De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1891 5 juli pagina 5

5 juli 1891 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 732 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. bloedaandrang naar de inwendige organen, ver sterkt de intensiteit van alle levensverrichtingen ? en waar dat plaats beeft, blijft een gunstige uitwerking nooit uit en wordt wat ziekte ver oorzaakt heeft of tengevolge zou kunnen hebben, uit den weg geruimd, zoo lief en wijs heeft moeder natuur ook ons ingericht. Laat gerust de jongeus en meisjes zwemmen, al wijst de thermometer eene watertemperatuur van 11 i 12 graden aan ; de gunstige invloed uit fysieke en moreele oogpunten is er wezenlijk niet min der om en des te langer in het najaar zal uw huis vervroolijkt zijn door den gezonden levens lust, dien uwe huisgenooten van de bad- en zweminrichtingen meebrengen. F. J. v. II. ') Helaas, neen ! voor zoover ons bekend is, is dit voorrecht alleen aan Dr. P. J. Barnouw voorbehouden. (Run j DE HOUTEN KURASSIER. Naar het Fransch van Ju LES MARY. Op den boulevard, op den hoek van de rue 'Taitbout. Er valt een fijne, een zeer fijne motregen, bijna onzichtbaar, alsof hij te voorschijn kwam uit den kolossalen gutta percha-bal van een ontzaglijken sproeier, die boven in de lucht door een of andere reusachtige hand werd saamgeknepen. De geheele hemel is grijs en schijnt laag neer te hangen. De boomen hebben hunne bladeren verloren. Een zwarte modder bedekt de straten; de voorbijgangers glijden uit, de paarden strui'kelen en de wielen van de rijtuigen pakken niet. Het is in December en vinnig koud, en toch, ondanks den motregen, ondanks den kouden wind, is de boulevard vol menschen. Er zijn een menigte menschen, die het druk hebben en zich haasten, een menigte menschen die loopen te wandelen, zoo langzuam, alsof zij achter een begrafenis gaan, allen door elkaar heen. Op den hoek van de rue Taitbout en den boulevard is een jongen blijven stilstaan. Hij is ongeveer tien jaar; ongekamde, bruine haren vallen stijf en sluik over zijn voorhoofd, tot aan .zijne wenkbrauwen. Hij ziet er niet erg netjes uit Zijn broek, zijn vest en zijne ja-t zijn lomp gesneden uit een kleedingstuk van gestreept fluweel, dat al lang geleden was afgedankt en vroeger bruin wa?, maar tegenwoordig vuil grijs. Alles is hem te wijd en te lang, maar de jon gen moet nog groeien Hij heeft zijn gezicht ook niet heel goed gewasschen Een eigen rijtuig, ?dat een oogenblik geleden vlak langs het trot toir reed, beeft zijn gezicht met zwarte droppels bespat Hij heeft er eventjes met zijn mouw over gewreven, zonder te bedeuken, dat hij daardoor de modder nog meer verspreidde. Hij heeft b'.auwe oogen, klein, levendig en zacht. Hij heet Charles Frou. Zijn vader is straat venter. En dat is hij ook. Sedert een paar dagen verkoopt zijn vader «en nieuw stuk speelgoed, een houten kurassier, met een hel ihaftig uiterlijk, die in vollen draf zijn sabel zwaait. Het paard galoppeert op wielen, «n de sabel gaat omhoog ea omlaag, doorboort onzichtbare harten en slaat denkbeeldige hoof den af, terwijl de kurassier die een recht op staande snor heeft, woest met de oogen rolt. De oude Frou verkoopt er veel vao, langs de groote boulevards van den Ambigu af tot aan de Madeleine. Hij heeft zijn zoon op den hoek van de rue Taitbout neergezet, met een blaadje om zijn hals gehangen en op dat blaadje etn regiment prachtige, woeste kurassiers. Schaakspel. 34e Jaargang. 5 Juli 1891. Redacteur: RUD. LOMAN, te Londen. Adres: Mira Lodge, 49 Deronda Road, Herne Hill, Londen (S. E.) Verzoeke alle mededeelingen de schaakrubriek betreffende aan bovenstaand adres te richten. Probleem n". 81 van Captain G. H. Mackenzie, f April 1891. ZWART 2 stukken. f a b cd e WIT 4 stukken. Wit geeft in 3 zetten mat. Oplossing van No. '9 (Otto 'ft'üraburg). l D.b2!, K.cG: 2 D.cH, K.fó 3 L gi T K.có 2 L.e2, K.d5 3 D.eó T, K.c-i 2 T.eö, K.d3 3 L.e2 T, nevcnoplossing! K.c4 2 L.f3, K.c5, 3 T.cG ±. Oplossing van probleem van A. H. Eobbins. l P.b2 en volgende zet mat. Goede oplossingen van No. 79: Van C. T. van Ham, \f. v. H., W. Albregts, schaakclub Morpby", A.E.lt. (Delft). Van probleem Kobbins: F. A. Termos, W. v. H. C. T. v. Ham. Hij gfeft hem er eiken morgen twintig en zij kosten een franc het stuk. Eiken avond wanneer Charles thuis komt op de zesde verdieping van een huis in de Rue des Acacia's, moet hij zijn vader even veel francs geven als hij kursissiers heeft verkocht Charles staat te rillen in den kouden motregen Zijn wangen, ziju ooren en zijn neus zijn heelemaal rood en ziju gebarsten handjes heeft hij tot aan de ellebogen in de zakken van zijn broek gestopt. Met een zwakke, vriendelijke en treurige stem roept hij: Kurassiers! mooie kurassiers voor een franc!... .'?' En de menschen loopen onverschillig voorbij. En Charles herhaalt regelmatig zijn uitlok kend geroep, zooals hij het zijn vader heeft hooren doen. Maar zijn vader, een metaalvergulder, die weduwnaar is en geen werk beeft en dit beroep heeft opgevat om niet leeg te loopen, prijst deu houten kurassier v rooi ij k aan, met dwaze gezegden en flauwe, onschuldige grappen, die de aandacht trekken en de menschen er toe brengen om te koopen. Da kleine jongen daarentegen is treurig. Kurassier*! mooie kuraasiers voor n f anc !" Er klinken tranen ia zijn stem. Niet omdat hij het koud. heeft; daaraan is hij geiend. O >k niet omdat hij ziek is of honger heeft, want hij is gezond en stevig en zij a vader is heel goed voor hem. Maar waarom schreit hij dan ? Waar om kijkt hij hen, die zijn mars naderen, de rijke kindereu, die zoo graag een houten kurassier willen hebben, met verschrikte, bijna angstige oogen aan!... En als het speelgoed verdwijnt, ais hij den franc in zijn zak laat glijden, waarom begint hij dan te snikken en kijkt hij neet denzelfden afgunstigen, wanhopigen blik bet kind na, dat wegloopt met den mooien kurassier 1 . .. Hij heeft vandaag goede zaken gedaan ... Hij heeft nog maar oen soldaat over en negentien francs rammelen in zijn beurs. Een kind, aan de hand zijner moeder, gaat vlak langs hem heen. Het jongetje is heel klein en nietig, zijn gezichtje is mager, bleek en zie kelijk. Hij sleept zich met moeite voort en zijn rechterschouder is misvormd door een boe iel. Hij is ongeveer even oud als Charles Frou; bovendien kennen zij elkaar, zon Ier dat zij ooit samen gespeeld hebben of een enkel woord tegen elkaar hebben gesproken. Zij zijn elkaar dikwijls tegengekomen. Het gebochelde jongetje heet Gaston Lembelly een gekke naam voor zoo'n mismaakt licbaam, had Cbarles gedacht en zijne moeder, een rijke weduwe, woont op de eerste verdieping van het huis in de rue des Acacias, dat haar eigen dom is. Nu Gaston voorbij Charlei gaat, blijft hij staan. Hij heeft het marskramertje herkend en glim lacht, terwijl hij hem met een knikje goelendag zegt. En dan ziet hij het eenig overgebleven stuk speelgoed in het marsje. »0, wat een mooie soldaat, mama, wat een mooie soldaat!" .. . Zijn oogen, met donkere kringen er onder, oogen van een zieke, veroordeeld om spoedig voor altijd te worden gesloten, worden grooter, en zijn smalle, magere hand, zoo wit als was, wordt haastig uitgestoken, pakt den kurassier en win-H de veer op. En dadelijk holt het paard weg en de soldaat zwaait met zijn sabel, hakt hoofden af en door boort harten. »Toe, mama, koop er een voor me, als 't u blieft... toe ..." «Hoeveel kost je kurassier, ventje?'' vraagt de moeder aan den kleinen koopman. »Een franc, mevrouw." «Alsjeblieft." En Gaston Lembelly neemt het speelgoed mee. Er is niets meer over op het blad... En Charles laat zijn hoofd hangen... hij klemt zijne lippen op elkaar . .. hij zou liever niet schreien.. Maar hij kan het niet laten . .. Hij begint te snikken, hardop met zijn hoofd bijna op zijn CORRESPONDENTIE. W. v. H. te D. Op l T.di, T.hu: 2 T.el kan zw. mat verhinderen door K.du. J. Pel te L. Uwe oplos sing is onvolledig. Hoofdvariant ontbreekt. BINNENLANDSCH NIEUWS. Yan den secretaris van den Xed. Schaakbond ver nemen wij, dat de jaarlijksche wedstrijd dit jaar ver moedelijk 23 Ang. te Utrecht zal aanvangen. Wij kunnen niet nalaten om nogmaals op do groote voordeelen te wijze», die aan 't lidmaatschap van den Ned. bond verbonden zijn. Voor hen, die zich in 't praktische spel wenscheu te bekwamen en daartoe in do plaats hunner inwoning geen gelegenheid hebben, kunnen de bondswedstrijden van onberekenbare waarde zijn. De door eigen studie opgedane kennis en erva ring kan men daar aan praktische proefnemingen onderwerpen. Niet alleen uit de partij-'ii, ilie men zelf te spelen heeft, maar ook uit 't zien spelen vaa anderen, in en buiten 't concours, kan men veel nut trekken. Wij raden alle echte schaakliefhebbers van ons land aan, bij wij/e van proefneming, eens te Utrecht een kijkje te gaan neni(-ri; wij durven er ge rust voor instaan, dat men niet onvoldaan huiswaarts zal keeren. Kon engere aaneensluiting van schaak spelers uit allo deelen des lands is een hooflvcreischte voor den bloei v;in 't Nederlandsche M'iiaakleven. Ue bond heeft vau den beginne af aan naai de bereiking van dit duel gestreefd, maar tot nogtoe met weinig succes, althans vergeleken met de buitenlandsrhe schaakbonden. Wij /.ouden hen, die met de samenstelling van het programma belast zijn, in ern stige overweging willen geven, 't voorbeeld van den Düitschen bond te volgen en oeiiige avonden van 't congres dispoidbel te stellen voor consultatie, blin delings en sininl taanpartijon, benevens voor een jirobleemoplossui^slouniuui. \Yij ziju vast overtuig'! dat dit voor velen een reden zou zijn 't congres ie gaan bijwonen. Wij verzoeken allen, die mei dit ]>lnii in stemmen, ons hiervan in kennis te stellen, de /.aak kan dan wellicht op de vergadering van 23 Aug. ter sprake gebracht worden. Tot ons leedwc/.ou zien wij uit 't pas verschenen jaarboekje, dat 't ledental van den bond in 't at'^e loopen jaar van 172 tot 1G2 gedaald is. Ken reden te meer om 't programma voor Utrecht zou aantrek kelijk mogelijk te maken. BU1TENLANDSCH NIEUWS. De stand van den wedstrijd bij Simps»n, te Lon den, w-as Vrijdag 2(i Juni, nadat alle deelnemers vier partijen gespeeld hadden, aldus: Loman 4 (won al zijn partijen), Mortimer en van Vliet 3, Ponton en Gossip 2, Bird, Muller en Tinsley 11'/,, Jasnagrodsky 1 en Lee Hj. leege mars en zijne handen nog altijd in zijne zakken «Heu heu heu " snikt de arme jongen met schokkende borst. Gaston Lembelly hoort het en keert zich om; hij trekt zijne moeder mee naar den kleinen marskramer. »VVaarom huil je?" vraagt hij vriendelijk, »heeft iemand je iets gedaan ?" Charles snikt nog steeds, maar antwoordt niets, dat zou hij niet kunnen. Het mismaakte kind houdt vol: kom, zeg mij maar, waarom je huilt?" Charles veegt met zijn mouw zijn oogen af, maar daardoor vermengen de tranen zich met de moedervlekken van straks ea er komt een zwarte veeg op het ongelukkige gezicht van den jongen, van zij a oog tot aan zijn oor. Tusschen zijn snikken door vertelt hij met af gebroken woorden : »Ik huil niet... niemand heeft me iets gedaan ... Neen, ik huil ijiet. .. maar... mijn kurassiers mijn kurassiers..." »Hebben ze je dan die kurassiers niet betaald!" «Jawel maar ik houd zooveel van ze... Ze ziju zoo mooi... als ze daar allemaal voor me staan ... dan bekijk ik ze.. . dat vind ik prettig... maar ik durf ze met aanraken. .. dat heeft vader me verboden. Eu, als ze dan allemaal weg ziju.. . dan moet ik huilen ... omdat ik er zoo graag een zou willen hebben . . . voor mij zelf voor mij alleen ..." »Heb je er dan niet om gevraagd aan je vader^.. . »Jawel, maar vader wil het niet hebben. Ze zijn te duur . .." Het kind kijkt den marskramer verwonderd aan met zijn zachte oogen. «Zou je het heel prettig vinden?" zegt hij dan. »O ja! heu ? heu!" antwoordt Charles, en hij begint weer rnet vernieuwde kracht te snikken. Daarop geeft Gaston hen zijn eigen kurrassier. »Daar, je moogt hem hebben... houd den franc maar en neem dit.. ." Charles Frou weet niet wat hij hoort hij durft het niet te gelooveu. Met zijn haaiden half uitgestoken, met schitterende oossen en een glim lach om den mond over het geluk, dat hij nog met eenige aarzeling beschouwt, blijft hij wachten. Het gtboclielde jongetje zet den houten kuras sier op het tafeltje. »U vindt het wel goed, niet waar, mama?" »Zeker, kindlief," antwoordt dd verteederde moeder. En mevrouw Lembelly verdwijnt met het kind tussehen de menigte. Charles Frou gaat terug naar de rue des Acacias. Zijn rekening sluit goed. Hij had 's morgens twintig kurassiers; 's avonds brengt hij twintig francs mede. Hij heeft den soldaat in zijn zak verstopt, 's Avonds speelt hij ermee en 's morgens voordat hij uitgaat weer. En hij neemt hem mee naar de boulevards uit angst dat zijn vader hem zal vinden en verkoopen. Eu zoo gaat het eiken dag, gedurende de koude Decembermaand. Maar nu is de kleine koopman vroolijk. En, al is zijn stem nog wat zacht, zij is met meer treurig, wanneer hij roept: «Kurassiers! mooie kurassiers voor n franc !" Er zijn twee maanden voorbijgegaan. De kleine marskramer heeft het gebochelde jongetje niet weergeven, maar zijn mooie kurassier geeft hem nog altijd veel pleiiier. Kens op een avond hoorde hij zijn vader zeg gen : Gaston Lembelly, het zoontje van de me vrouw van wie het huis is, is erg ziek !".... Charles Frou voelde zijn hart ineenkrinpen, groote tranen kwamen hetn iu de oogen. Twee dagen later zeide zijn vader: Gaston Lembelly is dood !" Charles ging naar het kamertje waarin hij sliep, en deed de deur dicht. Hij ging op zijn bed liggen, trok de lakens en de dekens over zijn hoofd en begon te schreien. Hij schreide, zonder Te Caracas (Venezuela) verscheen onlangs 't eer ste nummer eener schaakcourant. L)e inhoud bestond hoofdzakelijk uit in 't Spaansch vertaalde copieën naar 't Weekblad <tt- Amst?r<ln>iiniei'. Partijen van den wedstrijd te Londen. Fransche verdediging. Wit. Zwart. Louis van Vliet. Sam Tinsley. l e4 eG '2(! T hij "cd4: 2 (14 (15 27 P.tU: D.c4 ,'( P c3 P i'G 28 Td3 T.c8 4 L.g5 Le7 2!) K.bl P.ff) f. L.ffi: Lt'G: 30 P13'. D.14: G P.f3 1'eGV .31 T.d4! 7 e5 L.e7 ^"a dezen zet staat 't ^ ^ fij zwarte rpel geheel ho9 L .13 0-0 Pdoos. 10 h4! \\l :??? ,J ?£? 't Doel van dezen zet ''" . " . ( ' blijktspocdig. (Ziezet.15). 33P;h4. I).e2:T 10 1,<17 34 K.al D.,12 11 ef(i: L.fi;: J)-"- ?'?"' D-": > K-ïS 12 I,li7:t f?,KK'.s ^ ^'j De corvcethc.d van du. ^T^ jj'- ^ j' s' schitterende uil, r werd . ' al-enieen lietvvijfeld. De '.','' ",!,'?. -r -i .? ?>'> -l.«'l: J».«'1:T L.1|5 moeielijk, dat 't in een partij, waar ie lei' speler 37 K. al' 21) /.etten per unr moet ;',8 l'.ef) 'f K.e doen, zeer goed te wag. 11 ;ji) I).j7 | K.dfJ "'?"? 4O I).li7 : K. «.") 1-2 .... K.h7: .u ]U)r): 1)C7 13 P.g:> t k.gS 4-_> T a-1 ai! 14 I).li5 L.gf) : 4;, j,,,.,.;- -Kd(; 1:1 bS-'; , '.'?"> 41 Tab f Kc7 Ui l Uu T Iv.W 4f) i^c(;: j K.f 11 £''?" 4i; T .cd 1U7 17 T.h5 was nog sterker. 18 D.lkS-'r l!' g-i: 20 g5 '21 14 2-2 0?0?0 'J3 D.hó 24 T.dfl '25 P.e2! 47 T.cSf K.g7 48 D.e.")f opgegeven P.e7 !>s T.gG: K.f7 P.e7 r O D.c7 Loman en Jasuagrodsky c5 voor de brillantste. te weten, waarom. Hij viel snikkend in slaap, en schreide nog in zijne droomen. * * * Twee dagen later waren onder de koetspoort van het huis zwarte kleeden gespannen, waarop in zilveren letters geschreven stond : G. L. En onder kransen en bloemen, tussehen bran dende waskaarsen stond een klein, een heel klein doodkistje, niet grooter dan vojr eeu kmd van vijf jaar. Er gingen een menigte vrienden achter deze kleine doodkist. EU beelemaal achter aan den stoet liep Charles Frou, gekleed in zijn fluweelen pak, met nog slordiger haar dau gewoonlijk en altijd met de handen in de zak. De hemel was grauw en somber. Nu en dan viel er een natte sneeuw. Een harde wiud, die telkens met vlagen woei, joeg dien ijzigen regen in ieders oogeu. Werkelijk, het levea zag er niet vroolijk uit bij zuik een weer; het was maar verstandig geweest van den kleinen jongen, dat hij was heengegaan. Hij was vertrokken naar het land, waar aüe kinderen, die goed geweest zijn, aüe rijke kinderen die medelijden hebben gehad met de armen, bijeen komen, om elkaar lief te hebbeu. Charles Frou durfde de kerk niet binnengaan. Hij zwierf wachtend door de straat, maar toen de lijkstoet de richting naar het Jserkhof van Montmartre insloeg, voegde hij zich weer er bij. Hij bleef een heel eind van de anderen af staan, toen men het kind begroef. Hij schaamde zich erg, dat hij daar was, omdat hij memand had gevraagd of het wel mocht. EU hij bleef op een afstand van de bewakers uit angst dat hij zou worden weggejaagd. Hij zag de heeren en dames in den rouw voorbij gaan, en ook kinderen, de vriendjes van den ougelukkigen knaap. Velen hunner hadden roodgeschreide oogen. Toen er niemand meer bij het graf stond, toen de kleine jongen daar alleen was achtergelaten onder den kouden vochtigen grond, kwam hij zachtjes nader, hij omziende, of nij ook be spied werd. Maar, neen, .... hij was alleen. Toen natn hij, voorzichtig en teeder den houten kurassier uit den diepen zak van zijn fluweelen broek. . . . Hij bekeek hem nog een oogenblik . . . wond de veer op ... en voor de laatste maal galop peerde het paard, de sabel zwaaide en onthoofdde de verschrikte vijanden. . . . Eu Charles gat' den soldaat een kus. . . Toen zette lüj het stuk speelgoed zachtjes neer tussehen de kransen en de bloemen. . . VOOR DAMES. Twee dichteressen. l'romceiJjewcging in Oostenrij/; en Denemarken. Turksche keuken. De tijden van gekroonde troubadours en dichtende prinsessen, die poëzie en politiek door elkaar mengden, zijn nog niet zoo ver weg als men zou meenen. Op dit oogenblik wordt te Boekarest een roman en action gesponnen, waarin Carmen Sylva beproeft, fantazie en staatkunde te verzoenen. Herhaaldelijk hadden de Duitsche bladen brui den aangewezen voor den jongen prins Ferdinand van Hohenzollern, neef en vermoedelijk troon opvolger van den koning van Roemenië. Men had hem gekoppeld met du beschikbare prinsessen van alle kleine Duitsche fatniliën, en zelfs eene zeer goede partij voor hem bedacht, prinses Marie van Edinburg, eene kleindochter van Victoria en nicht van den Czaar. Met deze relaties, daaren boven rijk, en geneigd om den orthodoxen gods dienst te omhelzen, zou de jonge vorstin te Uoekarest zeer goed ontvangen zijn. Maar naar het schijnt, is er over het hart van den prins op andere wijze beschikt. Geen keizersSpaansche partij. Wit. Zwart. Loman. Mortimer. l e4 e5 2 P.ftS I'.i'G Dit is de zoogenaamde lïussische verdedig ing. 3 P.c3 l'.ci; Xu is de partij over gegaan i n een vierpaardenspel. 4 04 ed4: 5 P.<14: En thans in een variant van de yrhot.-che partij! :> ... ai; Om den dubbelen f pion te verwijderen. 18 P.f.) D.c7 3 i) D.d2 T.adS 20 T.adl P bij 21 c4 ho 22 P.e3 D e7 23 P.df> L.d5: 24 edf>: P c7 25 P.g3 D.d7 D.h-l -li', T.fj en zwart verliest ziin koningin, '21! L.g4 " 15 27 P.if>: D.f7 een bpan- ^ ^^ K^7 En dreigde 2!) l'hij f 2!» D. (13 Zwart kan anders met h5 een stuk winnen. L.d7 L e7 ai;? positie (j L 1)5 Y"or be.tluit .iaard'. l> .... l 0 0 8 b:; Jn dczelfd speelile IJlaekbunie tt'gell dr. TarriiM-h 'Manches- ., ,,, ;,.,. !;HIJ U-U. stellig be- ?" -1 .01 tt r dan ai!. !l L.e-2 0?0 10 L.b2 T.eS L. f8 D.c P.,18 30 P.hl . 32 T.eS: 33 l'.gt', :'. 34 l '.f8: T.el-.-r T.eS 11 M 12 l..f'3 13 1)3 M T el 3(i K.hl 37 D.g7r 38 Kg8 K.t8: D e.'jf D.14: K.e8 , . ..?. .... , K (18 HieidoorwordtdCzwak. 3!l L.fi> f K.cS 15 P.,le2 L.('G En wit geeft in 3 zet lij P <>vïPcl> ^en mat. 17 l\cu-2 P.d7 In een volirend nnmmor zal een caiisultatiepartij verschijnen, de/er lianen te Londen gesjieeld. Bird en ainateur iwiti tegen Lee en Tinsley'zwart). Bird maakte een oiï'crcuinbinatie, die tot de sehitteienclste behooren, die wij ooit zagen. De paitij maakte een ongekenden opgang. Errata. J n de party Fritz-Tarrasch (zie Ie nooit partij Lee-Tinsley vorig nummer) moet staan IL.gS, L.eT ó c5. B.gX

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl