De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1891 18 januari pagina 5

18 januari 1891 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. HERMENGARDE door JULES LEMAITBB. De burggraaf de Bonnereuil, een oud edelman, onbeduidend maar verbitterd, en de burggravin, droefgeestig en vroom, hadden drie dochters; de oudste, Hermengarde, schoon en trotsch; de twee jongsten, Anne en Catherine, grappig en levendig. Zjj bekleedden by hunne neven, de Signerols, de droevige positie van arme bloedverwanten. Arme bloedverwanten, het ras is niét vreemd in de voorstad Saint-öermain, in die wereld waar de fortuinen onverbiddelyk eiken dag afnemen, maar zich zelden herstellen, anders dan door hu?welyken met de bankierswereld of de industrie, huwelyken waarvan men, zeer zeker, bijna niet meer kan zeggen, dat zij eene uitzondering zijn, maar die toch nog niet geheel den regel vormen. De geheele familie slooide zich uit om den lastigen burggraaf, zijne vrouw en zijne dochters, zoo goed en zoo kwaad als het ging, in het leven te houden. De markies de Signerol had hun in zyn oud hotel in de rue Saint-Dominique (het klas sieke hotel, achter een voorplein, met groot bor des, steenen trap en hooge vensters), een appar tement aangeboden, op de zolderverdieping, maar toch nog heel behoorlyk en zelfs vrij voornaam, een appartement voor een jongeren zoon. Bij ver schafte hun bovendien vuur en licht. De markiezin liet elk seizoen de drie zusters in de kleeren ste ken ; andere bloedverwanten gaven aan de meis jes op haar verjaardag eenige bankbiljetjes van honderd voor haar toilet en haar kleine uitgaven, en dan waren er nog andere geringe voordeel tjes, want de Bonnereuils waren een beetje vraagachtig. Oh! vraagachtig met een buitengewone waardigheid, gelijk lieden die zich bewustzijn, dat de deftigheid van hun uitwendig leven van belang was voor de geheele voorstad, en die de band uit staken in naam van een beginsel. Zij leefden dus van hunne vijfduizend francs rente, vermeer derd met minstens evenveel aan emolumenten, ten slotte vrij gemakkelijk, maar kregel en ver beten, met een air van protest en altoos ontevre den gezichten. * * Want aan krenkingen is nooit gebrek als men ze zoekt. Zy leden door allerlei, vooral door de weelde en de grootscheeptche levenswijs van hun rijke neven. De Signerols waren heel goed voor hen en noodigden hen op alle intieme diners en op de meeste groote soirees. Maar de drie zusters kon den daar niet zoo dikwijls nieuwe toiletten vertoonen als noodig zou geweest zijn; en dat stemde hen bitter. Als zij van een uitstapje te voet terug kwamen, en het was visite-uur, vulde de rij der eqnipages aan de deur van het hotel en in het monumentale trappenhuis, het ontmoeten van al de elegante vrouwen, gekleed zooals zij het nooit zouden zijn, en waar zij toch voor geboren waren, hun hart met wrevel en somberheid. Soms stelde de markiezin, meenende haar genoegen te doen, den landauer tot hare beschikking om er mee in het bosch te gaan rijden, met de kleine Signerols een paar Bob's met bruine kuiten en groote witte kragen en dan hadden de drie zusters eenigszins de vrees voor gouvernantes ge houden te worc'en. Kortom, iedere vriendelijkheid ?van hun neven had tot eenig resultaat, dat haar hare positie als arme bloedverwanten in herinne ring werd gebracht Voeg daarby, dat zij, thuis gekomen} het kwaad humeur van baar vader te verdragen hadden. Door voortdurende toespelingen, door zijn minste gebaren, door zijn gansche manier van doen, verweet hij haar, dat zij geen jongens waren. De geboorte van die drie dochters op een rij was hem een driedubbele teleurstelling geweest en hem als een driedubbele ramp voorgekomen. Een zoon! had hy maar een zoon gehad! Hij geneerde zich niet om het voor de meisjes te bekennen, een Schaakspel. ?3* Jaargang. 18 Januari 1891. Redacteur: RUD. LOMAN, te Londen. Adres : Mira Lodge, 49 Deronda Road, Herne Hill, Londen (S. E.) Eindspel, (auteur onbekend). ZWART 2 stukken. a b c d e f g 3 stukken. Wit: K.g2 D.h5 P dl. Zwart: K.c4 D.fG. Wit begint en wint na 5 zetten de koningin. Bovenstaande opgave is een der moeielijkste vraagstukken op schaakgebied. Wij zien daarom met verlangen goede oplossingen tegemoet. Goede oplossingen ontvingen wij van Xo. 57 (Pospisil) van W. v. II. te Delft en P. A. Termos te Rotterdam. Van probleem Cohen van W. v. II. te D. en A. A. Toose te liaarn. Van No. 58 (Dobrusky) van F. A. Termos te R. Oplossing van probleem No. 58. l T.h4, K.d4 : 2 P.d5: -j- enz. Ke4 2 Dg3! K.fiJ 2 D.e2 f met meer varianten. zoon had hen allen uit de ellende gered. Een zoon had zeker geen moeite gehad om een voordeelige mesalliance aan te gaan, om in de bankierswe reld of den handel een ryke erfgename te vinden; zyn naam duur te verkoopen, daar zoo iets te genwoordig toch te verkoopen is, en men zelfs den koopers er nog een groote eer mee aandoet. Maar wat te doen met drie meisjes zonder bruid schat alleen er drie oude vrijsters of er drie nonnen van te maken. * De oudste der freules Bonnereuil, Hermengarde, was langzamerhand doordrongen geworden van de waarheid van deze gezegden. Zij begreep dat ze juist en billijk waren. Het was een energiek meisje, een trotsche, donkere schoonheid, vol lust om in het leven te byten en er van te genieten, om er van te nemen wat zij er maar van krijgen kon. In haar scheen, onder al de gratie van het welop gevoede, kiesch bewaakte meisje en het zeer dunne vernis van eene opvoeding bij de zusters van het H. Hart, het strijdlustige, ruwe, wilde vuur te herleven van haar oudste voorvaderen, de kruis ridders. Haar armoede stuitte haar tegen de borst; wat is een naam zonder meer ? Was de ware edelman niet in den beginne degene die wist te nemen en te behouden ? Indien een naam een koopwaar is, waarom zou zij den haren dan niet verkoopen? De naam der vrouw wordt toch zoo geleidelijk bij dien van den man gevoegd. Waar om zou zij niet de voordeelen verkoopen van haar geboorte, haar familiebetrekkingen, haar relatiën? Zeer zeker was het aan den man brongen van dat alles veel moeilijker voor een meisje dan voor een jongen. Maar wat was er verloren met het zoeken er naar? En zy zocht. * * & Omstreeks dienzelfden tijd was Ernest Foussard, die uiterst moderne man van zaken, dien geheel Pary's kent, eigenaar van een suikerraffinaderij, van twee fabrieken van beenzwart, van drie dag bladen en vier cafés concerts, tot de bevinding gekomen, bij het opmaken van zijn balans, dat hij zijn twintigste millioen bijeen had. Vroe ger getrouwd met een gewezen huishoudster in een hotel-pension, die wat overgelegd had, en op nog jeugdigen leeftijd weduwnaar geworden, had hij er eerst niet over gedacht te hertrouwen, mee nend dat een ongetrouwd man, jongmensch of weduwnaar, wat vrijer is in zijti betrekkingen tot alle vrouwen. Maar nu zijn fortuin gemaakt was, nu hij alles had wat hij begeerde, een hotel te Parijs, een schilderijenkabinet, een historisch ka steel buiten, nu hij door de conservatieven bij de laatste verkiezingen tot afgevaardigde benoemd was, en nu ook naar de vijftig liep kwam hij op het denkbeeld een vrouw te trouwen, die hem het eenige kon aanbrengen wat hem ontbrak: een mooien naam, om dien (met autorisatie van den Raad van State) achter den naam Foussard te voegen. Vroeger of later kon hij dan, na een beetje moeite, dat voorzag hij wel en dat billijkte hij ook bijna, zijn entree in die geheimzinnige ontoe gankelijke wereld maken, den Faubourg." En hij ging aan het zoeken. * Al zoekend dan, vorden zij elkander, Hermengarde de Bonnereuil en Ernest Foussard. Het was eerst op een fancy-fair voor een lief dadig doel. Hij betaalde haar duizend francs voor een paar manchetknoopen. Hij had voorat iriformatiën genomen en wist dat dat mooie meisje niets bezat dan haar grooten naam en groote oogen. Eenige dagen later zond hij de mooie verkoop ster vijfhonderd kilo suiker en een enorm pak kleeren en garen en band voor haar armen." De burggraaf schreef hem een brief, om hem te bedanken. De volgende week maakte Foussard brutaal weg een visite bij de Bonnereuil's. Hij werd ontvangen en zag Ilermengarde weer. CORRESPONDENTIE. F. A. T. te R. Indien u zeker wilt zijn dat uw oplossingen tijdig vermeld worden, dient u deze 's Maandags te verzenden. In het Lloydsche probleem moet het paard wel degelijk op e2 staan. De oplossing werd in een vroeger nummer vermeld. ZESDE MATCH PARTIJ. Koninginne gambiet. Wit. J. Guusberg. d4 d5 e3 c6 L.d3 c5 ! b3 P c6 P f3 P.f6 o-o L.d7 L.b3 T.c8 Zw. staat thans zeer gunstig; hij dreigt o. a. edl: gevolgd duor P.b4. 8 c3 ! ?>. Witis tot dozen slechte» zet genoodzaakt om aan liet dreigend gevaar te ontkomen. 8 .... L.dG 'J l'.b(12 e5! .... Deze avance werd in vorige partijen met -succes door Gunsberg aangewend. Steinitz maakt zich de les ten nutte. 10 de5: Pof.: 11 P.e5: Lo5: 32 IM3 L.bS 13 h3? Tot nog toe is alles spiegelgovecht. Do be drevenheid der beide meesters in het vermij den van zwakke punten komt in de/e partij dui delijk uit. De zet h3 is echter uit een strategisch oogpunt een fout;'t ver zwakt onnoodig den Koningsvleugel en door dit tijdverlies wint zw. met zijn volgenden zet terrein. Zwart. W. Steinitz. 13 .... c-4! 14 L.c.2 oo 15 D.d4 T.e8 16 T.adl b5 17 1.4 I).c7 Steinitz beweert dat door den slechten stand van L.b2 de partij van dit oogenblik voor zw. gewonnen staat. 18 T.iel 'i Een onnutte zet. D.h-l was oneindig beter, 18 .... T.e7 19 K .f l G is bevreesd voor een aanval op zijn paard, liet eenige stuk dat liet zwakke punt h2 be schermt. Steinitz houdt T.d2 en daarna L.d t voor betere beschutiing. l i) 20 21 9-i T. (14 T.edl Wij T.cc8 IUK; I) c.6 L.c5?: staan over zulk een' lliis/ct van S. verbaasd. De z\v. stelling i.s echter zoo sterk, dat zwart bet verlies van een pion wel kan velen. 23 T.d5: L.b8 .... De toren kon natuurlijk wegvns mat in 2 zetten niet genomen worden. 24 a4 a(i 25 a5 h(J 2<3 T.d4 Wij verkiezen T.d2. Hij maakte een tweede visite. Ik zal het kort maken. *** Ernest Foussard en Hermengarde hadden elkaar met den eersten oogopslag geraden. Zij begrepen elkander en speelden beiden met voldoende be scheidenheid en ernst de gepaste komedie. Foussard beviel den burggraaf wel door zy'n. zuiver monarchale beginselen en bekoorde de burg gravin door zijn zuiver godsdienstige gevoelens. Na drie maanden waagde hij zijn aanzoek. De burggraaf was vol waardigheid. Mijnheer"' zeide hij, het spijt mij, dat u zoo onvoorzichtig zijt geweest een wensch te uiten, dien onze beginselen ons verplichten formeel af te slaan. Het spijt mij, zeg ik, want ik had sym pathie voor n." Wil mij althans," antwoordde Foussard, n genoegen doen. Stel freule Hermengarde in kennis met mijn aanzoek. Als zij ook weigert, zal mij dat innig verdriet doen, maar dan zal ik ook zeker zijn, dat er geen hoop overblijft, en mij dunkt ik zal dan meer geestkracht hebben om mijn nood lottige liefde te boven te komen. En het denk beeld zal mij steunen, dat ik haar en haar alleen gehoorzaam...." Mijnheer," zeide de burggraaf, u zijt een edelman in het hart; uw woorden doen genoeg de kieschheid van uw gevoelens blijken." ^ * * Toen de burggraaf haar Foussard's aanzoek mededeelde, zeide Hermengarde eenvoudig: Eindelijk!'' Toen voegde zij er bij : Wat zullen de Signerol's een gezichten zetten!" Je neemt het dus aan?'1 vroeg de vader. Of ik het aanneem! Ik heb genoeg van de ellende; en verder, laat ons eens redeneeren. Zijn niet, van 't jaar nog, onze neef Sillery, de kleine prins de Castelfidardo en de oude graaf d'Arthenay ieder met eene jodin getrouwd V" Dat komt niet overeen uit," zeide de moeder. Eh," hernam Hermengarde, mijnheer Foussard kan van den Paus een gravenkroon krijgen zoodra hij maar wil. En als hij lust heeft zal hij wettig Foussard de Bounerouil heeten, om later Foussard weg te laten, voor verkorting, en voor het gemak in het gesprek. Dat alles weet u evengoed als ik." n als ik mijn toestemming weiger V" zeide de burggraaf. Ik ben twee en twintig, lieve papa. Ik zal u zachtkens dwingen, en ik ken u, u houdt zoo veel van uw dochter, dat u den moed niet zult hebben, om boos op haar te blijven." Kind,ik verwonder me en bedroef me over je." * * * En ge spreekt niet als een meisje uit uw kringen," zeide de burggravin. Dit alles belette niet, dat Je burggraaf aan Ernest Foussard schreef: Mijnheer, het is mijn plicht, u mede te deelen, dat, tot mijn groote verwondering, mijn dochter uw aanzoek gunstig heeft opgenomen. Ik beken, dat ik met alle kracht haar besluit heb bestreden. Maar de gevoelens, die u haar hebt weten in te boezemen, zijn van dien aard, dat zij zich b"reid verklaard heeft om zelfs, zoo noortig, tot eene acte van eerbied" haren toevlucht te nemen. Dat is de toestand. Laat, wat ik u bidden mag, een zwaar beproefd vader den tijd om zijne gedachten te verzamelen." * * Toen de burggraaf aan de Signerol1 s vertelde, welken stap Foussard gedaan had, en wat Iler mengarde had geantwoord, voeren de markies en de markiezin ter dege uit. Zij verklaarden, dat het denkbeeld alleen van zulk een huwelijk een edelman met afschuw moest vervullen. De burggraai was het met hen eens, maar toen gingen zij te ver; zij verzekerden dat zij niet zouden 26 .... D.b7 27 P.el De partij werd hier afgebroken. G gebruikte 35 minuten voor hij zijn 27e zet opschreef en in een ver/egeld couvert aan het comitéoverhan digde. Men verwachtte algemeen dat G met zijn pion voordeel d« partij zou winnen, rekende er echter niet op dat hij zoo lang over den zet zou nadenken waardoor hij later in groote tijdverlegenheid moest ge raken. 27 ... Le5 28 T.d4-d2 L c7 29 T.e2 T.e5 Zw. iaat zijn zw-aar ge schut aanrukken en be stookt den vijand van alle kanten. 3(1 t;; Wit moet een pion opofferen , daar zwart dreigde de koningin te vangen of anders mat in 5 zetten 30 . . . 31 Te3: 32 L cl T.e3 : T e3 : T.e.r> is sterker . .... Dit is sterker dan den pion c3 te nemen, waarna wit met L. 1)2 of wellicht L. hu: goed komt te staan. 33 34 35 36 37 38 39 IU2 L.e3 D.d2 L d4 L.f2 L bl P.c2 ? ? D c6 T.e8 D.e6 P h5 LcO: D ef) ! Deze foutzot is toe ie schrijven aan groote tijdverlegonheid ; wit had voor de laatste zetten teen oogenblik bcdcnk40 41 42 43 44 D.d7 I'.gl L.12 Kgl L.f3 ?! D.h2 Dhlf fÜ'i:t i'.^t D.hl-f: ZEVENDE MATCH PARTIJ. Wit. Steinitz. l (14 (15 2 c4 dc4 : 3 P.f3! P.16 c5 lijkt ons sterker. 4 e3 16 5 L.c4: L.lilf Deze zet bevalt ons evenmin. L.e7 i^ bepaald beter. In gesloten partijen is liet steeds raadzaam aanvankelijk de loopers achteraf te houden. 6 P c3 o-o 7 o o b6 8 P.e5 L.b7 9 I).b3 Lc3: ....Dit versterkt de witte pionnen, 't Blijkt nu dutduidelrik waarom L.b4 slecht was. Er was geen Zwart. Gunsberg. gevaar den looper naar d (j terug te trekken, want het schijnbaar correcte offer op e(> deugt piet. !) L.dG 10 L.eC,-., fe(i: 11 D.eUtf, K.hH 12 P.f7f, T.1'7 : 13 D 17 : en zwart heeft voldoende equiva lent voor zijn toren en twee pionnen. 10 bc.'J : L.(15 11 L df.: cd5 : 12 L.a3 T.i-8 13 c4 ,5 14 T.acl P<-4? .. ..Deze zet bevordert de ontwikkeling van het witte spel. Wij prefereeren dc4: 15 D.ci:, D.d-'i. 15 T.fdl cd4: 16 ed4: f6? dulden dat die Foussard, iemand van de straat, een schooier", den drempel van hun hótet nog ns overkwam. De burggraaf protesteerde tegen zooveel strengheid. Scherpe woorden wor den gewisseld; de burggraaf vertrok plotseling, woedend en vol waardigheid. Den volgenden dag verhuisde hij, zonder te waarschuwen, en betrek met vrouw en dochters een kleine bovenwoning in de Rue du Bac. * * * Het was eene consternatie in den edelen Faubourg. 't Is waar, het was niet meer de eerst» mesalliance die hier beraamd werd; ze waren nauwelijks te tellen; maar juist waren er in delaatste jaren te veel geweest. En deze was te in 't oog loopend. Die Foussard had een buiten gewoon slechten naam; het was het ruwe geld zonder meer, cynisch, al te gauw en op al Je moderne manier verdiend. Dit huwelijk vooyal zou beteekenen, duidelijk en onbeschaamd: geld vermag alles; voor geld is alles te koop; om een zelfde huwelijk te sluiten als van Rohan Of een. Montmorency, behoeft de slechtst befaamde nego tieman slechts den prijs er voor over te hebben. Als nog die Foussard er de man naar geweest was, om de zaak bescheiden te behandelen, zy'n geluk te verbergen. Maar men gevoelde wel, dat hij het aan de groote klok zou hangen, dat h\j het van alle daken der reclame zou uitschreeu wen, dat hij het, als dat kon, op de doorschynejjde ruiten van de kiosken zou aanplakken en aan al de beschikbare gevels langs den Chemin de fer de ceinture spijkeren. Reeds hadden drie ochtend bladen over het huwelijk gesproken, met initialen zoo doorzichtig als transparantkaarten. Douairières klauterden de vyi verdiepingen in de Rue du Bac op, om Hermengarde urenlang te kapittelen. Zij gingen van aandoening tot ver ontwaardiging over, van bedreigingen tot gebeden. Het meisje was onvermurwbaar. Een der meest gewaardeerde geestelijken van den Faubourg, de Eerwaarde pater van St. Amaranthe, kwam op zijn beurt tegen de jonge rebel preeken. Hij kon niets uit haar krijgen dan deze woorden: Men wil niet dat ik myn naam verkoop; nu... wat verkocht kan worden, kan ook worden teruggekocht..." * * Naar het schijnt had de goede pater deze ge heimzinnige taal begrepen, want onmiddelijk daar op bad hij een lang gesprek met den burggraaf de Bonnereuil zelf. Men weet niet precies wa^cr tusschen die twee personages verhandeld werd, maar, toen de burggraaf zijn bezoeker uitliet, op zijn eenvoudig portaal, zeide de vrome pater half Huist erend: Dus, resumeeren wij, mijnheer de burggraaf. Wühebben dus gezegd, een jaargeld \an veer tig duizend francs, waarvan twii.'tig duizend voor u en uwe twee lieve jongste dochters, op voor waarde dat zij nooit anders dan met mannen uit haar wereld zullen trouwen, en twintig duizend voor freule Ilermengarde, op dezelfde voorwaarde. Dat is goed afgesproken, niet waar ? Ik neem op mij, uw voorstel aan den markies en de markieziu de Signerol en aan de andere belanghebbenden over te brengen ..." * X Vf Het voorstel werd aangenomen. De Pater van St. Amaranthe ging de rue de Varennes, de rue Saint Domii,ii(ue, de rue Barbédu Jouy rond met een soort van inteekenlijst, voor het jaargeld BonBereuil. Spotters noemden dit het liefdeweik der arme bloedverwanten." Maar de lijst was heel gauw vol. Want de eigenliefde kwam in het spel, alsof het cijter van ieders bijdrage de maatstaf van zijn adellijk gevoel moest ziju en van de zuiverheid van zijn adellijk bloed. Families die in bijna 6ekrumpen omstandigheden verkeerden, dat soort dat weet toe te komen met dertig duizend francs rente en daarvan fatsoenlijk en zelts met zeker voornaam air in bun oud-vaderlijke .... Wederom een zwakke zet. De zw. positie is echter zoo zwak, wegens ele slechte ontwikkeling der stukken, dathet moei lijk is iets beters aan de hand te doen. l (i .... P. f (j had wellicht langereu weerstand geboden. 17 cd5: Het begin eener diep loordaehte en volkomen correcte oü'ercombinatie. Het oifer is vooral daar om mooi omdat geen an dere, minder geniale zet sneller tot het doel voert. 17 Ie5: 18 d<!f K. 1)8 19 Dd5 P.12: 20 T.d2 P.d7 .. ..Eindelijk komt dit paard van sta!; maar te laat om het spel te kun nen redden. 21. Tfü: P.f6 22 T f6 : ! Steinitz had, zooaïsmeil ziet, alles goed berekend toen hij op den 17» zet zijn paard tijdelijk opolferde. M .... gf6: 23 d7 T.g8 24 de5: T.g 25 D.a8 : D.a8 : 26 T.c8f T.gS 27 T.a8: T.aS: 28 eöen wit wint. De geheele partij is onberispelijk door wit ge speeld. Dit is een der brillantste partyen die wij ooit van Steiöitz zagen. TWAALFDE MATCHPARTIJ. Kvansgambiet. Wit. Zwart. Gunsberg. Steinitz. 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 e-1 l'f3 L.c4 1)4 c3 o o (14 I,g5 (15 D.a4 P.a3 l'c.4 <16! P.b6 D.a,7: I'.c6 L.c5 L b4 : L a5 D.16? Ph6 D.d i P.d8 L.b6 c.6 Lc7 D.t'8 L (16: T. 1)8 P g4V? over Tschigorin iri het nadeel zou brengen. P.gi beteekent zooveel als Gunsberg een partij ca deau geven. 17 18 19 20 21 v 9 P.h4! P.e6 P.gS: L.c7 T.aS: IO18 P.e Zooals wij reeds vroeger opmerkten is P.eüin deze politie de aangewezen zet. Steinitz was waarschijnlijk be vreesd na P.eütot denzeilden .stand te geraken als in de cnrrespondentiepartij, wat hem tegeuP.1'5 Pa8! D.a8: T Cd l 23 T.d7 :-|Een prachtig offer, dat het spel in oens uitmaakt. 23 .... K d7 : 24 T.dl j en zwart geeft op. Op L.dG wint wit door 25 D bS. Van de 20 partfjen, waai uit de match besta&t, zijn thans 15 gespeeld niet het resultaat dat ieder -l won en 7 remise werden.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl