Historisch Archief 1877-1940
No. 723
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
rgast natuurlijk op; maar dikwijls gebeurt het dat
Zijne Majesteit zegt: blgf zitten, blijf zitten",
hem zachtjes op zijne zitplaats terugduwt en
Daast hem gaat zitten, rookend, pratend; zeer
begaafd als hu is, is zijn gesprek altijd aange
naam en leerzaam.
Eens op een avond, na zich met eenige gasten
ie hebben onderhouden, riep hij iedereen aan de
tafel, rondom welke zij gezeten waren. Toen
zond hij om z\jn orde van den Kouseband, hem
pas door de koningin van Engeland verleend en
waarop hij zeer trotsch scheen te zijn. Het
onder??scheidingsteeken zelf is een prachtige band van
diamanten en goud, en, nadat het rondgegaan
?was, liep het gesprek over den oorsprong der
?orde; eenigen kenden de geschiedenis van Eduard
III en de aardige gravin van Salisbury met haar
kousenband nog niet; de koning verklaarde het
Honi soit qui mal y pense" op de onderhou
dendste wijze.
De kroonprins, die van een betrekkelijk kleinen
knaap, plotseling tot een bovenmatig lang en slank
man opschoot, is niet sterk. Hij is zeer bijziende,
draagt altoos een bril, maar heeft een aangenaam
voorkomen. Hij draagt snor en baard, de laatste
verbergt een leelijken mond en kin. In September
1881 trouwde hij Victoria, Prinses van Baden; hij
heeft twee zoons. De kroonprinses schijnt ook zwak
te zijn, en niet in staat om de guurheid van het
Scandinavisch klimaat te dragen. Noorwegen is niet
vaak begunstigd geweest met haar tegenwoordigheid
«n dit is jammer, want zij is innemend en maakt een
zeer aangenamen indruk. Wellicht miste zij bij
haar eerste bezoek daar te veel de hofmanieren,
-die zij voor passend hield. Men heeft verteld,
dat op een gala-diner een der leiders van het
Storthing, die naast haar zat, na zeer tevreden
*e zijn geweest over zijn diner, zijn arm om den
rug van haar stoel sloeg, achteruit schoof, de
beenen kruiste, en zich er behagelijk toe zette
?om eens een gezellig praatje te houden Men weet
dat de Hohenzollerns onder de eersten zijn om
jzulk eéne onachtzaamheid kwalijk te nemen.
Prins Oscar, geboren in 1859, is de zoon die
?eenigen tijd geleden door een burgermeisje (e
trouwen ieders aandacht tot zich trok.
Vóór zijn huwelijk hadden zijne vriendelijkheid en
zijn onberispelijk karakter hem overal bemind
gemaakt. Hij is kapitein bij de Zweedsche mari
ne en nu op een lange reis aan boord van een
Zweedsch fregat. Zijn huwelijk met Ebba Munck
heeft hem zoowel door de Zweedscho wet als
?door een koninklijk besluit, van de troonopvolging
?en andere koninklijke rechten beroofd. Ebba
Munck was eeredame van de koningin geweest,
?en was van eene ernstig godsdienstige natuur.
Prins Oscar had dezelfden aanleg, en het is geen
wonder dat hij zich tot haar aangetrokken ge
voelde, temeer daar zij de geliefkoosde gezellin
van zijne koninklijke moeder was. Zij zijn Jrie
jaren geleden te Bournemouth, in Engeland, ge
trouwd. Prins Oscar is het type van een edelman;
indien hij al iets van zijn positie verloren heeft
uit een wereldsch oogpunt, heeft hij zeker
-zijn populariteit doen toenemen door de conventies
terzijde te stellen en een beminnende en ernstige
vrouw te huwen.
De derde broeder, prins Karel, nu negen en
'twintig jaar oud, wordt als een der knapste mannen
?van Zweden beschouwd. Hij is officier in het leger.
Moeielijk kan men een schooner man ontmoeten,
?en voornamelijk als hij in zijn groot uniform van
? de lijfgarde gedost is, is zijne verschijning indruk
wekkend. Van alle Europeesche prinsen is hij de
meest vorstelijke.
De laatste en jongste broeder, Prins Eugène, is
zeven en twintig jaar oud. Toen hij te Parijs
?was, werkte hij op het atelier van de schilders
?'Humbert en Gervex, die veel goeds over het
talent van hun hooggeboren pupil zeggen.
Gedurende de zomermaanden kan men hem
in zuidelijk Zweden, in Schonen aantreffen, in
gezelschap van een welbekend Zweedsch schilder,
te zamen schetsen makend en elkanders gezel
schap genietend. Men vertelt dat de Prins veel
gelijkenis heeffrmet den ouden Bernadotte, zwart
Schaakspel.
34e Jaargang. 3 Mei 1891.
Redacteur: RUD. LOMAX, te Londen.
Adres : Mira Lodge, 49 Deronda Road, Herne Hill,
Londen (S. E.)
Verzoeke alle mededeelingen de schaakrubriek
betreffende aan bovenstaand adres te richten.
Schaakstudie van B. Horwitz.
SWART
4 stukken.
b
de f g h
WIT
9 stukken.
Wit geeft op den lOden zet mot liet paard
mat, zonder oen pion te verzetten of te slaan.
Oplossing van no. 72 (Healy).
l D.al. KfG 2 D.aS! enz.
Goede oplossingen van no. 72 van: W. v. II., to
Delft, F. A. Ternos, te Rotterdam, C. F. v. Ham to
Gorredijk, W. Albregts, te Amsterdam, D. Keestra,
Huizum en schaakspelclub Morpliy'1 te Kaatsheuvel.
Van no. 71 (Shinkman) van L. Süsholz, te Arnhem,
J. J. Speet, to Breda, H. B. v. Ithijn A/n., to Leiden
en H. G. B. te Amsterdam.
In 't geheel ontvingen wij van no 70 21 goede
oplossingen! Wij hopen van bovenstaande
schaakstudie een even groot aantal oplossingen te ontvangen.
haar, schitterende oogen, kromme neus en een
krachtige mond vol uitdrukking.
Voor den koning zelf heeft de heer Crichton
Sommervüle groote bewondering en, naar alle bezoe
kers van de Zweedsche hoofdstad instemmen,
zeer terecht.
De onwillekeurige uitdrukking die over ieders
lippen komt,is: Een prachtig man!" Zijn knap,
blozend gelaat wordt afgezet door grijs haar en
grijzen baard; maar de ouderdom schijnt zijn
persoon slechts meer innemend, beschaafd, indruk
wekkend gemaakt te hebben. Zijne breede schou
ders, lang en recht figuur voegen goed bij zijn
staat. Hij is: evey inch a king."
DE STRADIVARIUS-VIOOL.
Naar het Fransch van POMPON.
Op een goeden dag kwam ik door de rue de
Provence. Het toeval wilde dat ik bleef staan
voor een antiquiteitenwinkel, en toen ik mijne
oogen opsloeg, zag ik, dat ik voor het venster
van de brave Madame Manchaballe stond, de
moeder van de twee meisjes Manchaballe van het
opera-baüet. Nu moet gij echter niet denken,
dat de gedachte aan deze veelbelovende juffertjes
mij den krop van de winkeldeur in de hand gat
o, neen l Ik wilde alleen maar Madame Mancha
balle raadplegen over het koopen van een armband
van matigen prijs men komt immers dikwijls
in omstandigheden, dat men een dergelijk
sieraad noodig heeft. Daar werd plotseling
mijn aandacht getrokken door eene ouderwetsch
uitziende viool, die midden tusschen
Rococo-pendules, bronzen beeldjes en Amortjes van S
vresporcelein, op een stapeltje oude kant lag.
Wel, beste Madame Manchaballe, handelt
gij ook al in muziekinstrumenten? Of hebt ge al
leen het loffelijke voornemen, den leermeester
uwer dochters daarmee eene attentie te bewijzen ?"
Ik denk er niet aan, Mijnheer Pompon, in 't
minst niet. Ik behoor niet tot die moeders, die
invloed trachten uit te oefenen op de leermees
ters harer dochters. Ik weet, wat mijne dochters
waard zijn, en wacht rustig af, wat de toekom, t
haar zal brengen Neen, deze viool is een goed
werk, dat ik wilde doen."
Ik zette groote oogen op, want het was be
paald verrassend, Madame Manchaballe in de rol
van weldoenster te zien.
Kijk mij maar niet zoo verbaasd aan, mijnhoer
Pompon. Het is de laatste maal dat me zoo iets
overkomt. Maar, zeg mij eens, hoe hoog taxeert
gij dat instrument?"
Ik onderzocht de viool, die van dichtbij bekeken
den indruk maakte van een eenigszins gebrekkig
stuk speelgoed, en antwoordde zonder aarzelen:
Nu, onder ons zoowat op twaalf francs."
Mooi zoo! Weet ge, wat ik er voor heb be
taald? Vierhonderd francs, versta mij goe-J,
vierhonderd!"
Eerst meende ik, dat Madame Manchaballo mij
een beetje voor den gek wilde houder, maar toen
ik zag. dat er tranen in hare oogen stonden,
twijfelde ik niet langer aan de waarheid harer
woorden. Ik heb een zeer gevoelig hart en kan
niet eens een krokodil zien schreien, allerminst
eene vrouwelijke. Ik werd dus geroerd en greep
de handen van de oude kroko ... van Madame
Mancbahalle bedoel ik en zeide:
Vertel mij alles, dat zal uw hart lucht geven.'1
Ach, mijn lieve mijnheer Pompon, gij draait
mij het mes in de wonde om, maar ik kan u niets
weigeren, sedert gij zoo allerliefst over mijno
Judith hebt geschreven in uwc recensie over
Coppelia." Wanneer zij ooit carrière maakt, heeft
zij het aan u te danken."
En toen ik bescheiden haar lof wilde afVeren,
zeiilo zij: Zog dat niet, mijnheer Pompon. Er
is niets, wat een jong meisje zóó vooruit brengt.
als de couranten "
Gij hebt volkomen geiijk, maar laten we nu
maar liever over de viool spreken."
.,Daarop kom ik wel weer terug. Xu dan, eens
op een morgen, in den kouden tijd Judith en
Rebecca waren juist naar de repetitie gegaan en
COKJiESrOXDEXTIE. l
J. J. Speet te Breda. U kunt gerust de oplossingun i
altijd wat later sturen. l
BIN*XE\L.\XDSCHE
CORHESPOMM-.XTIE WEÜSTltIJDEX.
Groningen. Hoogeland. Hooge/and. Groningen.
9
10 P.c3
11 P.d.j :
12 D.d5:
D.,7
d 5
P.d.j:
Grouiugen.
8
9 D.o2
10 TS1
9 O-U
10 L.e2
11 ed():e.p.
^"inscUoten.
ff2:
D.c7
P.a
D O
d.")
l'.dÜ:
Errata. 3e noot in parlij liurger-lïauer lees:
De meeste liamlh-iJuirii'ii en/.
Lijst der prijzen behaald door den pas overleden
Gapt. Mackenzie op de groote Europecsehe Inter
nationale wedstrijden.
Parijs 1878 deelde 4de en f>dc prijzen met liird
(1ste Zukertort, 2de Wii:awir, 3de lilackbiirno,
Gdc Anderssen.)
Weencn 1882 deelde 4de en 5de prijzen met
Zukertort (1ste en '2de prijzen Steinitz en
Winawer, 3de Mason, fide Blurkburno.)
Londen 1883 deelde 5do, tide en 7de prijzen
met Englisch en Masou (1ste VCiikertort. 2e
steinitz, .'ide Blackbtirnc, 4e T.iehigorinj
Ilambuig 1885 7e prijs flste prijs (iui;sl).>r;r.
In overige 5 prijzen deelden Blackburne, Knglisch,
Mason, Tarrasch en Weiss.)
Hereford 1885 4de prijs (Istc prijs B'acklmrne,
2de en 3de prijzen liird en Schailopp.)
Londen 188*5 geen prijs (1ste prijs lilackburne,
2de Burn, .'ide en 4de (iur.sbcrg en Taubcnhaus,
5de Mason.)
Frankfort 1887 1ste prijs (2o en 3de RliU'.kburne
en Weiss, 4de von Bardeleben, 5de en (ide Berger
en Tarrasch.)
Bradford 1888 2de prijs (Ie prijs ('iunsberg, 3<'e
en 4de v. Bardeleben en Mason, 5de liurn, Gde
en 7e Jilaekburrie en Weiss)
Manchester 1890 ,'ide en 1de prijs gedeeld mot
Bird (1ste Tarrasch, 2dc Blackburne, 5de en ('.de
Gur.sberg en Mason).
Een portret van Mackenzie verscheen in hot
Weekblad de Amsterdammer van 18 Aug. 188'.).
ik was bezig mijne porceleinen beeldjes zorgvuldig
af te stoffen want, weet u, er is niemand, die zoo
veel verstaed van stof afnemen heeft als ik, dat kan
men niet leeren, dat is een natuurlijke aanleg.
Ik ga over de Apollo's, Minerva's, Tritons en
Amortjes heen, terwijl ik ze nauwelijks aanraak,
en ik geloof, dat de lichtheid, die mijne dochters
in de beenen hebben, van mij afkomstig is nu,
daar komt op eens een jong bedelmeisje in den
winkel, mooi, ondanks haar vuile lompen en met
eene viool onder den arm. Zij smeekt om een
aalmoes en natuurlijk zeg ik neen". Want mijn
principe is, nooit iets te geven aan onbekende
bedelaars, ja, niet eens aan bekende.
Maar daar begint het kleine ding te snikken.
Heb medelijden met mij, madame, het is alleen
maar om een beetje brood en melk te koopen
voor mijne zieke moeder. Later, wanneer de
menschen op zijn, zal ik op straat zingen, en van
middag zal ik u het geld terugbrengen. Daar,
wanneer ge mij niet vertrouwt ik heb mijne viool
niet noodig bij het zingen neem haar als onderpand.
Het is een kostbaar stuk, dat nog van mijn
overgrootvader afkomstig is en waarvan ik mij
anders voor niets ter wereld zou willen scheiden.
Gij hebt dus werkelijk niets te vreezen."
Dat begreep ik .?ik hield de viool en gaf het
meisje twintig sous."
Pardon, Madame Manchaballe, gij zeidet straks
vierhonderd francs T'
Wees dan toch geduldig! Om een uur of
elf verschijnt er een oudachtig, bijzonder deftig
uitziend heer, met een monocle voor zijn oog.
een grijzen baard en een veelkleurige roset in
zijn knoopsgat, zooals een gezant of een andere
voorname vreemdeling. Hij begint mijn bronzen
en porceleinen beeldjes nauwkeurig en met een
kennersblik te bekijken; plotseling, de viool
ziende, deinst hij ten hoogste verbaasd achteruit.
Hij neemt baar in zijne hand, betast haar, beklopt
ze aan beide kanten, houdt haar aan zijn oor,
tokkelt aan de snaren en zegt eindelijk: Gij hebt
daar een echte Stradivarius."
Dat is onmogelijk."
Dat is zóó goed mogelijk, dat ik haar u dade
lijk voor vijfhonderd francs afkoop." Ik moest
gaan zitten, de geschiedenis maakte mij zenuw
achtig: Ja; maar do viool is niet van mij,
zij behoort aan aan een artist, die haar van
zijn overgrootvader heeft geërfd en er geen af
stand van wil doen. Hij heeft haar hier bij mij
gelaten als pand voor eene vrij groote som, die
ik bem heb geleend."
H;j zal zich wel laten overhalen, Madame.
Bezorg mij de viool voor vijfhonderd francs en
dan komt het bij mij niet aan op nog een twee
honderd francs voor uwe bemiddeling. De heele
grap kost, mij dan vijfendertig louis, wel wat veel,
maar misschien maak ik toch nog goede zaken
ermee."
Goed, mijnheer, ik zal met den artist spre
ken. Kom vanmiddag maar terug." ?s Middags,
daar komt mijn artist de winkeldeur weer in. En
werkelijk, zij bracht de twintig sous terug: Dank
u zeer, Madame, hier is uw geld en mag ik nu
mijn viool hebben y"
Mijn lieve kind", zeide ik, ik zal u eens iets
voorstellen, dat u zeer veel pleizicr zal doen. Ik
ken een ouden heer, die uw viool wil koopen . . .
voor driehonderd francs''.
Xeem mij niet kwalijk, dat ik u nog eens in
de rede val, Madame Mancheballe, maar gij hebt
straks over vijfhonderd francs gesproken'1.
Zeker, zeker, mijnheer Pompon, men kan zich
wel eens vergissen, soms zelfs in zijn voordeel, en
bovendien vond ik vijftien louis al meer dan ge
noeg voor die kleine bedelares. Ik dacht, dat ze
van vreugde zou dansen, want, driehonderd francs,
dat was toch een kapitaal, dat haar zoo maar
\an den hemel in haar schoot viel, maar neen,
zij maakte nog bedenkingen ; zij kon niet schei
den van het instrument, het kwam nog van haar
overgrootvader, kort en goed, tot mijn grooten spijt
moest ik zelfs tot vierhonderd francs gaan. Ten
slofte had ik dan toch nog een kleine winst van
viif louis . . . ."
KABEL-MATCH STEIMTZ-T5CI11GORIX.
Wij vernemen zooeven uit New-Vork dat
Steinitz beide partijen beeft opgegeven. Onverwacht
was dit bericht geenszins; want het was nagenoeg
van den beginne af aan een hopelooze strijd. Er
kan na Tschigorin's schitterende overwinning,
niet langer de minste twijfel bestaan aan do in
correctheid der beide door Steinitz aanbevolen
zetten. Steinitz' reputatie als sterkste schaak
speler der wereld heeft o, i. door den nadeeligen
atloop van deze match niet in het minste geleder;
alleen zal men in 't vervolg aan zijn beweringen
niet altijd aanstonds onvoorwaardelijk vertrouwen
hechten. Hoe hoog Steinitz ah schaker ook staat,
als theoreticus schijnt hij, althans wat zijn begrip
pen omtrent de spelopeningen betreft, aan groote
dwalingen onderhevig; hoe is 't anders mogelijk
dat hij / 2500 waagde aan twee algemeen afge
keurde zetten! Ware niet zulk een groote som
aan deze match verbonden geweest, men zou ge
neigd zijn te gekuiven dat Steinitz, iepen beter
weten in, de taak ondernomen had. Zijn zucht
naar bet excentrieke is bem zeker nooit zoo duur
te staan gekomen als in di-ze match, en voor
zijn prestige is 't zeer wensrlie'iijk dat hij zich in
't vervolg van dergelijke bizarre proefnemingen
ontlmude. In zijn match met Gunsberg kostte
't hem drie en tegen Tschigor;n zes partijen. Op
het groote tm.rnooi in 18,s;j te Londen verloor
hij dadelijk in den beginne t'.vee spelen (tegen
Eiigli.-ch en Tscliigorii,) door een opening te kie
zen, die, iedereen wist dat IHMII oumMdeliijk de
partij moest doen ierliozc:i. Wij laten bier do
beiiio (?? iTespondeutie- partijen in haar geheel
volgen. Du match werd begonnen 21 (Ictober 1890
en'gtüir.tligd 28 April 1S<)[.
Gelegenheden om in Amsterdam te «chaken :
Vereen! gd Amsterdams»; h Srhaakgenoütschap
(opgericht 187!)). Contributie f 'i. entree /'2.50.
Speelavonden Woensdag en Zaterdag 8?12. Caf
do lïoode Leeuw, Vijgendam.
Amsterdamsche Schaakcid). Contributie f 3,
entree /' 1. Speelavond Maandag S?12. Caf
Wiederholt, Damr»''
Behalve de tweehonderd francs voor uwe be
middeling," merkte ik op.
Natuurlijk behalve de tweehonderd francs.
Maar zaken zijn zaken, en Judith en Rebecca
kosten mij ook altijd nog meer, dan zij verdienen.
Mijne kleine bedelares besloot eindelijk de viool
af te geven voor vierhonderd francs, en daar ik
goede redenen had, haar niet te laten samenkomen
met den ouden heer, kreeg ik alles wat ik in
mijn kas had te voorschijn, vier mooie blauwe
banknoten, gaf ze aan het meisje en hield den
Stradivarius."
Nu, en verder, Madame Manchaballe?"
Nu, wat zou er verder nog gebeurd zijn? De
heele boel was een schandelijke bedriegerij.
Maar wie moet men dan ook vertrouwen, als
het niet zoo'n oude heer is met grijs haar en een
roset in 't knoopsgat? Die oude diplomaat was
een doortrapte oplichter en het kleine bedelmeisje
zijne helpster, want ik heb ze geen van beiden
teruggezien en daarom de viool gehouden als
aandenken. Hebt ge mij niet gezegd, mijnheer
Pompon, dat zij twaalf francs waard is? Gij zijt
mijn vriend, ik wil wel met u handelen, neem
haar voor vijftien!"
Dank u zeer, Madame Manchaballe," ant
woordde ik, ik ben helaas in 't geheel niet mu
zikaal en kan dus geen gebruik maken vun den
Stradivarius."
VOOR DAMES.
Weener mode. Kappers te Berlijn.
Hygiëne, der huid. Poppententoon~
stelling,
Weenen heeft, evenals Parijs, zijn wedrennen,
en bij deze wordt, evenals te Parijs, een groote
uitstalling van voorjaarstoiletten gehouden. Het
ongestadige weer intusschen maakte dat men er
ditmaal niet enkel lentemodes, maar ook vooral
regenbuitoiletten vertoond zag. Een zeer geliefde
stof was daarbij, voor demi-saison-mantels, een
zilvergrijs met groote ovalen en halve manen; een
der fraaiste costumen was van mosgroen
cachemire, met groene kralen geborduurd, halven sleep
met drie volants, alle met kralen rand, en hooge
groen riuweelen mouwen met epauletten van
groene kralen. Hierbij werd een toque van viool
tjes en in het kralenceintuur een bouquet van
viooltjes gedragen.
In Weenen draagt men nog veel faijon tailleur;
het corsage in den vorm van een jas met breede
panden en wijd openstaande revers; dit, evenals
de rok, van wol met groote noppen of ripsachtige
zijde. Een ander model is de polonaise van groen,
héliotrope, staalgrijs of prune laken, op een tablier
van dezelfde kleur fluweel zich openend. Voor
jonge meisjes ziet men veel japonnen van bleek
blauw laken, die, als een boezelaar aan schouder
banden hangend, aan het middel onder een zil
veren ceintuur worden bijeengenomen, en verder
geen versiering hebben. Er behoort een afzonder
lijk corsage bij, waarvoor men liefst blauw of
zwart tluweel neemt, maar een tricot of een
blouse kan men er ook bij dragen.
Eene andere combinatie in denzelfden geest
vormen afzonderlijke rokken, die men zoo kost
baar of versierd neemt als men wil, eenvoudige
zijden of stoffen corsages en daarover een zeer
breede ceinture Médicis, die van voren en van
achteren dicht geregen wordt. Over het corsage,
dat versierde mouwen heeft, draagt men een
jac([uette zonder mouwen, van voren openhangend,
met korte aangezette basques, en versierd met
pattes van paarlemoerborduursel. Het paarlemoer
is dezen winter en ook dit voorjaar karakteristiek
voor Weenen.
Behalve de korte mante Henri II" draagt men
te Weenen ook, althans oudere dames, een
grooteu zijden mantel, eeuigszins model bonne femme,
van zwarte Sicilienne, niet dunne gekleurde zijde
gevoerd, die het toilet als een stofmantel dekt
en het toch laat zien. Van voren namelijk sluit
de mantel niet, maar wijkt 5 a 10 centimeter
EVAXSGAMB1ET.
Wit. Zwart.
Tschigorin. Steinitz.
T WE EPAAR DEXS PEL
IX DE XAIIAXD.
el
I'.13
3 Let
4 l>4
5 C.3
G 0-0
7 dl
8 L .g5
il d5
10 D.al
11 P.a3
12 L.e2
13 r.cl
14 d(i
j5 p.bu
K! D.aT :
17 L.cl
18 L.a3
l!) TaiIL
20 L.cl
21 P.d.->
22 l'.hl
23 p.tr>
21 l'.do
.25 L.d5:
2<> L.cii:
27 L.c.'i :
28 D.art :
21) Dal
30 T.d2
31 T.bt
32 T.1.5
33 I), b l
31 al
35 T.bi;
'M I).a5
37 cd 5 :
38 dG
p.c<;
L.c5
L.bl:
L.a5
D.fó ?
P.hti
D.d
P d8
L b(J
cG
L.c7
D f8
L.dö:
T b8
P.eti
P.giJ
c5
i' ft;
L.c7
L. dij
P.d:>:
a'i
D.dl! :
1) c7
feG:
T.a8
D.c5
K (18
K.c7
T.d8
I) d>
dij
De8
I) f8
(15
K.b
opgegeven.
Wit.
Steinitz.
l e4
2 P.f3
3 L.c4
4 P.g5
5 edó:
G L.böf
7 dcü:
8 L.e2
!) P.hij?
10 d3
11 Pc3
12 P.al
13 P.gl
14 c,3
15 dl
K! c4
17 P.di
18 b3
l!) L.b2
20 D.c2 ?
20 a3 was ontegenzeg
gelijk beter geweest.
Zwart.
Tschigorin,
e5
P.e
P.f
d5
P.a5
c (3
bcG:
h
L.c5
0?0
P.d5
L.d
L.d7
f5
e-i
P.e7
L.e6
L.b4
f4
20
21 Kil
22 gf'3 :
23 L 13:
24 P.c4
25 I).e"2
2() D.eli f
27 L.d4 :
'28 D.h.'
2'J L.e5
JO L.f'4
il Dd.'if
2 D.(M:
53 13
il I).a7 :
>5 D.c7
ui a3
57 P.fö:
!8 K.gl
opgegeven.
D.d4 :
i.3
et'3:
L.fó
L.e4:
L.fS :
K.h7
L.hl :
P.ff>
T.aeS
P.d4
L.e4
T.f4:
T.ei'8
c5
P.C!)
T.f3:f!
T.f3 :j
L.d2