Historisch Archief 1877-1940
4
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 725
ftf
Te Utrecht zal in de eerste week van Juli bij
gelegenheid van de studentenfeesten een
invitatietentoonstelling worden georganiseerd in den geest
van die verleden jaar te Leiden gehouden werd.
De zaak is in goede handen en van verschillende
zjjden is reeds gewenschte medewerking toegezegd.
Een moeielijkheid is natuurlijk het vinden van
een localiteit, maar men schijnt er over te kun
nen denken een loods te zetten, wat wel het beste
pleegt te zijn.
Roger Miles heeft in r Art dans les Deux Mondes
voor de Paryzenaars den etser Storm van
'sGrasande ontdekt en wijdt een uitvoerig artikel aan hem.
Het is niet waar zegt hij, dat het werk van Storm
faciele kunst en nogmaals onwaar dat het
kinderachtige kunst is.
13 Mei. V.
DER CID.
Gedicht en muziek van PETEK COENELIUS.
Den 21en April is te München bovengenoemde
opera opgevoerd. Zooals men weet was Cornelius
den smaak van het publiek vooruit, zoodat hij dan
ook niet begrepen werd. Ik heb in een vroeger
bericht reeds vermeld hoe geestig Cornelius den
smaak van zijn tijd parodieerde, door aan een
vriend te schrijven dat hy een opera zou
componeeren bestaande uit Flotowsche melodieën,
uitsluitend geharmoniseerd met drieklanken en
dominant-septiemaccoprden, terwijl hij in de laatste
acte voor de afwisseling een verminderd
septiemaccoord zou aanwenden.
Cornelius heeft te Weimar het scenario van
deze opera ontworpen, doch het schandaal dat de
opvoering van zijn Barbier von Bagdad aldaar
uitlokte, deed hem besluiten naar Weenen te
gaan. In 1860 begon hy Der Cid te componeeren
en in Nov. 1864 was de opera gereed.
Ondanks het voorgevallene te Weimar noodigde
de groothertogin hem uit, zijne opera aldaar te
doen opvoeren. Het personeel was echter niet
tegen zulk een werk opgewassen en de eenige die
een goed resultaat met de instudeering had kun
nen bereiken Franz Liszt had Weimar reeds
verlaten Wel bood Richard Wagner aan, de opera
in te studeeren, doch de intendant sloeg dit aan
bod af.
In Mei 1865 had evenwel toch eene opvoering
plaats, doch hoewel zij aanvankelijk succes had,
verdween deze opira spoedig van het repertoire.
Het schijnt dat Cornelius nooit eenige moeite
heeft gedaan om zijne werken opgevoerd te krijgen.
Ook miste hij geheel den tact zich te pousseeren.
Hij was de Spaansche taal goed machtig en
schijnt (volgens de berichtgevers) zijne
nasporingen hoofdzakelijk in Spanje gedaan te hebben,
ten einde de bronnen op te sporen.
Zijn gedicht wordt geroemd als ver boven de
gewone opera-libretti staande.
De kapelmeester Levi die het werk instudeerde
heeft tevens eenige wenschelijke wijzigingen in de
muziek aangebracht.
De handeling begint dadelijk met de aanklacht
van Chimenc, dat Ruyz Diaz (ttodrigue) haar vader
heeft gedood.
Zij roept een wreker op, ten einde die daad te
straffen. Op aanraden van Ruyz Diaz' oom, den
bisschop Luyn Calvo, geeft hij zich zelf aan de wraak
van Chiraene over en stelt den koning zijn zwaard
ter hand.
Verschillende boden komen echter met schrik
melden dat de Mooren overal het land bestormen.
Chimene offert haar wraak aan het heil van het
vaderland op, terwijl Ruyz Diaz zijn zwaard
terug ontvangt, ten einde do Mooren te gaan
bestrijden.
In het tweede bedrijf strijdt Chimene tusschen
haar haat en bewondering vati den held. De ridder
Alvar Fanez, die haar wreker is, wekt haar op
in haar haat te volharden, doch de verschijning
van Ruyz Diaz, die afscheid komt nemen, doet
dien haat in liefde overslaan.
In de derde acte heeit Ruyz Diaz de Mooren
overwonnen. Hij keert als overwinnaar, door het
volk toegejuicht, terug. Chimene, die hem reeds
dood waande, snelt op hem toe en daarop
vereenigt de koning de beide gelieven.
Dit libretto is heel wat beknopter dan het
libretto van dien naam door Massenet gecomponeerd.
Wat de muziek betreft, wordt gemeld dat zij in
vrijen dramatischen stijl geschreven is.
Hoewel de declamatie den Wagnerschen stiil
nab\jkomt, is bij de sou ook aan de cantilene een
ruimer plaats gegeven.
De ensembles en koren zijn zeer effectvol ge
schreven en hebben veel dramatischen gloed.
In de eerste acte worden als het beste geroemd
de eerste koren en vervolgens de treurmuziek bij
Chiments's optreden, waarvan het hoofdmotief terug
keert bij de overgave van het zwaard aan den
koning en aan Ruyz Diaz, Het culminatiepunt
wordt in deze acte echter bereikt als de ver
schillende boden de ongelukstijdingen brengen,
begeleid door de angstkreten van het volk.
In de tweede acte is het karakter meer lyrisch
dan dramatisch. Deze geheele acte heeft echter
zeer grooten indruk gemaakt en vooral het slot,
de liefdescène, wordt meesterlijk genoemd.
De derde acte, hoewel minder belangrijk dan
de vorige, bood echter veel schoons. De
vereeniging van de gelieven, het visioen van Chimene,
waarin (volgens eene oude sage) de Cid nog na
zijn dood te paard gezeten alle vijanden overwint,
en het korte slotkoor vormen een waardig slot.
De uitvoering wordt met zeer veel lot vermeld.
Bovenaan stond Frl. Ternina als Chimene.
Herr Brucks (Ruyz Diaz) wordt in de drama
tische scènes zeer geroemd, doch schoot te kort
in de lyrische momenten. Vogl wist de kleinere
partij van den koning tot een hoofdpartij te ver
heffen. Ook de overigen werkten mede tot een
schoon geheel, terwijl koor en orkest voortreffelijk
genoemd worden.
Het enthousiasme was bij het publiek zeer
groot en de heer Levi werd stormachtig toe
gejuicht.
GORTER'S VERZEN.
(Ingezonden.)
Ik heb het opstel van Heijn van Cortrijck in de
Tijdspiegel gelezen en herlezen, omdat ik in
Gorter's verzen genoeg waardeer om te wenschen ze
geheel te kunnen genieten. Dankbaar erken ik dat
de schrijver mij daarin een handje heeft geholpen.
Maar ik ben nog niet waar ik zijn wil en vraag
daarom meer licht. Neem b. v. dit gedichtje:
De stille weg,
De maannachtlichte weg
de boomen
de zoo stil oudgeworden boomen
het water
het zachtbespannen tevreeëwater.
En daarachter in 't ver de neergezonken hemel
met 't sterrengefemel."
Zeker, zonder gezegden, geven die zinnen een
beeld, ze schilderen. n, geen schoolmeester, geef
ik gaarne gezegde en voorwerp cadeau. Maar dat
sterrengefemel", daar ian ik het niet mede vinden.
Ik begrijp wel dat hier gefonkel" bedoeld moet
zijn, want sterren plegen op dergelijke avonden
aan andere bezigheden niet te doen. En nu kan
het mij weinig schelen, met welken klank Gorter
die bezigheid weergeeft. Maar dit woord femelen
heeft een bepaalde beteekenis, en het geeft dus
een bepaald beeld. Ik b. v., ik denk. als ik dat
woord hoor, aan een neepjesmuts, een kerkboek
en een warme stoof. Daarvan echter bedoelt Gorter,
als ik hem wel begrijp, niets voor uw geest op
te roepen. En nu wilde ik vragen of het in
dergely'ke gevallen, niet noodig is een woord te
maken, dat niet door zijne bepaalde beteekenis
den lezer van de wijs brengt, hem in de juiste
voorstelling bemoeilijkt.
Geflemel" b. v, zou door de korte beweging
die in fl ligt (flikkeren, fluks enz.) zeker even
goed, misschien beter het beeld hebben weerge
geven, en, omdat het niets beteekent, niet door
zijn beteekenis hebben kwaad gedaan.
Zoo ook het windregengedichtje:
Flapperend staan de waggelende lanen
aaiende bladen, 't opklappend geblaaier,
pralend groen waait de trantelende wanen,
langs boomehage' wankelvoete maaier.
Ik begrijp wel, dat de aai-klank daar niet bij
toeval viermaal in voorkomt. Maar niettemin is
voor mijn gevoel het woord aaiende hinderlijk.
Aaien is zacht strijken. Gs denkt daarbij aan
twee gladde of zachte oppervlakken, een hand en
een warg, een hand en een mof ot een kat, enz.
Maar aan iets rlapperends nattigs doet aaien"
niet denken. Het werkt dus de voorstelling die
de dichter wenscht tegen, in de plaats van ze
weer te geven.
Wil een van hen die Gorter beter begrijpen dan
ik, daarover zijn oordeel zeggen? En wil hij dan
meteen zeggen wat trantelende wanen" zijn of
welk beeld er mee bedoeld wordt'?
Ik zal hem voor liet antwoord even dankbaar
zijn als u voor de plaatsing, M. de R. ZADOK.
MEVROUW BLAVATSKY.
Te Londen is de bekende mevrouw Blavatsky,
de stiehteres der Socié'.éThé'isophique, die thans
in Europa en Amerika 17;i onderafdelingen telt,
de gromifegster der moderne ^geheime wetenschap '
overlelen. Haar uaaui zal verbonden blijven
aau de zonderlinge beweging die sedert een twintig
tal jaren zoo velen tot het mysticisme en het
vorschen naar spiritistische geheimenissen drijft.
Mevrouw Blavatsky was een Russin, in J 8.'l
te Ekaterinoslaw geboren. Nadat zij weduwe
was geworden van een gouverneur van den
Kaukasus, bracht zij naar de legeuden van haren
godsdienst verhalen - zeven jaren door op de
eenzame hellingen van den Hitnalaya en hield
daar van tijd tot tijd lange gesprekken met de
Thibetaausche gelee den, die nog steeds ,,de be
zoeken der geesten onlVBiigm, welke sinds het
begin der wereld alleen voor de ingewijden be
waard zijn." Omstreeks 1S7-1 legde zij de grond
slagen tot het theosopbisch genootschap, dat
eebter eerst volkomen georganiseerd werd in l^TS.
Maar reeds lang had /ij zich, tusscben bet ver
blijf in den Hiinalaya en de reis ia Arneiika,
met voorbereiding en o.it.vikkeling beziggehouden.
Te Caïro had zij tot geestverwanten dea heer en
mevrouw Coulomb; met dezen onderscheidden zich
hare oefeningen nog niet van die van gewone
mediums en spiritisten ; te New-York leerde zij een
Yankee, kapitein Olcott, kennen, die haar terste
geloovige vulger werd, baar hielp een godsdieiist
en ecu kerk te stichten, en met haar naar
Indiëging, nadat bij zelf de verschij
ning van een »Mahatrna" gtrioteo en de ie beai
een werkelijker! tulband a's teekeii vau h -none
ring gelaten had om nog meer van de wijs
heid der geesten, het astraal lichaam, de vierde
dimensie, het esoterisch Boeddhisme en de
Kabbala te welen te komen.
Het Boeddhisme toch van mevrouw lilaratsky
week in vele opzichten van het oorspronkelijke
af; zij leerde het vaT de Mahatma's", en onder
hield met deze, hetzij het te Parijs, te Madras
of te Londen was, steeds de correspondentie.
Steeds hooide men om haar heen het ge.klinge.1
van onzichtbare klokjes, rozen vielen van bet
plafond, ledige fle-scherj werden gevuld, en vooral
twee van haar getrouwen,
Koet-Iloemi-LulSiiig en Mahatrna Mory.i, schreven aan haar en
hare vrienden, zelfs aan nieuwbekeerden en zelfs
aan onverschillige kennissen, voortdurend brieven.
O ui haar heen gebeurden steeds wonderen; het
ontvangen van dezeu vloed van brieven, door
onzichtbare banden aangegeven, »de psycholo
gische telegraphie" genaamd, was een der ka
rakteristiekste. Ze kwamen altoos van den
Himahiya, bevatten steeds raadgevingen en keringen
van den Mahatma, en ook wel eens zeer onbe
langrijke dingen.
In Indiëhad mevrouw Blavatsky ginsc';e
scharen van aanhangers. Toen zij vertrokken
was en te Parijs woonde, Rue Notre-lhime des
Champs, openden de Engelsehen in Indiëeeue
hevige campagne tegen haar. De eeuen beweerden,
dat zij eerie Russische spion was, de anderen
bestreden haar uit protestautsch oogpunt en de zen
delingen predikten tegen baar. /ij hal een boek
geschreven, luis U-mciled; in liet tijdschrift van
het Christian College te Madras kwam eene
reeks van vinnige artikelen tegen haar en haar
boek; zij vertrok naar Indiëom hare vereerders
gerust te stellen. Maar toen juist vaardigde bet
genootschap voor psychische onderzoekingen te
Londen een zijner leden, den heer Hodgson af,
om te trachten eene enquête naar Mevr.
hlavatsky en hare wonderen in te stellen, en deze
heer publiceerde een verpletterend rapp >rt, waarin
hij beweerde, dat »Blavatsky is niet de
verkondigster van geestenzieners die het publiek niet
kent, evenmin eene gewone avonturierster, maar
zij heeft hare plaats in de geschiedenis veroverd,
als een der vernuftigste en interessantste be
driegsters, wier naam tot de nakomelingschap
verdient te komen." Het rapport intusschen,
ofschoon het in Engeland veel besproken werl,
bracht de geloovigen niet aan het wankelen.
In Indiëmaakten uu de Kngelschen het baar
zeer lastig, te meer omdat men haar steeds meer
voor een Ru-sisch spion hield; in Frankrijk
richtte zij het tbeosophisch genootschap Isis op,
dat later verdoopt werd in Ht-.rmes. Het tijd
schrift ervan heette Le Lntua, toen Revue Th
osophiijue, toen Le Lotus tttu. Het voer Ie een
hevigen strijd tegen de christen-theosopUen van
het tijdschrift L' furore, onder Lady Caithness,
hertogia van Pomar. Mevrouw Blavatsky was
trouwens zeer strijdlustig; zij trok telkens te
velde, hetzij tegen tegenstanders, hetzij tegen de
spiritisten, theosophisten, magiërs of kabbalisten
van andere scholen.
De statuten van hare genootschap beschreven
drieërlei als het doel van haar streven :
1. L)e kern te vorm=n van een algemeene broe
derschap der menschheid, zonder onderscheid van
ras, geloof, sekte of kleur.
2. De stulie te bevorderen van de Arische
en andere Oostersche litteraturen, godsdiensten
en wetenschappen.
3. Ue onverklaarde wetten der natuur en de
psychische trachten van den mensen te onder
zoeken.
A7an deze drie doeleinden is het laatste zeker
het best bereikt, want dn studie der Oostersche
talen is meer door gelee den buiten het genoot
schap dan door de leden daarvan be-orderd, en
wat de broederschap b< t eft, de kern der
be(?tuurJers, met mevrouw Blavatsky aan het hoofd,
heeft e .'en vinnig uitgevaren tegen degenen die
slechts eene schakeeiing van hen verschilden, als
dat gewoonlijk met dwepers het geval is
gewe st.
Iu elk geval is mevrouw P.'.avatsky eene zeer
merkwaardige vrouw geweest. Hare verbranding,
die dez ? week te Woking in Engeland plaats
had, werd door scharen van vereerders, onder
welke fen groot aantal Hindoes, bijgewoond Er
werden redevojriugen gehouden op het verdwij
nen van deze incarnatie" van den geest van
mevrouw Hlavatsky, en de leden wekten elkarider
op om rnoc lig de, gouden tr den tot d^n Tem
pel der Goddelijke Wijsheid te b'.ijven
beklinum-n."
Inderdaad is de theosophisciie beweg'ng,
/oowel ia Amerika als in Iixlië, in E igelaud als in
Frankrijk, nog steeds toenemen Ie.
V A K l A.
PLASTISCHE KL'XST.
Op het Museum van Kunstnijverheid te Haar
lem zullen a.s. Zondag en volgende dagen ten
toongesteld worden, twee groota
decoratie-paneelen de Dans" en de Muziek" voorstellende en
eenige kleinere decoratieve stukken met
kinderiiguron voorstellende het hcldcnlicd. het minne
lied, het cereinonieele en het feestlied." Deze
decoratieve .stukken versierden de muziekzaal van
den heer J. T. Creruer en worden voor eenigen
lijd ter expositie aan het Museum in bruikleen
afgestaan. De merkwaardige verzameling van
antieke juweelkistjes, doozen, etuis, enz. die thans
eveneens in genoemd museum te zien is. wordt
druk bezocht; uit alle provinciën van ons land
worden inzendingen ontvangen. Van af het vorste
lijk juweelkistje tot de koperen tabaksdoos zijn
i exemplaren voorhanden en geven de/e
tcntoon! stelling een echt nationaal karakter.
Gedurende de Pinksterdagen is het Museum
geopend.
TOONEEL EN MUZIEK.
Met leedwezen zal zeker vernomen worden dat,
volgens ontvangen bericht, de vroegere orkest
directeur der Fransche opera te 's Gravenhage,
de heer Granier, die juist een jaar geleden bij
de shütingsvoorstelling door een beroerte werd
getrotïon, te. Mor.tpellier is overleden, waarheen
hij was overgebracht. Daar de berichten omtrent
zijn gezondheidstoestand voortdurend gunstig
luidden, komt deze doodstijding zeer onverwacht.
Als orkcstdirccteur had tiranier buitengewone
verdiensten, en zijn grondige muzikale kennis en
ontwikkeling maakten hem tot vraagbaak en
raadpevcr van velen. Hij zoowel als zijne vrouw, d'C
in de opc'ra-comii|iic en ook enkele malen in de
groote opera (Mirtha in l''an«t) rollen vervulde,
waren sympathieke personen.
Ken der incest geliefde Parijsche komieken,
Ait'red Jolly, is in den ouderdom vau ~,i'ïjareu
aan maagkanker gestorven. Hij heette eigenlijk
,Iolv, maar verdubbelde de l omdat hij niet zijne
j grimassen den naam weinig eer aandeed. Hij werd
het eerst door de operette bekend, en verwierf'
, eerst \óór zes jaren zijn grooten naam als
tooueelspelüf. Zijn grootste triomf waren in hel jaar
ISsH de fS'io-jin'spx du- JJirorce. die door Fen
'l'onjihict en Miidume I\Ionnudi>i gHvolgd zijn. Ofschoon
zijn kwaal reeds ver gevorderd was. was hij het
toch geheel alleen, die het laatstgenoemde stuk deed
slagen. Toen de /iekte hem dwong, de roïvan
i Mong.-idin op te geven, en een andere
looneclspeler haar overnam, daalde do recette van don
eencn dag op den anderen van het maximum tot
! op liet minimum, liet Vaudeville-theater zal lang
[ moeten zoeken, eer het deze voortreffelijke kiacht
j door ceno andere zal hebben vervangen.
In de stad Orleans is het jaarfeest van Jeanne
i d'Arc, de Maagd van Orleans, dit jaar met bij
zondere feestelijkheid opgevoerd Er is een iny-tère
opgevoerd, door den dichter Fabre uit een oud
gedicht getrokken. De Temps heeft het in ztfn
geheel afgedrukt, en Duitsche bladen merken op,
hoe Schiller ook deze bron moet gekend hebben,
want geheele halve regels er van komen in zijne
tragedie voor. De president Carnot heeft de fees
ten met zijne tegenwoordigheid vereerd, en de
ridders van Karel VII hebben met geestdrift vive
Carnot!" geroepen. De vertooning, en de optocht
die daaraan voorafging, zijn niet erg meegevallen;
men had er de costumes voor geleend uit de
garderobes der Parijsche schouwburgen, waar
Jeanne d'Arc vertoond was, en vele daarvan waren
enkel op het avondlicht berekend of hadden erg
hun friscaheid verloren.
LETTEREN EN WETENSCHAP.
Een letterkundige vuilnisbak. In Duitsche bladen
komt sedert kort herhaaldelijk de volgende adver
tentie voor: Wie voor zijn p'eizier dicht of schrijft
on zijne voortbrengsels in een veel verspreid ge
llustreerd tijdschrift wenscht te zien gedrukt,
zonde zijn adres aan het Literarische Bureau
der Mechitaristen-Biichdruckerei, Wien ..." Een
weetgierige zond zijn adres en ontving den vol
genden gehectografeerden brief: Weenen .... P. S.
Ingevolge uw schrijven aan het literarisch Bureau
der Mechitaristen-Buchdruckerei, veroorloven wij
ons, u kennis te geven, dat wij bereid zijn, uwe
gedichten voor den prijs van 7 pfennig per regel,
uwe proza bijdragen voor 5 pfennig per regel op
te nemen. Met Mei zal ons tijdschrift, dat geen
politiek behandelt en drie kolom breed is, ver
schijnen, elke kolom heeft 60 regels van altijd 7
centimeter breedte (ongeveer 38 letters). Als u
wilt, verschijnt ook uw portret voor 60 mark,
waartegen wij het cliché, dat we, ongeveer 120
millimeter groot, op onze kosten netjes laten
maken, na gebruik u toezenden, zoowel als uwe
hiographie a 10 pfennig per regel. Bij bestellingen
moet u, als u belieft, aangeven, hoeveel extra
nummers a 35 pfennig wij voor uwe rekening
boven ons gewoon aantal zullen laten drukken.
De betalingen zijn steeds bij inzending der bestelling
te voldoen. De bijdragen blijven het eigendom
van de schrijvers. Hoogachtend, Die Welt, redac
tie" (geen onderteekening).
Zooals men ziet, is het hier te doen om eene
niet geheel nieuwe speculatie op de ijdelheid van
het publiek 01 er veel lieden zullen zijn, die 60
mark er voor uitgeven, om htm afbeeldsel in een
blad, dat vermoedelijk bohalve de inzenders geen
enkelen Iczor heeft, te zien prijken, is eene vraag.
Grooter zou het getal dor poëtische gemoederen
kunnen zijn, die hun verlangen naar het gedrukt
worden" van hunne dichterlijke en prozaïsche
ontboezemingen met 7 en f> pfennig per regel
betalen. De gedichten staan blijkbaar hooger in
prijs, omdat ook het misdruk daarbij gewoonlijk
talrijker is dan in proza.
De IIII. Frcderik Mull.-r .v. Cïo. zullen Dinsdag
i en Woensdag li) en '20 Mei in het gebouw van
den Werkenden Stand eene verzameling oude
i schilderijen, meubelen. ziU'erwcrk, aardewerk en
porcclein verkoopen. Het meerendeel is af'komstig
j van de collecties vau Dr. C. Ekaraa te Haarlem
| en Mr. M. S. de la Sablomère te Kampen; de
catalogus bevat de meest uiteenloopendo merk
waardigheden en curiositeiten: violen (Guarneri,
Amati en Sfainer), glaswerk, Saksisch, Sèvres
Wedgwood, Chincesch en Japansch porselein van
j allerlei merkwaardige merken, Delttscb, kant,
waaiers, bibelots, bonbonnières, boekbanden, zilver,
i koper en kostbare meubelen.
J Hij de firma P. Noorclhoft' te Groningen is
vcri schenen eei e Nederlandscho bewerking van de
l.iilijiitdir, (imoiniitiicn. van Schnm:z en Wagen er,
voor onze gymnasia geschikt gemaakt door dr. 11.
H. va:i Vi ulti;en l'althc, lenn.ar in do klassieke
talen aan het gymnasium te Zwolle. Vormleer en
syntaxis zijn ieder afzonderlijk verkrijgbaar.
De grammatica schijnt ons, ook door het aan
wenden vari grootere, kleinere on vette letters,
duidelijk ingericht; de vertaler heeft, naar het
voorbeeld van zijn Duitsche modellen, eenige nieuwe
namen en verdeelingen ingevoerd, maar toch, om
de leerlingen niet te veel in verwarring te bren
gen en hun daardoor schade te doen, getracht de
nieuwigheden met het oude stelsel in harmonie
te brengen. Zijn voorbericht geeft daaromtrent
j opheldering.
In Warendorf's S'orellen-BiltliotheeJi is als No.
l.'ïen 14 verschenen Vóór en na middernacht,
Amsterdamsche Schetsen van Jiistus van
Maurik .Ir." De lezers van het W'celMod zullen er
een ainfa! oude kennissen in wcervimlen: Do
slaap^tee van Koo", 't caféGoenon^-api", In
de Kemp'iaanfjes"; met eenige anderen vormen
zij een onderhou lenden dubbelen bundel.
Voor cenige dagen verscheen bij de firma W. J.
Thieme it (.'ie , uitgevers-boekdrukkers, te
Zutphen liet dorde stuk der rtttiaikuHdiye
(ii'scliit/lf»i* van Nederland door dr. 1). C Nijhoif. Dit
stuk is ook at'/onderlijk uitgegeven onder den titel;
\\'i!li:ni r«n Oi'niiji'. de bevrijder en stichter van
onzen staat. Ken levcnsbeeld."
I;i de Reuter-uitgave van de firma, D. Bolle zijn
zdlev. 'J en ,'! nog ingenomen door .,Ut mine
sfromtid". (Het leren ti/> lic! Ininl]; hierbij zijn als
illustratiëri de platen van Lau en Pietsch gevoegd.
De firma M. Lobo. Oude Boekhandel,
Reinbrandtplein (>, Amsterdam, heeft bet tweede deel
van baar catalogus (Theologie, letterkunde en
vaiiaïdoen verschijnen, eene geheele orthodoxe
bibliotheek, met ai ? aanhangsel wat, litteratuur,
! woordenboeken en pracht werken, alles tegen
bijversnelde prijzen verkrijgbaar. Er zijn in deze
verzameling ook eenige kostbare en zeldzame
werken.
Militaire Zaken.
KAZERNELEVEN.
Een stem uit. de, trrariii'j d'ior ren o/nl-Milioiin.
Amsterdam, A. Feruhout l S! K).
Niet dewijl uit geschrift ring ciet publiek
besprukcn werd, (zulks geschiedde o a. reeds in
het Handelsblad v fin L'l en 2- October jl., iu_