Historisch Archief 1877-1940
Ko. 730
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
digerj, jjverigen directeur en de artistieke leeraren,
tS» gedurende het zeverjarig bestaan van het
conservatorium reeds zulke treffende resultaten
hebben -weten te verkrijgen.
VAN MILLIGEN.
P.S. In m\jne vorige muzikale kritieken staat
aan het slot: C mineur en C majeur, dit moet
«jjn: C mineur en F majeur.
AANTEEKENINGEN SCHILDERKUNST.
BEMBRANDT OP DE SEYMOUR
HADEN-AUCTIE.
Deze week wordt mj deLondensche firma Sotbeby,
Wilkinaon en Hodge, de verzameling oude etsen'
enteekeningen geveild van Francis Seymour Haden,
den bekenden etser en verzamelaar. Seymonr
Haden, de amateur-etser noemde de N. Rott. Ct.
hem onlangs bij een aankondiging van deze auctiê.
Amateur-etser, de term is niet zoo incorrect,
«Is men maar weet wat er bedoeld wordt. Kunst
verzamelaars worden wel liefhebbers of amateurs
KSnoemd. Maar amateur beteekent ook dilettant.
En juist omdat Seymour Haden een
maatschappeHjk beroep uitoefent, zou amateur-etser hier als
dilettant-etser misverstaan kunnen worden. En van
«en dilettant heeft de- Londensche geneesheer
Seymour Haden in zijn etsen zeer weinig.
Hy is dilettant-etser ongeveer even weinig als
Hobbema, Jan Steen, Terburs en Cuyp die bui
ten hun schildtren, een bedrijf uitoefenden, dilet
tant-schilders kunnen genoemd worden.
De president van de Royal Society of
PointerEtchers is een meester in zijn kunst, die behalve
in het groot aantal zijner bekende waardige
land«etappen, ook door geschrift nog getoond heeft,
?sich van het wezen der etskunst ten ernstigste
.rekenschap te hebben gegeven. Het dilettant zijn
en blijven ligt, geloof ik, niet in het noz iets
anders doen, maar in het onvermogen om te
apppofondeeren. Seymour Haden nu is on de din
gen die hu deed zeer diep ingegaan. Hij en zijn
zwager James Whistler, hun beider werk kón
men op de laatste tentoonstelling van de Etsclub
in Arti zien, zijn onbetwist Engelands groot
ste etsers.
Ook als verzamelaar heeft Seymour Haden zich
alles behalve een dilettant getoond. De 605 oude
prenten van den catalogus vormen een keurver
zameling. En vooral de Re.mbrandt-collectie is er
eene zooals er zelden werd saamgebranht. het
z\jn bijna alleen pracht-drukken van Rembrandts
mooiste etsen.
Zooals _ zij op de kijkdagen in het zaaltje van
Sotheby in eenvoudige lysten zich aan den wand
vertoonden, was het een verzameling, het beste
Museum waard.
Natuurlijk dat de anctie zeer de aandacht moest
trekken.*Al deze etsen zullen het etiket:
collectieSeymour-Haden behouden. Van daar ook de ver
hooging van hunne waarde. De voornaamste
prentkoopers waren op de verkooping aanwezig. Ik
noem Gutekunst 'uit Stuttgait, Amsler en
Ruthardt uit Berlijn, Danlos uit Parijs en Bouillon
uit Parijs, Deprez en Gutekunst en Lauser uit
Londen, Frederik Muller uit Amsterdam, Kennedy
van het huis Wunderlich uit New-York en Keppel
uit New-York. Verder Dr. Silvy voor Edmond
de Rothschild te Parijs, de Berlijnsche verzame
laar Davidson en de Londensche Salting. Ook
Middleton, de schrijver van een groot boek over
Bembrandt.
Het kan niet gezegd worden dat, de blague van
Lwitner met zijn Wer ist Rembrandt, alsnog
«enige depressie heeft kunnen geven op de waarde
van Rembrandts etsen. Zooals te verwachten was
"werden er hooge prijzen besteed.
Het honderd tweePnzestigtal van zijn prenten
werd, als ik wel geteld heb voor ongeveer zes en
vijftigduizend gulden verkocht.
De voornaamste prijzen waren: Het portret van
Eembrandt met de baret pd. st. 91. Rembrandts
molen, de mooiste druk, zegt men, die van deze
plaat bekend i", pd. st. 69.
Het landschap met de drie boomen, in een
schitterenden druk pd. st. 148. Op de auctiêder
doubletten van het Berlijnsch prentenkabinet gold
deze prent 2250 M.
Het portret van Sylvius pd. st. 1G8, aan Deprcz.
Een wondere druk van het portret van Jan Six
pd. st. 390 aan Keppel. Deze ets werd in dezelfde
zaal van Sotheby eenmaal voor pd. st. 1500
verkocht.
Een portret van Ephraïm Bonus pd. st. 87 aan
Gutekunst.
Een prachtig fluweelige druk van de
Honderdguldensprent, aan Deprez voor pd. st. 170.
De drie hutten voor pd. st. 65 -a.au denzelfden.
Het landschap met den toren, zeldzame eerste
staat, aan Danlos voorpd. st. 182.
De nachtelijke Voorstelling in den Tempel die
een paar jaar geleden op de auctiêBuccleugb,
even mooi zegt men, voor pi. st. 40 ging, voor pd. st.
82, aan Deprez.
De hoogste prijs werd besteed voor den Ecce
Homo, die voor het Berlijnsch prentenkabinet voor
pd. st. 1000 werd gekocht. Op do verkooping
Buccleugh gold zij nog meer, pd. st. 1150. Een
niet geheel gaaf exemplaar van. de grool.e Kruisi
ging eerste staat, ging nog voor pd. st. 170.
En aan Gutekunst de biddende II. Franciscus
voor pd. st. 70.
^ Vooral c'e gewone veel voorkomende prenten
gingen duur om het bizondere geval: meest door
de Amerikanen werden enkelen ver boven do
waarde gekocht.
De firma Deprez en Gutekunst bij welke d3
verzameling eenigen tijd in printte view geweest
was, kocht wel het grootste gedeelte, in last van
Engelsehe liefhebbers.
Belangrijke nummers echter ook, o. a. de Pre
dikende Christus en een groote Kruisiging gaan
naar Holland.
De prijzen van de zeldzame prenten dezer aucti
zullen nog lang een maatstaf blijven.
Do eenentwintig teekeningen van Rcmbrandt
uit de Haden-collectie worden morgen geveild.
jonden, 17 Juni '91. V.
DE CHIiVEESCHE PERS.
De Ottasiatisehe Lloyd vau Sharjghai be
spreekt in een zijner laatste nummers iu een
interessant artikel deutegfnwoordi.i-eu toestand van
de Chineesche pers, maar merkt als inleiding op,
dat er tegenwoordig geen beschaafd land is, dat
in de dagblad-litteratuur zulk een lage plaats
inneemt, als China.
Als oorzaak van 't verschijnsel wordt gemeld,
dat het getal der zonen uit het Hemelsche rijk,
die lezen kunnen, op hoogstens twaalf millioen
kan worden geschat. Tot de zaak zelf overgaand
mei H het opstel het volgende:
De bewering, dat het Ptkinger Staatsblad
reeds zijn duizendsten verjaardag het ft gevierd,
is onjuist. Men kan met zekerheid constateeren,
dat het blad uit den tijd der Ming-Dynastie,
dus niet ouder dan 500 jaar is zeker een zeer
fatsoenlijke ouderdom. Dat het Peking er Staats
blad het curieusste blad is, waarop de cou
rant-litteratuur der wereld ooit heeft kunnen
wijzen en ook nu nog wijst, kan niet tegenge
sproken worden. Het biedt een volledig beeld
van het uiterlijk Chineesche beambtenwezen. Wij
vinden daarin de memories van de bestuurders
der provincies tot de kroon gericht, diednarin b,v.
de huiselijke df ugden van eene onbekende weduwe
of dochter uiteenzetten en om de keizerlijke
erkenning daarvan smeeken; aanklachten, die
het college van censoren te Peking tegen een
omkoopbaren of nalatigeu beambte voert, om
zijne straf te verkrijgen, ingezonden .'tukken
waarin den keizer zelf raad gegeven wordt en di«
hiVhetdj allcrgenadigst belieft a»n te nemen of
met eene Fcherpe afkeuring weigert; korte be
richten, dat »de keizer morgen vlee^-ch zal eten",
of dat ergens een ambtenaar »gebeden met luide
en hoorbare stem uitgesproken l eeft", eu ten
gevolge daarvan met de pauweuveder beloond is
geworden en vele andere bijzonderheden van ge
lijk belang en gelijke waarde.
Al deze entrefilets' worden zonder commentaar,
zonder hoofdartikel enz. geplaatst; het feit wordt
eenvoudig opgetekend, de memories en edikten
woordelijk gecopiëerd, met de karige opmerking
»het is genoteerd" of ,.ueem dit in acht !" een
soort kei erlijke stempel, zoodat geen speelruimte
voor de kritiek of overweging overblijft. De
»moniteur" vau China vereenigt de beknoptheid
vaneen geresumeerd wit of blauwboek met de cor
rectheid en schijnbare waardigheid van een
court-circuiar. De post van chef-redacteur van het Peldnqer
Staatt-blad is dus noch een moeielijke, noch een ver
antwoordelijke. Het blad is ten slotte ook nog in dit
opzicht ten curieus blad, dat bet geene advertentiën
bevat, een feit, dat vooial wel vermeld mag
wo'den ornaat het wel kon gebeuren, dat de een of
ander van de Europeesche fabrikanten lust ge
voelde, zich tot den uitgever van h?t Pekinger
blad met het bescheiden verzoek te wenden, hoe
veel de regel ia de aclvertentiënafdeeling van
het blad kost. De ChineeÉcbe naam van het blad
is Tathing-Pau en de jaarlijksche abonnements
prijs bedraagt 4 dollars. Het verschijnt dagelijks
behalve op de groote feestdagen.
Wij gaan nu tot de couranten over, die op f1 e
manier vau onze bladen iri het Westen worden
behandeld, en dan moet allereerst van de Sfiun
Pau (d. i. het »b!ad van Shangai") melding ge
maakt worden, omdat dit niet enkel het oudste
blad voor de inheemsche pers is, maar ook verre
weg bet degelijkste en meest gelezen blad van
Chiug; de pori'ie die bet inneemt, ksn men ver
gelijken met die, welke de groote Londensche
Times ongeveer vijf en twintig jaar geleden in
nam. De Shnn-Pau werd in het jaar 1870 te
Shanghai door een Eneelschman, genaamd E.
Major (wien het blad tegenwoordig nog toebe
hoort) opgericht, en bracht bij zijn verschijnen
in ziju tijd groot opden teweeg onder de ge?taarte
ambtenaarswereld. Het succes was reusachtig.
De oplage steeg binren de eerste vijf jaren tot
bijna 10,000 exemplaren dagelijks.
Toch heeft de Kiiun-Puu, ofschoon zij gedert
dien tijd, wat haren inhoud betreft, wel vooruit
gegaan is, zich slechts uiterst langzaam kun
nen uitbreiden. De &hun-Pau heeft ia alle
steden van beteekecis vau China hare betaalde
speciale correspondenten, die hunne brieven in
regelmatige tusschenpoozen afzegden. Wij moeten
ook niet vergf-ten te vermelden dat dit blad het
eeuige is, dat zijn weg naar liet keizerlijke hof
te Peking gevo, den beeft, en dat zelfs nu en
dan door de keizerin-weduwe gelezen wordt, zoo
als men dat uit een ediit, da» het vorige jaar
werd afgekondigd, kon zien.
Het blad, dat daarna het meest gelezen wordt
is de Hu Pau. (d i. Shangbai-couraut). Deze h
in het jaar 1881 gesticht en heeft haar ontstaan
aan een der gewezen Chineesche redacteurs van
de Shun-Pan te danken, die met zijn collega in
geschil geraikte, en dientengevolge een oppositie
blad vestigde. Tot uu toe intussclen heeft dit
bltsd bijna geen voordeel gebracht. Het derde
biad, dat te Xikawei, ongeveer een Duit-che mijl
hier vandaan, verschijnt, heet YéWen Luk (d. i.
»je verbcleraar van do litteratuur''). Dit
d-^gteekeiit uit het. jaar i87!), het werd door de Jesu
teri, die te Zikawcïwonen, gesticht eu staat ook
thans no/ onder hur,iie leiding.
De orde bezit in do geuomde plaats eene
groote boekdrukken], v .-ui waar ook liet blad uit
gaat, liet verschijnt tweemaal per weck, heeft
een debiet van juim !_'(>';(J exemplaren.
Het eeiïige volledige blad, dat in htt noorden
van Cliica ver,-.ch'. nt, is d<< Sliik-Pau (d. i. »de
tijd"), dat iu htt- jaar IS-":7 door een
Engelschmao. eeu zekeren heer Miehie (agent te Tientsin
voor het groote handelshuis Jardine, Matht-son
en Conip.) te Tiei.tsiri g.viicht werd. De
SkihPau behoort, evenals de Knge:lsche cour/ir.t
C/iincse Tiwts. diy ook te Tientsin uitk< int, aan
eeu consortium van Engtlr'che kooplied;r, en
werd enkel en alleen daartoe gfsücht om de
handelsbelangen van die kooplieden in China te
bevorderen. Daarom betat de Kliili l'au evenals
haar Engelhdie tweeling dikwijls en vooral
als er aanleiding toe U, artikelen, die de
Engelsche fabrikaten, vooral oorlogK-chejieii eii geschut
vau Armstrong, ten koste van dergelijke artikelen
van Duitschen of anderen omsprong p1 ijzen.
De dagflijksche verspre i iing der HÜt-Pau
bedraagt nauwelijks lUüO exemplaren. Het reus
achtig groote gebied van het Chineesehe rijk,
dat tus.,-ch?ii 31 en '2'.> graden N Br. ligt, bezit
geen eigenlijk nationale courari', en bet eei-ige
blad, dut iu China gevonden wordt, behalve de
reeds genoemden, js de Quang Pau
(»Cantoncourant'1), die in het jaar 1886, naar Let schijnt
door Chineezen gesticht werd, maar die voor de
bladen, welke in het noorden vau het land
veri ebenen, in vele opzichten onder doet. Hare
dagelijksche oplage moet niet over de 500 exem
plaren bedragen.
* *
Hiermede zouden al de inlandeche couranten
in China in het kort geschetst ZIJD, zes of beter
gezegd vij'f bladen, met een dagslijksch debiet
van niet eens 20.000 exemplaren, en dit getal
voldoet aan een natie, die ongeveer een vierde
van de geteele bevolking der aarde 400.000.000,
uitmaakt!
Toch is bij de optelling dezer bladen onze lijst
nog niet compleet, want op het eiland flonykong,
dat slechts op weiu'ge duizend schreden van het
Chineesche vasteland gelegen i?, en dat sedert
1841, zooals men weet, eeue Engelsche bezitting
i?, schijnt sedert de laatste ritn jaren de Chi
neesche couranten-litteratuur te bloeien: dit
zoogenaamde Malta van het verre Oosten, met
eeue nationale bevolking, die niet eens 200.000
zielen bevat, kan op niet minier dan vijf
Cnineetchen couranten rot men.
Vier daarvan, namelijk: lo.
Tsehung-WaiSehiny-l'au (Chineesche en buitenlandsche
nieuwtj-s); 2o. H/ïa-Tize-Juh-Pau (H-1 Chkeesch
ddgelijksch blad); 3o. Hïny-Buan-Juh-Pau (Het
rad van de dagelijksche nieuwstijdingen); 4o.
Wci-SItït'g-Juh P<iu (Dagelijksche courant)
werdeu allen door Europeanen, ongeveer in het jaar
1880 gesticht, ea verheugen zich schijnbaar allen
in even groote populariteit, hare dagelijksche
verbreiding bedraagt ruim 500 exemplaren ieder.
De vijfde, in Hongkong verschijnende courant,
de Yue Pau (Cauton-courant), werd voor
ongevter drie jaren door Chineezen gesticht.
De laatste van allen is de Lat l 'au (Singapore
courant), die te Singapore verschijnt, bet orgaan
van de Chineesche bevolking te Sïraits
Settlemenis, die van jaar tot jaar toeneemt. Wij m tenen
nog te moeten vermelden, dat te Shacghai vele
geïllustreerde tijdt-.chrijfLen, als men het zoo
mogen noemer,tverse'"ijuen. Aan het hoofd, alle
a'dereri \er overtreflei d, staat de Tien-
ehihTschai-Rwa-Pau (Het Tien Scliih-Tscbai- geïl
lustreerde blad) dat io het jaar 1885 te Shanghai
het levenslicht /ag. De bezitters daarvan zijn
Cbiuee/.en. Htt verschijnt driemaal per maand,
heeft telkens een debi< t van or;geveer 7000 exem
plaren, en kost 5 dollar-cents per nummer. De
illustraties die dit blad bevat, stellen dee's
Chinietche, deels bui'euhndsche tooneelen voor, en
ook de tekst handelt zoowel over Chineesche als
bui tenlandscbe belangen.
Eene uitvoeriger bespreking van den stijl van
deze illustratie z >u wellicht de moeite waard
zijn, in elk geval mag vermeld worden, dat de
moderiie Ohineescae ttijl met den onzen uit den
tijd der middeleeuwer] opmerkelijk overeenkomt.
Daar heeft men de komitch idiote uitdrukking
van het gelaat, dezelfde onmogelijkheid der
houdimr, gebrek aan per.-pectief en juiste verhouding
tussclieri voorwerpen op verschillende plans.
Daar heeft men de houterig uitziende dames
met onnoozrle gezichten, die in den tuin
rondhuppelep, waarin de bloemen veel groot'r zijn
clau hare hoofden; ei n ruiter, welke eeu hond
naloopt, die in vergelijking met het paard een
vtule.i daarvan schijnt-, euz.
Men moet aan den anderen kant ook toe
geven, dat in de laatste jareu de Chineesciie stijl
ciet weinig verbeterd is, en hiertoe hebben zon
der twijfel een aantal gtillustreerde bbideu bij
gedragen, die door eerlijke aendelingeD, te Shaughai
gevestigd, al iaat uitgegeten wer iea.
Eene schildering van de Chiriees'he pers zou
onvolledig zijn, als er geen melding gemaakt werd
over de af Iteling advertei'tiön. Wanneer toch al
de bewering, dat men uit de adverteutien, die
eeu blad krijgt, tot het karakter vau een volk kan
besluiten, met geheel opgaat, meii moet toch
toegeven dat de annoncen ecuig licht werpen op
.de zeden en gebruiken en vooral op de neigin
gen van een volk. ze zegsman daar ter plaatse
analyseerde onlangs de afdaling advertent'ëu
v»n een Chiueesch blad aldaar, en gaf de vol
gende percentage op: medicijnen ui dokters
30 pet. ; loterijen uit Jlani la en Macao 10 pet.;
algemeene handelsberichten 15 pet. ; nieuwe
boeken en uitgaven l!! put.; vei'ingen pet.;
sc'ueepiberichteu 3 pet. ; huiz- n te verkoopen of
te verhuriü2 pet.; Chioeesch theater '_' pet.;
voorwerpen, die verloreu of gestolen zijn '2 pet.;
verschillende berichten 11 pet. De veilingen eu
scheepsadvu-tentiën zijn bijna zonder uitzonde
ring bui enluudsche berichten, eu eveneens de
algerne.ntó handelsannoi.ces en verkoopiugni en
verhuur gen van huizen. Van de overigen wjtrcn
circa 90 pet. uitsluitend Chineescheadverientiën.
Moet men hieruit iets opmaken omtrent de
neigingen en ce gezindheid vau de ChinecFche
bevolking, d.'in i-i het, dat zij veel nau kwalen
en kwakzalvers dot t. O,/k hetgeen de Eugelschman
zoo treffend de agony cohrïiii" noemt, vihdt
men i;i de Chinee.>-che bladen. Hier /oekt een
man ziju wegg--loop,-ne betere lulu" eu het
suiiutelijk vtrhaal wortit vergezi-lil van een
i-auvvkeurig signalement di r ani:u.dcloirigo tclioone;
daar r.codigt eeu gestaarte caUilki'o eeue liem
onbekeiide leluivootige1' donnii, die Lij in een
the,;i restaurant op Oicn en dien il-g oi:tmot-t
heeft, tot een rcndez-voiix, tri) bewijze, dat o:;ritr
alle hemelttrektu de nuia de maii, 111 Je vioiiv;
de vrouw i-J.
tILDERDIJK.
Toen de redactie van uit weekblad mij
ultnoodigde hot boek van den heer Koliewiju over
Bilder.iijk (1) aan te kor.uigcn, ajir/.elde ik ecu
oozenblik die vereereulf uitnoodiging :u\n t<?
cemep. De ps ivooulijkheid toe'u van de/f-n dich
ter luid mij htetds af^cstooteri, zijue dichtwerken
luidden n.ij in den regel i iet meer siangetrukkei',
2ijiu- «(iescliiedenis des Vaderhuid.s" had
menigu aal mijn wetrzin oj>gcwekt. Ttn slotte evenwel
meende ik dtve gesc^ikt-i gelegenheid om mijne
nieeimig log tens te toetsen aan die vau iemand,
die jaren aan de studie vuu lülderJijk had gewijd,
niet te mogen verzui:-iiti). Eu z>,'0 begon ik dau
het botk te lezen, eeue uitnemende bioaralie,
waarin ongeveer alles, wat Bilderdijk heeft
geschreveo, chronologisch gerangschikt zijne plaats
voed, zooveel mogelijk mtt aanwijzing der om
standigheden, waaronder ieder geschrift is ge
boren.
De slotsom mijner overwegingen is. dat ik
mijne meening omtrent Bilderdijk niet behoef te
wijzigen. Bilderdijk was ook naar de
conchisie van zijn jongsten biograaf een zeer
begaafd man, wiens sterke dichterlijke inspiratie
zich dikwijls in zeer schooneu vorm uitte, wiens
veelomvattende kennis de verbazing wekt, wiens
levenslot diep treurig mag heeten. Het is
onbetwistbaar, dat hij zijne begaafdheid rjiet onder
de korenmaat verborg; dat zijne inspiratie in
verreweg de meeste zijner dichterlijke gewrochten
tekort geschoten is en zelfs iu menig meester
stukje zeer ongelijk van gehalte blijkt te zijn;
dat zijn kennis geringer omvang heeft dan hij zelf
wilde doen gelooven en men op den eersten blik
geneigd is aan te nemen ; dat zijn treurig levens
lot minder aan de omstandigheden dan aan zijn
e gen karakter moet worden geweten. Is dat alles
het gevolg van zijne «neurasthenie"? Heeft mijn
vriend Te Winkel volkomen gelijk, als hij
hilderdijk en Multatuli lotgenooten" noemt f De
auteur van deee bi grafie meent van ja; her
haaldelijk noemt hij onzen dichter een
»zenuwlijder" ; herhaaldelijk tracht hij op het voetspoor
van Dr. Snart A'orahamsz ook in Bilderdijk's
leven de momenten van het zenuwlijden aan te
wijzen, van die »droeve tweelingzuster van het
genie". Alles wel overwogen, wil het mij toe
schijnen, dat het praedicaat »zenuwlijder" op
Bilderdijk nog meer past dan op Multatuli. »Mens
sana iu corpore sano" beeft men bij Bilderdijk
allerminst te zoeken, het ongezonde lichaam heeft
op den oorspronkelijk rijk begaafden geest zeer
zeker een krachtigen invloed geoefend ten kwade
en menige blad7,ijde dezer levensbeschrijving
levert daarvan overtuigende bewijzen.
Wat bij Bilderdijk bijzonder sterk op den
voorgrond treedt, is zijn gemis aan karakter, de
oiiw-iarheid van zijn leven, van zijn geheelezijn.
Herhaaldelijk betrapt men hem op verregaande
karakterloosheid. Wie zou bet wagen hem te
verde'igen in zijne handelwijze tegenover njne
eerste vrouw, die bij met vriendelijke brie
ven en beloften voor de toekomst paa'de,
terwijl hij reeds lang met eene andere de in
tiemste betrekkingen had aangeknoopt ? Pat die
eerste vrouw een »haneveer" was, pkit Bilder
dijk tiet vrij evenmin als de vrijwillige slavernij van
zijne tweede echtgenoot, de speelbal zijner lui
men zoowel als ds ir^uwe wachtster van zijn
ouderdom. Wie zal zijn gedrag durven veront
schuldigen tegenover zijne »geliefde"' Anna Luzac,
die hij openlijk bedroog ? Wie voelt geen ver
ontwaardiging opkomen, wanneer hij d"u schijn
baar vurigeu Orang'st (op dat Orangimie valt
ook wel wat af te dirgen !) in het stof ziet krui
pen voor Koning Lodewijk en Napoleon, zijne
verzen ziet wijzigen, naarmate de politieke wind
waait, de hem bewezen weldaden met sroven
ondank, vuile scheldwoorden en laster z!et
beloonen, zoodra de weldoener van het tooneel is
getreden of verder onbruikbaar blijkt. Deze
biografie is een doorloopend vonnis over Bilder
dijk's karakter. Zij is het ook over zijne
wetensctlflppe!ijke verdiensten.
Wanneer het waar is en wie twijfelt er
aan ? dat de wetenschap zich ten doel moet
stellen de waarheid, de reins waarheid te ont
dekken, dan moet men aan Bilderdijk
wetenschappelijken zin ontzeggen. Veel tu velerlei
kenrjii heeft deze geboren leugenaar bezeten,
maar dat men hem geen gelegenheid heeft gege
ven te Leiden of elders in ruimen kring de we
tenschap te verbreiden, is ten volle te verdedigen.
Leest zijre taalkundige geschriften. Herhaalde
lijk wordt- gij getroffen door geniale opmerkin
gen, door van pc'ierpen blik en groote taalkennis,
fijn taalgevoel zelfs, getuigende beweringen,
maar om dat alles te steunen veroorlooft dezelfde
man zich ta-tb'ire leugens omtrent door bem
gebruikte handschriften, door hem gelezen boe
ken, door hem bestudeerde talen. Grimm. heeft
van hem geleerd, ja, maar ppoedig doorzien, hoe
gebrekkig zijne kennis iu deze richtrjg kon
heeten.
Leest zijne studiën ovrr de Geschiedenis des
Vaderlands. Met deu heer Fruin roem ik gaarne
»dat zij (ik zou ev v.'oms" willen bijvoren!) ia
ce goede richting wijzen, waarheen ors onder
zoek zich moet uitstrekken ', maar ik wijs er
tevens op, dat zij volkomen onbetrouwbaar zijn.
Niet alleen speelt zijn (niet onschul lig !) sollen
rntt zijne eigene potsierlijke «familie-overleverin
gen" hem den Gruaf van Teisterbarjt", den
»h*er van Heusden" de dwaaste ]>:-rte '
maar zijne geschiedbcschouwing is door en door
oneerlijk, bewust oneerlijk. Dat hij uitrrst par
tijdig is, veel partijdiger dnn de xoo door
hem ge.-iinade Wagenaar, is niet vreemd bij zijn
htftig karakter en grenzenlooze zelfgenoegzaam
heid maar Wagfnaar is een eerlijk mur, Bilder
dijk een leugenaar, die ons ook hieromtrent
zijne bronneu1' fdler.lti omvaars op de mouw
spelt.
Hen vergelijke Bilderdijk en Multatuli als
miu^lijdeis", het zij zoo, mr>ar men
onder;-c':,eide dan toch altijd den zich zijner ziekte
niet bewusten Douwes Dekker van den in den
iiiim-'UU zin dts v.oords un;.cdclij';en Bilderdijk.
ilrt woord klinkt hard, maar het is verdif-nd:
iJilderJijk was u:-ct alleen door eene soort vari
ta!yii.i.-H bezeiep. waarvan yijce eerste zoowel
a's -iji.e tweede vrouw t-dlooze maleu de
scbrcnu-lijk'e gevolgen ondervonden^ waarvan zijne
verzen soms een wa'gelijk getuigenis u!l?!-'gèn;
h ij schimnid^ zich bovendien niet voortdurend
de waarheid te vcrwriutcn en te verelraaien,
liMzij tut eigen onmid'U'llijk profijt, hetzij om
interessant te schiji.eo. Geniaal dichter goed!
m ar dan toch o k eeu slecht mecseh.
De heer Koilewijn heti't zijne taak met
groote nauwgezetheid volvoerd. Met
grootebelezeniieid teiegeru-t, heeft hij gelegenheid gevonden
om de wordii.g vy.n llilderdijk's werken van alle
zijden toe te lichten, de verkkrirg te geven van
vee!, wat duister of onveik'aarbaar scheen. Van
Htbjectic' e'' kritiek ovtr l'ilderdijk's kun-t wil hij
i;iet- weter; hij acht alleen «subjectieve" kritiek
in dat opzicht mogelijk, eeu standpunt, dat
in