De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 9 november pagina 1

9 november 1890 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

Ieder aottmer bevat een Plaat. Onder Redactie van J. DE KOO en JÜSTÜS VAN MAÜRIK Jr. lis. Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Verschijnt eiken Zaterdagavond Tj. VAN HOLKEMA, te Amsterdam, Keizersgracht 436. Zondag 9 November. Abonnement per 3 maanden ?1.125, fr. p. post f Voor Indiëper jaar mail 10. Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar . . . , 0.40 Advertentiën van 1?5 regels ?1.10, elke regel meer . . . , 0.80 Reclames per regel 0.4ft I H H O IT D t VAN VERRE EN VAN NABIJ; FEUILLE TON : Eeno Absage" I, door Jacobns de Vos. tFit het Haagje, door Z. - KUNST EN LET TEREN: Tooneel te Amsterdam, door Fr. léopatre, (Slot). Muziek in de hoofdstad, door ?van Milligen. De Tentoonstelling in Arti et Amicitiae. Aanteekeningen Schilderkunst, door ?G. T. Half-en-half, Sphinx óoor Josephine CHese, beoordeeld door A. J. VARIA. SCHAAKSPEL. Allerzielendag te Brussel, door Herman Bogaerd. De nieuwe mama. Voor Dames, door E-e. ALLERLEI. RECLAMES. BEURSOVERZICHT. ADVERTENTIËN. Van verre en van nabij. In een groot gedeelte v-an de Vereenigde Staten van Noor d-Amerika hebben in deze week verkiezingen plaats gehad, die in de gegeven omstandigheden eene bijzondere beteekenis hebben, omdat zij de bevolking in staat stelden een oordeel uit te spreken over het tegenwoordig régime, over het be stuur van president Harrison, en vooral over de zeer ingrijpende nieuwe tariefwet van Mac Kinley. Het zij hierbij dadelijk opgemerkt, dat de republikeinsche president nog twee jaren aan het roer blijft, en dat er voorloopig niet de m/inste kans bestaat, de republikelasche meerderheid in den Senaat door eene democratische te vervangen. Met liet Huis der represententen is het echter anders gesteld. Toen het tegenwoordige 51ste congres bijeenkwam, bestond het Huis der representanten uit 1G9 republikeinen en 161 democraten; de kleine meerderheid voor de regeering is op de bekende wijze, name lijk door het ongeldig verklaren van eenige verkiezingen van democraten in de Zuide lijke Staten, nog versterkt, en,-daar het nieuwe representantenhuis door de toetre ding van Idaho en Wyorning 332 in plaats van 330 leden zal tellen, zouden de demo craten een twintigtal zetels moeten winnen, om eene meerderheid te verkrijgen. Aanvankelijk liet zich alles voor de repu blikeinen gunstig aanzien. De staten Vermont, Oregon, Maine, Wyoming en Idaho Feuilleton. Eene Absage". (Een schets uit de Tooneelwereld) DOOR JACOBUS DE VOS. »Binnen!" »Wel, Willem, wat is er?" «Mijnheer, 't is vandaag Zondag, ik wou wel vragen of ik naar huis kon gaan''. »Drie uur! Wel zeker, ga maar! Hap 'ns frissche lucht, 't is goed weer". »Dat is mijn plan ook, mijnheer. Ik ga 'ns met moeder de vrouw en de kinders 'n straatje om". »Voor van avond alles in orde ?" «Alles mijnheer. Meubelen omlaag gehaald, rekwisiten klaar gezet, figuratie besteld en den zwaan een soppie wit gegeven.'' Willem, de rekwisiteur. de bagagemeester, de bezorger van kamers met en zonder kost voor de heeren alleen, Willem, de Page d'Amour van zoovelen, de vraagbaak van een ieder, de vertrouweling van het geheele operapersoneel, toefde nog een oogenblik in het bureau van de Eegie, draaide aan zijn artistieken knevel en half lachend vervolgde hij : »Menheer, 't blijft toch van avond bij de Lohengrin?" »Kerel! 't is drie uur, nu komt er geen absage meer." »Ja, maar de prima donna kon wel weer 'ns een kippenkuur krijgen, want u weet dat ze laatst geen blommen gekregen heeft en de andere wél." «Wees maar gerust, ze zingt''. «Dan. ga ik maar." Met een edelen zwier drukte Willem de flambard op z'n Zondags op zijn lokkig hoofd en verliet het bureau. De regisseur haalde de hand door de weiverkozen republikeinen, en in Maine ver kreeg de eigenlijke leider (om niet te zeg gen dictator) der regeeringspartij, de hee: Thomas Reed, eene grootere meerderhek dan ooit te voren. Doch de vreugde bleek van korten duur te zijn. In Vermont en Oregon was de republikeinsche meerderhe veel geringer dan vroeger. Het heftigs woedde de strijd in Ohio, dat tot nu to< was vertegenwoordigd door 5 democraten en 1<» republikeinen, onder welke laatsten zich ook de bekende Mac Kinley bevond. Gis teren bracht de telegraaf de tijding, dai Mac Kinley door de democraten met een meerderheid van ongeveer 300 stemmen was verslagen. En hierbij bleef het natuurlijk niet. De tot dusver ontvangen telegrammer laten in enkele opzichten onzekerheid over maar zooveel staat vast, dat de meerder heid in het Congres zal worden verplaatst De laatste berichten melden, dat de demo craten 85 zetels winnen, hetgeen hun in het 'Congres eene reusachtige meerderheid zou bezorgen. Scherper veroordeeling van de nauwelijks ne maand in kracht zijnde tariefwetten is nauwelijks denkbaar. De republikeinen zijn in hun ijver om zich te kwijten van hunne «verplichtingen" jegens de vrienden, die hen op het kussen hebben geholpen, wel wat al te ver gegaan, toen zij een ultra-protectionis tisch tarief doordreven, dat enkelen ten goede kwam, maar voor de groote menigte den prijs der eerste levensbehoeften op hoogst bedenkelijke wijze vermeerderde. De laatste stemming is als het ware een referendum geweest over de Mac Kinley-ft/'//, en nu de uitslag daarvan zoo onbetwistbaar is, moet men het dubbel betreuren, dat de Senaat en de president te zamen nog twee jaren lang de macht zullen hebben om te regeeren in rechtstreeksche tegenspraak met den zoo dui delijk uitgedrukten wil der natie. Ware de door de democraten in het Congres verkre gen meerderheid eene kleinere geweest, dan zou men kunnen hopen, dat de regeerings partij uit zelfbehoud hare taktiek langza merhand wijzigde. Thans echter is het te vreezen, dat zij, het einde harer heerschappij onfeilbaar ziende naderen, zal trachten in den tijd, die haar nog rest, zooveel mogelijk haar voordeel te doen met eene even on billijke als impopulaire wetgeving nige haren die zijn hoofd dekten. (Een regisseur met veel haren is moeilijk denk baar). Hij keek een wijle naar de blauwe lucht en 't schitterend winterzonnetje, terwijl in z'n gedachten de voorstelling van heden avond de revue passeerde. »Alles in orde, ik ga heen," sprak hij halfluid. Hij zou heden middag bij de uit verkorene zijns harten dineeren, en als het even ging nog eene kleine wandeling met haar maken. Hij opende de directiekamer. Herr Director zat in gepeins verzonken over het repertoire. Er moest wat nieuws komen, een »cassenstitck", maar de tijd, de tijd ! Daar gaat hem een licht op, hij noteert, maar de binnenkomende doet dat licht eensklaps verduisteren en angstig vroeg hij: «Toch geen absage ?" De regisseur lachte. «Neen, Herr Direc tor, alles in orde." »Hebt u nog iets ?" »Neen, we kunnen van avond nog wel over 't repertoire spreken." «Wat nieuws, wat nieuws, Herr Wulf! We moeten geld maken, de kosten zijn te groot." Herr Wulf had niet veel zin over deze ;eere punten nu een gesprek aan te knoo:>en. Zijn liefste, het diner en eene wandeing bekoorden hem ditmaal te veel. Droogweg zei hij dan ook: »'t Is van avond mooi bezet, Herr Director. De oude opera's trekken nog altijd. Nu, ik ga." Met een wederzijdsch »mahlzeit" verliet Herr Wulf de directiekamer. Vlug ruimde hij z'n papieren op, bekeek zich even in den spiegel on verheugde zich in de genoegelijke uurtjes die hem te wachten stonden. »Binnen ! Wat is er nu weer ?" >Menheir, heit u Wullum soms gezien ?" »Ja, kind van Israël. Wat wou je ? Wil lem is aan 't wandelen, ik ga ook wandelen, wandel jij m'n kamer uit." «Menheir, 't blijft er van avond toch bij ?' >Ja, kerel." >Ziet u, ik weet niet of Wullum aan den Onwillekeurig doet z'ch bij deze scherpe veroordeeling van het protectionisme aan gene zijde van den Oceaan de vraag voor, welke de uitslag zou zijn eener stemming in Europa over hetzelfde onderwerp. Het dezer dagen doof de Fransche regeering ingediende ontwerp-tarief, dat bestemd is om na 1891 de bestaande handelstractaten te vervangen, is ook al sterk protectionistisch gekleurd en de regeering plaatst zich in de aan het ont werp toegevoegde memorie van toelichting wel niet principieel op het standpunt der bescherming door sterke verhooging van in voerrechten, maar zij wijst op het bestaan eener protectionistische strooming, welke zij niet bij machte is tegen te houden, en aan welke tot nu toe alleen Engeland en Neder land zich hebben onttrokken. Dit laatste geeft reeds stof tot nadenken. Indien de beide laatstgenoemde staten bij het vrijhandelsstelsel nog steeds baat hebben gevonden kan dit stelsel voor eene handeldrijvende natie toch niet uit den aard der zaal noodlottig zijn, vooral niet voor die natiën welker natuurlijke hulpbronnen niet zot overvloedig zijn, dat zij, al is het dan ook met moeite, in eigen behoeften ge heel kunnen voorzien en welke dus tot con cessiën aan landen, die het ontbrekende pro duceeren, genoodzaakt zijn. De Franschi regeering beroept zich niet slechts op di bovenvermelde strooming, maar ook op d< resultaten van een door haar ingesteld on derzoek, waarbij niet slechts de Kamers van Koophandel, maar ook tal van arbeiders syndicaten zijn geraadpleegd. Doch men mag niet uit, het oog verliezen, dat deze enquête zich niet veel verder heeft uitgestrekt dan het departement der Seine, en dat zij ook daar nog zeer onvolledig is geweest. Daaren boven zijn de Fransche kiezers niet zooals de Amerikaausche in de gelegenheid gewees om hun oordeel uit te spreken onmiddellijk na de invoering eener wet, waarvan het dadelijk en onmiskenbaar gevolg is geweest, dat de prijzen der eerste levensbehoeften aanmerke lijk zijn verhoogd. Eindelijk mag men er op wijzen, dat in Duitschland de oppositie tegen de beschermende graanrechten steeds scher per wordt; dat in Zweden de laatste ver kiezingen eene meerderheid van freetraders hebben opgeleverd, en dat in Italiëbij de aanstaande verkiezingen, de sedert eenige zwaan gedacht heeft.1' »J<i, ja, ja, de zwaan is gewit. Je koffers in orde? Van do juffrouw ook?" De juffrouw was mijnheer Wulf's liefste. »Die vergeet ik nooit, meheir. Daar is ze veul te lief voor. 'n Best mensch, uwe heb massel." De hulp-rekwisiteur had de gevoelige snaar aangeraakt. Hij kende 't gevolg : twee sigaren. Haastig verliet Wulf zijn bureau. Naar gewoonte ging hij even in de portiers kamer. »Kees, nog brieven gekomen?" «Neen, mijnheer." «Niemand geweest ?" »Neen, meheer, ja toch de harpist, of 't er van avond bij bleef, ziet u, vanwege 't temmen," «Natuurlijk blijft 't er bij." »Dag Kees." »Dag, menheer. Compliment aan de juf frouw, menheer!'' Wulf keerde zich om. »IIier Kees, een sigaar." »Dank je, menheer. Ik zal ze op de ge zondheid van de juffrouw oprooken.'' »Pak er dan twee.'' Eindelijk verliet Wulf den schouwburg. «Mijnheer, pst! hé! mijnheer," hoorde hij, nauwelijks een twintig passen gegaan zijnde, achter zich. Hij bleef staan en keerde zich om. De bibliothecaris kwam aangerend. »Ik kan de Lolioit/rin toch opleggen, mijnheer. Soms geen absage?" »Alles is gezond, houd me toch niet op/' Hij verhaastte zijn tred. Goddank, einde lijk uit het gezicht, van alles wat naar het tooneel zweemde. Weldra was hij bij »haar". De hospita opende de voordeur, toen de kamerdeur, en was getuige eener hartelijke omhelzing. »Heerlijk dat je zoo vroeg komt! Nu gaan we zeker nog wat wandelen ?" «Heel gaarne Ella, als je ten minste tijd hebt," en hij keek even naar de hospita die jaren tusschen deze mogendheid en Frant gevoerde tarievenoorlog als een d^r krach tigste argumenten tegen het kabinet Crkpl zal worden gebruikt. Het is waarlijk te betreuren, dat in der gelijke zuiver economische questiën de bf£ slissing niet kan worden overgelaten aan h*t gezond verstand der natie. In dat gevfjt* zou zeker in Amerika nooit de tariefw«fc zijn ingevoerd, die alleen moet dienen. enkele groote fabrikanten schadeloos tej Jen, of liever ruim te beloonen, voor déj delijke opofferingen welke zij zich ^ den verkiezingsstrijd hebben getroost. De verkiezingen voor de Italiaansche mer zijn vastgesteld op 23 November. D« economische quaestie. zal bij die gelegenheid geen geringer rol spelen dan de politiek?, dat wil zeggen, de internationale verhoudin gen van Italië, die door de triple alliantie zulk een eigenaardig karakter hebben ver*) kregen. Doch het eigenlijke wachtwoord bij de verkiezingen zal zijn: vóór of tegen Crispi? En dat is zeer verklaarbaar. Criapi is Si licet parva componere mag nis de man der persoonlijke po litiek bij uitnemendheid. Even als vorst Bismarck, dien hij op een afstand! navolgt, offert hij zijne collega's zonder eenige aarzeling op, wanneer zij niet onvoorwaar delijk naar zijn pijpen dansen. Even als -de groote Duitsche staatsman, acht ook zija Italiaansche discipel zich gerechtigd en in staat, om een aantal betrekkingen in zija persoon te vereenigen. Hij is niet slechts minister-president, maar ook minister van buitenlandsche en minister van binnenlandsche zaken. Had hij niet van tijd tot tijd een zon debok noodig, dan zou hij er zeker nog mi nister van financiën bij zijn. Het bezoek, door den Duitschen rijkskanselier Von Caprivi in deze week aan dea heer Crispi gebracht, verkrijgt onder deze omstandigheden eene eigenaardige beteeke nis. Het is eene rechtstreeksche onder steuning van Crispi's personeele politiek. Als zoodanig althans wordt het beschouwd door de oppositie, in welke zoowel conserva tieven als radicalen vereenigd zijn. Gelukkig hebben de radicalen geen gevolg gegeven aan hun plan, om de komst van den Duit op den drempel der kamer met welgevallen. 'tjonge paar aanschouwde. »Ga maar gerust juffrouw, ik zorg wJel voor 't overige. De frissche lucht zal mijn heer Edmond goed doen." Vergenoegd ti og 't paartje arm in arm naar buiten. Zij drukte zich vast tegen hem aan. Hij hield haar poezel handje in <le zijne. Zij hief het met weelderig gitzwart haar getooide kopje even naar hem .op. Hij verslond haar met zijn blikken, zich verlus tigend in die groote zwarte kijkers, spiegels van een oprecht hart, in dat fijn besneden gelaat, met den half geopenden mond, die hem de zoetste woorden toelispelde, waarop hij zoo gaarne een kus van trouw en liefde drukte. Zij hadden reeds veel geleden, een zwaren strijd gestreden in 't tournooi der liefde; eindelijk hadden zij gezegevierd en konden elkander toebehooren. Zij waren ge lukkig in en door wederzijdsche trouw en liefde. Koutend wandelde het paartje verder. Het goênacht kussend winterzonnelje wierp zijne goudblonde stralen op de met rijp en ijzel bedekte boomen. Zij spraken over het op handen zijnde huwelijk, over de inrichting van 't huishou den, over de toekomst. »Ella, verbeeld je, dat ik nog voor ons trouwen ...." Ja, toen kwam de verbeelding, 'llusiën werden geschapen en luchtkasteelen Bebouwd... 't Zonnetje daalde meer en meer. «Edmond, dwalen wij niet te ver af. Je sunt 't niet weten, daar moest 'ns eene >absage" komen." ?>Ella, spreekt je maag, of is dat weer een nieuw bewijs van je zorgzaam hart?" ? «Van beide.'' «Nu, van een »absage" kan geen sprake zijn, en voor we terugkeeren,wippen we hier eventjes n om een glas bier te drinken, ten minste ij, ik neem een hollandsch bittertje." «Bier is veel gezonder. Die hollandsche mannen moeten altijd bitter drinken."

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl