De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 30 november pagina 6

30 november 1890 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

Dfc AMSTEBDAMMfiB, WEEKBLAD TOOB NEDERLAND. No. 701 PI» 'Trebelli, de moeder der jonge weinige weken geleden in bet ,w optrad, is door miss de Menseaux eene interessante biographie in 't licht groote altzangeres, die nu reeds bijna te Londen woont, en er nog steeds ' «nfcche opera geëngageerd is, was ?ene Francaise van groote familie; _P«riji geboren, en heet Zélie Gillebert In complimenten en artikelen .trebelli" vaak als tres-belle" de zangeres inderdaad een ty d lang id van den eersten rang is geweest, iets niterst lieftalligs heeft; Trebelli is het anagram van Gillebert, met g van de eerste letter. was eene leerling van Wartel. die zeer op haar was en baar steeds aanmoedigde te treden. De familie de Beaulieu was er tegen, tot de wisseling der fortuin haar " om van Zélie's talent voordeel te q debuteerde te Madrid, in 1859, naast Carlotta Grisi en den verwenden Mario. bqna terstond werd haar stem evenals haar talent op prijs gesteld; en het is zeker volmaaktheid der oude zangmethode te i,, dat hare stem, evenals die van Fatti en «angeressen der Italiaansche school, nu t tientallen van jaren dezelfde buiggemakkelykheid en schoonheid van KT-"*Ittli's repertoire is enorm en, als echte 1,'Ttent iy alle opera's die z\j gezongen heeft, van buiten. Herhaaldelijk is zy plotseling l voor eene kunstgenoot die den direcden steek lint; eens zelfs, te Riga, verqj in dit opzicht iets heel merkwaardigs. :in den Barbier de Séville optreden, en de tnrd plotseling ziek Hebt ge iemand voor rian Rosine?" vroeg zy'. Jawel, maar ie& juigt om n te hooren." Wehm, zy ? mi) hooren. Ik zal de rol van Almaviva g' Trebelli deed zooals zy gezegd had en * idig toegejuicht. zal ooit de rol van Siébel in Faiist zingen als Trebelli, die ook uitstekende fa. Zij is ook eene geestige vrouw, zooals . dienzelfder Faust toonde. In de kerkscène (,«j| Siébel, en Christine Nilsson de Marguerite. pjjft wilde, na gezegd te hebben: Ik ga bidden Lmqn kind," de kerk verlaten, maar keerde Hiet altaar den rug toe. Trebelli fluisterde toen in: Ik zie wel, dat ge niet van deze ttie zijt." 1863 trouwde Trebelli met den Italiaanschen R. Bettini, maar zij was als getrouwde vrouw gelukkig dan als kunstenares. * * firma Singer beveelt ter gelegenheid der fees' ab cadeau haar naaimachines aan, zoowel de " als de handmacbines Een vader zou op rzoek zyne dochter om een bicycle geanthebben: kindlief, als je dan toch volstrekt sparwil, dan prefereer ik verreweg je eene ichine te koopen, want het trappen op deze ! «y'n minst even gezond als op eene veloci terwyl het verrichten van naaiwerk in elk -beter met de roeping van de vrouw strookt, rt rondzwerven op 's Heeren straten." het ook zij, een Ijzeren naaimeisje" is in 'huishouden een verdienstelijke en goedkoope ice Jndic heeft met hare lingère, madame '^.Vincent, boulevard Malesherbes, een proces ~ betaling van eene kleine rekening. De 20,200 francs, maar er is een get Jan Judic's uitzet onder; de diva is toch geleden niet den kapper Loisel getrouwd. voorwerpen behooren sauts-de Ut. tourlemises met valenciennes, onzichtbare etten", jupons japonais lumineux", etc. f te de moeite waard, de aandacht te vestigen verzameling photographieën, die de hh. en Zoon, Kalverstraat 43, op de eerste van hun magazijn hebben tentoongesteld; miering is toch op dit oogenblik de rage, . i» een ware collectie kunstwerken, in alle en allen prijs, die aangeboden wordt. Ook t, «ncadreeren, zoowel als in tint en procédé, » grootst mogelijke verscheidenheid. andere fraaie collectie voorwerpen van .vindt men bij Annegarn, Leidschestraat 8. 1» het cuiyre, verguld en brons, marmer, t-cotta en biscuit, mozaïek en marqueterie, pluche en marokyn, kortom al wat aan vaasjes, tafeltjes en de duizend kleiniger versiering kan gevonden worden, is er kdom voorhanden. het licht of donker bont dezen winter meer Dgeerd? Het is nog niet uitgewezen, beide met smaak gedragen. Alleen wordt voor bont gewaarschuwd; het is merkwaardig ^?poedig lufl dit al zijne schoonheid verliest. *Ü"n DÖna nog sterker; het is waar, dat regen of sneeuw uit de krul geraken, maar r blijft vast, en het opkrullen kennen vele «pos zelf reeds. ,Xen bew\js, boe de mode zich terstond reeds aar den landaard vervormt, vindt men in de obbele of driedubbele bontpélérine's. In Parijs Oforoefd, zyn ze terstond in Engeland algemeen j. den Binaak gevallen; te Weenen daarentegen m men er geen enkele. Nu heeft de Weenerin, B'feaar donkere oogen, fraaien gelaatsvorm en armen, geen slanken rug; terwy'l van de meisjes juist de slanke schouders en rug schoonheden zy'n, waarby de pélérine 'ir goed past. kinderen is de Russische mantel iets dat ifalle kleuren gemaakt wordt en warm kleedt; lL,b*rtaat uit een jacquet, met aangezetten ISBen rok en dwars over de schouders loopende avondmantel» worden zóó ruim genomen, «te eene punt, als bij een Almaviva, over de ramden kan geslagen worden; een capuchon, bont gevoerd, is de eenige garneering. In het draagt men een dergelyken mantel met Stoai-tkraag van bont. Voor baltoiletten is nu geen stof meer uitge sloten; verleden jaar waren er boa's b\j. nu bont en veeren; men weet dat het laken er met pluche en fluweel wedijvert. Zelfs heeft men gevonden dat wollen tulle, bepaald een grove en vulgaire stof,die nauwelijks voor een eenigszins gekleed zomertoilet dienst kon doen, hier gepast was. Men ver siert het met fluweel, paarlemoer, en kralen, of drapeert het op transparents van mosgroene of bordeauxkleurige faille. Er is ook voor baltoiletten tnlle met witte chenille punten doorweven, tulle neige, die er feitelijk als sneeuw uitziet. * * * Mrs. Langtry, wier eerste successen ongetwijfeld alleen daarop gebaseerd waren, dat men gaarne een actrice op de planken zag, die eenmaal ko ninklijke salons had betreden, heeft langer de ijunst van het publiek behouden, dan alleen met leze aanbeveling mogelijk zou zijn geweest. Hare schoonheid en elegantie waren het tweede element, het derde de buitengewone pracht van hare toi letten, waarmede de Lelie van Jersey" Sarah Bernhardt naar de kroon steekt. Op dit oogenblik draagt z\j in Princess Theatre in eene Cleopatra, niet die van Sardou, maar die van Shakespeare zes Egyptische toiletten, even verblindend als die van Sarah in het drama van de Porte-Saint-Martin. Zy heeft nu ook een proces met den drama schrijver Buchanan, dat zeer de aandacht trekt. Voor haar optreden te New-York had zij den bekenden dramaturg een stuk besteld in vier bedrijven, met de bepaling, dat het voor haar eene spannende, sympathieke hoofdrol" moest hebben, en dat van de costumes, die zij uit Parijs had meegebracht, er vier in de vier bedrijven konden gedragen worden". Deze laatste conditie scheen bijna nog belangrijker dan de eerste; maar Mrs. Langtry heeft toch een aantal andere redenen als voorwendsel genomen om het stuk Lady Gladys terug te zenden. Zij zag er zich niet in", de omgeving was niets", zij had geen lust om de dochter van een geruïneerden graaf te zijn, het karaktervan laag, wraakzuchtig en onsympathiek." De heer Bucbanan eischte, daar hem by eventueel succes te New-York vijftig pond (600 gulden) 's weeks beloofd was, eene som van 2000 pond; Mrs. Langtry wilde niet alleen dit niet geven, maar zelfs de 150 pond, die zy als voorschot gegeven had, terug hebben. De jury heeft haar veroordeeld om de heer Buchanan 300 pond te betalen, zynde de som geconditioneerd in geval het stuk geen succes had. Mrs. Langtry zal nu een ander stuk moeten aanschaffen, om hare Parysche costumes te dragen; te New-York is zy opgetreden met Peril, een van haar vroegere successen. % De Wurtembergsche firma Miele, Kalverstraat 35?37, heeft weer haar geïllustreerden catalogus van metaalwaren verspreid, en het heeft wel iets voor, op zy'n gemak thuis te kunnen nakyken wat men kan krijgen voor de som, die men voor een cadeau over heeft. Van eenvoudige theelepeltjes a 5 gulden het dozijn, tot serviezen met blad voor 71, of toiletspiegels voor 127 gulden, is het een heele lijst, die alle soorten van sieraden, toiletbenoodigdheden en hnishoudartikelen, verguld of verzilverd, bevat. Naar het schijnt houdt ook al dat half-echt zich ondanks ons klimaat beter dan eerst gezegd werd. * * Men weet dat Cossa oen paar dagen na St. Nicolaas gesloten wordt? * Voor weefsels bestaat sedert eeuwen de gewone versiering slechts in het herhalen van meetkunstige figuren of gestyliseerde nabootsingen van voorwerpen der organische natuur. De teekenaar, die voor het decoreeren willekeurige verzonnen motieven gebruiken wil, vervalt of in dezelfde reeds gebruikte, of heeft er weinig succes mede. De Japanners, meestere in versiering, hebben geen enkel motief, dat niet in de natuur is opgespoord, en telkens nieuw gestyliseerd wordt. In Europa heeft men in de 17de, 18de en 19de eeuw bijna niets anders gedaan, dan de motieven der Fransche Renaissance, het tijdperk van den grootaten rijkdom aan vinding, varieeren. Nu zy'n er niet meer dan ongeveer 600 motieven in gebruik, meest alle aan dien Renaissancetyd ontleend; van ty'd tot tijd brengt een zeer be gaafd kunstenaar eens eene nieuwe combinatie te voorschijn, maar uiterst zelden. Het is daarom als iets merkwaardigs te vermelden, dat de directeur van het museum van kunstindustrie te Straatsburg, professor A. Schucker, iets nieuws beproefd heeft. Hy wil onder de onuitputtelijke massa kleine vormen, die het mikroskoop te zien geeft, eene keus doen. Zooals ze zy'n, kan men deze figuren niet gebruiken; de rhizopoden, de kalkzwammen, de tubilariden, enz. te nemen zooals men ze vindt, zou niet veel aesthetisch sohoons wezen. Prof. Schucker heeft dus ook, op Japansche wijze, ge styliseerd, en in het Centralblatt für die lextilIndustrie een aantal platen met kleine versieringsvormen gegeven. Zij zy'n bedoeld als patronen voor dassen en veststoffen, voor bedrukte katoenen en damast. E-e. Allerlei. In de Paternoster Review geeft Mevr. Venturi, een groot vriendin van Mevr. Carlyle, een verhaal omtrent dezen bitteren Engelschen criticus. Carlyle had een zeer ongelyk humeur; zy'n huiselijke haard was niet altoos een tempel des vredes. Eens toen de groote schryver wat zenuwachtig was, en zich in zy'n werkkamer, boven in het huis, had teruggetrokken, kwam er aan de voordeur een Duitsch reporter en vroeg om de eer, den grooten man te mogen aanschouwen. Mevr. Carlyle en Mevr. Venturi waren benedeu in de huiskamer, en merkten den bezoeker op. Nauwelyks had de meid den vreemdeling naar boven geleid, of men hoorde op de trap het geluid van haastige schreden, de voordeur werd driftig opengemaakt en de dames zagen den Duitscher, zoo snel zy'n lange beenen hem dragen konden, wegvluchten. Wat was er gebeurd? Was het misschien een afzetter, een dief, die zich onder het voorwendsel van een beroemd man te Willen interviewen, had binnengedrongen? Op het bescheiden kloppen van het dienst meisje aan de deur, had Carlyle met een barsch: Binnen!" geantwoord. Op het zien van den Duitscher werd hij nog iets barscher. Hy rukte hem den introductiebrief uit de hand, en wees hem met een zeer onduidelijke en niet zeer gastvrye beweging een stoel aan. Na den brief te hebben doorgelezen, vroeg hy koeltjes: . Welnu, mynheer, ik luister." De Weimarsche jongman stond op, en, veront schuldigingen makend, dat hij misschien ongelegen kwam, bood hij aan, weer te vertrekken. Voor alle antwoord, rees Carlyle uit zy'n leunstoel op. De studeerkamer nu was achthoekig, en de vier dwarshoeken waren alle vier gelijk betimmerd, drie met kasten, een met de deur. De Duitscher verlegen en zich uit de voeten willende maken, greep eene deurknop, maar het was die van een kast, die met den sleutel gesloten'was.'Hij wrong en schudde, tot hij de deurknop in de hand hield. Toen bemerkte hij de vergissing, keerde zich snel links en deed een tweede kastdeur hetzelfde lot ondergaan. Toen eerst kwam Carlyle zy'n bezoeker te hulp. Mynheer," zeide hy' streng, dit is de deur." En hij wees den bezoeker den uitgang. Gelukkig zijn alle groote mannen niet zoo on genaakbaar, anders hadden de reporters hier be neden een al te hard bestaan. Vertellingen en sprookjes uit Gascogne. Men schrijft uit Pary's : Het is bekend, dat de Gascogners veel praten en zingen; dat zij ook veel verhalen kennen en goed kunnen vertellen, is min der bekend. Er zy'n in Gascogne zelfs nog vertellers van beroep, die op de wy'ze der oude rhapsoden van dorp tot dorp zwerven en hunne geschiede nissen, sprookjes, legenden, sagen, grappen enz. voordragen, en wel in eea zekere gerhythmeerde taal, die ook al aan de ihapsoden en aan Homerus herinnert Fran^ois Bladé, correspondeerend lid van het Instituut, heeft deze geschiedenissen door jarcnlangen ijverigen arbeid verzameld en thans in de Attératures populaires van Maison-neuve en Leclerc doen verschijnen; zij zy'n een rijke bron voor volkspoëzie, maar ook voor beschavings geschiedenis, mythologie en ethnologie. Zekere verhalen, zooals Ezelsvel", Blauwbaard", De schoone Prinses en het beest" enz., komen ook in Gascogne voor, soms met kleine veranderingen, evenzoo verscheidene reuzen- en drakensagen. Eene bijzondere eigenaardigheid der Gascogners is, dat daar nog het geloof aan de Vloekmis" verspreid is. Met deze vloekmis is het zoo gesteld. Niet elke priester kan haar lezen. Zij wordt in een vervallen of vervloekte kerk 's nachts gelezen; eene slechte vrouw verricht den dienst van misbediende, de hostie is zwart en driehoekig; in plaats van wy'n wordt er water genomen uit een put, waarin een ongedoopt kind verdronken is, het kruis wordt op den grond en met den linker voet gemaakt, de mis wordt ten achterste voren gelezen, dus het Ite missa" eerst en het voorgebed het laatst, enz. Hij, tegen wien de mis gelezen is, moet sterven, of hem overkomt eenlg ander groot ongeluk. De geestelijkheid moet veel moeite hebben, dit bijgeloof uit te roeien, dat in de naieve volksbeschouwing slechts logisch is, want: wat tot zegen kan dienen, moet ook kunnen worden aangewend tot benadeelen, en wanneer de priester zoo machtig is, als hij be weert, dan moet hy' dat ten kwade evenzoo zy'n als ten goede. Gelijk men weet heerscht het geloof aan de vloekmis ook in enkele streken der Alpen; Rosegger althans heeft daarover eene amusante ge schiedenis verteld van twee jaloersche meisjes. Merkwaardig is bet, dat in Gascogne ook eene geschiedenis verteld wordt, die in den grond met die van Oedipus overeenkomt. Ook vindt men er het oorspronkelijke van Shakespeare's Hamlet; de laatste geschiedenis draagt den titel van La reine chdtiée. De bewerker deelt haar bijna geheel in haar rhythmischen tekst mede; en zy' heeft in derdaad eene zoo treffende gelykheid met Hamlet, dat men vermoeden moet, dat de groote William haar gekend en gebruikt heeft. Van de eigenlyke geschiedenis is weinig in de dichterlyke fantasie der Gascogners blijven hangen; de daar voorko mende historische personen zijn slechts Hendrik IV, Napoleon I en Kascat, de beul van Auch, die gedurende de revolutie vele aristocraten onthoofdde en daarna zijn leven vreedzaam onder zijne mede burgers ten einde gebracht heeft. Talrijk zijn ook de geschiedenissen, die eene populaire ondervin ding oi leer uitspreken; menigmaal sluipt daar iets profaans in den eerwaardigen vorm der legende binnen, hetgeen het succes der geschiede nis slechts verhoogt. p]en voorbeeld daarvan is het volgende verhaaltje, waarvan ook bij La Fontaine eene variante voorkomt, maar niet zoo aardig. Onze Lieve Heer bracht eens den Gascogners een bezoek, om land en volk nader te loeren kennen. Hy stak geld in den zak, omdat hij wist, dat men dat goed gebruiken kon, en nam Sint-Petrus als ge leider mede. Toen die beiden zoo den grooten weg over wandelden, stieten zij op een omge vallen hooiwagen; aan den weg lag de voerman geknield en bad vurig tot den hemel, dat God zich toch zy'ner erbarmen zou en zijn wagen weder rechtop zetten. Dat is een brave man", zeide Sint-Pieter, hem moet go helpen, Lieve Heer!" Maar dat was niot de meening van Onzen Lieven Heer. Neen, lieve Sint-Pieter," zeide hij, wie zich niet zelt helpt, die verdient niet, dat men hem helpt." Zij lieten den vromen man aan zijn lot over on gingen verder. Niet veel verder zagen zy' andermaal een omgevallen hooiwagen. De voerman stelde alles in 't werk, om den wagen weder op de raderen te brengen; hy sloeg op zyne ossen, stak zelf de hand uit en claarby vloekte hy verschrikkelijk. Kom, Lieve Heer," zeide Sint-Pieter, maken we dat we wegkomen. De kerel vloekt immers als een heiden, die verdient geen medelijden t" Maar Onze Lieve Heer zeide: Zwy'g, Sint-Pieter, wie zich zelf helpt, die ver dient, dat ook anderen hem helpen !" En de Lieve Heer stak de handen uit de mouwen en hielp den voerman den wagen weder op de raderen te krygen. De aanleg van den grooten Siberischen spoorweg is thans. eene besloten Kaak. Aan het tot stand komen van het plan was nooit te twijfelen; te duidelijk liggen de voordeelen van die lyn voor de hand. Niet slechts wordt de exploitatie van Siberiëdaardoor mogelyk gemaakt, maar ook voor het geval van oorlog wordt Ruslands stelling aan den Stillen Oceaan en aan de Chineesche grens zeer versterkt. In het jaar 1887 werd het plan tot den aanleg daarvan voor de eerste maal op geworpen De minister keurde het ontwerp van aanleg van den minister van wegen goed. Het ontwerp ging uit van de gedachte, dat het bouwen eener onafgebroken spoorweglijn door de Aziatische bezittingen voor Rusland wel is waar noodzakelijk was, maar met het oog op de financiën des lands nog niet verwezenlijkt kon worden. Derhalve moest men eene verbinding maken die uit spoor weg- en waterverkeer was samengesteld. Deze weg wordt gevormd door den Middel-Siberischen Spoorweg, 1567 wersten (Tomsk, Mariensk, Atschinsk, Konsk, Mschen-eldinsk, Irkoetsk), de Transbaïkal spoorweg 1000 wersten (van den oostelijken oever van het Baïkal-meer, langs de rivieren Delenga,^0eda en Schilka, het Jablonaigebergte bij Tschita kruisend, tot aan de stad Stretensk aan de Schilka) en den Oeffoeri- spoorweg 383 wersten (van Wladiwostock tot aan den Oeffoeri). Buitendien komen er 31 wersten by' voor verbin dingslijnen, de gezamentlijke lengte der Siberische spoorwegen bedraagt dus 2982 wersten. De kosten worden op 122 millioen roebels geschat, meegerekent het rollend materieel) daarvan vallen op den Middel-Siberischen spoorweg 59 millioen, den Transbaikal spoorweg 45 millioen, den Oeffoerispoorweg 23 millioen. De som is klein genoeg, in vergelijking der politieke en economische voor deelen, die de bouw ten gevolge zal hebben; maar de uitgaven vallen toch zwaar. Rusland is overi gens armer aan spoorwegen dan men tot nu toe / gedacht had. Eene statistiek geeft op de 100 vierkante kilometers de volgende lengte aan rails: België16,4 Km., Engeland 10,1, Nederland 8,5, Duitschland 7,6, Zwitserland 7,2, Frankrijk 6,7, Denemarken 5 l, Italië4,2, Oostenryk-HongariJe 3,8, Portugal 2,1, Spanje en Kumeniël,9, Zweden 1,7, Noorwegen en Rusland 0,5. Men moet echter in aanmerking nemen, dat Rusland juist in de grensstreken uitmuntende spoorwegverbingen bezit of ijverig bezig is met het aanleggen daarvan. Toen de onlangs overleden John Brown, konin gin Victoria's getrouwe dienaar, voor het eerst bij prins Albert aan het hof in dienst trad, namen de prinsesjes, in navolging van haar vader, de gewoonte aan, hem kortweg Brown te noemen. De koningin verbood haar dit en zij spraken hem voortaan als mr. Brown aan, behalve prinses Louise, die zoo klein als ze was, het hart reeds verbazend hoog droeg, en hem niet anders verkoos te noemen, dan haar vader deed. Op zekeren morgen hoorde de koningin haar, en waarschuwde haar, dat ze, als ze 't nog eens deed, onmiddelly'k naar bed zou worden gezonden. Toen Brown zich den volgenden dag in de konink lijke vertrekken vertoonde, waar het vorstelijk gezin verzameld was, zeide de kleine heerschereB plagend: Goeden morgen, Brown" en vervolgde, toen zy de oogen harer moeder op zich gevestigd zag, terwy'l ze opstond en een buiging maakte: En goeden nacht meteen Brown, want ik ga naar bed, Brown." Waarna zy vastberaden heen liep, om hare straf te ondergaan. De firma G. H. Leih, goud- en zilverfabrikanten alhier, brengt een rouw-insigne in den handel, dat weldra in vele winkels verkrijgbaar zal zy'n. Het is een sierlyk strikje van oranje en zwart zijden lint met de buste van Z. M. in generaals uniform in mat zilver. Correspondentie. Loin du bal" is voor ons blad te omvangrijk; gelieve er over te disponeeren Singel 202. Reclames 40 cents per regel. Speciale inrichting voor Schoenen naar maat, in gips afdruksel voor gevoelige, pijn lijke, gebrekkige voeten, knobbels, etc. etc. ANTON HUF Jr., Kalverstraat 200. Dr. JAEOER's Orig. Norm. Wolartikeleu, K. F. DEUSCHLE-BENGER, Kalverstraat 157, Amsterdam. Eenige specialiteit in deze artikelen in Nederland. ROELOF O Kalferstraatl.il . Groote \J Bil 'OELOF KalTerslraatKo.ll flroote sorteeriug. :ijk(! l'rijzen. ITROEN Fabrieken Magazijn VAN Jnweeleu, Gouden /llverwerken en Horloges. La Maison VVK, W. VAN DER HULST, Fournisseur de la Cour, a Fhonneiir d'informer son honorable clientèle qu'elle a re<;u un choix considérable d'objets riches, légants et artistiques pour cadeaux; elle sollicite vivement Phonneur d'nne visite dans «es magasins. 67 KALVERSTRAA.T 67, AMSTERDAM. Kunstzaal^JPictura", Tentoonstelling eener fraaie collectie MODEENE SCHILDERIJEN. PKEYEE & Co., opvolgers van VAN PAPPELENDAM & SCHOUTEN.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl