De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 2 november pagina 1

2 november 1890 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

Verschijnt eiken Zaterdagavond. Uitgever: Tj. VAN HOLKEMA, te Amsterdam, Keizersgracht 436. Zondag 2 November. Abonnement per 3 maanden f 1.12S, fr. p. post ? Voor Indiëper jaar mail»10. Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar . . . , O. Advertentiën van l?5 regels ?1.10, elke regel meer . . . , 0 Reclames per regel 0. \ INHOUD: VAN VER&E EN YAN NABIJ.:?FEUILLE TON*. E»e teatste -wond, naar het Deensck van Herman B«ng. KUNST EN LETTEREN: T*wieel te Amsterdam, door Fr. Clëopötre. I. Muziek in. de hoofdstad, door M. Aanteefceningen Schilderkunst, door 'ö. T. Kavens- ; W«od, door Jack T. Grein. fBe escMedenis \ ?d«r Nederlwidsóhe Taal, in hooMtrekken geschetst j ?d»or J. Verdam, beoordeeld door S. VARIA. SCHAAKSPEL. Een sdtóldershukhouden, taute Jules Tidal. Voor Dames, door E-e. JHLWKUSL IBBGEZONDES. RECLAMES. BEURSOVERZICHT. ABVERTENTIEN. Van verre en van naby. In 'Griekenland hebben -de TOOT de kamer «een voor het ministerie Trakpepis '«ngunstigen uitslag gehad. De cafididaten <der regeeringspaftij .zijn voor <een igoed deel verstegen en daar de premier nog leohts ov«r eene mkideïheid kan be schikken, heeft hij zijn ontslag imoeten .ia' dienen, ebetgeen »door koning George is aaaigenoraen. De keer Delyannis .is ;nu belast ?met de ^samenstelling vaa een inieuw ^mitnisterie. Sedert een iweks van Jaren wisselen .in ^Griekenland de heeren bakoepis en Delgr.a^inis ..aan het $ioofd van de .regeering.af. De zaak zou dus op ziahzelf geen groote be teeken ie hebben, indien zij die niet vesrireeg door de redenen, welke dezen keer, tet ?d«i val wan het >kabinet aanleiding hebban in 188?trad Trikoepis -onder «eer on gunstige .iQinstanifiigheden «p. De onvoorztóhtige, ^genover de Porte ^uitdagende, hou ding van Griekenland, had een dreigend gevaar voor den «rede doen ontstaan en de gwete mogendheden, met uitzondering van Fnenkrijk, genoopt tot eene blokkade der Grieksche ifeust. Trikoepis moest dus aller eerst trachten de .internationale goede be trekkingen weder ;te herstellen, en dat is hem volkomen .gelukt. Maar :het was niet ge«M&kelijk dit te doen, zonder de PanHeüeoisten voor het hoofd *e stooten, die hunne droonten van een grooter Grieken land, «op de puinhoopen van Jiet Tucksche rijk dn Europa gebouwd, niet willen opgeven Feuilleton. DïLiiTSfE ATDII Naar liet Deensch V4JT HERMAN BANG. Het wa* de laatste avond. Men had ia *en roes vaa feesten geleefd, en in «en w|j«len omtrek had men ter eere van den jon.gen dokter geklonken en gedronken, cham pagne zoowel als bessenwiijn. Zóó waren de weken onbeperkt voorbijgesneld, en nu zou tij den volgeaden dag vertrekken. ;0ie laatste uren wilde men voor zichzelven behouden en alleen blijvea; iedereen vond dat er nu feestelijkheden genoeg geweest waren. Bovendien stond men voor een lang durig en smartelijk afscheid: Batavia ligt ver, heel ver van Denemarken, en daarheen was het dat hij voor on bepaalden tijd zou vertrekken. Mevrouw verwachtte dan ook dat hij dezen avond wel iets heel gewichtigs te zeggen zou hebben, iets waarnaar men reeds lang had uitgezien; deed hij het dien avond niet, dan zou alles voorbij zijn ....., In den namiddag hadden ze een rijtuig gehuurd, om nog eens voor het laatst naar »het Bosch" te rijden, waaraan voor hen zoo menige vriendelijke herinnering verbon den was, maar instede van opgewektheid, had er gedurende den geheelen rijtoer een gedrukte stemming geheerscht; zelfs Johanna van de pastorie, die ze ook mede hadden ge vraagd, was buitengewoon stil en verstrooid geweest, geheel tegen hare gewoonte. Mevrouw en haar oudste dochter, Marie, hadden zich uitsluitend met de koffietafel bezig gehouden, en beweerd dat ze het liefst rustig bleven zitten; de anderen moesten maar gaan wandelen. Maar waar het pad hier of daar iets smaller, of door het dichte «jaar op e spoedige verwezenlijking daar van blijven aandringen, zoodra zich daar voor eene 'gelegenheid aanbiedt. Zulk een gelegenheid was de opstand der Ohristel.ijte bevolking op Creta en haar eisch, om aaa het Turksch gezag te worden ont trokken -en bij Griekenland te worden inge lijfd. ISrikoepis heeft het streven van de Cretensers aangemoedigd, en toch aan de Porte ongevraagde verzekeringen gegeven van "Vredelieveniheid en belangeloosheid. Natuurlijk heeft hij daardoor noch de PanHellenisten, noch de Turken voldaan, doch :bij beiden wantrouwen gewekt. Griekenland'-s aanzien in Europa is door den premier on getwijfeld versterkt, niet het minst door het ihuwëjjk, in het vorige jaar gesloten tusschen den Griekschen kroonprins en de zuster van den Duitschen 'keizer, doch het was voor de Grieken eene igroote teleurstelling, dat de prinses niet, zooals men had beweerd, het eiland Creta als bruidschat medebracht. ?^Neg pijnlijker werden de Pan-Hellenisten getroffen door den loop van E&ken in h&t noorden van'het Balkan-schiereiland. Bijna elke belangrijke gebeurtenis ia Serviëof in Bulgarije was voor hen de vernietiging van eene hoop. 'Terwijl het aan Griekenland verboden werd, een begeerigen iblik te slaan pp .Epirus, Thessaliëen Macedonië, kwam de omwenteling welke Oost-Roemeliömet Bulgarije vereenigde, ongehinderd tot stand en zag de Porte rustig toe, dat 'haar gebied ten Boorden en ten zuiden van den Balkan zich tot een'nieuwen en zelfstandigen staat vormde. De uitreiking der berats aan de Bulgaarsche bisschoppen in Macedoniëschijnt de druppel te zijn geweest, die den emmer 1 heeft '-doen oveiioopen. Reeds voor een paar weken had koning George in een vertrouwe lijk gesprek te Weenen verklaard, dat deze maatregel van -de Porte den val van Tri koepis onvermijdelijk maakte. Het zal nu de vraag zijn, of Delyanms zich ,-zal kunnen verzetten tegen de stroo ming, welke zijiKpolitieken tegenstander heeft omvergeworpen. J-L/aat hij zich daardoor medeslepeu, dan -zijn internationale conflicten onvermijdelijk. 'Delyannis is ongetwijfeld door eene zeer onaangename ondervinding wijzer geworden dan te voren, maar al heeft hij Trikoepis verslagen, hij beschikt in het Grieksche Parlement slechts over eene betrek kelijke 'en niet ovea- eene volstrekte meerderloof ietwat donkerder werd, was het steeds tiohanna, -die alleen vooruit liep of achterna kwam; HU eens dwaalde zij tusschen de hooge stammen af om boschbessen te zoeken, dan weer vond zij het mos zoo heerlijk zacht dat zij een oogenblikje wilde blijven zitten. 'Wanneer zij dan de beide anderen weder inhaalde, keek zij tersluiks eerst haar dan hena even aan. Maar -g,ij was nog altijd even bleek en stil, hij voertdurend vroolijk, een zorgelooze vroolijkfeeid, die het vér ver wijderde Batavia geheel en al vergeten had, en niet meer acht aan al wat scheiden was. Toen ze weer in liet "rijtuig zouden stap pen, fluisterde Johanna lare vriendin in: »Moed gehouden; thuis zal het straks wel beter gaan!" Op Aan terugweg werd niet gesproken; juist omdat ieder gevoelde dat er wel iets gezegd mocht werden, wist niemand iets te zeggen. Zelfs hij was stil geworden; mis schien onder den tot weemoed stemmenden indruk va» den zomeravond; misschien ook wel omdat hij tot het besef kwam dat het zijn tehuis, het gelukkig verblijf zijner kin derjaren was, dat zich daar, gehuld in de avondnevelen, voor het laatst aan zijn blik vertoonde. Maar toen de anderen zijn stil zwijgen begonnen op te merken, werd hun hoop, die gaandeweg in angstige spanning was verkeerd, opnieuw levendig, en Johanna herkreeg hare gewone vroolijkheid. Zij hief met gedempte stem een van Heise's roman cen aan ; Marie viel bij het tweede couplet in, en beider zang vormde een welluidend duo, dat geheel in overeenstemming was met den hen omgevenden liefelijken zomer avond. In het westen verdwijnt de zon achter de heuvelen, wier golvende omtrekken zich scherp afteekenen tegen den rood vlammenden achtergrond. Uit de venen aan den voet dier heuvelenrij stijgen grillige dampen op, welke zich allengs over den geheelen omtrek heid. Eene kleine groep van 20 leden, onder leiding van den heer Rhalli, zal den doorslag bunnen geven, en deze groep is de incar natie van het Pan-Hellenisme en van de «palikaren-politiek''. De twisten tusschen den oecumenischen patri arch te Constantinopel en de Porte schijnen ge lukkig geen ernstige gevolgen te zullen hebben, en het interdict, door den kerkvoogd uitgespro ken over zijn eigen geloovigen, met geen an der doel dan om aan de Porte moeielijkheden te berokkenen, zal bezwaarlijk kunnen worden gehandhaafd. De Bulgaarsche Sobranja is door vorst Ferdinand geopend met eene toespraak, waarin hij deed uitkomen, hoezeer de voor uitgang van het vorstendom en zijne zelf standige ontwikkeling door het grootste ge deelte van Europa werden erkend en ge waardeerd. De Fransche Kamer heeft hare zittingen hervat. Eene poging, door een Boulangist van den tweeden of derden rang gedaan, om het cadaver van het boulangisme te galvaniseeren, mislukte geheel. De eisch, dat, naar aanleiding van de velerlei onthul lingen der laatste maanden, tegen alle boulangistische leden der Kamer een nieuw proces wegens hoogverraad voor den Senaat als hooggerechtshof zou worden begonnen, werd door de regeering kalmpjes afgewezen met de opmerking, dat dit werkelijk niet der moeite waard was, dat zij geen lust had om voor deze heeren reclame te maken en dat zij de justitie aan het werk zou zetten, zoodra zij meende, dat daarvoor het oogenblik was gekomen. De tragische uitroep van Déroulède, dat het niet aanging een deel 'der vertegenwoordiging ouder eene voort durende bedreiging, als met een Damocleszwaard boven het hoofd te laten leven, wekte slechts den lachlust op. Het boulan gisme is werkelijk dood, en het mm-te la bete, mort Ie venin is er op toepasselijk. De rechterzijde verkeert nog onder den indruk van den noodlottigen misslag, dien zij be ging, toen zij van het boulangisme een werk tuig maakte. Een deel harer leden heeft boete gedaan, door zich openlijk bij de be staande toestanden aan te sluiten en eene republikeinsche rechterzijde te vormen. Over de begrooting schijnt de strijd minder hevig te zullen zijn dan in vorige verspreiden, en in de verte gezien, gelijken op een uitgestrekt meer, dat stil en onbe wogen, droomend den dag verbeidt. Nader bij hun rijtuig, op de velden ter weerszijden van den rijweg, vervalt het bloeiende zaad de lucht met zoete geuren. Het begint doii?ker te worden.... Men komt tehuis eu zet zich aan tafel, maar de gerechten worden ternauwernood aangeroerd; hij is de eenige die eetlust toont, zijn opgeruimdheid is wedergekeerd; hij schertst met Johanna, drinkt met haar op »zij weet wel wat", wenscht Marie nog eens geluk niet haar op handen zijnd huwelijk, en spreekt, staande met het glas in de op geheven hand, zijn hartelijken dank uit aan de v-rouw des huizes voor al hetgeen hij ten harent heeft genoten. Emilie zit stil en rechtop al die woorden aan te hooren, maar alles danst baar voor de oogen, en zij ge voelt dat ze in tranen zal uitbarsten, wan neer zij ook maar een enkel woord zal moeteu spreken. De tranen zitten haar in de keel, verstikken haar stem en beletten haar bijna adem te halen. Maar zij houdt zich goed. Na het eten begeeft men zich naar den tuin. De anderen blijven achter, als hij en zij een zijlaantje inslaan, zoo smal dat men r ternauwernood naast elkander kan gaan, n de takjes haar telkens tegen het gelaat komen. Hoe koel en rustig is het hier. Zij :iooren hun eigen schreden op den weeken grond. Ze loopen een poos zwijgend naast ilkander voort, maar dan overwint zij zich elve en zegt iets. .. haar eigen woorden dinken haar in de ooren als een vreemd, verwijderd geluid, en zij begrijpt niets van ijn gekscherend antwoord. Ach, waren ze toch niaar die laan weder uit! Men gaat weder gezamenlijk naar bin nen. Mevrouw doet tevergeefs haar best iet gesprek gaande te houden. Zij heeft een kleur van gejaagdheid en gevoelt zich jaren. De minister van financiën Bouvier', heeft aan eenige scherpe persoonlijke Veif"dachtmakingen en aanvallen blootgestaa», maar deze werden door hem gemakkelijk wederlegd en afgeslagen. En wat het eigen lijke budget betreft, kan hij zeggen, dat mem hem met glacé-handschoenen heeft aange-. pakt, en dat hij veel minder telverdureri ?< heeft gehad dan zijn voorgangers Tirard e&, Carnot. Bij de Kamer is door de regeering ontwerp ingediend voor eene nieuwe wet, welke de bestaande invoerrechten ,, den regel aanmerkelijk verhoogt. De indie- ."* ning geschiedde om te voldoen aan de be-"^ lofte der regeering, dat tegen Februari 1892' alle thans nog van kracht zijnde handels-' traktaten zouden worden opgezegd, ten, einde het land in staat te stellen zijne economische vrijheid geheel te hernemen. De regeering heeft het denkbeeld verworpen om een maximum-tarief vast te stellen, dat alleen voor de meest begunstigde natiën zou . worden verlaagd; evenmin kon zij zich vereenigen met het voorstel, om een minimum tarief in te voeren, dat zoo noodig door repre saille maatregelen zou worden verhoogd. Zij stelt nu een dubbel tarief voor: een dat onder normale omstandigheden zal gelden, doch bij uitzondering nog zal worden verhoogd, en een dat zal worden toegepast op die natiën, welke aan de producten, van Frankrijk gun stige voorwaarden toestaan, en dat in geen geval zal worden verlaagd. De regeering erKent rondweg, dat zij genoodzaakt is geweest een bepaald protectionistisch tarief voor te stellen, omdat alle landen, met uitzondering van Engeland en Nederland, dezen weg hebben ingeslagen, en omdat de nijverheid en de land bouw in Frankrijk zich duidelijk hebben ver klaard tegen eene vernieuwing der bestaande handelstraktaten. De Nederlandsche regeering heeft de beide Kamers der Staten-Generaal in vereenigde zitting bijeengeroepen, om te constateeren, dat het geval is ingetreden, waarop art. 38 van de Grondwet doelt en dat dus Z. M. de koning buiten staat is geraakt, de re geering waer te nemen. De ministerraad was eenparig tot deze overtuiging gekomen, nadat twee harer leden, de ministers van justitie en van koloniën, op het Loo waren geweest, om zich daar in tegenwoordigheid zenuwachtig en afgemat. Johanna ziet ieder oogenblik op de klok, wier rustig, on verstaanbaar, regelmatig getik men hoort, telkens wanneer het gesprek staakt, en het is alsof er iets spottends in klinkt. Hij zit heel rustig, met een glas wijn voor zich, in een album te bladeren. Het schijnsel der lamp valt juist op zijn flink, mannelijk ge laat, waaruit moed en zelfvertrouwen spreekt. Hij zal, zonder twijfel, zijn weg daar ginds wel vinden. Emilie is in een hoek van het vertrek gaan zitten en ziet als door een. sluier, van uit het donker, dat beminde ge laat zoo rustig, zoo onverstoorbaar rustig en vol levenslust, in het volle lamplicht. En het is alsof haar hart zal ophouden te kloppen. De moeder staat op en gaat in de aan grenzende kamer om naar hare vogels te zien. Een oogenblik later verlaten ook Johaiina en de oudere zuster hare plaats, om door de geopende huisdeur naar buiten te treden ... Emilie ziet het en wil beiden volgen; zij kan niet alleen met hem zijn. Maar heur knieön weigeren haar den dienst, zij kan niet overeind komen, en ze bljjven alleen in het vertrek. Op de opengebleven deur, die naar net andere vertrek leidt, ziet men de reusach tige schaduw der moeder zich heen en weer bewegen; in den tuin, zóó dat het licht nog juist op haar valt, staan de beide jonge meisjes, met de armen om elkanders schou ders, zacht te fluisteren. Men hoort in de kamer geen ander geluid dan het pijnlijk getik der klok en het gegons van de enkele mug om de kaarsen op de piano. Hij slaat eindelijk het album dicht en ledigt zijn glas sherry. »Hé, waar zijn de anderen ?" vroeg hij. »Ze zijn even in den tuin gegaan," ant woordde zij op gedempten toon. Misschien was er iets in haar stem, in den klank van het antwoord, of ook wel in

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl