De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 14 september pagina 1

14 september 1890 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

^y ~ "7(5 tr i" i, wnr'n CY ?*? -- '***!& 4 j" ' ? ~ "ivf"' " . t ( ^ " ? ' - "- '? * (j"t'*"i'(, ,. ?-,- ! ;L AD TOOE NEDERLA Itder nommer bevat een Plaat. Onder Redactie van J. DE KOO en JÜSTÜS VAN MAÜRIK Jr. Eet auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Yersdtujnt eiken Zaterdagavond. Uitlever: Tj. VAN HOLEEMA, te Amsterdam, Keizersgracht 436. Zondag 14 September. l Abonnement per 3 maanden f 1.125, fr. p. post/ 1J3F-,-' Voor Indiëper jaar B B maft» 10.** Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar .... O.t Advertentiën van 1?5 regels ?1.10, elke regel meer . . . , OJa Reclames per regel _ QJB *,I N H O V U: VAUT VERRE EN VAN NABIJ. FEUILLE TON: Een misverstand, door B. UIT HET HAAGJE, door Z. KUNST EN LETTEREN: ' Toonvel te Amsterdam, door Fr. Muziek in de hoofdstad, door M. Georg Vierling. een 70jftflg jubilé, door M. Aanteekeningen Schilder? kunst, door G. T. Chatrian. Populaire kritiek, door A- 3. Bet Latijn als wereldtaal. De ., vorst dor autografen-verzamelaars. Bismarck's grtfeehrift. VARIA. SCHAAKSPEL. Een man van initiatief, een geschiedenis uit Hongarije, door J. Siklósy. Voor Dames, «oor E-e. ALLERLEI. RECLAMES. BÜBBSOYERZICHT. ADVERTENTIËN. Van verre en van naby. Het was een gedenkwaardig oogenblik, waarvan onze teekenaar in de heden bij ons blad gevoegde plaat de herinnering heeft bewaard. Toen de leden van het congres voor nijverheidshygiène en reddingswezen op het Amsterdamsche raadhuis werden ont vangen, legde de heer Weelink, voorzitter van den Amsterdamschen Werkmansbond, met warme woorden getuigenis af van den uitmuntenden indruk, dien hij van het con gres had ontvangen, en zeide dat hij in dit congres een streven zag, om den grooten strijd tuflschen kapitaal en arbeid zijn scherpe kanten te doen verliezen en dien tevens langs geleidelijken weg op te lossen. Aan die verklaring voegde hij een woord toe van dank voor de ontvangst, ook aan den werk man op het raadhuis verleend. Het scheen, dat deze ontboezeming eenigen, althans een der aanwezigen, ongepast of overdreven voorkwam. Wel niet met woorden, maar met een veelzeggend gebaar gaf hij omtrent den voorzitter van den Werkmansbond eene meening te kennen, die in Handelingen II vers 13 met de meest mogelijke duidelijkheid omtrent de apostelen op het Pinksterfeest werd verkondigd. De heer Nolting, voorzitter der afdeeling Amsterdam van het Ned, Werkliedenverbond, haastte zich op te merken, dat de on derstelling van het spottend congreslid even onjuist als onheusch was. Niet om feest te vieren waren de werklieden op het con gres verschenen, maar om mede te werken tot bevordering van het algemeen belang. En dadelijk was de heer Van Tienhoven gereed, om met een vriendelijk woord de Feuilleton. EEN MISVERSTAND, KARL A. TAVASTJERNE. 1) St. Miohel lag zóó rustig op zijn zandige hei, dicht bij het strand, als eene kleine stad met zekere privilegies en eene hoogere burgerschool ooit kan liggen in een schil derachtige vlakte. Toen de avond viel, weerklonken er op den heuvel bij den vuurtoren eenige lange tonen uit een blikken instrument, landelijk als eene solo in eene pastoraalsymphonie en een oogenblik later wandelden de koeien uit de stadswei met bingelende, tjingelende klok jes langs de straten. Achter haar aan eenige gebruinde jongens met de broeken opgestroopt over stevige kuiten en bruine knieën. De meisjes uit de stad kwamen de kudde te gemoet, kozen elk hare koe uit en brach ten haar thuis tot er eindelijk slechts twee koeien overbleven, die midden op de markt nog een mond vol gras naar zich toehaalden om onder het melken te gebruiken. In het zuiden der stad, bij de gevangenis was alles leven en drukte. Daar werden bevelen voor den nacht gegeven en had de aflossing der wacht plaats. Het gele huis van twee verdiepingen, met een hoogen muur er omheen, eeneen in het sappige groen van de 1) De auteur is een der Fiasche schrijvers die overal waar zij kunnen, den inderdaad vrijheidlieTenden geest der Finnen zoeken wakker te houden en lijden onder de Bnssificeering yan hun land, die in hunne oogen gelijk staat met achteruitgang. vertegenwoordigers der arbeidende klasse gerust te stellen. Hij verzekerde, dat de congresleden de meeste sympathie gevoelden voor den werkman en niet het minst voor de afgevaardigden der werklieden. »Wy kennen elkander reeds sinds i aren?zeide de burgemeester van Amsterdam en voor mij zelf behoef ik dit wel niet te zeggen. Maar men moet niet alles verwachten van den werkgever; ook de werklieden zijn geroe pen het hunne te doen; dan zal door sa menwerking het groote doel kunnen worden bereikt". En na die woorden reikte de heer Van Tienhoven den heeren Nolting en Weelink de hand. Bijna gelijktijdig met het Congres voor itijverheids-hygiène in de Nederlandsche hoofdstad, vergaderde te Liverpool dat der Trades Unions en werd te Luik het inter nationaal Katholieken-Congres gehouden ter bespreking der sociale vraagstukken. In Engeland zijn de werklieden aan het woord, en onder hen, voor het eerst georganiseerd, ook zij, die, zonder voor een bepaald bedrijf of beroep te zijn opgeleid, in het zweet huns aanschijns door wisselvalligen handenarbeid hun brood trachten te verdienen. De gezeten werkman begint in te zien, dat hij niet langer de paria's van den ar beid van zich mag stooten en dat hij geen voorbeeld mag nemen aan de zelfzucht van de bourgeoisie satisfait. Het is laat ons het erkennen eene niet geringe opoffering voor de vertegenwoordigers van den skilied labour, die in hun harden kamp met het kapitaal reeds menige overwinning hebben behaald, hunne rijen te openen voor die minder gelukkige broeders, die nog de eerste schreden op den moeielijken weg moeten zetten, en die niet met trots kunnen wijzen op reserve-fondsen, welke hen bij een con flict met de werkgevers althans voor eenigen tijd onafhankelijk maken. Zal het niet zijn »wij groeien vast in tal en last ?" Zeker; de lasten doen zich sterk gevoelen, maar al drukken zij zwaar, toch worden zij door hen, die verder zien dan den dag van heden, gaarne gedragen, omdat men weet, hoe groot de macht is van de solidariteit. Het zijn de nieuwe vereenigingen, die den doorslag hebben gegeven bij het ge wichtigste besluit, door het Congres der Trades Unions genomen, het besluit, dat den arbeider langs wetgevenden weg een normale arbeidsdag van acht uren behoort te worden verzekerd. En daarnaast zijn motiën aange nomen betreffende den arbeid van vrouwen en kinderen, het toezicht op fabrieken en werkplaatsen, de bezoldiging van parlementsschaduwrijke beuken aan het strand weg te duiken, maar aan de voorzijde gezien verhief het dreigend zijn massief dak boven de in gangspoort, waarvoor zich een klein plein uitstrekte, met dor spichtig gras, dat uit het zand opschoot. Een eindje verder, waar de rechte straat zich bij het begin van het strand in een zandvlakte verloor, lag de kazerne der ko zakken, een lang, laag, houten gebouw. Daar binnen en op de trappen, die naar het ruime hofplein leidden zongen de weerplichtigen van den Don hunne melancholieke liedjes van uitgestrekte steppen en wilde jachten. Hun gezang klonk ver over het stadje en de menschen zeiden : »Wij krijgen regen, de kozakken zingen." Op de tweede verdieping der gevangenis was Heikki Hytönen er in geslaagd, in de kamer waar de lieden, die hunne schulden niet konden betalen, gevangen zaten een venster te openen. Het avondrood was reeds van den trans verdwenen en hij kon in vrede de blauwe lucht indrinken; zij die voor schulden zaten werden niet zoo streng behandeld; dat waren geen gevaarlijke misdadigers. Toch stond het venster slechts op een kier, en daarachter philosopheerde de gevangene. Morgen had hij zijn tijd uitgezeten en zou hij weer kunnen helpen bij den hooioogst in zijn klein dorpje in Pieksamaké. Nu was de twintig mark aan den brugwachter afbetaald! In den beginne had Heikki Hytönen uitge varen ov-er de wreedheid van zijn schuldeischer, die hem juist in den druksten tijd in de gijzeling liet zetten, maar na verloop van eenige dagen was hij kalmer geworden. Gevangen zat hij, ja, maar zijne eer was er leden, waardoor het ook den arbeidenden stand mogelijk zal zijn, zich te laten ver tegenwoordigen, en vele andere onderwerpen, omtrent welke betrekkelijk weinig verschil van meening bestond. Op den eersten dag der zittingen van het Katholieken-congres te Luik is een brief voor gelezen van kardinaal Manning. «Monseigneur", zoo schrijft de prelaat aan den bisschop van Luik, »het Congres van Luik heeft de quaestie van den arbeid in nijverheidsondernemingen verstandig omschreven door haar onder de sociale vraagstukken te plaatsen. De staathuishoudkunde houdt zich niet slechts bezig met waarden en ruilmiddelen en met vrije contracten, maar zij moet eene stu die maken van het menschelijk leven in al zijne behoeften en in zijn welzijn. Het is onmo gelijk er over te discuteeren., hoeveel uren per dag een man of eene vrouw moeten werken, zoolang men het niet eens zal zijn over het aantal uren, dat een mensch iederen dag moet wijden aan de behoeften van zijn leven als mensch, en over den tijd, dien eene vrouw dagelijks 'noodig heeft om zich van hare huiselijke plichten te kwijten. »Den arbeid en het loon te stellen vóór de behoeften van het menschelijk en huise lijk leven, is de door God en de natuur voorgeschreven orde omkeeren en de menschelijke maatschappij in haar oorspronke lijk beginsel te gronde richten. De econo mie der nijverheid wordt beheerscht door de hoogste zedelijke wet, die al hare verrich tingen bepaalt, begrenst en controleert. »Van deze zedelijke controle uitgaande, kan ik zeggen, dat voor den arbeid van mijnwerkers en voor iederen anderen zwaren arbeid een werkdag van acht uren billijk en redelijk is. Voor den minder zwaren ar beid kan gevoegelijk een werkdag van tien uur worden aangenomen. Het is niet rede lijk, eenzelfden maatregel vast te stellen voor zwaren en voor minder zwaren arbeid. »Het is moeielijk te begrijpen, dat eene moeder,die aan het hoofd van eene huishouding staat, ver van hare kinderen kan werken. Het voorafgaand geheiligd huwelijkscontract verzet zich tegen ieder later contract van belangen, dat eene schending vaii het eerste zou wezen. Wat de overige vrouwen betreft, acht of tien uur arbeid per dag is al wat zij kunnen geven, zonder de noodzakelijke ver vulling der plichten van het menschelijk leven en haar recht om bij eigen haard het huise lijk leven te genieten, in de waagschaal te stellen. »Aan de kinderen mag geen arbeid worden veroorloofd, voordat zij hunne opvosding be er niet mee gemoeid! Zijn oudje en hun oudste zoon konden het veldwerk wel af 't was enkel maar dat hij nu in deze dagen niets verdiende. AVat zou 't anders zijn? Morgen was zijn schuld afgedaan en hij voelde zich zeer vergenoegd. Die man, die brugwachter was wel gek, zich op zulk eene wijze te laten betalen. . . nu! dat moest hij zelf weten. Hij strekte zijne stijve leden wat uit en dacht er aan hoe hij over eenige dagen thuis weer mee zou vlas trekken dat was stellig nog niet gebeurd. Dit was eigenlijk, zoolang hij nu gezeten had, de eerste maal dat hij aan vrijheid dacht; waartoe zou het an ders gediend hebben? Maar met de gedachte aan de hem wachtende vrijheid overmees terde hem een ander verlangen, van stoffe lijker en veel pijnlijker aard: Ta,bak ! Hij had in al dien tijd geen tabak ge rookt. Dat was het akeligste wat hij ooit had geleden. En terwijl zijne gedachten zich bezig hielden met »zijn oudje" en de zes kleinen thuis op de hei, zag hij zich zelven, rnet elk oogenblik duidelijker, na het avondeten op de stoep staan om een buurpraatje te houden. En hij rookte! Ja, ja! de bladtabak knapte en knetterde in zijn kalken pijpje en de rook, gedragen door het bijna onmerkbaar avondkoeltje, trok in lange, blauwe strepen over den stal naar het andere einde van den hof. Zijne fantasie werd zoo levendig dat het water hem om de tanden liep en hij op zijne lippen begon te zuigen . . . Bij het aflossen der wacht had Ivan Kusnakoff een post betrokken bij den noordoostelijken hoek van den ringmuur. Hij liep nu met zijn licht kozakken-geweer hoorlijk hebben voltooid. De hiervoor noodige,. tijd hangt af van de verscheidenheid voorwaarden van het maatschappelijk bij de verschillende natiën. Intusscben voor bijna alle landen de grens van de» voflf ei het schoolbezoek bestemden leeftijd ruimwj worden genomen. t ,'3t. »Voor jonge meisjes moet iedere arbel|j'ïSI die voor hare gezondheid nadeeligöfgevaj^'4 lijk is, worden verboden. ' * »Het behoort door de wet streng te den verboden, kinderen en vrouwen in mijnen te laten werken; hetzelfde geldtvoO den nachtarbeid. »De Zondagsrust behoort den arbeid door de wet te zijn verzekerd; het Bta.TV. van eiken arbeid op dien dag, behoudens-? enkele dringende gevallen, dient te wordea' voorgeschreven, onder bedreiging van ströf tegen overtredingen. jjj »Indien eene Christelijke regeering in het *'* christelijk heelal eene zonderlinge uitzonde* V ring wil maken door den dag des Heerea " niet te erkennen, dan moet zij tenminste,' -. ter wille van de gezondheid en om physio» logische redenen, n rustdag per week aan** de arbeidende klassen toestaan. »Eindelijk is het recht van vereenigbja ' ' met het doel om elkander onderling te helpen en te steunen, een natuurlijk en wettig," recht, dat zoowel toekomt aan den kapitalist , als aan den voortbrenger, zoowel aan den r patroon als aan den werkman. Deze soorten van vereenigingen zijn zeer vruchtbaar en ! zeer bevorderlijk aan den vrede, wanneer de meesters en de werklieden zich vereenigen tot broederschappen of corporatiën. Indien zij daarentegen gescheiden en van elkander ,< onafhankelijk blijven, dan behooren zij vrije lijk en zonder getuigen te kunnen onder- ? handelen, zoodra tusschen haar eene moeielijkheid ontstaat, en indien zij er niet in " slagen het met elkander eens te worden, dan moeten zij hare verschillen kunnen ondef- .' werpen aan een raad van scheidsrechters, vrijelijk door beide partijen gekozen. »Indien eindelijk ook door deze arbitrage de vrede niet tot stand wordt gebracht, dan zou de maatschappij in het algemeen, om zich zelve te beschermen, óf uit eigen b$weging tusschen beiden kunnen komen, 6f ten minste zich kunnen wenden tot het wet gevend gezag. »Mijn laatste woorden, Monseigneur, scho nen wellicht heftig en gewaagd. Ik geloof niet, dat het ooit mogelijk zal zijn, op eene ~ afdoende en duurzame wijze vreedzame be trekkingen tusschen patroons en werklieden tot stand te brengen, zoolang men niet zal op den schouder, stipt en militair zijn veer- ? tig passen op en af voor het schilderhuisje, zoolang de wachtpatrouille in de nabijheid was, maar toen de vijf punten der bajonet- ? ten schitterend in de avondzon om den hoek der kazerne waren verdwenen, zette hij zijn. geweer tegen den wand, maakte zijn gordel los en nam op den vloer van het schilderhuisje plaats, de beenen vooruit. Het was wasrlijk geen begeerlijk baan'tj* kozak te wezen. Hij begon een liedje uit zijn geboorteland te neuriën, dat de kameraden onophoudelijk in de kazerne zongen, en zijne gedachten vlogen terug naar de uitgestrekte vlakten, waardoor een geelbruine stroom kalm en zwaarmoedig zich kronkelde, zoo vertrouwelijk, zoo heerlijk bekend als' slechts een stroom, aan welks oever wij zijn opgegroeid, ons wezen kan. Driejaren geleden had hij den Don op achttienjarigen leeftijd verlaten. Sedert had hij in het vreemde land in garnizoen gelegen, en in die drie jaren had hij zoowat de taal van het volk geleerd dat was alles. Een gemakkelijk leventje had men hier: wachthouden hier en daar, en nu en dan eens exerceeren; heel enkel een lange rijtoer maken! Ofschoon hij geen beter leventje kon wenschen, kookte zijn jeugdig bloed dikwijls van verlangen en ongeduld. Vooral in de eenzame, nachtelijke uren, als hij de voorgeschreven stappen voor het schilder huisje op en neer liep, en de nacht zoo heer lijk, de stilte zoo oneindig was, nadat het kleine stadje was ingeslapen. In die stille, geluidlooze nachten, waarin geen blad zich Bewoog en hij geen dutje mocht doen zonder zich bloot te stellen aan een zware straf, werd zijn onrust sterk en overmeesterde hem

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl