De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1890 28 december pagina 4

28 december 1890 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

?«?staande zal te Parijs een a» gegeven worden in de ,-Bae Sochechouart 22. Het als hommage a la Hollande tngst zal ten voordeele van de tüptichapmj van weldadigheid te 4» Association des Artistes musi'strekken. Uitsluitend werken componisten zullen er door i worden uitgeroerd; het concert is (mentaal. Het programma zal later worden. hagen is deze week de bekende comels Wilhelm Gade overleden. Hij was in i; zijne Naclikliinge von Ossian, zijn «J zijn hier genoeg .bekend. Vele aers zullen zich herinneren hoe Gade wik persoonlijk eenige zijner werken gediri' l' San Carlo theater te Napels zal binnen * weken een nieuwe opera worden opgevoerd, |>. nifa zich veel goeds belooft. De jonge componist beeft weer uit Shakesondcrwerp genomen ; zijn opera heet heeft haar reeds aan Ricordi ver' heden heeft de jonge man piano koren, duo's en dergelijke gen naam ig Signor Van Westerhout, is dos van Hollandsche origine; hij tot correspondent van Daily News, dat ~ntën van Shakespeare's drama getrouw _ alleen, daar een groote opera tragisch n, neemt Imogen op het laatst vergif l heer Jac. de Vos is een Egmont-verschenen. De veitaler, evenzeer ervaren likker als letterkundige, koos de beweririh Göthe's meesterstuk door Schiller tooneel gearrangeerd werd. nnmmer van 1 Januari van Mr. Viotta's *"'"' * voor Muziek, orgaan der Wagner.._...?, bevat een artikel over het muziekaal Lorelei, van Hans Sommer, door Hugo ulus, en artikelen van de HH. J. L. de tfcroot. M. de Favauge en van Santen Kolff, |*o»er Wagner. het proces tegen Eyraud en Gabrielle BomF_ dat met de veroordeeling van Fyraud tot jf jtt|J Slood, en van Gabrielle tot 20 jarige gevan'"*raf eindigde, was het belangrijkst het ge'- van Dr. Liégeois, professor in medicina aan de geneeskundige faculteit te Nancy, deskundige omtrent het hypnotisme. Hij be'te het Hof dat hij wel een paar uren kon Ig- hebben om zyne inzichten uiteen te zeten haalde een artikel van de strafwet aan, "den rechter verbiedt een getuige het woord ?ontnemen. Zyne manier was een beetje te en wat provinciaal. Hij begon met te verdat hij enkel in het belang der waarheid en noch voor noch tegen de verdediging spreken, maar betuigde zijn eerbied voor procureur-generaal, die Frankrijk be,j van den militairen avonturier, die het i en begraven krijgsros van Arcola en Ma^ weder uit het graf had trachten op'ewekken." president van het hof h een deel van het t?-*Jgch publiek ramen deze zinspeling op Boulanger kwalijk op Dr. Liégeois verI» toen, hoe hy en Dr. Berr.heim door proebevonden hadden, dat hypnotische sujetten , worden beroofd van alle wilskracht. Hij een sujet, dat valsch getuigenis aflpgde suggestie, en een soldaat, die voortdurend t schyfschieten miste, maar gehypnotiseerd lerworpen aan den wil van zijn kapitein, de qyr^r- -Jt W de zes maal raakte. Prof.Liégeois had misiÈMienIngeblazen, welke de sujetten met alle kracht |Sï"tj|ïJ!tten ten uitvoer te brengen. Hy bewoog een 5»'tt|jijf om een dosis magnesia, welke deze voor vergif WWd, aan zijne tante toe te dienen, en een zoon Lv om op zQ'ne moeder een pistool dat, naar hij ""$; meende geladen was, af te vuren. De Parysche S school fvan Charcot) spreekt over deze misdaden als ;S ?éa"ad tegen de wetenschap, maar de professor j:;.; hield vol, dat misdadige feiten in een overgroot fe aantal gevallen hun oorsprong hadden in de herhaalde suggesties van slechte menschen. i ; < Een priester was onder den invloed geweest van 'i 'lètt vriend van den professor en deze had hem iOgesinggereerd, de hostiekas van het altaar van eene ; kerk te stelen. De priester, ofschoon vroom en i eerlyk, was de heiligschennende daad gaan bedrijven. ':; BEn ander sujet was een jong soldaat, dien men deed ;:' gelooven dat hy tot luitenant was bevorderd, en dat v 3)8 vrouw van zijn kolonel op hem verliefd was. ^Hg schreef haar hartstochtelijke minnebrieven, en 1 «as in ernstige moeielijkheden geraakt, toen men n kolonel inlichtte, dat de soldaat onder sug gestie gebracht was in het hospitaal waar hij ver pleegd werd. Professor Liégeois beschreef toen een zonderling geval van de macht der hypnotische suggestie op een pharmaceutisch chemicus; de reeds meer ver melde proef der vesicatie. Men bracht hem in hypnotischen slaap, en deed hem gelooven dat er ' «en trekpleister op zijne dij gelegd werd; tot de verbazing der proefnemers, onder welke professor Liégeois, werd de huid r p de plek waar de pa tiënt meende dat een pleister lag, rood, trok toen een blaar, en de patiënt schreeuwde dat men den trekpleister er af zou nemen. Na tal van voorbeelden aangehaald te hebben, sprak Liégeois ook over Gabrielle Bompard; hij oèrdeelde haar niet alleen vatbaar om gehypnoti seerd te worden, maar wist dat zij vaak snjette ,. was geweest. Daardoor waren haar wilskracht en .zedelijk weerstandvermogen zoo goed als nul. Znlk een persoon was als een schip zonder roer, zeide hij, dat dreef met alle winden stroom. Haar instincten en de wil van haar beheerscher be| staarden haar. Als de wil van haren meester . a '-'? "'i6*ei*»"-"';":kw|è/": Sü* z^j volkomen weerloos. Er was niet de geringste reden.om niet aan te nemen, dat Eyraud, totdat z$j verliefd werd op Garanger, haar despotieke meester wan. Dr. Sacreste had verklaard, dat hij haar dikwijls in hypnotischen slaap gebiacht had, tweemaal om zeer pijnlijke operatiën op haar te volbrengen, en gedurende de operatie was zij in 't geheel niet ontwaakt. Verscheidene anderen hadden haar ook gehypnotiseerd; Garanger ook. Zy was ook in de gevangenis gehypnotiseerd, maar dr. Voisin wilde niet zeggen, wat daar gebeurd is. In handen van een vastberaden schurk zou zij, naar Liégeois' uitdrukking, als eene pijl in de hand van een reus zij n. Dr. Brouardel werd nu geroepen; hy gaf de feiten, door Liégeois vermeld, toe, maar niet diens conclusies met betrekking tot Gabrielle Bompard, die hy alleen als de slavin van haar eigen booze instincten beschouwde. Dr. Ballet oordeelde desgely'ks; dr. Danet, sprekende voor de civiele party, de familie Gonffé, opponeerde tegen Liégeois. Den volgenden dag hernam Liégeois het woord, en stelde voor, dat Gabrielle door mesmerieken invloed in slaap zou gebracht worden, ten einde haar herinneringsvermogen weer op te wekken, ten opzichte van de feiten, die op het oogenblik van het volbrengen van den moord waren geschied. De getuige wees er op, dat volgens de acte van beschuldiging Eyraud Gabrielle niet in slaap had kunnen brengen, en toch was zij vat baar geweest voor den hypnotischen invloed van Garanger. In mesmerieken slaap toch had zij hem de bijzonderheden van den moord medege deeld. H.eruit volgt," zeide prof. Liégëms, dat indien mijne theorie juist is, Gabrielle Bompard op nieuw moet gehypnotiseerd worden, om haar herinneringsvermogen te verlevendigen omtrent de feiten, die zij wakend vergeet Wat mij betreft, als ik een der juryleden was in dit proces en dacht aan vroegere dwalingen der justitie, zou ik liever mijn hand afbouwen, dan tegen Gabrielle Bompard het schuldig uit te spreken." De sensatie, door deze opmerking onder het auditorium te weeg gebracht, was zeer groot; toen zy opgehouden had, vroeg de procureur-generaal, door welk wetenschappelijk middel men kon be palen, of de hypnotische slaap echt of voorgewend is. Piof.L:égeois antwoordde, dat het sujet, werkelijk in slaap gebracht, speldcprikken op alle deelen van het lichaam kon verdragen, zonder eenig teeken van gevoeligheid te geven. De rechters verwijderden zich om te beraad slagen of men deze proef zou neinen, maar keer den na eenige minuten terug, niet de verklaring dat er geen reden was om dit voorstel op te volgen. Men kan zich, nu eenmaal het getuigenis om trent het hypnotisme in de debatten was opgeno men, niet goed begrijpen, dat de logische gevolg trekking ervan niet door het Hof werd toegestaan, en ook niet dat de pers, anders wakkerder, voor een groot deel het Hof gelijk schijnt te geven. De veroordeeling toch van Gabrielle heeft, uil het oogpunt van den yeroepen deskundige beschouwd, veel van een justitiëtle dwaling. Wetenschap. JOHANN ORTH. Het wordt steeds waarschijnlijker, dat de scheepbkapitein Johann Orth op zijne reis van Ensenada in Argentinië, om Kaap Hoorn, naar Valparaiso het offer geworden is der oikanm, die van 't laatst van Juli, negentien dagen lang de Zuidpunt van het Arnerikaanscbe vasteland b>bbën geteisterd. De meening, dat de Nanta Margareta door storm beschadigd, een haven der Falklandr-eilauden <f van den AlYgelhaensarchip< l binnengeloopen kon zijn, wordt door trvaren zeelieden als niet zeer waarschijnlijk be streden. Elk dezer plaatsen, hoe verwijderd zij ook van het wereldverkeer ware gelegen, had den kapitein van het vaartuig wel de mogelijkheid aangeboden, sedrrt dien tijd eenige melding over zijn avonturen Europa te doen bereiken. In den tijd van 10?20 Juli heeft Johann Oith Ensenada verlaten, nadat de Dalmatii-che kapitein Simcich, een ervaren zeeman, de eigen lijke kommandatjt van de Santa Margareta, zich wegens zükte had moeten laten aan land zetten. De afstand van Ei,senada, een havenstad dicht tij Buenos-A yres aan den mond der Laplata gelegen, naar Valparaiso bedraagt ongeveer 7000 zeeni ijlen. De tijd, dien een zeil-chip noodig heeft, om deze Ier gte af te leggen, kan met het oog op de moeielijkheid der passage en de zelfs in normale omstandigheden. bijna bestendig ongunstige weersgesteldheid, slechts onzeker berekend worden. Maar sedert den 20sten Juli zijn ongeveer 150 da gen verstreken, en dit tijdsierloop overtreft de langste vaarten, waarvan men weet, om de Vuurlands-route zoo aanzienlijk, dat de vrienden en vereerders voor de door zijne lotgevallen zoowel als door zijne persoonlijkheid merkwaardigen man, helaas, maar al te gegronde reden hebben om Johann Orth als een doode te beschouwen. Aartshertog Johann, geboren te Florence op den 25sten November 1852, was de jongste van de vijf kinderen van den groothertog Leopold II van Toscane, die ten gunste van zijn oudsten zoon Ferdicand op den 21sten Juli 1859 van zijne kroon afstand gedaan heeft. Na de onmid dellijk daarop gevolgde vervallenverklaring van het huis Lotbaiingea en de aansluiting van Tos cane aan het koninkrijk Sardinië, nam de groot hertoglijke familie haar vaste woonplaats in Oos tenrijk. Leopold II stierf in 1870, zijne gemalin, groothertogin Antonia, de grijze moeder \au Johann Orth, woont te Orth bij Gmunden in Opper-Oostenrijk, en bevindt zich thans in haar 76ste levensjaar. Den groothertogstitel voert de oudste der broeders, Ferdinaud IV, die te Salzburg woont. Van de twee zusters, Maria Isabella en Maria Louisa, is de eene getrouwd met den graaf van Trapati en de andere met vorst Karel van Isenburg?Birstein. Van een anderen broe der, aartshertog Karel Salvator, is niets meer te zeggen, dan dat hij de vader van aartshertog Franz Salvator is, die korten tijd geleden niet aartshertogin Marie Valerie getrouwd is, de jong «tédoebter van eiter Frans' Jozef. Dés t belangrijker k de persooi-ljjkheid van den derden broeder, aartshertog Ludwig Salvator, die als schryver van een aantal naar verdienste geschatte ethnographische werken bekend is en ver van het hof, te Ziudis bij Triest, of te Pal m a op Mallorca voor zijn wetenschappelijke werken leeft. Aartshertog Jobann ontvii g te Weeoen zijne opleiding en trad, na de voltooiing daarvan, in een bataillon jagers, daarna in een artillerie regiment. Van uit zijn garnizoensplaats te Galicië, deed de 23-jarige eerste luitenant in het jaar 1875 zijn eerste geschrift verschijnen, waarmede de opei-bare meeuing zich meer bad bezig te houden, dan dit gewoonlijk het geval is ten op zichte van de militaire vakgeschriften. Htt werk voerde den titel: Beschouwingen over de orga nisatie der Oosten-r yksehe artillerie, en bevatte een reeks van polemir cbe opmerkingen over bet Pruisische leger en de Pruisische politiek, welke groot <>pzien baarden en niet zonder tegenspraak bleven. In het jaar 1876 werd aartshertog Johann majoor en regiments-kommandant te Komorn, in 1878 gerieraal-majoor en brigade-kommandantte Weeten en voerde in hetzelfde jaar het opptrbevel over een brigade van bet bezettingsleger in Bosnië; in 1879 werd hij veldmaarschalk luite nant en divisie-kommandant te Pressburg en in 1883 werd hem bet opperbevel over de 3e divisie te Linz toevertrouwd. De benoeming tot dien laatsten post werd toen ter tijd algemeen als een soort van strafverplaatsing opgevat, want reeds toen was het bij de intiemere kringen der bevolking van \Veenen geen geheim meer, dat ernstige geschillen de betrekkingen tusschen den aartshertog en het OosteMijksche hof losser gemaakt hadden. Men zal zich iiiet veel vergissen H!H men de oorzaken dier geschillen eenvoudig tot bet feit terugbrengt, dat in den aartshertog een overmaat van kracht, gedachte en karakter te vinden was, die zich kwalijk liet o vereen brengen met de gelegenheid, eenen prins van het buis Habsburg door de on verstoorbare traditie geboden, om voor zijn persoon bezigheid te vkden. Was deze in de klingen der aartshertogen zoo zeldzaam voorkomende zelfstandigheid eenmaal aanwe/ig, dan was ook iedere aanleiding vol doende, om de oi.guLSiige stemming van het hof tegen den prins op te wekken en wakker te hou den. lu een veelbesproken geschrift, Drül odcr Erzieliimg, dat in het jaar 1883 verse):een, heeft de aartshertog Johann de werktuigelijke dres suur van den soldaat, iu tegenoverstelling van een wel overlegd en vers anliger systeem, met alle kracht afgekeurd. De keus tus-chen twee oplt'idingsmethoden geldt echter alleen voor le gers, niet voor vorsceuhuizen. Hier is ongetuijfeld de Drül van kracht, waaraan al hunne verwanten zich zwijgend te onderwerpen hebben. D n aartsheitog JobaLn was fcet niet gegeven, afotand te doen ran het recht, uit te spr- keu hetgeen hem waar, levendig, zelfstandig en mis schien ook grootsch iti hem wa-, en door deze wanverhouding tus-chen de wenschen en pogingen van een krachtvolle natuur en de strakke eigenen van de hoofsche noodzakelijkheid leed allereerst de militaire loopbaan van den prins schipbreuk. Had men reeds het opstellen van zijn geschrif ten met ongenoegen nagegaan - het war<-n niet alleen wetenschappelijke vakwerken waarmede de prins zich bezig laeld, hij was ook muziek liefhebber en componist, en in de Weener hofopera werd een ballet van hem, Die Assassincr opgevoerd men nam het hem ook bijzon tier kwalijk, dat bij van tijd tot tijd door onge wone ondernemingen de openbare opmerkzaam heid en deelneming op zijn persoon richtte. Het is bekend, hoe hij met kroonprins Rudolf, die zich met hem misschien in het gevoel van ge lijk isolement tot een warmen vriendschapsbond had vereenigd, den spiritist Bastiaan had ontma^keid. Hij gaf verslag van dit voorval in een geschrift Einblivk in den Spirüisnms, dat weldra vijf edities beleefde. Een volgende maal legde hij de vaart van Linz naar Weenen over den hoogst gevaarlijken Greiuerstrudel in een zoogenaamden »Seelent.'anker" jif, een bootjp, dat juist voor n per soon plaats biedt, en waai in zich voor zulk een reis slechts een man van de grootste onver schrokkenheid zal wagen. Zulke en dergelijke voorvallen bezorgden den pritis een populari teit, waarop een jonger lid van een regeerend huis geen aanspraak schijnt te mogen maken. Toen zich eindelijk aartshertog Johann tot ver grijpen tegen de müitaiie discipline liet verleiden er wordt gezegd, dat hij eens zonder ver gunning van Linz naar Londen gereisd was toen hij verder in de Bulgaarsche quaeatie ten gunste van prins Ferdinand van Coburg een ijver vertoonde, welke naar de meening der hof kringen de politieke betrekkingen tusschen Oos tenrijk en Rusland bedreigde, verwijdde zich de kloof tusschen hem en het Weener hof zoodanig, dat men hem in het jaar 1887 eenvoudig zijn ontslag thuis zond, ongeveer in denzelfden tijd waarin aartshertog Albrecht, naar aanleiding der manoeuvres in Hongarije, de militaire eigen schappen en verdiensten van zijn neef, den aarts hertog Friedrich, met geheel ongewone warmte openlijk geroemd had. Hoe aartshertog Johann terstond met mannelijke vastberadenheid aan het werk ging om de gouden ketenen geheel af te werpen, en een vrij burger te worden; hoe hij te Fiume het examen als scheepskapitein met glans aflegde; hoe hij in November van het vorige jaar van alle voorrechten van zijn stand afstand deed; hoe hij, die als burgerman gemak kelijk van zijn vermogen had kui;uen leven, den zegen van den arbeid en de gevaren der zee zocht, het is alles bekend ; maar niemand zal kunnen tegenspreken, dat een man, die zich be kwaam getoond had, veranderingen, welke gelijk deze de hoogten en diepten van het leven aan raken, niet slechts te verdragen, maar zelfs te voorschijn te roepen, niet tot de alledaagsche menschen gerekend mag worden. Aartshertog Johann, van geboorle een prins; maakte veel meer van zich, dan dit bloote toeval voor hem gedaan had, een man, eene persoonlijkheid, een karakter. Nevens alle uit muntende eigenschappen was in hem een trek van grootmoedightid, die zich boven kleingeestige gevoeligheden verheven gevoelde. Toen de aarts- j 'iaéitog z$n eerste militaire gescbr&t uw uitge geven, verscheen terstond daarop «en tegeogeschrifi, dat den vorstelijken schrijver scherp aan viel. Als vervaardiger wetd een Oosttmijktch staf officier aangewezen, majoor Menrad v. Laabfl, van de artillerie. Deze kreeg terstond zijn ont slag zonder pensioen, en w«s dien tengevolge ge noodzaakt,'zich, reeds op jan n, onder zeer moeielijke omstandigheden, een nieuwe loopbaan te kiezen. De aartshertog kreeg van h«-t lot van zgn tegenttander juist kennis in den tijd, toen er sprake van was aan p>ins Ferdinand van Coburg eenige onvoorwaardelijk betrouwbare personen op zijn Argonautentocht naar Sofia mede te ge een. Hij richite de opmerkzaamheid van den prins en diens moeder op v. Laaba; prins Ferdinand nam dezen in zijnen dienst, Kaakte hem totgeheimraad en chef van zijn civiel kabinet, en lot zijn dood, die in het vorige jaar gevolgd is, heeft Menrad v. Laaba het vertrouwen, dat zijn be schermer in hem stelde, in de volste ma'e ge rechtvaardigd. Deze trek van zelfverloochening spreekt nog duidelijker voor h*t gemoed en de gezindheid van den prins, dan het woordemy'kst grafschrift zou kunnen doen. Htbben zich de golven van den oceaan werkelijk over den koe nen zeevjtarder gesloten, dan zal dit tragisch vooiV!>1 het medegevoel van allen wekken, die voor den kamp en het lijden van fen strijdbaar manneihait, in welke borst het ook slüat, een ontvankelijk gemoed vrij van vooroordce'en bezitten. DUELS. Jules Simon geeft in Le Temps een geestige fantazie over de duels der tegenwoordige Fransche journalisten. A!s ik de eer had, mijnheer Alphonse Dandet te kennen hij zal zeker vinden dat ik, als on sterfelijke", geen recht heb op die eer, en toch ben ik dat in alle opzichten zoo weinig, dat ik, als ik hem eens ergens ontmoette, met succes ver zachtende omstandigheden zou pleiten, als ik hem dan ontmoette, zou ik hem te voet vallen om van hem te verkrijgen dat hij een Tartarin a la recherche .... van een tegenpartij gaf. Tocri, een Tartarin zon het niet zijn; aan een meesterwerk moet men niet meer raken; de pers en het parlement zouden hem een nieuwen held bezorgen voor een nieuw epos. Hij zou ons de beide tegenstanders doen zien, in mantels gehuld, het hcotd in een bonten pet met oorlappen ver borgen, naar de Gare du Nord voortsluipend, terwijl hun secondanten er op gelijke wijs, langs'ardercpaden, heen tijgen. Aan het station wordt Lun, in plaats van door een conducteur, door eui glimlachend reporter het portier geopend. Alle wa gons zijn gevuld met gezichten die bun toelachen en vriendelijk aankijken. Te Brussel stappen zij af, te midden van een werkelijk leger, neen van drie legers. Het leger toch der Belgische re porters is er bij gekomen, en dan nog het eigenlijke Belgische leger, door de gendarmerie vertegen woordigd, wier brigades van station tot stalion den stoet zijn komen versterken. _De beide tegenstanders hebben ieder eenander hotel uitgekozen om er den nacht door (e brengen. De eenige kamers die nog over zijn zijn die' welke zij besteld hebben. Als zij bellen om eene verversching, houdt een Parijsch reporter hun het presenteerblad voor, en een Belgisch reporter volgt hen met het servet. Zij wisselen briefjes oin een andere plaats van bijeenkomst te bepalen en ds politie van het spoor te helpen; een uur later staan hun briefjes voluit afgedrukt in de avondbladen. De redacties hebben gezorgd er eene noot aan toe to voegen: Wanneer in den loop van den nacht nog een derde plaats van bijeen komst bepaald werd, zijn al onze maatregelen genomen om morgen vroeg een extra-bijvoegtel te laten verschijnen". Te Mechelen, waar e< n groot krnisstalion is, ver anderen zij hun reisrou'ë, zonder er iets bij te winnen, want alle vertrekkende treinen zijn vooruit bezet met reporters en gendarmen. Zij zenden een telegram naar Leuven, orn or vooruit alle paarden en alle wagens, op veeren of niet, aitehurcn. Wij zullen elkaar dan maar midden in het veld ombrengen; zij kunnen ons dan naloopen, als hun dat lust." Maar zij hebben buiten de 'ont dekkingen der wetenschap gerekend. De_ gehcele bevolking is aan hét staüon, op vclocipèdes gezeten. Door deze droevige ervaring wijzer geworden, huren zij te Spa n rijtuigen n vélocipédes ai'; maar zij ontmoeten er de gen darmerie te paard. Zij rijden naar Holland, maar dat is evengoed bewaakt als België. Eindelijk, het worstelen moede, slaan zij een dwarspad in. Vier pistoolschoten wisselen, 'moet dat dan zoo lang duren? Nauwelijks hebben zij het kistje geopend en de passen afgeteld, of daar komt de gendarmerie. Op heeter daad!"roepen de gendarmes. Bravo, gendarmes!'1 roept de kring van reporters, die alleen de feiten zien, en geen opinie of vaderland hebben. Men zet beleefdelijk de twee strijders en de vier seci ndanten in. een stevige cellulaire gevangenis. De dokter zelfs, of hij zich ook al het roode kruis van Gerieve om den arm bindt, wordt ingepakt. Hoe moeten ze daaruit komen ? En hoe moet Belgiëdaaruit komen ? Is het een geval voor uit levering ? Mijnheer Ribot, de prins de Chimay en al de er-om-heen-pratings-miriisteriën" van Europa zijn in rep en roer; want, toch, de triple-alliantie. . . Men besluit eindelijk hen maar eenvoudig buiten de deur te zetten. Zij komen platzak bij de kamer terug, waar iedereen hen uitlacht. Niemand kan zoo als Alphonse Daudet die historie behoorlijk in orde maken, en zorgen dat de beide kampioenen nooit meer kunnen praten over mijne eer", do zorg voor mijn waardigheid", de voldoening waarop ik recht heb", zonder iedereen te zien schateren. En, mijnheer, als dat er bij u iets toe doet, wees dan zoo goed wel optemerken, hoeveel moreelcr dit verhaal is, dan Tartarin; want Tartarin. amuseert ons zeker enorm, maar hij doot niet an ders, hij zal niemand genoeg doen krijgen van het jagen ; men zal blijven jagen zoolang er nog patrijzen zijn, dus nog een jaar of tien. Maar wat een eer voor u, en wat een geluk voor ons, als u ons van_de duelleerders kondt verlossen, door ze belachelijk te maken!"

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl