Historisch Archief 1877-1940
No. 716
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Tooneel-Nationale rouw.
NEDEBLANDSCIIE TOONEKLSPELEK : Mr. rnn Tienliorcn lieef't gezctjd. dal ik lij lum niet moet fijn. Jiij i'ire 3lu.jexteit ben il: ,'?',/; niet terecht. Wattr moet ik dan wezen met mijn rekening?
TWEE VERZUCHTINGEN OVER HET
PROGKAM DER LIBERALE UNIE.
Mijnheer de Redatlcui'!
U zal mij hoop ik niet onbeleefd vinden,
als ik met een verzoek tot U kom. Ik heb
er al de heele week over getobd, en ik duvt'
er met mijn man niet meer over spreken.
Ik bedoel over het program van de hoeren
van de Liberale Unie. U denkt mogelijk: Wat
heeft een jong vrouwtje daarmee te maken ?
Zou ze soms ook kiesrecht willen hebben?
Och neen, Mijnheer de Redacteur, dat bedoel
ik niet^ al zou het nog zoo gek niet zijn, want
ziet u, wij vrouwen, die met allerlei leveranciers
en niet de meiden en met de opvoeding van
onze kinderen (mijn oudste is drie jaar en
met Mei komt de baker weer) zooveel te doen
hebben, stellen allicht meer belang in de
openbare zaak, dan de heeren, die den heelen
dag op hun kantoor of' hun bureau zitten
en op de sociëteit biljarten of een partijtje
maken. Dat zeg ik niet op mijn man, heusch
niet! Hij stelt belang genoeg in die open
bare zaak, en hij is zelfs abonnéop de Han
delingen van de Kamer, waar hij na het eten
geregeld mee in slaap valt. zoodat ik eigen
lijk altijd maar blij ben als er geen zitting
is geweest. En hij gaat ook naar de verga
deringen' van zijn Kiesyereeniging en zijn
Wijkvereeniging, en ik vind dat wei wat on
gezellig, vooral omdat hij zoo naar de rook
ruikt, als hij thuis komt, nog erger dun wan
neer hij op de sociëteit is geweest. Maar wat
ik nu eigenlijk wou zeggen, is, dat ik zoo
feschrikt ben van hetgeen die heeren van de
.liberale Unie hebben gezegd, dat zij, die blij
ken niet in staat te zijn in hun eigen onder
houd en in dat van hun gezin te voorzien,
niet mogen rneekiezen. Dat zou voor mijn
man al heel erg wezen, want iemand die niet
kiezen mag, zegt hij altijd, is net als een
onmondig schaap of een hond met een muil
korf', of zoo iets. Nu zal U zeggen: «Mevrouw, U
heeft het immers goed in de wereld, en u woont
in een goed huis op een fatsoenlijken stand
en u heeft twee meiden, de schoonmaakster
niet meegerekend." Ja Mijnheer, dat is ge
lukkig waar, wij kunnen Goddank in onzen
stand nog al wél rondkomen. Maar ziet U,
als het alleen moet komen van wat we nu
al hebben of wat mijn man verdient, dan zou
het niet gaan. Ik wil U wel bekennen, dat,
wij een jaarlijksche toelage krijgen van mijn
schoonouders, en dat papa, mijn papa bedoel
ik, zoo nu en dan ook eene instrooiing geeft,
waar we eigenlijk vast, op rekenen; hij be
taalt ook altijd de baker en den dokter bij
zekere gelegenheden, en eerlijk gezegd, zouder
die hulp, van alle beide kanten, zouden we
niet kunnen leven. Mijn man is dus niet in
staat om, zooals wij nu leven, in het onder
houd van zijn gezin te voorzien. En dus zou
hij of niet meer mogen nieekiezen, óf voor die
toelage moeten bedanken. U begrijpt, dat
hij het eerste heel, heel erg zou vinden, en ik
ook wel, maar toch het tweede nog verschrik
kelijker, vooral met het oog op wat er in Mei
moet gebeuren, want dan zouden we vóór den
tijd nog wel naar een tweede bovenlmis moe
ten verhuizen en zeker een meid minder
moeten houden, en dat is, zoo als iedereen
begrijpt, een naar vooruitzicht.
Zou U nu die heeren van de Liberale Unie
niet aan het verstand kunnen brengen, dat
ze die conditie een beetje anders maakten 'i
Mijn man is zoo'n beste kiezer, en het zou
voor de heeren zelf bepaald jammer zijn, als
ze hem moesten verliezen, omdat ze hem, als
ik het maar eens platweg en met een leelijk
woord mag zeggen, tot de bedeelden rekenen.
Ik hoop, dat U mij zal kunnen helpen, en
' mij niet kwalijk /.uit nemen, dat ik mij in
i mijn verlegenheid tot l" heb gewend.
' Met de meeste hoogachting hel) ik de eer
!' te zijn
j Uwe d w.
i H'
l Wij meenen aan den wensch onzer corres
pondente hel. best te kunnen voldoen, door
haar schrijven te publieeeren. Ongetwijfeld
zal de aanslaande vergadering der Liberale .
! Luie. met have grieven rekening houden- >.
! Ook het volgende epistel bevelen wij in de |
j weiwillende aandacht der l'nie aan. i
1 Mijnheer de Redacteur! Zoudt u mij niet, !
l kunnen inlichten op welke wijze ik kan doen i
j blijken, dat ik belangstel in de openbare /aak? l
j Die belangstelling sciiijnt noodig Ie zijn. om j
j kiezer te zijn of te blijven. Ik geloof dat liet j
mij daaraan niet ontbreekt, maar hoe kan ik '
i dat doen blijken zonder in moeilijkheden te |
| komen '! j
Toen ik een jongen was, liep ik all.ijd de
, straat op als er in de buurt een standje was.
! J L' vond dat belangstelling in de openbare
i zaak, maar mijn vader zei dat ik mijn tijd
i wel beter kon gebruiken. En dat kreeg ik
i altijd weer te hoorcn, als ik naar een brand
j ging kijken, of voor de muziek van het,
ze; veilde uitliep, of de aanplakbiljetten op straat
: las, of de uitstallingen in de winkels hekeek.
J In n woord ik moest, mij altijd met mijn
' eigen zaken en mijn eigen werk bemoeien.
Mijn patroon sciiijnt er al evenzoo over te
denken als mijn vader. Al die
eouvuiUcnlectnur en die kolïiehuispraatjes, zegt hij,
! brengen je hoofd maar op hol en je zelf van
den goeden weg al'. Een .«oliede koopman
j houdt zich daar niet, mee op. Houd je bij'
i het vak. en laat de publieke zaken over aan
; inenschen die niets anders te doen hebben.
U zult zeggen, dal ik mijn avonden vrij'
heb, en dat de patroon dan niets te vertellen
heeft. Dat is ook zoo. als hij ten minste niet,
! iets in de gaten krijg!, dat hem niet bevuil.
Maar.... mijn vrouw! Als ik 's avonds naar
een dubbeltjes-vergadering wil, waar ze het
over de politiek hebben, dan zegt ze zoo
vriendelijk (maar loeh zoo duidelijk,! kom,
\ Jan, je /.it den heelen dag op je kantoor,
j wees nu 's avonds ten minste gezellig, en als
je niets te vertellen hebt, laten we dan een
i straatje omloopen of samen een mooi boek
! lezen." Aan die politiek heeft ze een ergen
i hekel. Dal i.- nu eenmaal zoo.
Hoe moet ik nu, mijnhe
mijn belangstelling tonnen
zaak'' Ik wou om een lief ding, dat ik hel
wist'. Want hel zou mij erg spijten, ais ik
geen kiezer kon blijven.
EEX MODEL-VOLKSMAN.
Daar heeft (ioemaii Borgesius. die zich
al zooveel naam verschaft heeft in aardap
pelmeel, nu de bectwortelsuiker ook aan zijn
renommée verbonden. 11 ij heeft gelijk, als
raen de suikeri'abvikanten uit:! eens wil
protegeeren moet het hier te lande; een bittre
boel worden en daarom stemde hij met
Lieftinck c.s. voor het e.\tra-'/"wrv/r//r.
Zoo'n type van een volksman !
Dat is altijd het mooie van Borge.-ius' po
litiek: hij is een freetrader pur sang en toch
toont hij een gemoed vol bescherming. Hij is
rood van radicalisme tof in zijn nieren, en
alevel blank van ziel als aardappelmeel en
niet minder zoet dan suiker. Het voorbeeld
van een veelzijdigen geest, te groot om zich
aan kleine inconse^uentiën te stoven, en ook
weer te consequent, om nictaltijd Ie doen watzijn
kiezers hegeeren; een man uit n stuk
en toch iemand, die als het noodig blijkt, zich
zelf in stukjes kan verdeden. In de Kamer
kan hij wat woesl zijn, vooral tegen de
clerikaJc'ii, dan treedt hij op als boeman, maar zoo
is hij niet van nature, neen, in zijn binnenste
is en blijft hij een echte Goeman.... Van
koekebakkersdeeg is deze fiere Romein ge
kneed.... en daarom voldoet hij een iegelijk
zoo, die goeie man, .lïorgesius!
SNUIFJES.
Doinola Nieuwenhuis heeft bedankt voor de
uiuioodiging voor het gustmual ten hove. Dat
was van zijn standpunt gelijk het behoorde.
\ Hij heeft een blief geschreven aan de Ko
ningin in antwoord op de uitnoodiging-, ook
, dit, begrijp ik; op een vraag past eenig be
scheid. Wat mij echter verrast, heeft is de
i reden van weigering, die de Heer D. N. thans
heeft gegeven. Hij onderstelt dat de
konink': lijke disch te weelderig aangericht zal zijn,
en hij wil aan geen weelderig maal deel nemen,
zoolang onder liet volk de ellende zóó groot
blijft, als hij bij benadering' meent te weten
dat zij is. Aan een beleren disch aan te zit
ten dan het, volk dat, lijdt, acht hij een
laagheid. Ook deze beweegreden kan men billijken.
M aar _ moet. /ij cv niel: toe leiden, dat'men
zijn eigen tafel niel, beter voorziet dan die
vaiide ///rv.-,7 behoefligen '! En dat wil nog al wat
. zeggen in dezen tijd. nu er zoovelen zijn, die
.maar eens in de week of in de veertien 'dagen,
: iets krijgen, wat op warm eten gelijkt, liet
wordt op die manier haast al te moeilijk geen
laagheid te begaan'1.
Waarom spreekt D. N. de, koningin aan
met Mevrouw" en niet. met Burgeres" 'i Hoe
kan hij er toe komen Ie gewagen van H. M's.
onderdanen, van II. .M's paarden enz.;' Wie
verleidde hem ei- toe zelfs eenmaal l' U; sein
ijven met, een hoofdletter''. Mij zal dit nu niet
hinderen, maar men kan er toch uit zien hoe,
den sterksien man altijd nog eenige zwakheid
blijft aankleven. Nu, het was zijii >; ,?*.:r brief
t aan een koningin, de l/ir,;/,- /,al wel beter zijn.
Nu blijkt het toch dat, de minister
Dysorinck niet altijd zoo afkcerig van land ge
weest, is. a!^ men thans het wil doen voorkomen.
Toen hij voorgaf naar liet Engelsche kanaal
te slooim'ii, liet, hij stillekens zijn schip naar
Jjlankenberghe sturen. Hij was letterlijk niel
te houden, hij zou en hij moest er zijn, al ging
het ook over de \ laamsche banken heen.
en reeds vroeger had hij eens heel zijn schip
in den steek «relaten en kwam moederziel
alleen naar zijn land terug. Mcnschen die
hem goed kennen, zeggen dan ouk dal hij er
ielwat "landelijk" uil/iel en een zekere
landcrigheid" hem in den laatston lijd voortdu
rend kenmerk!. Hij heef! zich. naarhct schijnt,
verdun aan Land.
?God zegene onze geliefde l niversitcil I"
aldus besloot 'Ie hoogleeraur Multhes. die
zich zoo verdienstelijk gemaakl heef! jegens
onze IIoo<n>-:.:-i>ool. zijn redevoering bij de
inwijding der .l/'/./. Zoo eindi<nle dus de rede
naar onder biddend opzien. Nu zijn eronder
de hooglcei'iuvn nog ai een i ge atheïsten, zeü't
men. Zou de protessor dezen een wenk hebben
willen geven de Iniversileit Ie verlaten
ol was de bedoeling met die bede onzen lieven
lieer aan te sporen den gemeenteraad bij
hel doen vun benoemingen meer wij>heid en
verslam!" !,- verieéiien ''. Hel was een kleine
plagerij, dal is zeker: maar aan wiens adres
zij gericht word. was moeilijk te beslissen.
Dai is een u., k iieval. II, ' Tiiniiiil, orgaan
van hel Nol. l oono.i-1-Verbond, wil maar geen
n ion-.- leerei;. De lïeer moest liet opgeven,
v. Hall kon er niel mee opschieten, Simons
vermocht het niet ie regeeren en nu heeft
het Mende,- ien ie.-te ook al uit den zadel
geworpen. \Vie temt dat ding? \Vie ei1 kans
toe ziel meld"'' zich aan bij den heer
Yinkeste> n, Ilc.ereinriricht. Zou het ook iets kunnen
zijn voor den heer Oscar Carréof August,
de Domme''
Jawel de kamerleden zijn nog altijd op hun
quivive. (///:/? Minister mag de Regen les niel,
schrijven en daarom moet 'het, nu '/."Minister
wezen. .Maar dal ging natuurlijk niet zonder
debat. Och heere, wat waren de lui wér
scherpzinnig en gevat. Ze laten zich niet bij
den neus nemen, allerminst. Van Kerkwijk. Of
hel om een lidwoord gaat, dan wel om'e-enige,
millioenen aan premie's voor de
suikerfulmkunten, de man is op zijn post. En, welbe
schouwd, heeft, hij gelijk. Draait bet in de heeie
wereld niet om de vraag of het voornaam
woord of het lidwoord gebruikt moet worden?
Mijn suikerbielboeren, mijn
bielsuikerfabrikunten... of <li- suikerbietboeren, 'l'
bielsuikerfabrikunten. dat, is de vraag; door niet op
dal verschil te letten, zou het'iieel goed kun
nen gebeuren duider in Zierikzee nïet langer
van nir.i \ au kerkwijk sprake mocht. zijn.
Welk een afstand ligt er niet tusschen niijit,
kiezers en <//? kiezers1:1 De politiek is
rooteudeels een tuul->juaestie.
De minister van Jünneiilandsche Zaken
heef! jhr. de Stuers openlijk terechtgewezen
omdat hij geheime .-lukken gebruikt Jieeit
voor het. vervaardigen van een openbaar
<'e,-clinl't. Dat grenst aan Mujesteilssehcnius
Nadat l horbceke gezegd had: '-Kunst is geen
ivgeeringst^/v , is Kunst, in de Stuers J
tegeenug.-ji. rxuoit geworden'. . . en nu stelt de
mini;-ler zich aan alsof deze 'V/Ar/v'//v.<persoon,
die gedurende jaren oppermachtig zijn scepter
gezwaaid heelt, een doodgewoon ambtenaar
is. Kn dit nog al na dat cadeau aan het
iujksmuseiim!
Jiredius krijgt, een leeuw en de Stuers een
berisping.
Het is weer een nieuwe liismarck-histom; \
\ roeg de Sluers mij om raad, ik zou zeg
gen : neem uw !',<??, nuni terug, en zend dien
.ten minister tehuis; straf hem met , i V< v<
r'ji'n \i n; , beter verdient hij niet.