De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1891 27 september pagina 5

27 september 1891 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 744 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. roest; de goelen waggelen kwakkens t tdendampenden poel; kirrend vliegen de duiven naar 't hok, na vooreerst de vier windstreken te hebben on derzocht; in de stallen bereide het welverzorgde vee zich ter rust; de paarden, de dappere, schud den de manen en stampen met de pooten; de ?kleine koeier zingt het aardige Hala-hi!-hala-ho, terwjjl hij de djakke 1) doet kletsen.... En boer Gernaey brengt zijn volk naar de ruime -keuken, waar het kermiseten wacht. Aan den zwaren zolderbalk, vermolmd en bruin, hangt de lamp te branden. Over den haard kookt de melkpap in den reusachtigen ketel, de vlammen van 't krakei d vuur lekken den pot met tooverachtige tongen, die machtig opflokkeren en sterven in blauwe wolkjes. De reuk van 't houtvuur is overal. Zet heulder bij! Zet heulder bij! vermaant «boer Gernaey, terwijl hy zelf plaats neemt. Het gezelschap laat zich niet wachten, en zoo luid ruchtig als 't zijn kan, worden de houten, biezen stoelen by de taiel geschoven. Laat ons lezen, spreekt de boer, de mannen nemen de Mak 2) af, allen maken het teeken des 'ktuizes. 't Blvjft eenige oogenblikken stil, tot Ger naey voor de twee maal een kruis maakt en de genoodigden hem naderen. Niemand zou het wagen te laten blaken, dat zqn gebed korter was dan dit van den hoevebezitfer. De dikke meid vult een voor een de diepe tei len en brengt ze, dampend, ten disch. De heete kost wordt begeerig opgeslurpt,want boer Gernaey houdt niet op te roepen, dat er genoeg van is en dat z' hem niet moeten laten koud worden. De schotels worden nogmaals pn nogmaals gevuld, tot de lepels stil vallen en de geneverflesch voor de vierde maal heure ronde maakt. Seue," zegt nu de boer, brengt de hesp uit den kelder en 't roggebrood. Maar vergeet den mostaard niet,want mostaard zonder heap is slecht, hesp zonder mostaard is beter, hesp niet mostaard is den hemel waard." Bij dit gezegde moet iedereen lachen. Buiten is 't geheel nacht geworden, een heerly'ke herfstnacht. De maan kijkt onverstoorbaar uit het oneindige blauw: 't is zoo kalm overal. Maar ziet, een achttal menschen: meest vrou wen, komen het hof opgewandeld en blijven staan voor de lage deur der woning. Wij zijn hier om 't Godsieel,'' smeekt eene vrouw, door het sleutelgat roepend, 't Zijn de ar men der gemeente, die hun part komen vragen van den overvloed. Boer Gernaey treedt buiten met roggen boter hammen en schellen hesp en de meid brengt daarbij nog twee kruiken bier, waarvan een d'jooren 3) voor elk wordt geschonken. Ons Heer zal 't betoalen," danken de schooiers, die zich verwijderen. Heulder gejond es 't", verzekert de boer. Hij sluit nu zorgzaam de deur en trekt weer naar de keuken, waar allen reeds dapper den fijnen kost aangevallen hebben en smekken dat het een aard heeft. Velen der genoodigden kennen wreede ge schiedenissen van pachter», die het Godsdeel ge weigerd hadden en door het bliksemvuur getroffen werden; nog verleden jaar, verbaalt de peerdeknecht Lowie. op Kerstavond, was de Linde hoeve te Heerveide tot den grond toe afgebrand, omdat de bezitter den armen zijn waakhond had achternagezonden! Bij die vertellingen loopt eene rilling door de leden der aanhoorders. Allengskens zijn de onverzadelijksten verzadigd; de tafel wordt afgedekt en op zijde geschoven. Plaats voor den rammeldans", juichen de nu halfdronken mannen en vrouwen. Eenigen spelen Schaakspel. 3d« Jaargang. 27 September 1891. Redacteur RüD. J. LOMAN te Londen. Adres: Mira Lodge, Deronda Road, Herne Hill, Londen. S. E. Verzoeke alle berichten, de schaakrubriek be treffende aan bovenstaand adres te richten. Probleem no. 93 van W. B. H. Meiners te Amst. ZWART 7 stukken. f a b c d e WIT 8 stukken. Wit geeft in 3 zetten mat. De oplossingen van de problemen NOP. 90 tot en met 94 zullen verschijnen in 't Weekblad van 11 Oct. Heeren deelnemers aan den oplossingswcdstrijd moe ten hunne inzendingen uiterlijk Dinsdag O Oct. aan den redacteur (niet aan de redactie te Amsterdam) doen toekomen. Vau oplossingen na 6 Oct. ontvangen wordt geen melding gemaakt. MEDEDEELINGEN UIT DE SCHAAKWERELD' Uit Keulen wordt ons 't overlijden gemeld vande-.i in Amsterdamsehe schaakkringen weibekenden schaak speler Karl Leffmann. Do overledene was een deisterkste spelers der Bijnprovineie en gedurende de laatste 20 jaren een ijverig lid der Keulsche Scha-dtclub. De redacteur, die drie jaren te Keulen verblijf hield, herinnert zich menigcn aangenamer! avond in 't gezelschap van I.ett'marm en zijn beide naamgenooten Karl Koekelkorn en Karl Wemmers, nan 't schaakbord doorgebracht. Van dit, in Dnitsehe schaakkringen beroemde, drietal is nu alleen nog Koekel korn in leven, Wemmers stierf in 1833. Opmerkelijk is 't, dat van af de oprichting der Keulsche Schaak club tot aan Wemmers' dood geen enkele speler te Keulen dit eminente drietal in de verste verte in sterkte nabij kwam. Hoewel hun speelwijzen zeer uitde_ holleblokken uit en houden er mede, meer of min op maat, een helsth rumoer over den vloer, de overigen dansen op de tonen dier vreemde muziek. Boer Gernaey heeft de mooie buurvrouw Stancia ten dans geleid: deze is niet weinig fier over de heur gedane eer, al barsten de andere van spul en nijd. Boerendans heeft voor eersfe gevolg spoedig af te matten; niet lang duurt het of de koppels zijn buiten adem en gaan leunen tegen wand en tafel. Maar wanneer Gernaey streep! streep! geroepen heeft, grijpen de knapen met nieuwe kracht de meit-jes op en zwaaien en draaien en tillen ze omhoog.volgens al de regelen der Vlaamsche gigue. Moeder Katoor, door den baas uitgenoodigd, is met heure zeven kinderen naar het feest gekomen. Tot hiertoe waren de kleinen braaf als Santjes. doch thans zijn ze aan het kaarten-pluk geraakt voor het bezit eener schel hesp, door den franksten bengel van de teiloor gerooid. Moeder Katoor heeft de grootste moeite om vrede in het gestoorde kinderleven te brengen, mits belofte, van's anderdaags niet te moeten naar school gaan; de meid Seue kijkt verbolgen de zeven zondaars aan en blaast door de tanden: wat moet ze ook altijd met die vuiligheid acliter heur rokken loopen," zijnde dit eene kritische beschouwing aan het adres der rijk gezegende materfamlias. Kobeken, de verkenshoeder, die van geen dan sen inoet weten, is met een kruik bier in een boekje gekropen, zonder door iemand opgemerkt te wor den. En, eensklaps treedt het manneke uit zijne schuilplaats te voorschijn, begint allerlei gebaren te maken, zichzelf voorbehoudend dat boer Ger naey geen man is en hij, Kobeken, niet meer van tel is dan zijne vingers; daarbij, dat de boer 'uen niemendalle is. Niemendalle grijpt ziju knecht bij den arm en beveelt hem te gaan slapen, indien hij dronken is Ik ben niet zat," babbelt het manneke, en gaan slapen, dat zijn mijn (.ffaires." Brengt hem naar zijn kot," zegt de baas. Doch Kobeke kan daaraan zijne goedkeuring niet hech ten ; hij zal heel gemakkelijk zelf den zolder vin den, verklaart hij, doch morgen trekt hij de ga len uit, trekt hij ze uit! Nadat het ongelukkig schepseltje tot viermaal beproefd heeft, door de deuropening te geraken, schiet Seue in eene koleere, neemt hem bij den kraag en doet hem vooruithuppslen tot naast de hooischuur. Daar duwt ze hem de ladder op en weldra verkondigt een luid gesnork, dat Kobeken in het geurige hooi, den slaap der rechtvaardigen heeft gevonden. Seue werpt den balk voor de deur en gaat zich bij het ge zelschap vervoegen. De kinders van moeder Katoor zijn ook in slaap gevallen. Xu verklaart de boer genoeg te hebben van het lawijd en laat nog eens het tieschke rond gaan. De paardeknecht Lowie haalt zijn puter Poiters voor den dag, uit welk boek, hij menig stichtelijk brok voorleest en kommenteert. De antieke buisklok heeft het slepend, oudVlaamsch referein getingeld, waarmede ze mid dernacht verkondigt. Ook de torenklok heeft twaalf slagen in de ruimte geworpen. Iedereen vindt, dat het tijd wordt om naar bed te gaan, te meer, daar Jan-Sies voorstelt uit te leggen om de genever flesch te laten vullen in hot Moriaanshoofd, Boer Gernaey wenscht iedereen wel te rusten en zin gend verlaten de vreemde werkers en genoodig den de gastvrije hoeve. Boer Gernaoy sluit de balie en luistert nog eenige stonden naar het lang zamerhand wegstervend geschreeuw der vroolijke groep. Daarna zoekt hij ook de slaapstede op en eenliepen, waren zij alle drie onderling volkomen tegen elkaar opgewassen en 't werd nooit uitgemaakt wie de sterkste was. 't W-aren drie t.rouwe vrienden, die allen met een liefde voor 't schaakspel bezield waren, zooals men 't zelden aantreft. ledere partij, die wij hen samen zagen spelen, verd gespeeld alsof 't leven ervan afhing, en toch was 't hun geheel on verschillig wie won of verloor, hun eenig streven was iets moois te leveren, 't Feit. dat zij nooit een match of een partij om geld speelden, is 't beste bewijs van hun lioogeu kunstzin en de afwezigheid van allen na ijver, een eigenschap waarmede anders bijna alle sterke schakers behept zijn. Karl Leffmann zal, even als zijn vriend Wevnmers, nog lang in de herinnering van aUen, die hem kenden, met name in de Keulsche Schaakclub, blijven voortleven, niet alleen als een schaker van 't zuiverste water-, maar tevens als een trouw en hartelijk vriend. De groote wedstrijd bij Simpson te Londen vangt Maandag as. aan. In ons volgend nummer meer bij zonderheden hieromtrent. Probleem no. 94 van li. Ciüsemann te Bremen. ZWART 5 stukken. a b c d e WIT 7 stukken. Wit geeft in 2 zetten mat. Bovenstaande opgave in twee zetten word vervaardigd voor don oplossingswedstrijd die ver bonden was aan 't tweede Congres van den NordwestdeutschenJbdiachbund'', l en L'Aug. j.l. te Bremen gehouden. Gii oco piano, gespeeld in 't Amst. bchaakgenootschap 9 Sept.jl. Wit. Zwart. B. Meijer. R. J. Loman. l c4 eó l d3 PfG 2 Pf3 PcG ;-> Pc3 dG 3 Lc4 Lc5 6 Li 3 LbG murmelt met eene zucht: Wat ben ik kontent dat we nog eens zoover zijn !" HERMAN BOGAEBD. Brussel, September 1891. 1} Zweep. 2) Pet. 3) Half-bierglas. DE NIEUWE LOHENGRIN. In Figaro geeft Albin Valabrègue, de blijspeldichter, op de plaats waar gewoonlijk de geestige fantasieën van Albert Millaud staan, eene nieuwe Lohengrm-lezing. De Directie van de Opera heeft, zegt hij, om den manifestanten pleizier te doen, en iedereen tevreden te stellen, een gewijzigd libretto laten vervaardigen. Elsa stelt Frankrijk voor ; wie met den vaillant gcnéral" op het zwarte paard bedoeld wordt, behoeft men niet te vragen. Elsa zingt : II tait sans armure, Le brillant chevalier ; Jamais vertu plus pure Ne m'a semblébriller. Sa main tenait Ie glaive Luisant de mille feux, Tel je Ie vis en rêve Venir du haut des cieux. Avec un doux langage 11 m'a promis appui, Dés lors j'ai pris courage, Mon défenseur c'est lui! 'In plaats van op een zwaan, komt Lohengrin eenvoudig op een zwart paard op. Koor. Miracle ! Miracle ! Miracle ! Fut- il jamais plus beau spectacle? Vrouwenkoor. Salut au vaillant général! Qu'il est .beau ! (^u'il est beau, lorsqu'il est a [cheval ! Lohengrin. Elsa, si tu deviens ma femme, Apprends la loi que tu suivras : Jamais tu ne demanderas D'ou vient l'argent, ma chère ame. Elsa. C'est entendu, C'est convenu. Koor (tot Loherigriri). Partout, chantons sa gloire Qu'on lête sa victoire. (Het scherm valt.) Tooneel. Lohengrin, Elsa. Lohengrin. Elta, réponds, au gréde tous tes voenx, Kulin ton sort te semble-t-il heureux? Elsa. Ah! qu'as-tu dit? Ce mot peut-il suffire Pour exprimer l'cxtase des lus, Lor^que mon coeur subit Ie doux empire Des purs transports aux mortels inconnus ! Mais, eet argent dépensépour la noce, D'oü. vient- U doncV Dis-moi d'ou vient [l'argent. Avant de m'épouser, faisais tu Ie négoce? Lohengrin. O mon Elsa, souviens-toi du serment ! 7 De2 Le.6 8 Lb3 h6 9 b.3 De 7 't Is thans in zekeren zin een nadeel den voor zet te hebben, want iedere coup de repos" vei zwakt de positie. 10 g4? Men zal later zien dat deze atwacbtingszet de oorzaak van 't verlies der partij wordt. Wit wil ech ter met alle geweld zijn tegenstander 't eerst laten rocheeren. De beste zet V"or wit was waarschijn lijk 10 0?0 0. 10 .... 0-0 0 11 LbG: abG: 12 La4 Xoodig om do te voor komen. 12 .... L<17 13 a3V Zwak. De3 was de aan gewezen zet. 13.... IM4 14 Ld7: f 1M7: 15 Pd4: ed4: 16 Pa2 TheS 17 o_o_o iki;: 18 Kbl d5 19 f3 Td7 20 c3 Xoodig om 't paai.! in 't spel te br. ngen. 2(1 (!<?.'} : 21 V3: d4 22 I'a2 Op '2'2 Pbövol^'t :iatnnrlijk cG en z\\;u'[ \vint 22 .... 1\15 24 Da4 c5 25 Tel Kd8 Veiliger was Kb8. Zuart wil echter zijn koning een werkzaam aandeel aarr 't gevecht laten nemen en daartoe bestaat op den k. -vleugel , zooals men zien zal, meer gelegen heid 2(5 f4 Zwart dreigde met DfO dezen piorr te winnen. 2(5 .... t'4'. 27 f5 De5 28 Db4 cd3: Op 't eerste gezicht lijkt dit roekeloos. Zwart had echter de gevolgen goed berekend. 29 Db6: f Ke7 30 Db4 f KfH ! 31 Dd2 15ij 't naspelen bleek d 't de beste voortzetting te zijn. 31 .... De4: 32 Pb-i Tee7 33 I)d3: Tc7 Beter was Dd3: en 34 Tc7. 34 Tc7: Wit kun hier metDel: een voordeel behalen. ;U Del:. Tel: t :tt Tel:. Tel: :-!li Tc7, Te7, ;J7 T- 7:. Ke7: 38 Pil:!, Ii5 35 1M3: Tc7: 36 Tel? Tel -.f 37 Kcl: h5! Hieriegen is gt^eii kruid gewassen. , , een goede standplaats in. E" wlt «''«"^"meert. Als een voorbeeld van de meesterlijke wij/e waarop Louis Paulsen een moeilijk eindspel wist te voeren, kan de volgende partij dienen, 't Is een der voornaamste partijen, die ons bekond is. Weener partij. Wit. Zwart. L. Paulacn. J. II. Blackburne. l o4 O.") !,afer veranderde Paul2 Pc,') l'j'fj .-'-n de/en zet in Df:>. 3 f4 t]~, "' ?-. 1'cfJ 4 fe5- pe.f. /wart kan ook Lfj spe 5 De2 ' '? u' Elsa. Quand nul n'est la qui doive nous entendre, He peux-tu pas Ie murmurer tout bas? Voyons, dis-le, pourquoi me faire attendre? Lohengrin. Cher ange aimé! N'insiste pas ! (Hij ruikt aan een pilletje assa foetida). Viens! Respirons tous deux ces tièdes brises l Quels doux parfums! Les airs en sont remplib! De leurs senteurs nos ames sont prises. Elsa. D'oüvient l'argent? Qui donc te l'a remis? Aurais-tu fait un héritage ? Lohengrin. Elsa ! Elsa ! tiens un autre langage ! Elsa, met aandrang. L'as-tu reru de tes amis ? Lohengrin. Tais-toi, de grfice! Elsa. De ma plainte Q.ue ton cwur soit enfin touche! D'oüvient l'argent? Parle sans crainte! Ce secret restera caché! Lohengrin. Eh bien! je vais parier, puisqu'oii me presse: L'argent me vient de la noblesse! Elsa. Mais on va t'arrêter! Lohengrin. Pour viter ce sort, Adieu! je vais partir par la gare du Nord! (Changement a vue. Het station, de trein, De minister Constans, als machinist verkleed, staat op de locomotief. Men ziet de witte duif van den Oraal boven een coupéeerste klasxe zweven. De locomotief fluit; een commissaris van politie wil haar tegenhouden, maar dit geluld hem niet ) VOOR DAMES. Vogels. Lombardische kaarspel den. Carmen Sylva. Paarlen. Propaganda in de keuken. De winter brengt weer den vogel als versiering mede, en waarlijk it's a pity", ze bij tientallen en honderdtallen op rijen uit de doozen der modisten te zien komen, de arme vermoorde zangers. liet is dan ook sinds eenige jaren opgemerkt, hoe ze in aantal verminderen, en in Duitschland, in Oostenrijk, in Frankrijk en bij ons worden maat regelen genomen om de vogels te beschermen. De wetgeving verbiedt het vangen en dooden der nuttige vogels, honderdduizemle kunstmatige vogel nesten worden uitgehangen om voor de in struik en boom vervolgden een veilige woonplaats te verzekeren, massa's voeder worden gestrooid. Maar als de winter komt, gaan de vogels naar het Zuiden, en dan begint de moord in massa; millioenen vogels worden er in Italiëgedood, ge deeltelijk om de veeren, gedeeltelijk als wild (ca hoeveel vinken zijn er noodig voor een klein scho teltje), gedeeltelijk eenvoudig als sport. Het Ormtliologixches Jahrbitch, Heft II 1891, bevat een. opstel van d. Vallon over een najaarsreisje in de provincie Friaul; op de markt van Udine worden alleen op l October 1890 vijfenzestig dozijn spreeuwen aangebracht, en veel meer vinken, lijsters enz. Men merkte er op. dat in den laatsten tijd de meezen veel meer voorkwamen dan vroeger. Van begin September tot einde No6 Pf3 Op 6 Pel: Pdl. 6 .... 7 Pe4: 8 Dd3 9 gt3:? lieide spele de voortzetti waa op wit c wint. 10 )e4: 11 I)h4: Wit kon d den pion belu 't is de vra pion veel geschaal Z'ju ge! 11 .... 12 Ki-2 13 (14 14 c3 15 Lc4 16 b4 17 K13 18 Ld4 19 tG 20 Tadl 21 ba.": 22 Lb3 23 Ke4 24 h3 25 c4 26 Lel 27 Kt3 28 Lc3 29 Tdc-1 30 il5 31 Tdl 32 Laf) 33 Lc.7 34 LbG 35 Tg) ! Op :!.-> Lcö: Tg:i T :!?; Ke Kfl. Pfj :;s -.?n xw;irt wint 35 .... 36 Tgl : 37 Lc7 r.lackburuel volgt 6 L "4 Peil Lf3:? rs overzien 9 l'«3, en ol'licier irt \ . do4 . Dh4 f or 11 Kdl iden, maar 4 ot' deze icbt in de gd hebben. Pf;i:t Pb4: Le7 0?0 P-G G KU8 K 'I'fd8 a5 Ta5: Tf.>t Th5 LdG Pe7 . f5 t 14 Pl5 Le7 KgS c 5 '1'18 1M6 Thg5 volgt ;)5 >. I'S t :;7 Le7., Tg2 Tgl -. l'tf) 1M4 f andelt ver keerd door in deze posi tie op winst te spelen. 38 Ke4 f3 39 Le5 P15 40 Kfö: g6 41 Ke2 Lb6 42 Ld(5: PdC: 43 Tg4 Tf6 44 Lc2 Kf3 45 hg'. Pc8 4G h5 ! l'aulsen speelt 't slot der partij zeer lijn. 't Eindspel is wel is waar theoretisch gewonnen , wegens de twee vrijboeren, doch iedere tournooispelcr weet hoe moeilijk 't dikwijls is een ,.gewonr en spel" te winnen. 4(5 .... gb.5: 47 Tg5 L G 48 Th5: Ke7 49 Th4 PdG 50 a4 Om b5 te vc. rij leien. 50 .... b 51 Lo3 Pc8 52 Tg4 Men lette er op met welk beleid en voorzich tigheid Paulsen langzaam maar zeker tot zijn doel weet te geraken. 52 .... " Tf8 53 TgÖTiG 54 Tg8 Tf8 55 Tg] ! Kdtf Wit dreigt Tbl. 56 g6 T f6 57 T»8 Ke7 58 Tü8! Kindelijk is t doel be reikt ! 58 .... TiS 59 Tb7 ?:? Kd6 60 Td7 f Keó 61 TdS Kf6 62 dG Ke6 : 63 d7 Ke7 G4 de8:lJ Te8: r 5 Te8: Ke8: 66 K13 e n wit whit. Gelegenheden om te Amsterdam te schaken: Vereenigd Amst. Schaakgenootschap C'afr Roode Lecnw, Vijgendam. Speelavonden Woensdag en Zaterdag 8?12, jaarl. contributie f 6, Amst. Schaakclub, CaféWioderho't, Damrak Speelavond Maandag 8 12, contributie /' 3,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl