Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTEKDAMMEK
WEEKBLAD YOOK NEDERLAND
Onder Redactie van J. DE KOO en JUSTUS VAN MAÜRIK Jr.
Ieder nommer bevat een Plaat.
Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124).
Verschijnt eiken Zaterdagavond.
Uitgever: Tj. VAN HOLKEMA, te Amsterdam,
Keizersgracht 436.
Zondag 1 Februari.
Abonnement per 3 maanden ?1.50, fr. p. post ? 1.65
Voor Indiëper jaar ....?mail 12.
Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar . . . 0.12*
Advertentiën van l?5 regels ?1.10, elke regel meer . . . 0.20
Reclames per rec;el 0.40
INHOUD:
VAN VERRE EN VAN NABIJ.
FEUILLE TON: Wittebroodsweken, naar Paul Haulgrand,
door P. G. W. KUNST EN LETTEREN:
Tooneel te Amsterdam, door Fr. Thermidor,
het nieuwe drama van Sardou. Muziek in de
hoofdstad, door Van Milligen. Leo Téabes.
Th. van Gogh, door Jan Veth. Aanteekeningen
Schilderkunst, door G. T. George Bancroft.
Nog eens: Oorsprong en Grenzen der Kennis, door
Jhr. Dr. B. H. C. K. van der Wijck, beoordeeld
door Prof. Dr. J. Woltjer. VARIA. SCHAAK
SPEL. Het Vrijbiljet, naar Coquelin Cadet.
Voor Damep, door E-e. ALLERLEI. RE
CLAMES PEN-EN-POT-LOODKRASSEN.
ADVERTENTIËN.
BIJVOEGSEL: Bekende tijdgenooten, door
Jan Veth. 1. H. J. Schimmel.
H.H. Medewerkers aan dit
Weekblad, die nog honoraria te
Torderen hebben, of hun nota's
nog niet hebben ingeleverd, wordt
beleefd verzocht ten spoedigste
opgaaf te doen of nota te zenden
aan de Administratie,
Keizersgracht 436.
Van verre en van
nabijZeer onverwachts is het besluit genomen
tot ontbinding van de Oostenrijksche Kamer,
te onverwachter, omdat de gewone
legislatuurperiode binnen enkele maanden zou
afloopen en omdat de regeering voor de
parlementaire werkzaamheden, die allereerst
aan de beurt waren, met name voor de be
handeling der begrooting, nog veilig op eene
meerderheid kon rekenen.
Maar de meerderheid gaf, zooal niet in,
dan toch buiten de Kamer, aanleiding tot
ernstige bezorgdheid. Vooral in Bohème,
waar de kansen op het werkelijk tot stand
komen van een compromis, waartoe zich
bijna een jaar geleden de leiders der
OudCzechen en die der Duitschers hadden be
reid verklaard, voortdurend geringer werden.
De Jong-Czechen, die reeds dadelijk tot dit
compromis niet hadden willen medewerken,
hadden aan hunne meer conciliante geest
verwanten op uiterst gevoelige wijze hunne
macht getoond, en het is reeds zoover geko
men, dat kort geleden een volkshoop te
Feuilleton.
WITTEBROODSWEKEN
NAAR
Paul Haulgrand
(Revue Arlisliqtie et Littéraire)
door P. G. W.
Toen hij zelf zijne dochter en zijn schoon
zoon tot aan den waggon, die hen naar het
land der droomen voerde, had vergezeld, zei
vader Barrier tot zich zelven:
Nu, ik ben benieuwd wie de broek in
huis dragen zal! Geen gemakkelijke meid,
dat deerntje!
Inderdaad was Régiue Barrier niet gemak
kelijk en dikwijls had haar vader hare gril
lige oploopendheid tot kalmte moeten bren
gen door andere middelen dan zachte woor
den. Vader Barrier die in zijne hoeda
nigheid van een welgesteld aannemer in het
bouwvak zich niet veel bekommerde om
psychologie had de kunst verstaan om
ijdel gepraat te vervangen door klemmender
argumenten, welke regelrecht doel trofftn.
Daaraan was het ook toe te schrijven, dat
zijne dochter zich gewend had hem te ge
hoorzamen op een wenk met deii vinger of
het oog. Zij wreekte zich deswege, voor het
overige, op hare arme moeder, die te ver
geefs in de wetten der erfelijkheid eene ver
klaring trachtte te vinden van het jongens
achtige en hartstochtelijke karakter harer
dochter.
Régine had op twintigjarigen leeftijd,
zooals de gemeenzame spreekwijze zegt, den
duivel in het lijf en een ziekelijk zenuwge
stel. Blond, aardig van uiterlijk, met een
wel wat sterk ontwikkeld gebeente van het
gelaat, was er in haar wezen iets, dat zoowel
een hysterisch als een gezond lichaamsgestel
aanduidde. Onder de huid van de Parisienne
met eene bevallige houding en fijne manie
ren schuilde de dochter van den metselaar.
Praag bij den vroeger zoo populairen en zoo
machtigen leider der Oud-Czechen, Dr. Ilieger,
de glazen insloeg. In yrol zijn de zaken
voor de regeering niet gunstiger gesteld dan
in Bohème; zoowel onder de Katholieken,
die in den Landdag het hoogste woord voe
ren, als onder de bevolking der Italiaansche
districten, heerscht groote ontevredenheid.
De eersten verwijten der regeering, dat deze
niet gewilliger het oor leent aan de voor
stellen om het lager onderwijs geheel te
brengen onder den invloed der geestelijkheid,
en de laatsten beklagen zich, dat de admi
nistratieve eenheid der provincie wordt ge
handhaafd tegenover de eischen der
autonomisten van Trentino, die den Landdag in
eene Duitsche en eene Italiaansche sectie
verdeeld willen zien. En daar nu de Slaven en
de clericalen de hechtste steunpilaren van de
regeeringsrneerderheid waren, is het niet te ver
wonderen, dat graaf Tsxaffe den keizer heeft ge
steld voor het alternatief eener ministerieele
crisis en eener Kamerontbinding, en dat hij
dit heeft gedaan, nu hij nog kans heeft
om op de verkiezingen eenigen invloed uit
te oefenen.
Dit laatste is reeds geschied door een
communiquéin de otïicieuse WicMcr Zeilun/j
dat de vorming eener groote middenpartij
in het vooruitzicht stelt, van welke zoowei
de uiterste linkerzijde als de intransigente
clericale fractie zou zijn uitgesloten. De
regeering erkent, dat de nieuwe meerderheid,
op welke zij hoopt, alles behalve homogeen
zal zijn, maar zij doet een beroep op hen,
die de belangen van het vaderland en van
de monarchie boven die der partij stellen;
zij wacht zich voor het coquetteeren met het
autonomistisch streven, dat zij jaren lang fei
telijk heeft aangemoedigd, in de door de
uitkomst beschaamde onderstelling, dat men
de beweging mede moest maken, om haar
te blijven beheerschen. Zij treedt integen
deel centraliseerend op, zooals de Duitsche
liberalen verlangen. De heer Taaft'e herin
nert zich weder de dagen, toen hij onder
vorst Karl Auersperg lid was van een
Duitseh-liberaal kabinet, en daarvan zelfs
een jaar lang (18(>9 '70) voorzitter was.
Maar die periode is opgevolgd door eene
langdurige toepassing van de conservatieve
federalistische en Slavophile politiek, en het
Zij was, onderhevig aan geweldige vlagen van
toorn, zeer ruw, in welke oogenblikken zij
hare dienstboden beleedigde met woorden
van iemand uit de achterbuurt. Daarop
volgden er buien van groote neerslachtigheid,
van spanning, van tranen zonder reden, en
dan gekwetst in hare ijdelheid, had zij
tegenstribbelige en spotzieke luimen. Vader Bar
rier telde de kostscholen niet meer, van waar
men haar als onhandelbaar naar huis had
teruggezonden. Eenige boeken van Gyp,
bij toeval gelezen, brachten haar in kennis
met de onuitstaanbare l'aulr.tlc, naar wier
karakter zij zich een ideaal gevormd had,
dat zij zooveel mogelijk beproefde te verwe
zenlijken.
Het was dus geen wonder, dat de heer
Barrier niet zonder groote bezorgdheid was
over het toekomstig huwelijksgeluk zijner
dochter thans mevrouw Paul Aumont
geworden.
Met haar clrommelsche hoofd, zcidc hij
op denzelfden avond tegen zijne vrouw, is je
dochter nog in staat om binnen een jaar
gescheiden tot ons terug te keeren.
Laat ons hopen van niet! zuchtte de
arme moeder, die al vast op het einde harer
beproevingen rekende.
Wat Paul Aumont betreft, deze had door
zijne bekoorlijke, aangename en vroolijke
inborst zijne schoonouders van het eerste
oogenblik af voor zich ingenomen, /ij trou
wens gevoelden, daar hij de- zoon van een
raadsheer van het I'arijsche hof was, zich
zeer gevleid met het gesloten huwelijk.
Misschien een beetje te zacht voor R
gine, dacht de vader.
Kom, kom, antwoordde de moeder; hij
is schrander genoeg en zal haar wel weten
te vangen.
Paul geleek, inderdaad, weinig op den
vreesverwekkenden en ontzaginboezemenden
echtvriend, dien men zou wenschen voor een
meisje met zulk een onstuimig karakter. Hij
was nog zeer jong nauwelijks 24 jaar.
Slank van gestalte en zeer fatsoenlijk van
uiterlijk, scheen hij eer geneigd tot het
aanis den Duitsch-Oosteurijkers niet kwalijk te
nemen, dat zij in dien tijd wantrouwend zijn
geworden. De Nette Fre/ic, I'rense geeft dan
ook alleen den raad, om bij de aanstaande
verkiezingen zooveel mogelijk te zorgen voor
de versterking der partij, welke dan des te
beter in staat zal wezen, de voorwaarden
voor hare toetreding tot eene eventueele
regeeringsmeerderheid zelve te stellen.
De verkiezingen voor de nieuwe Kamer
zullen iii het begin van Maart worden ge
houden.
Veel besproken wordt de aanstaande reis
naar St. Petersburg van den vermoedelijken
erfgenaam der Habsburgsche kroon, den aarts
hertog Frans Ferdinand van Oostenrijk-Este.
De Russische bladen zien hierin een duide
lijk bewijs van toenadering en een nieuwen
waarborg voor het behoud van den vrede.
Critiek komt alleen van den kant van
Friedrichsruhe: in de Hamburger Naehriclttrn,
het officieele orgaan van vorst Bismarck,
wordt geïnsinueerd, dat eene dergelijke toe
nadering noodzakelijk afbreuk moet doen
aan Duitschland's positie inde tri pi e alliantie.
De verjaardag van keizer Wilhelm (27
Januari) heeft aanleiding gegeven tot be
schouwingen in de pers, die bij de vroe
gere oppositicbladen wel op eenigszins
gereserveerden toon worden uitgesproken, maar
toch van groote waardeering getuigen, /oo
herdenkt Eusen Richter's Frcisiitniije
Zdtinir/ met ingenomenheid het initiatief des
keizers in de zaak der arbeidersbescherming,
der hervorming van het hooger (gymnasiaal)
onderwijs en van ettelijke misbruiken in het
officierscorps. Het blad wijst: er verder op,
dat het verdrag met Engeland een dubbel
voordeel heeft opgeleverd : Helgoland is aan
het, Duitsche rijk toegevoegd, maar als »het
laatste stuk van Duitschen bodem" en aan
het avontuurlijke hijschen der Duitsche vlag
in verre gewesten is paal en perk gesteld.
De verwijdering van vorst Bismarck van
het staatstooneel, een maatregel die bevor
derlijk is geweest aan de vermindering
van de tusschen de partijen bestaande
verbittering, is natuurlijk geheel naar het
hart van de Frcixiiiniyc. Eenigszins schoor
voetend, althans niet met de volle
verzekerdheid des geloofs, wordt de wensch
uitgesproken, dat door het sluiten van
heften van een tweestemmig lied der liefde
dan een hardnekkigen huiselijker) strijd te
aanvaarden.
De eerste brieven stelden de ouders vol
komen gerust. Nog geheel in den roes hun
ner eerste teedere liefde, kirden de jongelie
den in het groen der Hyèrische eilanden, als
een paar verliefde duiven. Naar hun ver
haal te oordeelen, scheen hun leven (laar
onder het hemelsblauw ei) in de gouden
zonnestralen slechts n lofzang van
teederheid.
November kwam in het land en zag het
jonge paar zich nestelen in het huis van de
rue Pierre Charron, waarvan vader Barrier
eigenaar was.
Toen do eerste bezoeken waren afgelegd,
scheen het alsof zij zich voorgoed in het
nieuwe leven hadden geschikt. Paul had zijne
werkzaamheden als jong advocaat hervat en
mevrouw Aumont behoefde haar tijd slechts
te verdeelen tusschen verschillende
wereldsche plichten.
En vader Barrier sch> pte weer moed,
juist op het oogenblik J.at de storm zou
losbarsten.
Verscheidene l\e ^ f- sedert hunne aan
komst had Pau! het i/torhoofd gefronst bij
sommige opmerkinpf. njner vrouw.
De woorden //,', in mijn Intis, werden in
hare gesprekken dikwijls herhaald.
Zonder er naar te willen luisteren, liet hij
met opzet zeer beslist een tri j, in ons It/iix
daarop volgen.
Op een keer echter bij een klein verschil
van gevoelen over de kleur der gordijnen
van het salon veroorloofde zij zich de vol
gende uitdrukking:
Ik denk wel dat ik vrij ben in mijn
huis te doen wat mij behaagt!
Waarop Paul antwoordde:
Hoor ik dan hier niet thuis '' Beu ik
soms een vreemde ?
Volstrekt niet, je bent een goed
vriend.
En je man ook, denk ik!
nieuwe tarief- en handelsverdragen een
einde zal worden gemaakt aan de toepassing
eener averechtsche economische politiek, die
de eerste levensbehoeften voor het volk
kunstmatig in prijs heeft doen stijgen. »0ok
vorsten" zoo besluit de Freisinnige
»zijn niet onfeilbaar, maar onderworpen aan
menschelijke dwalingen. Hunne taak is te
genwoordig onvergelijkelijk veel moeielijker
en ernstiger dan in vroegere tijden. Maar
hoe duidelijker en scherper geteekend de
persoonlijkheid van den jongen monarch te
genover het volk te voorschijn treedt, des te
levendiger wordt in alle kringen het bewust
zijn, dat keizer Wilhelm er in rusteloozen
ijver, op elk gebied van het openbaar leven,
naar streeft, de behoeften van den tijd te
leeren kennen en die in overeenstemming
met de openbare rneening te bevredigen."
Een kleine paniek heeft in Frankrijk
geheerscht. Het gold dezen keer geen grens
incident, geen pretendenten-avontuur, aller
minst een aanslag op de veiligheid van den
staat, maar de opvoering van een
tooneelstuk. Frankrijk is in het gelukkig bezit
van eene censuur, met welke niet te gek
scheren valt, en van door den staat gesub
sidieerde schouwburgen, zoools het Tlié'itrc
Francais, het Odi'on, en de Ojii'ra. Wanneer
in een van deze laatste een nieuw stuk
wordt opgevoerd, mag men het er dus voor
houden, dat de regeering in zulk oen werk
noch voor de openbare orde, noch voor de
openbare zedelijkheid eenig gevaar ziet. Men
kan zelfs verder gaan, en beweren dat de
regeering van hare bevoegdheid gebruik
maakt om opvoeringen te verbieden van.
stukken, welke de gevoeligheid van
buitenlandsche mogendheden kunnen kwetsen. Zoo
is nog niet lang geleden de opvoering van
de Borniers MnhoniKl verboden, omdat de
beheerscher der geloovigen het ongepast vond,
den profeet van Allah op de planken te
laten verschijnen.
Dezen keer ging het protest niet uit vau
den sultan, maar van den ouden revolutio
nair Lissagaray, die den ongelukkigen
('oijuelin eerst uitrloot, hem daarna zijn fluitje
naar het hoofd, en ten slotte, als non phix
ultra van minachting, een handvol yi-fin snus
voor de voeten wierp. De toorn van den
De schermutseling bepaalde zich daarbij
en had geen verdere gevolgen.
Maar twee dagen later.
Zend je kleermaker maar naar mij.
zeide Régine met betrekking tot eene pas
ontvangen rekening.
In geen geval; ik zal hem, met -mr
goedvinden, wel zelf betalen ! Hij heeft
slechts met mij te maken.
Dan zal ik je het geld geven.'
Ik verzoek u u die moeite te bespa
ren, zei Paul op zeer ernstigen toon. Ikzelt
zal het wel weten te halen.
Neen, dat kunt je niet! Ik heb het
geld in mijn schrijftafel bewaard en de sleu
tel daarvan heb ik bij me.
Het geld lag in mijn secrétaire dus
niet op eene veilige plaats!
Dat niet! Maa
Zij kruisde de armen over elkaar en nam
eene vastberaden houding aan.
Kom, laat ons elkaar goed verstaan,
eens voor altijd! Ik beklaag mij over niets....
dat is zeker.... Je hebt je rechtmatig erf
deel aan je moeder afgestaan.... dat IA
zeer mooi en ik heb daarvoor slechts be
wondering over .... Maar, daar je .... nog
maar zeer weinig verdient.... hoort al wat.
voor de huishouding moet worden uitgege
ven tot mijn departement.... en ....
- En?
Eli) daar wij met huwelijksche voor
waarden zijn getrouwd, heb ik het beheer
over mijn fortuin .... en ik kan daarrnet
doen wat ik wil.... Toch zal ik zorgen
dat je het zoo goed mogelijk bij je vrouw
hebt.'
Paul bleef onverstoord en antwoordde Oj>
kouden toon :
Die woorden zou je niet hebben uit
gesproken, als onze verhouding anders was.
En ik betreur het zeer dat je je de trou
wens onnoodige moeite hebt gegeven vau
het mij te zeggen. Zonder omwegen, ver
klaar ik je, dat ik de baas in huis wil zijn.
En om je te doen zien, dat het mij daarmee
ernst is, verlang ik uitdrukkelijk dat alle?