenaamden tempel der kunst te betreden. Voor gewone stervelingen en met hen be hoort een stedelijke commissie toch in de eerste ? plaats rekening te houden valt aan een bezoek der Scala ten eenenmale niet te denken. De entree bedraagt 5 lire; voor een zitplaats betaalt men bovendien nog 10 tot 25 lire. De loges, tweehonderd in getal, zijn het eigendom van geld mannen en aristocratische families. Wie dus het offer brengt en 5 lire entreegeld betaalt, heeft daarvoor het zeer twijfelachtige genoegen, den geheelen avond staande, de maar zelden goede opvoering eener opera aan te hooren? neen, te willen aanhooren; want het ongegeneerde ge babbel der loge-eigenaars, die nu eenmaal meenen, daartoe volkomen het recht hebben, belet hem zijn volle aandacht aan orkest en voordracht te schenken. Het is daarom licht te begrijpen, dat de Mila neesche burgerij de afschaffing van het subsidie voor den Scala-schouwburg reeds lang heeft gewenscht, te meer daar de jaarlijks op die wijze doelloos besteede sommen vrij wat beter gebruikt konden worden. Milaan, een stad van bijna 400.000 inwoners, bezit, niettegenstaande zijn ongezond bronwater de hoofdoorzaak is van talrijke gevallen van typhus in het heete jaargetijde, geen water leiding ; bezit slechts een zeer beperkt aantal instellingen van openbaar nut en geen openbare badinrichtingen. Op de pleinen ontbreekt alle plantsoen, in de breedste straten vindt men geen enkelen boom; 't zou dus hoog-noodig zijn, dat men hierin ver betering bracht en meer bedacht was op het welzijn der irgezetenen, in plaats van een inrichting te subsidieeren, welke voor den midden stand en het armere volk ontoegankelijk is. Do beweging tegen de Scala duurdo dus reeds gernimen tijd, maar zonderling genoeg mis schien uit aangeboren eerbied voor de Milaneesche gros boimets had nog niemand het gewaagd den stier bij de horens te grijpen. Onlangs echter kondigde een veelgelezen Milaneesch blad aan, dat ecu zijner redacteurs, de bij de laatste gemeente-verkiezingen gekozen socialist Gnocchi-Vïani, in den gemeenteraad het ,v voorstel zou doen tot afschaffing van hot bewuste subsidie. Terstond trok een deel der pers zich de zaa.k aan en vooral was het do hoofdredacteur j van een gematigd on ernstig blad die in een aantal artikelen bet noodzakelijke bepleitte en voornamelijk op het bouwen van inrichtingen voor kostclooze volksbaden aandrong. Zoo staan de zaken thans. Uit betrouwbare bron verneemt dezelfde be richtgever nog, dat de burgemeester van Milaan, graaf Bclinzaghi, besloten heeft, het voorstel te ondersteunen en men mag dus hopen, dat de wensch van zoovelen verwezenlijkt zal worden. Dit zou niet minder in het belang der kunst dan in dat der stad Milaan zijn. Is het eenmaal zoo ver, dat het subsidie vervalt, dan word r. het de taak van een particulieren ondernemer of van een maatschappij, om den Scala-schouwburg, zoowel met het oog op do kunst als in stoffelijk opzicht, weder tot aanzien te brengen. Men meldt uit Londen: That Girlt een tooncelspel door II. Hamilton en mevrouw Oscar Beringer, bevat vele zeer dramatische tooneclcn en behandelt een in menig opzicht nieuw thema. Aan het stuk ligt een roman van Clernentine Black ton grondslag, en er treden, gelijk bij der gelijke bewerkingen gewoonlijk het geval is, een aantal overtollige personen in op. Onder hen be hoort de twaalfjarige Amerikaansche Aphrodite Dodge, een waar enfant terrible, dat al te zeer op den voorgrond geschoven wordt, omdat de vroeg-rijpe Vera Beringer op dat oogenblik deze rol speelt. Dit is te meer onverdraaglijk, uu de neuswijze Aphrodite bovendien op de hande ling al zeer weinig invloed uitoefent. Deze valt voor in een Zwitsersch pension, waar zich de gepensioneerde kapitein \Yenfworth heeft inge kwartierd; zijn tijd verdeelt hij tusschen twee bezigheden: hij speelt valsch kaart en zoekt voor zijn eenige dochter Iris een man. Twee preten denten naar baro hand doen zich op. De eerste, Lumley Brcreton, dien papa Wentworth bij 't kaartspel duchlig geplunderd hoeft, dringt aich op een brutale manier aan de dochter op, wordt afgewezen en zweert wraak. De tweede aanbidder, de rijke Philip Challoner is, zonder zich te daclareeren, afgereisd en nu schrijft Brereton in zijn naam een vurige liefdes verklaring aan Iris, en weet zoodoende een bundel brieven machtig te worden, waarin het meisje haar liefds voor don ridderlijken squire bekent,. van wien het, heet, dat hij zich mt twijfel nau haar nabijheid onttrokken heeft. De verloving wordt publiek en een dag bepaald, waarop bet huwelijk zal plaats hebbon. Onnoodig te zeggen,. dat alle zoogenaamd van Philip Challoner ont vangen brieven, valsch zijn. Dit wordt opgehelderd als Philip onverwacht naar Zwitserland terugkeert. Iris verneemt, hoe wreed zij bedrogen is en valt, door smart en schaamtegevoel overweldigd, don man te voet, voor wiens bruid zij zich heeft uit gegeven. Dit zeer pakkende tooneel leidt in het 3e bedrijf tot een bevredigenden afloop; Chal loner vraagt de hand van Iris voor zich zelf. Het stuk beleefde zijn premiere in den Ilayinarketschouwburg, waar het voortreffelijk gespeeld werd. OceT de figuranten van het Tiiéatre Franems. De Parijsche Eclair doet eenige mededelingen over het figurantenwezen in Frankiijks hoofdstad. De figuranten-plaatsen aan het Théatre Franc ais zijn het meest gezocht. Godard, die het toezicht over do figuranten heeft en met hun aanstelling belast is, geniet een jüarlijksch tracternerit van 1800 fr. Onder de figuranten, die dagelijks dienst doen, virdt men ververs, graveurs, photographen; ook is er een leeraar in de wiskunde onder hen. De figuranten, die slechts bij gelegenheid gebruikt worden, behooren, zoo zij niet op de planken staan, tot het dienstpersoneel der ministeries. De vrouwelijke figuranten hebben meestal den leeftijd bereikt, waarop zij wel eenige aanspraak hebben op den bijnaam vieux tableaux, die men haar ge meenlijk geeft. Het figuranten-personeel wordt niet gewaarschuwd wanneer men zijn diensten verlangt; het leest de biljetten, waarop de tooneelvoorstellingen worden aangekondigd en ver schijnt uit eigen beweging en stipt op tijd. De vrouwelijke figuranten krijgen per avond 5 fr.. de mannelijke 2*4 tot 3 fr.; de beide negers in L'i fille de Rohnid zelfs 4 fr. Van de beide eerste figuranten der Opera is de een wagenmaker, de ander werkman in een pijpenfabriek. De overigen zijn winkelbedienden, teekenaars, straatwerkers en couranten-omroepers. Elk hunner ontvangt slechts l fr. per avond. In do andere schouw burgen krijgt de eerste figurant van do directie een bepaalde som, waarvan hij het noodige per soneel betaalt. Dit geeft aanleiding tot een schromelijk misbruik, daar de eerste figurant, om zichzelf te bevoordeelen, zoo goedkoop mogelijk figuranten ziet te vinden en dezen niet zelden slechts 75 centimes per -avond laat verdienen. Napels met groot succes opgevoerd. Het stuk heet Graziella, en speelt op het eiland Capri. Dostojeffsky'a beroemde roman Itaskolnikoff is door Dr. Ernst Koppel en Eugen Zabel voor het tooneel bewerkt; binnenkort zal het nieuwe stuk te Leipzig in den vorm van een tooneelspul in vier bedrijven worden opgevoerd. LETTEREN EN WETENSCHAP. Uit het leven van Hermrtnn Sudermann. Wij lezen in hot Deutsche RttchMatt: Ook op het leven van den vroegcren hoofdredacteur van dit blad, den dichter Hermann Sudermann, hebben de hoo^e tolgelden invloed uitgeoefend. Zijn vader was eigenaar eener bierbrouwerij in het OostPruisische Heydekrujr, niet ver van de Russische grenzen. De kleine burger daar had het zoo ver gebracht, dat hij zich niet meer uitsluitend of zelfs bij voorkeur inet oei: bon-el moest te vreden stellen, maar zich ook de weelde van een glaasje bier mocht veroorloven, E'i papa Sudcrmann was hierdoor in staat gesteld zijn zoon een gymnasium te laten bezoeken en vervolgens eerst te Koningsbergen en later te Berlijn to laten studeercn. Toen echter in het jaar 1879 de nieuwe hooge tolgelden werden ingevoerd, verminder.len de ver diensten der grensbevolking aanzienlijk; het glaasje bier moest worden afgeschaft en men keerde weder tot den borrel terug. Dientengevolge zag papa Sudermann zich verplicht zijn zoon te Ber lijn' een brief te schrijven, die ongeveer luidde: Geliefde zoon, de tijden zijn hier aan de grenzen zeer slecht door do nieuwe hoo»e tolgelden ? de menschen verdienen niet zooveel meer om een glas bier te kunnen drinken; zij vergenoegen zich weer met een borrel en ik ben derhalve niet in staat, je den wissel nog langer toe te zenden. dien je tot dusver geregeld ter voortzetting van l je studiën van mij hebt ontvangen; jo moet nu i maar zien, hoe je je verder helpt."?Ku Suder- j mann Junior zag zich daardoor genoodzaakt zijn studiën, voor het beoogde examen, te laten varen i en een plaats als huis-or.derwijzer bij den lier- i lijnschen auteur Hans Hopfen aan te nemen. ! Zoodoende werd hij in een kring van schrijvers i en politici ingeleid en kwam in kennis met den vrijzinnigen afgevaardigde voor den Rijksdag, die het Deutsche Rcichsblatt heeft opgericht. Deze zag in hem iemand van buitengewone gaven en noodigde hem uit hoofdredacteur te worden van het op te richten blad. Maar de opgedane erva ring omtrent de tolgelden heeft er wellicht toe bijgedragen in Sudermann den echt vrijzinnigen, ja democratischen geest te ontwikkelen, welk ook zijn algemeen bewonderd drama Die Elire ademt. Een nieuw drama van den Italiaanschen schrijver Cimino (bekend als schrijver van de tooneel werken van Altri usi en Romanzi nostrani en van den roman Due Donne is te Milaan, te Turijn en te In eene préface bij een boek van Caliban (Emile Bergerat) dat weldra verschijnen zal, zegt Alphonse Daudet over den stijl" het volgende: Ifler auteur, die dien naam werkelijk verdient,. heeft aijn fabrieksmerk, waaromtrent men zich niet vergissen kan, een geheel persoonlijke wijze van voltooien zijner phrase, hetgeen men in de redactién In griffe noemt een voorrecht der hoogste «mandarijnen". Die stijl of liever die per soonlijkheid van uitdrukking is iets geheel eigcnaardigs, geheimzinnigs; of misschien zit, daarin nog niet hetgeheele karakter van den schrijver, maa.r toch wel dat onnavolgbare, zeldzame, dat men iemand niet geven en niet leeren kan, dat men niet met inspanning kan bereiken of met geld koopen, wat op den pas des schrijvers als merk baar teeken" zou kunnen vermeld worden. Goed schrijven, daarnaar streeft het geheele jonge Frankrijk. Vooral de kleine Parijzenaars, die van jongs af de litteratuur met de lucht inademen, zoodra zij den neus over de muren van bet Lycée steken, hebben spoedig de vaardigheid van den stijl geleerd, alle wendingen en samenvoegingen, alle verwikkelingen van den modernen volzin. Maar hoe verfijnd ook de wendingen van de jon geren mogen zijn, die in onze voetstappen treden, er zijn er weinige, die werkelijk iets eigenaardigs l bezitten. Van vele ouderen kan men hetzelfde zeggen. O mijn vrienden, een eigen stijl, een eigen zinbouw'. Wie heeft daarvan als schrijver niet gedroomd, evenals de oude acteur van de villa met de groene jaloezieën, dicht bij de rivier ca niet te ver van zijn theater. En in de ambitie om een persoonlijken vorm te bezitten, moet men de verklaring vinden voor zoovele boeken, die ons iu bun wonderlijke wijze van uitdrukking geheel onverstaanbaar schijnen. Het publiek wc-et niet wat er mede te beginnen, en maakt er zich vroolijk over, maar diegenen lachen niet, die weten, wat het een vrccselijke straf is, levendig, waar, misschien oorspronkelijk te gevoelen, en geen uit drukking te vinden; zijn krachten iti te spannen, zijn nagels stuk te bijten, en tegen een gesloten poort op te stormen, die zich zonder ecnigeu weerstand, bij de minste aanraking opent voor de gelukkigen, de begaafden, de schrijvers van geboorte." De statisticus Wil!. Scharling, hoogleeraar aan de universiteit te Kopenhagen, heeft mhetDeenscbe Tijdschrift voor Volkshuishoudkimde een leer rijk, maar niet zeer rooskleurig artikel over den wasdom van Kopenhagen gepubliceerd. Den In Februari van dit jaar telde de stad met Fredoriksborg, dat met haar samengesmolten is zonder zonder echter n gemeente uit te maken, ruim 359,000 inwoners; dit is in de laatste tien jaren eene toename van 98,000 inwoners. In 1880 was het vermoedelijk inkomen van iederen belasting plichtige gemiddeld 2G15 kronen, in 1888 bedroeg bet 247!) kronen. De toename van bevolking heeft Kopenhagen hoofdzakelijk daaraan te danken, dat de stad de arbeidskracht die op het land te veel was, heeft opgenomen. liet voornaamste bedrijt was in de tien laatste jaren de bouwindustrie en wat daarmee samenhangt. De bouwwerken deden menschen toestroomen, en de stroom van menschen maakte nieuwe bouwwerken noodig. Kopenhagen heeft van zich zelf geleefd", zegt de professor. Het ia de laatste tien jaren verbouwde kapitaal schat hij op 200 millioen kronen. Het geld kan niet eenwig dnren; in allen gevalle zal men het kapitaal niet altijd in bouwwerken beleggen. Er moet een stilstand komen, die gelijkstaat met een voortdurende werkeloosheid der metselaars, meent hij. Van 1880?89 kwamen er jaarlijks gemiddeld 2500 woningen bij, terwijl het aantal belastingbetalenden inet 1500 toenam. In 1889 vermeerderde het gjtal der betrokken woningen met 2300, rat der belastingbetalenden met slechts 450. d. w. z. het inkomen van 4/5 der bijgekomenen was be neden de 800 kronen jaarlijks. Tegelijk met dit kapitaalverbruik nam de handel af, omdat een groot deel van den expeditiehandel, dien Kopen hagen vroeger bijna uitsluitend tusschen de land bouwers en het buitenland dreef, op de provin ciesteden overging, die buitendien aan de hoofd stad een aanzienlijk doel van hare afnemers ont trokken. De provinciestederi zijn veel zelfstandiger geworder,. Eene verbetering van de nijverheid, den handel en de scheepvaart der hoofdstad is r.oodig. Niet ten onrechte zegt de heer Scharling, dat de brutale vetdorringpolitiek", die het door voeren van de tolverbetering en andere maatre gelen beeft verhinderd, de voornaamste oorzaak Is van een onvoldoenden vooruitgang der bedrij ven. Jeune fille aux yeux noirs," is een van de poëtische uitdrukkingen, die weer door de mo derne wetenschap in den ban gedaan zijn. Er zijn geen zwarte oogen. Volgens dr. Bertillon, wiens stelsel van anthropometrie den mensch nauwkeu riger beschouwt dan eenig ander, wordt er geen zwart oog ter wereld gevonden, wel bruine en vooral blauwe. Do meeste oogen zijn twee of driekleurig, en in deze menging speelt geel eene voorname rol. Bert.llon stelt de volgende zeven groepen vast, naar de grootere of kleinere hoeveelheid gele stof (pig ment) in de iris: 1. Iris zonder pigment,, blauw of leikleurig; rondom de pupil kan men een nog donkerder blauwen stralenkrans aanwijzen, maar geen gele. a. Bliiuive oi leikleurige iris met lichtgele:: krans. 3. Dezelfde iris met grooteren, oranjegek-n stralenkrans. 4. Li'ikleurigo of geelachtig-groene iris, met noot bruinen stralenkrans. 5. Dezelfde iris met kastanjebruinen krans. f>. De donkerbruine kleurstof vormt geen krans, maar verbreidt zich over de geheele iris, waarin men alleen eenige geelachtig groene stralen on derscheidt. 7. Geheel bruine iris zonder eenige andere menging; deze oogeu gaan voor zwart door. Aanstaanden Zondag zal te Evrei'x een standUeeld worden onthuld voor den Franschen genees heer Daviel, die in 174G te Parijs voor de eerste maal de kunstbewerking heeft toegepast van het lichten der katarakt (grauwe staar), met andere woorden, van het uit het oog verwijderen, der troebel geworden lens. Daviel werd tengevolge van het welslagen di-r operatie benoemd tot oogheelkundige van den kon.ng van Frankrijk, en zijne halp werd aan da meeste Europoesehe h' ven ingeroepen. Zijne me thode vond zooveel bijval, dat hij ui no maar.d twee honderd zes katarakt-operaties verrichtte, waarvan honderd twee en tachtig met het beste gevolg. Bij de inwijding van het standbeeld zullen de minister van onderwijs Bourgeois en eene dele gatie van de Académie de miïdeemn tegenwoor dig zijn. Uit Utica in den Staat New-York wordt ge meld, dat Dr. Peters, directeur van het Liehfieid-observatoriuni en hoogleeraar iu de sterrokunde aan bet Hamilton College, plotseling is overleden. Peters werd in 1813 te Koldenbüctel bij Eidcrstedt geboren, stud-jcrde te Herliju in wiskunde en sterrekunde, was m Kopenhagen en in Uöttingen werkzaam en nam van 1838 tot 18-13 onder leiding van Sartorius von Walur=hauscn deel aan de topographische opneming van d. u Aetna. Later verkreeg hij sene aar.stelling te Napeis, die bij tengevolge v?Ji politieke verwikk.-linuen verloor. In 185G trok hij naar Amerika, waar hij in de Vereenigde Staten word aange steld bij de kustopmoting en twee jaren later U.noemd werd tot dirceteus van de stencwacht te Clint'ui. Zijne waarnemingen waren hoofdzakelijk gericht op kometen en kleine planeten, van welke hij er i::i-er dan veertig heeft oiitdi-.kt. iH-ze oi.ldckkinjjen stonden in verband met ecu onivaii;,rijkcn arbeid, de door hem uitgegeven serie van sterrekaarten. Uit, Konstau'inopel meldt men voor 31 Juli j!.: Dr. Sciilii-niium heeft de opgravingen te Hissaraü: moeten siak'.-n, omdat du niuesten zijner werklieden ziek ligijen aan andtu'daagsclio koorts ea lw::dien i:og (les nachts veel last van slangcsi hadden. Kim uitvoerig bericht omtrent du gnhu.o opsravini>(Mi kan binnenkort wonk-n tegemoet ge zien. In hut dorp l'cnebli bij Salouike zijn ver scheiden ouden koperen munten en marmeren doodkisten gevonden. De deksels van laatstge noemden ziiii met bloemen en vogels versierd. Tolstoï's Krtiizer-Sonate staat in de Vereenigdo Staten een reusachtig debiet to wachten, l'o post-directie van het vrije land heeft nameli_,k, naar men uit Xew-York bericht, aan de post kantoren opgedragen het zedelooze" boek van. de verzending uit te sluiten. De uitwerking van dit verbod z.al natuurlijk zijn, dat nu ook zij, dio zich anders om de zwakke schepping van den Russische!! auteur weinig zouden hebbeu be kommerd, de Krcnzer-Soiiate zullen lozen, Eenigo Dnitsche schrijvers zoo beweert de Küln. '/A<j. koesteren het voornemen, de post-directie der Vereenigde Staten vriendelijk to verzoeken, ia het belang van het debiet hunner werken, deze met een dergelijk verbod te treffen.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl