Historisch Archief 1877-1940
No. 700
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Intusschen ging de groote stalen driehoek weer
omhoog, geheel rood, gereed om opnieuw neer te
schieten.
Op dit oogenblik richtten mijne blikken zich
onwillekeurig op den voorn aamsten persoon in het
walgelijk drama. Hij stond onbewegelijk, den
duim aan den trekker van de guillotine.
De schok dien ik ondervond op het zien van
zijn gelaat en het ontmoeten van zijn blik, die
.zonderling op mij . gericht was, was zoo sterk,
dat ik, zonder het eiude der terechtstelling af te
wachten, midden door het cordon der troepen
wegijlde en in galop het veld inrende.
Wat afschuwelijk avontuur. Ik had aan de
tafel van den beul ontbeten!
Ik liep nog lang door, met waanzinnige be
wegingen, door het veld, dat zich nu als een
doodsche eenzaamheid voor mij opende; steeds
werd ik achtervolgd door het gegrijns van den
geguillotineerde, door de voorstelling van het
bloedige mes en den strakken blik vau den beul,
wiens bewogen stem ik nog altijd aan mijn oor
hoorde fluisteren : »Tot weerziens, hoop ik, mijn
waarde heer".
VOOR DAMES.
Prinses Victvria. Paletots,
Custuum. Kapsels. Paar
lemoer en bont. Parfume
rieën.
Het bekijken en bepraten van prinses Victoria'»
intiemen trousseau heeft zek»r de ontevredenheid
ten hove gewekt, althans er is verboden, de an
dere toiletten ten toon te stellen. ledere japon
moet terstond afgeleverd worden, zelfs aan hare
gewone klanten hebben de firma's geen
uitnoodigingen mogen zenden. Alleen de bruidsjapon is
voor eenige intiemen ter bezichtiging gesteld, bij
de Gezusters Frischeisen, die hem geleverd heb
ben. Hij bestaat uit een onderjapon van crème
satijn, met een rand van breede stolpplooien van
satijn en tulle, en touffes myrten en oranjebloesem.
De tablier bestaat uit Honiton lace," oude
En.gelsche crèmekleurige kant, afkomstig van de
bruidsjapon van de moeder der prinses. Ook deze
kant is hier en daar opgenomen met touffes oran
jebloesem en myrten, terwijl twee groote slingers
van bloemen aan beide zijden naar beneden
loopen; de prinses schijnt wel van veel bloemen te
houden.
Het gedecolleteerde corsage is van satijn met
zilver borduursel, en ook met kant bezet. Van
den linker schouder tot het middel weer een
guirlande van myrten en oranjebloesem. De aan
gezette sleep is indertijd tentoongesteld geworden,
hij is nu ook met een breeden rand van oranje
bloesem, myrten, plooien van tulle en satijn
voorzien.
Het toilet dat prinses Margaretha op den trouw
dag van hare zuster zal dragon, is ook bij dezelfde
firma gemaakt. Het onderkleed is daar van crème
faille met quilles van wit krip, deze zijn omzet
met blauwachtig witte struisveeren, welke ook het
?corsage versieren. De sleep is van zwaar brokaat,
met breede witte en lichtblauwe strepen, in de
lengte, waarover zilveren rozentakken zich kruisen.
De zoom van den sleep is met een breeden rand
van struisveeren versierd, gelijk aan die van het
?onderkleed.
* *
#
Eene der meest practische onder de Parijsche
?mode-correspondenten doet opmerken, dat men in
de provincie en in het buitenland zoo vaak hoort:
dit of dat neem ik niet, want het gelijkt te veel
op hetgeen ik gehad heb. De Parisienne van
smaak zal veelal juist zoeken hetgeen niet te veel
verschilt van het costuum waarmede men gewoon
was haar te zien; iets al te uiteenloopends zou
disharmonie geven. En het meest smaakvolle blijkt
in dit opzicht ook het voordceligst te zijn, want
?op deze wijze kan, bij slecht weer of 's morgens,
een overgehouden stuk van den vorigen winter nog
vaak bij het nieuwe gedragen worden.
Wat niet aan het vorige jaar kan ontleend wor
den, zijn de jacquettes. Zij zijn nu inderdaad
lang tot aan de knie, en toch staat dat niet ieder
een goed. Vooral de basquinex en paletots van
astrakan of zeer dikke stoffen, die dan ruim
ge?nomon worden, hebben haast iets belachelijks;
?dertig jaar geleden, toen men ze op de groote
crinolines uitspreidde, hadden ze iets majestueus,
maar nu cp de nauwe, sluike, slappe rokken veel
eer iets plomps; het is alsof men er een paar
rokken onder verloren had.
* *
*
In de japonnen is het op dit oogenblik iets
karakteristiek», dat zij schijnbaar geen baleinen,
geen h'guurnadüii, niets aansluitende meer hebben.
Eene losse, gracieuse draperie, waarmede de
draagster, naar men zeggen zou, wol gymnastiek
kon doen. Het is echter alleen schijnbaar ; onder
het losse kleed is hot corset des te strakker,
zoodat er niets m^e gewonnen is.
De streep is, gelijk te voorzien was, bij
avondjaponnen reeds weer een conditie. De mouwen
zijn nog steeds hoog aan de schouders, zoodat,
met de Mediciskraag en veerenruche, hals en
schouders al heel onevenredig bedekt zijn. Men
had van de Cléojuitre van Sarah Bernhardt een
nieuw model mouw gewacht, maar dit is niet
terecht gekomen, want de mouwen die haarzelf
zoo gracieus staan, vallen in de navolging tegen,
hetgeen wel met meer details van haar vroegere
toiletten het geval was. Om sorties en theater
mantels maakt men dubbele kragen, een liggend
en een opstaand, collier Medicis; ook het
halfdécolleté, hetzij vierkant of en coeur, wordt veel
van zulk een kraag voorzien.
Het dun laken voor costumes en jacquettos is
inderdaad doorgedrongen en wel in lichte kleu
ren, niet alleen voor balcostuum, maar ook voor
straat- en visitekleeding. Bij gris-porie, lilas, mauve
Elysée, geel of zelfs wit laken wordt de Medicis
kraag gevoerd met struisveeren in de kleur, of
ook, zoowel van binnen als van buiten, met kleine
edele steeuen, cabochons. Een dinertoilet van wit
laken, gedecolleteerd, met randen van kleurige
?broderie d'arr, een col Medicis gevoerd met struis
veeren en van buiten met kleurige cabochons be
zet, is een der smaakvolste en prachtigste costu
mes, die men dit seizoen dragen kan. Ook
eenkleurige zijde, soie cotelée, wordt op dezelfde wijs
aangewend, voorts krip en mousseline-chiffon,
waarbij men den sleep van fluweel afzonderlijk
neemt, maar in de kleur van het krip.
Steenen, zilver, goud, staal, git, zijn nog steeds
gewild; maar ook in deze dingen is overdrijving
schadelijk; de grens tusschen hetgeen op het
tooneel en in een salon goed staat, wordt niet
steeds zelfs door de couturiers in het oog ge
houden. Een der geliefdste nieuwe toevoegsels tot
het toilet is een lange dunne ketting, waaraan
men het een of ander, flacon, horloge,
handspiegeltje, zelfs den zakdoek bevestigt en deze dan
in de ceintuur steekt; de oude kettingen van
dukatengoud, hier te lande in families nog wel
bewaard, kunnen daarvoor dienen. Men draagt
zelfs wei twee of meer van deze dunne kettingen
te gelijk.
* *
In het kapsel is nog geen revolutie aangebroken,
en over 't geheel draagt ieder wat hem het beste
staat, maar toch is eene nieuwe mode ingevoerd.
Zij bestaat daarin, dat men alles kort en glad
opsteekt, met even boven den nek, een kleinen
caignon die onder den hoed uitkomt en. met een
Theodora-naald doorpriemd is. Alles moet dan
echter licht gegolfd zijn, en dit heeft het eigen
aardige, dat men f uiterst elegant is, of er uit
ziet alsof men het haar een paar dagen vroeger in
elkaar gedraaid en er sedert niets meer aan ge
daan heeft.
*
# *
Te Weenen heeft de mode dezen winter twee
eigenaardigheden: paarlemoer en bont. Voiles en j
sluiers met paarlemoer-pailletten, veeren boa's j
met paarlemoeren plaatjes, paarlemoeren
mantelhaken, hoeden met rijen van paarlemoeren knop
jes; zelfs zijn tablie.'s van paarlemoer borduursel
in het atelier van de Modeclub" tentoongesteld. !
Juist met bont komt het paarlemoer zeer voor- j
deelig uit, bij voorbeeld in smalle randen tusschen
breede strepen bont; het staat alleen een weinig
zwaar. Ook op velvet costumes, of kruiselings over
fluweelen pofmouwen gelegd; een fraaie toepassing
is: op zwart fluweelen robes schijfjes bont van de
grootte van een gulden te appliceeren, omlijst
met een randje paarlemoer.
Over 't geheel is het bont niet zoo duur ge
worden, als gezegd werd. Er is zoo reusachtig
veel aangevoerd, dat het aanbod de vraag nog
overtreft. Daar komt bij, dat men wijs geworden
is, en het pelsmozaiek" heeft uitgevonden, ge- j
maakt van allerlei lapjes en overschotjes, en toch j
uitmuntende versiering. Men omzet er mantels ,
mede, pelerines, japonnen, mouwdoffen. Deze j
week was te Weenen een trousseau tentoonge
steld, waarbij verscheiden paren afzonderlijke j
mouwen, onder deze vier paar hooge bonten ,
mouwen. liet eene, van bruin castor, behoort
bij de fluweelen toiletten, een van astracan bij
laken jacquetten, een van sabelbont bij een lang
harige bruine redingote, een van hermelijn bij ge
kleed toilet. Bij ieder paar mouwen behoorde
een boa on een groote mof. i
* i
* & j
De kunst van den partumeur, beweert men,
gaat een grootsche toekomst te gemoet. W7ie de j
romans der nieuwere artisten nagaat, De (jon- |
court en Daudet als voorloopers, Huysmans, Loti,
Bourget als volgers, is getroffen door de groote !
plaats welke daarin de odeurs innemen, bij
Zola is dit eveneens, maar in omgunstigen zin
en de mannen der wetenschap, pbysiologen, psy
chologen, zoowel als chemici, maken er speciale
studie van.
De parfümeurs hebben, te Londen en Parijs,
eene dubbele clientèle, zeer onderscheiden, die
der heeren en die der dames. Met uitzondering
van eenige ziekelijke personen, voor wie elke odeur
vergif is. partümeeren zich bijna alle vrouwen die
zich kleeden." Dit is echter, naar beweerd wordt,
niet voor genoegen, maar uit ccq ictterie, want
de geleerden hsbben het geconstateerd en de
parfümeurs weten het wel," zegt Maurice de Fleury,
de reukzin der vrouw is weinig ontwikkeld, dikwijls
geheel verstompt, soms afwezig. Zij heeft weinig
verstand van geuren en onderscheidt een middel
matige odeur zelden van een kunstig samenstel.
Daarentegen weet z'j zeer goed dat de man
uiterst gevoelig is voor odeurs; zelfs is het eerst j
van de mannen dat zij gewoonlijk leuren, welke
odeur bij haar karakter van schoonheid past. Van- ;
daar ook zijn odeurs, ondanks al de uitvindingen
der fabrikanten, veel minder snel uit de mode dan
kleuren: Jocl'ey-club. dat vijf-on-twintig jaar geleden
ni uw was, wordt nog door coiii-jen boven alles
verkozen.
0[) dit oogenblik worden nieuwe odeurs genoemd
Boitfi/iet du Czar. Iinpénal Mitste, zelfs Eau de
colof/nc Ilttsse; maar dit zijn slechts voorbijgaande
namen voor producten waarvan er wellicht geen
enkel als karakter zal blijven bestaan. Dit is heel
iets anders dan de geprononceerde odeurs, die l
haast de bloemenspraak zouden kunnen vervangen.
Men beweert zelfs dat een bekende actrice, op
den neus van hare aanbidders vertrouwend, haar '
correspondentie enkel uu witte blaadjes, met haar i
handteckcning, doet bestaan. Is bet briefje ge
parfumeerd met den zaehtcn. kalmecrcnden
'J'tlutgeur, dau beteekent dat: wees gerust, wacht ge- ;
duldig"; ademt het bedwelmende '/(/i<;i'<"(xc- of
C'/typj'c-geuren, dan beteekent het eone belofte,
waaraan alleen de aanwijzing van het uur ont
breekt; Wltile HOKC, verwelkte bloemen, betee
kent afscheid; maar muskus, het onvergankelijke,
is trouwe liefde. Begrijpt de geadresseerde deze
taal niet, dan is hij niet waard met deze aethe- {
rische godin Ie corresponneeren. i
De eenigzins gcraflineorden onderscheiden zelfs j
de fabrikaten der verschillende leveranciers en
zullen niet den lléliolrupc hlnnc van Kirnmel met
dien van Gherlain verwarren. De morst geliefde
onder de laatst uitgevonden geuren zijn Chyi/re
en Peau d'EfWxine.
Allerlei.
De optocht van den Lurd-Jlnyor. Van 10
dezer wordt uit Londen geschreven: De bekende
oude dame, die op de vraab, hoevele
Lord-Mayorsoptochten zij gezien had, antwoordde: verschei
dene honderden, is ook nu weder aan een venster
in Moorgatesstreet te zien, en bekijkt door een
tooneelkijker de verbazende menschenmassa, die
de straat aan beide zijden bezet houdt, terwijl
de burgerlijke maskerade zich door dénrooknevel
beweegt, die den lOen November tot alle eer
strekt. Wat de menschen op zulk een dag naar
Londen trekt, is onbegrijpelijk.
De Lord-Mayor Savory, is zeer zeker een
fatsoenlijk man en bovendien een goudsmid;
hij heeft bij het aannemen der benoeming de
leuke opmerking gemaakt, dat hij rijk genoeg was,
om niet de positie van Lord-Mayor tot het oprich
ten van handelsvennootschappen te exploiteeren,
zooals zijn voorganger in het ambt, sir Henry
Isaacs deed; hij stamt van vaderszijde van kwa
kers, van moederszijde van hugenoten af, het
geen hem niet verhindert, een anglikaanseh
ijveraar van de allerergste soort te zijn. Maar
Savory ziet er precies uit als honderdduizend
andere goeddoorvoede, met zich zelf en de
wereld tevreden menschen, en de koets, waarin
hij aan het einde der processie rijdt, heeft de
bovengenoemde oude vrouw al in 1757 gezien,
toen zij door het akademielid Catton werd ge
bouwd en door den Florentijnschen schilder
Cipriani gedecoreerd werd. Maar ons damperig Londen
biedt aan kleurrijke, schilderachtige, aantrekke
lijke openbare optochten zoo weinig, dat ook een
armzalige Lord-Mayors-vertooning ten slotte als
verkwikking voor de oogen eene welkome afwisseling
biedt in het treurige alledaagsche leven der
cockneys. En armzalig was de optocht. Men had
van den sheriff Gus Ilarris, die in een galarijtuig
aan den optocht deel nam, toch wat beters ver
wacht. De zeshonderd brandweermannen, die
met blank gepoetste helmen den optocht met
twee stoomspuiten openden, zijn een jaarlijksche
verschijning. Wat beter was eene reddingsboot,
met een dozijn zeelieden bemand. Daar juist in den
laatsten storm de aan de kust gestationneerde
reddingsbooten bij het redden van verongelukte
matrozen zich zoo goed hadden gedragen,
werden de manschappen stormachtig begroet.
Weinig bijval vonden en verdienden drie
wagens, door achtspannen van vurige paarden ge
trokken, die in zinnebecldigen vorm do
markten, door de city-corporatiën bestuurd, voor
stelden. Een wagen, met zeer gebrekkig, maar we!
smaakvol, gekleede meisjes bezet, was met vruchten
en bloemen beladen, in welker midden op een
hoog voetstuk de godin Poraona zat te waggelen,
alsof zij zich aan vruchtenwijn te buiten gegaan
was. Grappig vooral van achter gezien, was
de wagen, die de tropeeën van jacht en visscherij be
vatte. Daar troonde op een zegekar, door zilveren
paarden getrokken, vader Neptunus: het achterste
gedeelte van zijn paarden was met groen gaas
bedekt. Geen wonder, dat de toeschouwers daar
over lachten. De citycorporatie plundert door
middel van haar marktrnonopoliën in Billingsgatc
en Smithtield het publiek zoo schandelijk uit,
dat het een gewaagde onderneming was, de mark
ten tot een voorwerp van speciale voorstelling in
den optocht te maken. Het populairste deel der
processie waren de Veteranen van Balaklava,
Inkermann en de andere bij Sebastopol gedu
rende den Krirnoorlog geleverde veldslagen. Zij
reden in twintig open landauers in het midden
van den optocht: elke wagen was met een lau
werkrans versierd en in den laatsten zag men
de trompetters Landfried en I'erkins, die bij do
door Tennyson verheerlijkte cavalerie-charge bij
Balaklava onder lord Cadogan tien aanval bliezen.
Deze oude heeren worden als ongeveer
alle veteranen van het Engelsche leger
door het ministerie van oorlog hoogst onbe
hoorlijk behandeld. Toen zij dezer dagen, hon
derd in getal, op den verjaardag van den slag
bij Inkermann voor de Wellingtonkazerne para
deerden, om het deliléder troepen met hun vlag
aan flarden mee te maken, werd hun door den
majoor de toegang tot de kazerne geweigerd.
Men heeft geld bijeen moeten brengen, om de
handvol mannen, die de roemvolle charge hadden
overleefd, voor hongerdood te bewaren. Het dank
bare vaderland bood bun?het stedelijk armhuis!
Nog moet gezegd worden, dat onder de onterf
den vau Londen'', voor welke generaal lioolh van
bet leger des Heus arbeidt, zich naar de zorgvul
dige berekening van Arnold White 20 percent
gewezen soldaten bevinden. De oude
snorrebaarden met hunne verweerde gezichten kregen van
het publiek een verbazende ovatie. Xa deze
landauers kwamen weer twee zinnebeeldige wa
gens, waarvan de eene de kur.stcn, de tweede
de koloniën voorstelde; wat hadden de arme meisjes
het koud, eenige in bontgekleurde kleederen!
Men knoopte, als men hen aanzag, zijn overjas
dichter toe. En toen weder mimekkorpsen er
moeten in het geheel meer dan twintig
voorbijge!rokken zijn en ten laatste de muziek van
de gardes-du corps te paard, in hunne met goud
bezette uniform, achter ben de koets van den vo
rigen, en dan die van den tegenwoordigen
LordMayor. Huzaren en policcmon te paard besloten
den optocht, (.lm de stedelijke, grootheden, den
theater-directeur Ilarris eu anderen, bekommerde
zich het publiek opmerkelijk weinig. Het bad
zich bij de veteranen de handen moe geklapt en.
de kelen schor geschreeuwd.
Zoo d/r/// bij df i/and en Inrli onbereikbaar.
Kruidenier: Wel, kleine meid. wat zal het
wezen'?''
K. M.: :-Een pord strooi), asjeblieft."
Kruidenier (na <!e verlangde hoeveelheid te
hebben afoewogei);: ^Ziedaar, kind; waar zijn
de centen'.'"
A'. J/.: :.Onder in de kan!"
Een likdoonistiiiiler vermeldt op zijn
aclreskaaitjp. «lat bij eksteroogen beeft verwijderd van
de voornaiimsLO gekroonde hoofden vau Europa.
is eu denkt, dat
een vies gezicht:
»Uw zoontje deugt niet voor het begrafenisvak.,
juffrouw", antwoordde de ondernemer op de
vraag van diens moeder, waarom de jongen was
weggezonden.
»Wat is er dan met hem gebeurd?"
»Hij heeft geen flauw begrip van den ernst,
die in ons vak te pas komt en spot met de hei
ligste gevoelens van droefheid. Eergisteren liet
mevrouw Verslijdse haar vierden man begraven.
Ik stuurde uw zoon naar het sterfhuis, om te
informeeren op welk uur zij de plechtigheid
wilde laten beginnen en hoe denkt u dat hij het
vroeg ?... Op welken tijd zij altijd gewoon was
haar mannen onder den grond te stoppen! Op
die manier raak ik natuurlijk gauw mijn klan
ten kwijt."
Grisser: »Ah, daar komt uw man aan, me
vrouw. Wacht! We zullen hem eens beetnemen.
Ik zal met mijn vrouw achter deze gordijn krui
pen en dan moet u Waarsma zeggen, dat wij
niet zijn gekomen. Dan zullen wij opeens voor
dei) dag komen en hem verrassen."
Mijnheer Waarsma treedt binnen.
Meerouio Waarsma, volgens order: »Nu, Jan
onze gasten hebben ons teleurgesteld. Mijn
heer en mevrouw Grisser zijn niet verschenen."
Jan, van harte: «Goddank!"
Bidders, (cholerisch van aard) tot Jan Prop,
die voor een open raampje in den spoorwegcoup
zit Pardon, mijnheer, maar dat open raam is
onverdraaglijk."
Jan Prop (leuk als altijd). Het spijt me,
maar ik vrees dat u het zult moeten uithouden."
Bulders.: Ik wou dat u het dicht deed, mijn
heer."
l Jan Prop : Ik zou u gaarne van dienst zijn,
maar dat is me onmogelijk !"
Bulders (driftig): .,Weigert u dat raam te slui
ten, mijnheer ?"
Jan Prop : »Zeker, mijnheer."
Bulders : (doldrifüg) »Dan zal ik het doen."
Jan Prop : (kalm) »U zult het wel laten."
Bidders (opstuivend) »Wat let me ...!"
Jan Prop (doodbedaard): »Ik zou het u wel
eens willen zien doen."
Bidders (ach met geweld bedwingend) «Mijn
heer, ik vraag u voor de laatste maal: wilt u
dat raam sluiten."
Jan Prop (kortaf). »Neen, mijnheer."
Bidders (opspringend met een vloek): »Dan
zal ik g. v. d. dat ding optrekken."
Jan Prop : »Ik wed van neen."
Bidders (met beide handen aan den boven
kant van het raatn rukkend en brieschend van
woede) «Daar, ziedaar! nu zal ik je toonen wie
hier...."
Jan Prop (hem in de reden vallend, met
belancstelliug): »Nu, lukt het?"
Bidders (met een hoofd als vuur) : «Dat ellen
dige ding schijnt vast te zitten..,."
Jan Prop : »Schijnt.... Toen u hier in kwam,
had ik al vijf minuten vergeefs zitten morrelen
om het dicht te krijgen.... neen! 't zit vaat, dat
weet ik allang,"
In het Ned. Panoptieum is sedert Donderdag
iets nieuws en wel iets zeer interessants te zien,
n.l. een Oosterscho dwaaltuin ; wanneer men er
eenmaal in is, weet men waarlijk niet wat men
ziet. Onafzienbaar lange gangen, in Oosterschen
stijl, uitloopend op een fraaien tuin of in den
Harem lokken u tot binnengaan. Ge treedt
voorwaarts en stuit op een spiegel ; ge gaat
terug door een andere gang en weer lokt de
j schoone Oosterscbe n van verre ge nadert
schoorvoetend, langzaam ja! nu zult ge er komen
mis! ge staat plotseling in de zaal van de beel
den. In cén woord, de Oostersche dwaaltuin is
het non plus ultra van verrassingen en illusie.
Beschrijven gaat slecht, men overtuige zich door
te zien. Op de Brerner tentoonstelling van dit
jaar was deze dwaaltuin de great attraction."
Reclames
40 cents per regel.
Speciale inrichting voor Schoenen naar
maat, in gips afdruksel voor gevoelige, pijn
lijke, gebrekkige voeten, knobbels.
etc. etc. ANTON HUF Jr.,
Kaherslraat 200.
HOOFUÜICP'OT van
Dr. JAECiER's Orig. Norm. Wolartikelen,
K. F. OEUSCHLE-BENGER,
Kaherstraat 157, Amsterdam.
Eenige specialiteit in deze artikelen in Nederland.
R
OELOF
KalwstraatHU
(Jroote
sortecrinsj.
C
Billijk
")',?. die een bee _
zij over het weer praat, met
-Ja, erg smerig
ITROEN
Fabrieken Magazijn
VAN
Juweelen, Gouden
Zilver werken
en Horloge s.
La i'Iaison
YVE. W. VAJN DER HULST,
Foiirnisseiir de la Cour,
a l'honneur d'informer sen honorable clientèle
(ju'elle a recu un choix considérable d'objets
ri('nes. légants et artistiques pour cadeaux; elle
sollicïte vivement l'honneur d'une visite dans ses
magasins.
67 K AL VERSTE A. A.T 67,
A M S 'FJiJi D A M.
Kunstzaal Pictura".
Tentoonstelling eener fraaie collectie
MODERNE SCHILDERIJEN.
PKETEE & Co.,
opvolgers van
VAX PAPFELEXDAil & SCHOUTEN.