Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 744
ping van een dichter of met een meisje van vleesoh
en bloed, dat bij Boccaccio de dochter van Portinari
heet omdat haar voornaam toevallig ook Beatrioe
was. Dit symbool mist derhalve eenigen
historischen grond, welken ook, al kan het waar zijn,
dat eene zekere Beatrice den Dichter op het ideaal
bracht en zelfs aan een naam hielp. Nu komt de
groote vraag: wat stelt het symbool voor? De
Realisten en Idealisten kunnen elkander zoo nn
en dan op de kruispunten hunner wegen ontmoeten,
maar de Symbolisten, die de geheele Vila Nuova
van begin'tot einde als symbool uitleggen, staan
geheel ouaf haukelijk daar naast, dat natuurlijk niet
wil zeggen, tegenover de andere groepen. n
ding staat vast, nam. dat de Symbolisten al tot
zeer zonderlinge beschouwingen kunnen komen,
al wil men daarmee juist niet beweren dat dit
een noodzakelijk gevolg van hun standpunt
is te noemen. Gabriële Rossetti, de vader van
den beroemden Eugelschen dichter en schilder,
een uitstekend Daute-beoefenaar, zag in het
symbool dat de naam van Beatrice draagt niets
anders dan een louter staatkundig denkbeeld. De
strijd van den Staat tegen de heerschzuclit en
tirannie der geestelijkheid, ziedaar het
gronddenkheeld van al het denken en dic.'iteii bij Dante -).
Het behoeft geen opzettelijke aanwijzing, dat wij
hier met een verklaring van Daute te doen hebben,
die het werk is van een staatkundigen balling,
nadat hij in het gastvrije Engeland rust en be
scherming gevonden heeft, zoodat hij zich met hart
eu ziel aan de studie van zijn geliefden Dichter
kan wijJeu. Van veel liooger beteekejiis staat de
verklaring van het symbool, onder den naam van
Beatrice voorgesteld, ons door den Eerw. Gietmann
gegeven in het geschrift zoo even genoemd. Deze
schrijver ziet in Beatrice doorioopeud het idrual
der Kerk. Eu met zooveel scherpzinnigheid, met
zoo vernuftige argumenten wordt de stelling bepleit
en de bewijsvoering volgehouden, dat de meest
verklaarde tegenstander van dezen symbolist moot
erkennen, dat zijn boek van een studie getuigt,
die hem het, volle reciit geeft met een eigen theorie
voor den d:ig te komen, ook al zal zij door velen
als /eer gewaagd worden aangemerkt. Want ook
al deelt men des schrijvers zienswijze omtrent de
verklaring van het symbolisch karakter der B
atriceverheerlijkiug niet, dan toch nv>et men erkennen,
dat hij hier en daar zooveel verrassende opmer
kingen in het midden brengt, dat de lezing van
zijn boek een dankbaar werk kan genoemd worden.
Voor de studie van de Vita Nuncu in het bijzonder,
het Dautc-geschrift dat onmogelijk van de studie
der Dia. Conune'/ia is af te scheiden, is iiet werk
van Gietmann van groote waarde.
Eu nu ons besluit.
Laat ik in de eerste plaats mededeelnn, dat
iedere richting hare eigene moeielijkhedeu, onover
komelijke bezwaren mag men wel zeggen, mede
brengt. Idealisten en symbolisten moeten verle
gen staan bij 7.00 verschillende als wc rkelijke feiten
voorgestelde gebeurtenissen. Die voorstelling toch
is niet te loochenen. Zoo blijft de vraag nog altijd,
waarom de jeugdige liefde van den 'J-jarigen Dante
zoo geheel en al tot de onmogelijkheden moet
gerekend worden ? Is alles wat van Mozart, Beet
hoven en Mendelssohn wordt meegedeeld zoo geheel
en al mythe? Zoo niet, kan dan de liooge vlucht
van een dichterlijke kinderziel, als wij bij Dante
waarnemen, zoo stellig als een sprookje worden
uitgestrooid? En wat had Daute op negenjarigen
- leeftijd te doen met de verheerlijking van een
Ideaal-Kerk ? Nog staat de symbolist voor het
feit, dat D:mte melding maakt van den dood van
Beatrien's vader. Ook is het wel wat kras, de
dood van Beatrice voor te stellen als de verplaat
sing van den pauselijken stoel van Rome naar
Avignon. Ook beschrijft Dante een bezoek van
Beatrice's broeder. En Ciuo da Pistoja troost Dante
in eeue Canzone bij den dood van Beatrice en
dat in eene taal, bijzonder sympathiek en innig
gemeend.
Maar ook de Realisten stuiten op
moeielijkhedttn. Ziju ze volkomen onontvankelijk voor den
mystieken toon van de Dante-poëzie wat de ver
eering van Beatrice aangaat, die eindigt in zulk
eene ongewone apotheose? En wat zullen zij maken
van het meisje in de Vita Nuova, dat als voor
wendsel" moet dienen, omdat Dante liet niet durft
wagen rechtstreeks oog en woord tot Beatrice te
richten ? Eu als Dante bij den dood van Beatrice
een brief wil schrijven aan alle vorsten der aarde,
wat uitlegging daaraan te geven ? lutusscheu blijft
het waar dat de Realisten een argument van
hoogen ouderdom in dj Ottimo Commnt/o (de echtheid
aangenomen) bezitten. Deze Commeut.o spreekt in
1334 van Dante's jeugdige liefde als een onbe
twist feit, ook al noemt hij, ongelukkig genoeg,
'noch den naam van de geliefde en al geeft hij geen
enkele bijzonderheid van de familie der uitverkorene.
Als laatste opmerking geef ik den lezer het
volgende in overweging. De strijd over het oude
vraagstuk behoeft niet af te, schrikken van de be
oefening der Div. Commedia. De resultaten toch
waartoe de verschillende woordvoerders komen,
vullen vaak elkander aan, evenals bij zoo menigeu
strijd op kunst- of wetenschappelijk gebied en
komen dus ten slotte ook weder ten bate van de
meer gewone beoefenaars. Met (Jeu schrijver in
de Edinburgh Review kan men zegiren, dat de
Symbolisten en Idealisten niet vijandig tegenover
de Realisten staan, wat dit vraasrstuk betreft. De
' laatsten, bijvoorbeeld, vinden heel wat waarheid
in hetgeen de eersten beweren, ook al kunnen zij
niet medegaan in alles wat dezen ontkennen. Bovcu
zei ik, dat iedere Bcatrice-bcsclioiiwing op eigen
aardige moeielijkheden stuit; juist dat, blijft, evenals
alle streven naar de onbereikbare waarheid ecu
prikkel tot, onderzoek te meer, ook al komt ons
iemand verzekeren, dat er noch in Dante's eigen
eeuw, noch thans, 000 jaar later, ooit iemand ge
weest is, die deze moeielijkheden allen volkomen
wist oji te heften. De eenige die dit had kunnen
doen, is Dante zelf en voor den Dichter be
stonden die moeielijkheden blijkbaar niet. Dat is
het verschil tnsschen het Genie en ons, die ons
koesteren in ziju licht.
IVieslicHlen. Aug. 1891. A. S. KOK.
') Reeds voor eenige maanden door mij uit
voeriger aangekondigd in de Dietsi-licirni-m/i/i;.
-} Kossetli's uitgave der Div. ('omm. vn^rhem tf
Londen in 1820; zijn I-a ISeiitrire cli Diiiiie, aldaar
in 1842.
PRIJS-ROMANS.
Hoe kwam Jane Wilmot aan haar eind? Ver
dronk zij bij toeval in hare badkuip ? Beging zij
een zelfmoord ? Is zij vermoord geworden ? En
zoo ja, door wie ? En, ten slotte, welke verkla
ring werd omtrent haar droevig uiteinde afgelegd
door de eenige persoon die er bij tegenwoordig
was geweest ?"
Sedert eenigen tyd is er in Engeland een nieuw j
soort roman opgedoken, de prijs-roman, en de
bovenstaande vragen doorkruisen t p dit oogenblik i
hoofd en hart van tienduizenden, namelijk van
al de lezers en k >opers van De eenige yetuige :
W.at zag zij? den prijsroman van E. j. Goodman
(uitgave vaii Trisehler & Co. te Londen) Voor de
drie beste oplossingen van het mysterie zijn door
de uitgevers prijzen van 30, 15 en 5 pond uitge
loofd. Met l Uctober is e mededinging gesloten
en de bekroning, door den schrijver met een paar
andere letterkundigen als jury toegekend, zal kort
daarna bekend gemaakt worden.
De heer Oaodman was als romanschrijver vrij
goed bekend, toen hij voor het eerst er toe kwam
een prize-novel" of puzzle-story" te schrijven, ,
want The only loitnes*: what did she see? is het j
tweede specimen van de soort dat hij produceerde, j
Het genre dankt aan hem zijn uitvinding, vroeger
is er wel eens een onvoltooid verhaal in Trutli
verschenen, maar dat was ook door den schrijver
onvoltooid gelaten, en men vroeg nu wie de beste
oplossing wist. Bij Ihe only Witness, daarente
gen, evenals bij Gjodmau's vroegeren roman
Hobson's Hoard, een jaar geleden in het weekblad
An^wers verschenen, weet de schrijver wel, hoe hij
het verhaal laat aüoopen, en het geldt niet. een
aardige oplossing te vinden, maar de door hem
bedoelde.
Hobion's Hoa:d bevatte de geschielenis van
een ouden man, die zijn geld in een gat in den
muur van zijne kamer had verborgen,-hieruit werd
het gestolen. Er woonden een menigte menschen
in bet huis, en aan bijna ieder was de eene of
andere verdachlmakeude omstandigheid gehecht;
allerlei gevallen waren mogelijk. De inzenders
moesten raden, wie het geld had gestolen, en hoe,
en wat hij er mi-e gedaan had. Er kwamen 10,000
antwoorden, <)ïe allen zorgvuldig gelezen werden.
Ongeveer 300 personen raadden den naam vau
den schuldige, een bjodsciapjongentje dat de
detectives zelts niet verdachten. Maar de andere
vragen waren moeielijker, slechts drie van de
10,000 vonden den naam van den medeplichtige
van het boodscbapjongentje, en daarmede ongeveer
het bepaalde slot.
Daarna werd de nieuwe roman ondernomen,
die eerst als een gewoon verhaal zou uitkomen,
maar toen werd omgewerkt tot prijs-roman. De
boekhandel wilde er eerst riet aan; het was geen
litteratuur''; een onvoltooide roman zou geen
koopers vinden. Eindelijk gelukte het. toch, hem te
exploiteeren en nu bleek het dat het publiek hem
toch. wel wilde. Het boek vond verbazenden af
trek, en de antwoorden zijn druk aan 't inkomen.
Opmerkelijk is het, dat terwijl van het vorige j
boek de antwoorden meest uit een zeer geringe
klasse kwamen, The only Witness in zeer goede
kringen oplossers vindt; ook komen er oplossingen
uit Frankrijk, België, Neder'anl, Italië, Duitsch- j
land, Noorwegen, zelfs uit Kaaplaml en Australië. [
Er zijn meer dames die inzenden dan beeren. \
Uit de 3000 brieven, die in het begin dezer
maand onderzocht waren, bevatten reeds .'!()0 de
eerste vragen goed opgelost; de derde vraag bood
meer moeielijkheid, slechts 35 brieven werden tot
nog toe apart gelegd om aan de jury te worden
aangeboden. Men onderscheidt in de brieven ter
stond verschillende klassen van lezers. Vooreerst
de groote massa die het eenvoudigste maar op
schrijft en zich daar al heel knap mee vindt. Dan de
menscben die zich niet laten beetnemen" en de
onmogelijkste combinaties maken. Vervolgens zij
die luk-raak in den blinde opschrijven, niet wetende
hoe een koe een haas kan vangen. Daarna de ge
wone verstandige menschen, die eene meening
hebben, meestal niet de rechte; eindelijk de enkele
slimmerts, die den val doorzien en den prijs
winnen, als ze niet door een tueval van het rechte
pad worden afgeleid. De aardigheid ligt natuur
lijk daarin, dat de schrijver, evenals een gooche
laar, de aandacht afleidt, en intusschcn zijn
gang gaat.
Men schrijft zijn antwoord op een coupon, waar
van er uit elk exemplaar n kan geknipt wor
den; ieder antwoord onderstelt dus een verkocht
exemplaar.
Het ware antwoord Bertba Brenton's getui
genis", slechts 'M woorden groot, bet laatste
hoofdstuk van den roman vormend (die later com
pleet zal worden uitgegeven) ligt in de brandkast
van een der juryleden.
VARIA.
TOONEEL EN MUZIEK.
De acteur Marais, die sedert kort eerst aan
de Comédie Francaise verbonden was, is deze week
overleden. Zijne schitterendste rollen waren in
dertijd die in de Porto-Saint-Martin, waar hij Sarah
Bernhardt ter zijde stond in Nana-Sahïb en Th
odora; hij was geheel een tooneelheld, met mooie
forsche stem, fraai gestalte, donkere, vurige oogen,
hij scheen een groote toekomst te hebben. Over
spanning en tegenwerking hebben bom, naar bet
schijnt, kranzinnig doen sterven. Hij was aan het
instudeeren van den Nero in Brittanniciis, eene
rol die hij van Mounet-Sully zou overnemen.
LETTEREN EN WETENSCHAP.
Krankzinnigheids-romans. Fit Parijs wordt van
12 dezer geschreven : De waanzin schijnt
tcgenwoordigecnlievelingsonderwerp voor jeugdige schrij
vers te zijn. In korten tijd zijn ons drie romans
over waanzin in handen gekomen, die allen bij
Perrin, den gewonen uitgever van de
schrijtlustige jeugd, verschenen zijn. Onlangs sprak ik van
de Cahiers d'Andrc Walter". Hierop zijn ge
volgd L'Affitévan Auguste Germain en .1 l'ccnrt
van Minhar en Vallette. De geagiteerde" van
Germain is een uitvinder, die langzamerhand
aan vervolgingswaanzin ten prooi wordt, terwijl
het factotum van zijn laboratorium, ter wille
van het contrast, in grootheidswaanzin eindigt.
De tragische ironie van den roman berust
daarin, dat de krankzinnige uitvinder zijn
voornaamBten vervolger in den bankier ziet, die hem de mid
delen tot zijne onderzoekingen heeft voorge
schoten, en hij juist niet inziet, waarin de
bankier werkelijk slecht tegenover bem handelt.
Deze heeft namelijk den financieelen nood van
den uitvinder misbruikt, om diens trouwe geliefde,
die hem met groote opoffering verzorgt, te ver
leiden. De geliefde van den uitvinder geeft aan
de liefdesaan zoeken van den bankier alleen ge
hoor, omdat zij anders van alle middelen ontbloot
is, om de huishouding voort te zetten. Dit vrou
wenkarakter is niet sympathiek in den gewonen
zin van het woord, maar zeer waar en in 't ge
heel niet onverschillig.
Germain heeft in de bijzonderheden van zijn
verhaal eene groote reporterkennis omtn nt het
Parijscbe leven aan den dag gelegd. Het is geen
slechte school voor een romanschrijver, de be
scheiden functiën van den reporter op het Parijsche
trottoir uit te oefenen. Men komt noodzakelijk
met vele interessante personen in aanraking eu
leert de topographie der stad tot in hare geheimste
schuilhoeken kennen. Het eenig gevaar is, dat
de ernst en het geconcentreerde werk daarbij
schipbreuk lijden. Dat kan men ook bij Germain
opmerken. Zijn stijl is slordig en voor de vele
afzonderlijke docnments humains" verliest hij
menigmaal de hoofdzaak uit het oog.
Een geheel andere geest komt ons uit den
anderen krankzinnigheids-roman tegemoet Minhar,
die werkelijk Raoul Dumon heet, en Vallette, zijn
geen reporters. De beschrijving der buitenwereld
is voor hen hoogstens een stijloefening. De hoofd
zaak is voor hen de philosophische zelfbeschouwing.
Aan haar wijden zich de beide helden, die zich
voor de geheeie wereld hebben verborgen en in
Tunis a IVcart" als menschenschuwe zonder
lingen wonen. De een, die in den vorm eener
autobiographie de gemeenschappelijke avonturen ver
haalt, heeft onwillekeurig een moord begaan, door
dien hij iemand verworgd heeft, die hem 's nachts in
eene straat van Parijs beleedigde. We vernemen
voor 't overige niets naders omtrent den persoon
van den vermoorde en de scène van den moord,
de verteller gevoelt te veel afschuw van de zaak,
om ervan te kunnen spreken. De moord is on
ontdekt gebleven en de moordenaar, een beschaafd
jongman met bescheiden inkomen, poogt in Tunis
de zaak" te vergeten. Te Tunis sluit zich een
melancholieke jonge Ier bij hem aan, die aan
periodieke aanvallen van erfelijken waanzin lijdt.
In zulk een aanval heeft hij in zijn vaderlijk
slot al zijne familieportretten vernield, maar
zelfs te Tunis vervolgen hem nog de portretten.
Hij schiet hier al de photographieën in zijn
album het hoofd af, zonder de verlangde rust te
vinden. Wanneer hij daarentegen rustig is, is
hij veel verstandiger en kalmer dan zijn vriend.
Hunne gesprekken over alle mogelijke moreele en
litteraire vraagstukken vullen bijna het geheele
boek. Aan paradoxen ontbreekt het niet, zij zijn
soms geestig, dikwijls echter ook gedwongen. Drf
Ier kan b.v. eens niet inslapen en verzoekt den
Franscbman, hem iets voor te lozen. Deze zoekt
iets zoo vervelend mogelijk on merkt daarbij op:
Wij moeten onze mémoires maar schrijven, wij
zouden dan het nageslacht een behoorlijk vervelend
boek voor zulke gevallen nalaten." Bij gebrek aan
deze mémoires grijpt bij daar Victor llugo's Han
d'Manile, cette oeuvre groteske et puérile du plus
grand génie du siècle", zooals hij zegt, en nadat
eenige bladzijden zijn voorgelezen, slaapt de Ier
in. De Franschman begint te bemerken, dat de
waanzin van zijn vriend besmettelijk werkt. Ook
hij gelooft zich spoedig overal door spionnen om
geven. Hij verlaat hem daarom en verkrijgt na zijne
terugkomst te Parijs zijne zielsrust terug, terwijl
de Ier zich in de eenzaamheid doodschiet. Do
zaak" verdwijnt langzamerhand uit zijn bewust
zijn. ..Ik was alleen een taaier product dan
mijn vriend, dat is alles," mot deze woorden ein
digt bet merkwaardige boek, dat geen voorbeel
dige roman is, maar zeer veel aantrekkelijks bevat.
Yallette, een der schrijvers, is de hoofdredacteur
van den Mercure de Frunce,
Hot verdient tot lof van het tijdschrift en zijn
leider vermeld te worden, dat het werk van den
hoofdredacteur in de kolommen van het tijdschrift
eene ten deele zeer scherpe kritiek beeft onder
vonden, die mij bijna te scherp voorkomt. Dat
steekt voordeelig bij de letterkundige gewoonten
van onze dagen af.
Omtrent de dutumxyrens in den Stillen Oceaan
bevat deel 4 van de Annalen der Ilijdrai/rnpJiie
uud maritiiiien Meteorologie een interessant op
stel. Daarin wordt uiteengezet, dat de
datumsgrens, in de nieuwe Duitsche eoiiversationslexica
aangewezen, niet meer juist is. Deze toch wordt
genomen oostelijk van Nieuw-Zeeland,
NieuwCaledonië, voorbij den Bismarck-Archipel, met eene
groote bocht naar bet Westen, Celebes en Borneo
aan hare westzijde, do overige Philippijnen daar
entegen oostelijk latende liggen en zich vervolgers
oostelijk van Forrnosa en de Japansche eilanden
naar de Behringstraat wendend. Dit is reeds
sedert het begin van het jaar 1H45 anders. Op
de Philippijnen toch wordt nu reeds 4(i jaar lang
dezelfde datum geschreven als in Australië, bet
nalmrig Aziatisch vasteland en de geheele oiule
wereld. De oorzaken, waarom men tot op dat
tijdstip feitelijk op de Philippijnen den
oostelijkcn datum van het ver verwijderde
Amerikaanschc continent rekende, zijn van historische
aard. Ook op de Carolincn en de Marianen,
de Fidjis-, Marshall- en Kingswillen-cilanden
komt do datum met die van Australië,
AehterIndiëen China overeen; zelfs op de
Samoa-eilanden is dit het geval, ofschoon deze 172 graden
tot l(i!> graden westelijk van Grcenwich liggen
(voor de scheepvaart is als datiungrens algemeen
de l HOste lengtegraad van Grcenwich in gebruik,
bij welks passeering do datum veranderd wordt).
Voor de Samoa- eilanden" 'geeft consul Hernsheim
de volgende reden aan: Het verkeer met de
westelijk gelegen gebieden is veel levendiger, en
van Amerika worden de bedoelde eilanden door
een zoo brecde watervlakte zonder eilanden ge
scheiden, dat gelijken datum met Australiëen
bet Oosten van de oude wereld veel practisch'r
moet blijken.''
Bij den heer J. C. Loman te Bussum is een
eenvoudig en nuttig boekje verschenen: Het
Nederlandsch erfrecht, op duidelijke wijze verklaard
en m t voorbeelden opgehelderd, door Een nota
ris''. Het is practisch ingericht; al de afbeel
dingen der combinaties van takken en lijnen ma
ken het overzicht gemakkelijk.
De moraal der toekomst, voordracht, gehouden
door J. Simmer te Amsterdam, is oorspronkelijk
bedoeld als beantwoording de vraag: Welke
zedeleer zou de vrijmetselarij kunnen propageeren,
geschikt voor de belijders van eiken godsdienst?"
De uitgave geschiedt nu ten voordeele der
Louisastichting, bij H. Gerlings te Amsterdam. Het
boekje, Hink geschreven, vol onafhankelijke denk
beelden, moet, dunkt ons, de belijders" van geen
enkelen godsdienst geheel tevreden stellen; alle
confessioneele godsdiensten toch laten hunne mo
raal van hunne confessie afhangen, en eene der
conclusiën van den schrijver is; Gezonde l
venwekkende, krachtverleenende ethica kan niet sa
mengaan met godsdienst, in welken vorm ook."
Oymnasiasticii door H. Essem, uitgave van J. L.
Boyers te Utrecht, is eene aardige causerie, vlug
en los geschreven, door een gewezen gymnasiast
aan zijn zesjarige carrière gewijd. Weiken", de
Leeraren", Smokkelen" zijn titels der hoofdstuk
ken; de jeugdige schrijver, die gemakkelyk en
gezjllig stelt, zal zijn commilitones ongetwijfeld
genoegen doen met het opfrisschen van zoovele
herinneringen.
Van het Album der Militaire Willemsorde,
Galerij van Nederlandsche Helden", verzameld
door P. H. K. van Schendel, uitgave J. M.
Roldanus te Edam, is aflevering l verzonden. Zij is
keurig uitgevoerd en bevat ruim een 100 tal por
tretten en twee platen naar schilderijen, De slag
bij Waterloo en Palembang. Onder de pjrtretten
komen eerst die van de drie grootmeesters der
orde, koning Willem I, II en III; dan die der
leden van het vorstelijk huis en buitenlandsche
vorsten, eindelijk, naar datum van benoeming, de
portretten van degenen voor wie de ridderorde
bestemd was, de Nederlandsche helden", met
Waterloo te beginnen.
De uitgave, een echt nationale, een waar Pan
theon vau den nationalen krijgsroem in onze
eeuw, verdient zeker de groote deelneming, die
zij reeds gevonden heeft. Een vijftigtal
exemplaree genummerd en afzonderlijk getrokken, zijn a
40 gulden verkrijgbaar; overigens verschijnt het
werk in vijf afleveringen a 3 gulden per aflevering.
De heer Ilenry Swindells ,Tr , Singel 271 stelt
zich voor, den 12 October, 's avonds te half acht,
een cursus te openen in Handels EngeKch voor
kantoorbedienden, volgens een nieuwe metbode,
the City system." De cursus bestaat uit 52 lessen
van anderhalf uur, in 6 maanden te geven, voor
30 gulden; er is geen huiswerk of vertalingen
praepareeren bij; iedere les bestaat uit bet
dicteeren van een brief en een dialoog, met commen
taar, zoo, dat in een halfjaar een compleet hand
boek van Kngelsche correspondentie, met formu
lieren en verschillende gesprekken, gevormd is.
Men meldt zich'aan bij den heer Allert de Lange,
Damrak 62.
De vsreeniging Leeskunst" gaat dit saïzoen
haar tweeden jaarcursus in. De deelneming, het
vorig jaar gevonden, heeft het bestuur tot nieuwen
moed opgewekt. Het vraagt tot voortzetting en
uitbreiding vau zijn werk vooreerst bijdragen in
geld (het lidmaatschap kost /'2.50 per jaai), en
vooral persoonlijke hulp, r.amelijk bevoegden die
een leeskring gedurende het aanstaand saizoen
willen le'-den. Deelnemers onder degenen voor
wier ontwikkeling de cursus begonnen is, ziju
er genoeg ; de cursussen begonnen met 40 deel
nemers, en eindigden in Juni met 130.
Het bestuur bestaat uit de dames en hoeren
S. J. Bouberg Wilson, Voorzitter ; Meta A.
Hugcnholtz ; Mr. V. K. L. van Os; secretaris; J. J.
Schat tier; L. Simons Mz. ; M Treub?Hoog; J.
Weelink; II. Wertheira, Penningmeester, Heeren
gracht 61!).
HET LAATSTE VOER.
De hoeveknecht van den boer Gernaey, Jauches,
is met de laatste schoven het hof opgereden.
De vroolijke werkers en werksters zijn boven het
voer geklommen, van waar hun gejuich en gezang
tot ver over de velden weergalmen.
Do prachtige herfstzoime luikt ^loeicr,A weg,
gietend over beur erf stralen van goud en robijn.
Ze legt glans in de oogen der maaiers en kleurt
hoogrood de wangen der struüche boerinnen ;
alles wat leeft en groeit, baadt in eene atmosfeer
van spelend licht, en beerlik daalt over bet land
schap de stille buitenrust, voorbode van den nade
renden nacht.
Boer Gernaoy is zijn volk te gemoet gegaan en
juicht mee met de lustige kwanten bovenop. De
hemel heeft zijn akker gezegend, <'e oogst is bui
ten verwachting uitgevallen, weg nu de zorgen!
Graan in de schuur, broed op de plai.k, vlcesch
in de kuip! Wat kan er meer verlangd V De meid
Seue komt heur meester achternageloopen met
de tlesch; de mannen hebben een glaasje wel ver
diend, en ook de vrouwen laten zich niet dwin
gen. Speelt niet de genuiver" eene der eerste
rollen in het Vlaamsche boerenleven'.; Is bij niet
de gevierde bij elk feest, de tioostcr bij iedcren
tegenslag, de aanvoerder bij elke onderneming 'i
Ja, d'er mag een glaasje af, zegt boer Gernaey,
op 't lukken van den oest.''
Flus komen de knechten van don hooggelaJcn
wagen af: de jongens steken een handje toe, ne
men de meiden in hunne krachtige armen en stel
len ze ongedeerd ten gronde, zonder merkbare
inspanning. De drank wordt rondgeschonken: er
komt vuur in het lijf, de tongen raken los. En
terwijl de zonneschijf achter de velden aan 't zin
ken is, dansen knechten en meisjes rond den wa
gen,?beeld van den voors; oed. Eer schreeuwend,
dan zingend, rukken z' er rond, tot de deernen,
moe en buiten aden, om genade roepen en zich
laten voortslepen. In tijds komt boer Gernaey met
de ileseh nader, die bij elkeen hoogst welkom is.
De waakzame liaan leidt zijne hennen r.aar den