De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1891 25 oktober pagina 3

25 oktober 1891 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. T48 DB AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. spoedig, omdat zij met de werkelijkheid gl«chtB in een zeer oppervlakkig verband staan; de toestanden, de intrige, de karakters, zij zijn alle fantasie; alleen het motief, de liefde, is waar en waar voor ons en allen voor en na ons. Bataille de dames voert terug tot Marivaux; de 18deeettwsche blijspeldichter is de grootmeester in het analyseeren van de liefde of verliefdheden van comtcsseg en marquises. weinigen kenden, als hij les sentiers du coewr humain;" ook hem -waren verkleedingen, minnaars in het knechtenpak, groote dames als soubrettes, dierbaar. Wat mij in de vertolking vooral trof was het beval lige, kieschö, sierlijke. Mevrouw Van Eijsden Vink was in houding en gebaren, ook in kleinig heden, bij voorbeeld het geestig spelen met den waaier, op en top de groote dame, die zij moest voorstellen. In den grooten solo in het eerste bedrijf gaf zij een meesterstukje van geest en coqiietterie. Juffrouw Klein (Léonie) beviel mij niet zoo goed als in Aleid. Ik vrees dat zij te veel op haar jeugd en uiterlijk vertrouwt; haar spel had fijner, dieper, uitgewerkter kunnen zijn; ook wijde zij bijzondere aandacht aan haar stem: wat klonk deze herhaaldelijk scherp en schril. De derde hoofdrol, die van den tegelijk latten en dapperen Grignon was bij den heer De Vrioa in uitstekende handen; hij was onweerstaanbaar komisch: jammer dat hij zich in het negende tooneel, waarin hij zy'n karakter verklaart, even vergiste; ook had hy misschien iets meer grand seigneur kunnen zijn. H. J. M. MUZIEK IN DE HOOFDSTAD. De kleine zaal van liet Concert gebouw was bij de opening van de soiré.;s voor kamermuziek ge heel gevuld, hetgeen ten bewijze kan strekken dat de belangstelling in dezen kunstvorm meer eu meer bij liet n.uzikale publiek te dezer slede zich openbaart. De kunstenaars die ik in mijn vorig artikel noemde, voerden het Trio opus 'j',) in Bes <rr. t. van Schubert, benevens liet Kwintet opus 'U iu F. kl. t. van Brahms uit. Wie wordt bij liet liooren van dit, sclioone trio niet met weemoed herinnerd aan deu zoo vruchtbaren en jong gestorven componist, die vaak ou der de ongunstigste omstandigheden zijne mees terwerken schiep. Bovengenoemd trio, door Schumaim op gelijke lijn gesteld met, Becthoven's B-dur trio, behoeft door mij wezenlijk niet meer ingeleid te worden. Het heeft zich in de harten van alle ware muziekvrienden eeu duurzame plaats verworven. Brahms' klavier kwintet dateert van het jaar 1865 en gold (vóór het verschijnen vau liet nieuwe strijk kwintet van dezen componist) als ziju schoon ste werk op dit gebied. Dit hoeft, den componist aanleiding gegeven het kwintet iu het jaar 1S72 voor twee klavieren te bewerken onder' den titel van Sonate fiïr zwei Pianot'orle." Deze zetting i heeft echter alleen waarde voor dengecn die liet ! oorspronkelijk werk rocds kent. daar de kleurschakeeringen en vele, détails bij dit arrangement natuurlijk verloren ziju gegaan. Aan de uitvoering van liet Trio van Scliubert | lag eene zeer muzikale opvatting ten grondslag: vooral in liet Andante eu Scherzo moet de uit voering zeer geroemd worden, hoewel ik niet 111:15 t verzwijgen dat op alle plaateen uog niet, de rechte eenheid iu zamenspel verkregen was. Ik twijfel echter niet of dit zal bij volgende uitvoeringen door langer zamenwerking vau zelf verdwijnen. De heer Ilöntgen, die iu alle werken de klavier- j partij vervulde, heeft, door zijn sclioone opvatting en voordracht mijn hart weer gewonnen, terwijl ik in liet bijzonder den heer Hosmans hulde moet, brengen voor de wijze waarop hij zijne zeer moeielijke en lang niet, altijd practische violoucel-partij j in dit Trio vervulde. j In de voordracht vau het, Kwintet heersclttc j meer eenheid eu warmte. In het eerste deel was reeds veel schoous te ontdekken. Vooral de wijze . waarop de vijf heeren de contrasten deden uitko men frappeerde mij zeer. De moeielijke figuren in i het Scherzo werden zeer schoon uitgevoerd. (Hierbij i een hartelijk bravo voor deu heer Hofmeester.) De met vuur, gloed en zekerheid vertolkte Finale be- j sloot dit concert op waardige wijze. Ik eindig dus over de ensemble-nummers met de beste verwachtinaen voov de volgende soiréos. Nog blijft mij over de voordrachten vau den lieer ! Messchaert te bespreken. i Ik spreek voorzeker iu den gcesl vau allen die [ tegeuwoordig waren, wanneer ik verklaar van die ' voordrachten zouder voorbehoud te hebben geno- | ten. Hadden de liederen die ieder kent, zooals: j Interme::o, Wid Icst/esfrriïch, l)in S'.///?, Moi/rtiit'r/if en l Frii/tlit/ysi/achl het meeste succes, zoo moet ik ook l vooral vau mijn ingenomenheid met de vertolking va,n de andere liederen mei ling maken. Vooral ) Auf einer Jiurq, Kitieüclit eu lui Wuiln hebben mij bijzonder getroffen. Al deze liederen gaven het schoonste bewijs niet alleen vau het meesterschap in het gebruik vini de stem, doch ook vau de ar tistieke begaafdheid vau deu zanger. Ik behoef slechts te herinneren nu't hoeveel zelfbedwang de lieer Messchaert, na het har!<toehtolijke: Widilexf/espfüch, de liederen: Dl' S'illr en Moudnacltl, zong. Vreesde ik eerst dat het laatste lied voor eeue basstcm minder kou voldoen, de heer Messchaert heeft mij volkomen van het \ tegendeel overtuigd. j Dat de begeleiding bij zulke liederen van het hoogste belang is, eu dat die bij den heer Kunt- ' g-cu iu de beste handen was, vermeld ik ten i slotte. Thans blijven mij uog een paar opcravoorstelliu- t gen te vermelden over. j Bij de Trausche Opera waren Mlle. Lcruux ! (Valentiue) eu Mlle. Sibeus (Margucrite de j Valois) iu L''s lliifjtii'H'Jx de heldinnen, van tl;1 u | avond. Eerstgenoemde danu heeft, hoewel /ij bij i ieder rustpunt door zware hoestbuien i;vk\vehl i werd, onbegrijpelijker wij/c hare partij tot het laatst toe met zekerheid en gloed vertolkt, terwijl i haar spel, vooral iu de viert!;- a c'c. vuu '?'route dramatische kracht was. Ook Mlle. Sibens is ecu colorat.iiuivangeros. die zekerheid aan goede voordracht p'iart en ook iu de declamatie vau de recitatieven blijk gaf vau ! intelligentie eu juiste op', atting. j i Het overige van de voorstelling heeft mij min der voldaan. Dat de heer Cottet (Raoul) bij voortduring (vooral iu de hoogte) te laag zongen dus waarschijnlijk niet, bij stem was, kwam de voorstelling niet teu goede, terwijl de geheele eerste acte Onvoldoende marcheerde. Ik wil dus thans niet, iu verdere bijzonderheden treden (ook het orkest was op vele plaatsen onvoldoende, terwijl de groote scène in de vierde acte thans niets geen indruk maakte) en hoop, dat de vol gende opvoeringen heter voorbereid mogen blijken, opdat de goede indruk vau de vroegere opvoe ringen bestendigd blijve. Van de Duitsche Opera sprekende, wil ik mij bepalen tot, een woord van warme hulde voor de wijze waarop Mevr. Sonntag-Uhl de, Norma ver tolkt heeft. Zij staat als dramatische kunstenares zeer hoog eu ik acht, het mijn plicht bij liet vele, ongunstige dat ik vau dat gezelschap heb moeten zegeen, aan haar buitengewoon dramatisch talent en aan den dcgelijken zang van den bariton, den heer Schuegraf, recht, te docu wedervaren. De vereeniging tot, bevorderinet vau Ned. dra matische muziek heeft, van II. M. de KoninginRegentes de toezegging van H. M.'s Hooge Be scherming ontvansion'. Ik behoef niet te verzekeren dat de/e Vorstelijke stcuu voor de Ned. Opera van veel gewicht kau zijn. Het zal natuurlijk de dramatische vereeraging moed geven met, kracht iu het belang van dit stre ven voort, te gaan, terwijl de Hooge Bescherming en verder de steun van de werkelijke vrienden vau de Ned. Opera de commissie misschien in staat, zal stellen bcurzcu te stichten voor de op leiding vau aanstaande zangeressen eu zangers voor de Ned. Opera. Op die wijze kan zij iu vereeniging met liet Bestuur van het Conservatorium alhier (dat reeds eene dramatische klasse oprichtte) eeu toestand voorbereiden die voor de bloei van deu Ned. Opera onontbeerlijk is, u.l. dat, in de Opera zooveel mo gelijk alleen artisten optreden die vooraf liet, noodige geleerd hebben, is er eenmaal mecv keu/.c. dan is het ook minder mocielijk alle partijen goed te bezetten. Voor de Ned. Opera is dit punt op het oogonblik het allergcwichtigste. Hot is mij aangenaam dat ik cenigon grond meen te hebben, om te hope», dat de- commissie van plan is haar taak ook in die richting op to vatten. VAX Mii.ufiiix. MU7.1 KALE KK1T1EKEN. N-iar ouden Trant op nieuwe "\\ijze. Vijf liede reu 1) voor eene zangstem mot pianobcgcleidinc : woorden van. Dr. J. l', lieve, muziek vau Dr. E. D. Pijzel. Bovengenoemd bundeltje, is thans aan de beurt. Deze vijf liederen dragen tot, titels: J,'* i!o;i'H, Trififlleit-Uiii/, Hoc kunt //ij sln)ie.nt -if:iji> en l'itvlir'f//'». Hoewel deze uitgave eeue t.woedo uitgave is, acht ik deze ter aankondiging wenschelijk, lo. omdat. d<- twee laatste liederen er thans aan toegevoegd zijn 011 2o. omdat, het gehalte van dezen bundel eeue bespreking alleszins verdient. Met, 'groot geuocge.il heb ik er dau ook (voor het, eerst) mede kennis gemaakt, leder lied drukt de stemming- vau het gedicht zeer gelukkig uit. Ik vond liet eiscnaardig karakter van Dr. lieve's ge dichten iu deze muziek terug. Wat mij vooral behaagt, is dat, zij alle pr<:tc,i;tic missen. Zij zijn vloeiend on natuurlijk gedacht en daarbij eenvoudig en degelijk bewerkt. Bij de be geleiding vindt men overal mclodieuse en afwisse lende basgangcn, terwijl ik de stemvoering in do overige partijen iu de begeleiding eveneens zeer moet prij/.eu. Het eerste lied is ecu min of meer zonderling gedicht, en geeft deu componist a'ecn gemakkelijke taak. lederen keer wordt de gcdaelitengang afgcbrokcn. Het, eerste be^eletdingstiirnur vormt bi] do muziek den schakel die de frases aan elkander ver bindt. Hot, Vooglon-lied dat, mot, oen vraag eindigt, vindt ook iu do begeleiding do oplossing niet. liet is blijkbaar de bedoclins1 vau don componist, dat No. 3 zicli hier onmiddellijk hij aan moet sluiten, daar hot slotaecoord (dominant) van No. -2 den zanger tevens in deu volgenden toonaard breun't. No. .'i, bijna geheel iu mineur-toonaard gehouden, is m. i. eveneens schoon opgevat. Wol had liet middengedeelte : l'.i'ii /xiful/'-illi: uiiii/i'xi'lii),/ reeds iu (ene verwante majeur-toouaard kunnen voorkomen, doch dau zou do verrassing van hot, slotgedeelte in nnjcur: Dun :r,n ]ift n r, -/y/r-r, ?,/,-<'/// min of meer verzwakt zijn. Dit lied loont zich voor verschil lende opvattingen eu had ook geheel in mnjeiirtoouaan! opgevat kunnen worden, doch ik kau uin we] met deze opvattint;' vereeniü'eu omdat het, lichte eu bewegelijke van het motief iu de bege leiding oen klagend karakter uitsluit. No. -l is geheel in den onderen vo'.kstoou gocompovieerd, ttT\yi|l de begeleiding do melodie iu vierstemmige liciroloidiu'j; tre.hccl volirt. Dit, lied, benevens hot laatste, zal als slotlied op ecu concert steeds prooien bijval vinden. Zooals ik zoidc, onderscheiden zich do liederen behalve door rijke melodische vinding, ook door zorgvuldige eu natuurlijk bewerkte beu'eleidingeu, (lic ncru'cns groote moeilijkheden opleveren, het geen do versprcidiim' van de liederen zeer l;ovonlort. De/e componist beweegt, zich. e'c;laolil il'.' a;:n de spreuk : \r !u,-'-i',ix iininl. /,«/,',? //<A'«/, bijna uit sluitend in den liodvorm. Dat hij daarin uilcr-t gelukkig is e'esj;cie'.|( ijc\\ ijzen deze en zijne vroe gere bundels. die dooi' vele zangeressen en /.anevrs gaarne worden gezonden. Do dcclauntic is overal /(-er j'iist. De uitgave is eveneens /.oer <j.'<)eil vciv.orL'd. Alleen op p'iU'. ! maat 20 stuitte ik oo eene onjnisl heul, die ik aan een drukfout moot toeschrijven, daar hot. do cenr.ro is die in hei evheele werkje voorkomt. In de bas icunelijk moet, nf de 1 \\eede / een oc taaf verlaagd word-.-n, f de volgend'1 <l moot iu hot klein ooia'if vorv.'illon. Mniro dil bundeltje 'm \eler handen komen. VAN Aln.i.h.i.N. AANTEEKENINGEN SCHILDERKUNST. Omtrent de Arti-tentoonstelling werd bier gemeld dat van de voorname Hagenaars alleen Jacob Maris vertegenwoordigd is. Dit ten onrechte, want ook Willem Maris exposeert er. Van de jongere Hagenaars die niet inzonden zijn er verscheidene geen lid van Arti. Mij waren eenige schilderijen bekend uit Bosboom's lateren tijd, die me onbegrijpelijk veel minder geleken dan Bosboom's ander werk uit die periode. Bij navraag nu kwam ik onlangs tot kennis van de bizonderheden omtrent hun oor sprong, die hier verleden week werden medege deeld. De door mij bedoelde schilderijen waren geteekend J. B. Maar nu schijnt bet dat sommige der werken die op de vermelde wijze ontstaan zijn, voluit J. Bosboom zijn geteekend. Of die nu mooier zijn dan de mij bekende weet ik niet, maar een onzer eerste knnstkoopers schrijft mij daar omtrent nog het volgende, dat ik tot vollediger begrip van de zaak, geheel wil afschrijven: Vergun mij u eene nadere mededeeling te doen omtrent sommige in omloop zijnde werken van Bosboom, waarvan ge in het Weekblad van 11. Zondag melding maakt. Niet alleen dat Bosboom meestal de motieven en de hoofdlijnen voor die schilderijen aangaf, maar zeer dikwijls werd het f/eJieele schilderij door hem overgeschilderd en de stoffage was dikwijls geheel van zijne band. Kenigeii zijn daardoor zoo geheel of bijna geheel Bosboom" geworden dat bij tlie voluit J. Bosboorn" teekends». Hij beschouwde ze in die mate als zijn werk, dat hij het niet altijd goed opnam, als ik aan aspirant-koopers de geschiedenis van die schilderijen vertelde. Die openhartigheid vond hij onnoodig: door zijne handteekening was ik, meende bij. gedekt. Ik voor mij echter vertelde de geschiedenis liever zelf en van te voren, dan dat de koopers haar eerst later van anderen vernamen. Op de a.s. Bosboom tentoonstelling in Pulchri zullen, hoop ik, enkele van die schilderijen worden ingezonden en aangenomen; ge zult dan zien dat Bosboom aan wat zij zijn een zeer groot aandeel had." De iirma Boerner te Leipzig houdt den 12den Novembpr en volgende dagen een prenteiuuictie, belangrijk vooral om de vele prenten van Dürer, Rembraiult, Ostade en Chodowiecki. die er zullen worden verkocht. Overal waar in het buitenland werk van R>;mbrandt verkocht wordt, moest men de Hollanders vinden om het naar bun land terug te halen. Maar naast hot Ryks-prentenkahinet cri de Tcijler-collcctie vindt men tegenwoordig in Holland niet meer dan een enkelen serieuzen Kembrandt-verzamelaar. De auotiVs gaan weer komen. Op <; October wordt in het locaal Pictura te ! Amsterdam een verzameling oude kunst geveild, i toebehoord hebbend aan den kunstkooper lïoelofs j Tbijssen. De catalogus noemt van de beste namen, maar dit zesjt nog niet veel omilat zooals men weet in weinig zaken zulke stoutheden bedreven worden als in bot toeschrijven van oude schilderijen. ! WP hebben dus nog nader te zien. ] Twee dagen later houdt: de firma Hoos verkooping eveneens van een collectie oude kunst; na latenschappen Fels uit Arnhem, Verschuur uit Dalfsen en Scheibier uit Antwerpen. De catalo- ? gus g e e ft eveneens mooie namen genoeg. Don 24sN»n November veilt de tirma KOOS de i collectie D. K: Hollandsche en vreemde schilde- l rijeu vau dezen tijd ' ' Naar ik verneem bestaat bij het Haarleiasche j kiinstgnzelsc.hap Kunst zij ons doel" het plan [ binnenkort een tentoonstelling van schilderijen te j houden. Van Mauve, die oerelid der Maatschappij j geweest is, zou rnon ook trachten er wat werk bij ] elkaar te krijgen. Kr is tot heilon in de stad j van Hals geen schilderijententoonstelling van belang l geweest. | Hot genootschap Pulchri Studio zal dozen win- ' ter o. a. een kunstbeschouwing geven van teekeningen door Vincent van Gogh. Zoo zal men in den I laag ten minste in de ; gelegenheid zijn eens wat te zien van dezen schilder, die met een groote liguur voorvast dit gemeen heeft dat de opinies over hom buiten gemeen verschillen. ! De eolIecfÏR scbilderij^n door do leilen van i Pulchri Studio tor verloting bijeengebracht tot l steun van bun woilu ve,ifonds, werd door dun | llaagschen kunstkoopor Van der liicscn in d3 j Molenstraat te 's lli^e voor twaalfduizend gulden uit de hand aangekocht. l Dat de Ilolhmlscho sohildorijon-collccti'! op do dezer dagen sluitende Mirichcncr tentoonstelling, hoewel zeer goed van gehalte, door de plaatsing slecht tot baar recht kwam, werd reeds op moer dan ecu plaats gezegd. Men schrijft mij nu nog u't Munoheu; Ongelukkig xijn do Hollanders in een voel te groote zaal geplaatst, wat vooral schaadt aan do stukken vau Isr-iöls, die men bijna niet herkent. Alleen .lacob M iris boudt bet uit en ook Broitnor hooft cou mo-.iie expositie. MMI hoeft reeds met hot comité' overlngd do Hollanders oen vol gend jaar te plaatsen in oen vortrok dat moor in overeenkomst is met het intieme karakter vau hunne kunst.'' Onlangs sprak ik mot iemand die een jaar of zes. zeven buitenslands gewoond had, on daar minder iu de gelegenheid geweest was oia op de hoogte van don stantl vau zaken thuis te blijven, l Hij zoide mij. teru.wekotiien, gctrolfon te ziju door wat er in dien tijd veranderd was. Hij vond meer opgewektheid ouder do jonge artisten. moer beiaiigstelün^ bij het publiek, meer oordooi ook bij : d') kritiek. KM va'i dit laatste is zeker wel iets l aan. Mits men in aanmerking neme dat de dag bladkritiek naar haren aard iets is wat per slot niet geheel goed zijn kan, iets eigenlijk in vele opzichten als een noodwendig kwaad, kan men tot de erkenning komen dat het met een deel dier kritiek in den Uatsten tijd toch al schap pelijk gesteld is. Terwijl vroeger de critici lie den plachten te zijn die in ontwikkeling opval lend weinig stonden boven de massa, en zoo on geveer met het publiek moe den treurigaa strijd streden tegen al wat daar aristocratisch was in de kunst van den tij l, vindt man er tegen woordig verscheidene onder, die in ieder geval ia artistieke beschaving ver de mserjeren zij i van het gros hunner lezers. Wanneer m in dan dagbladcriticus wil nomen a's don mxi die eanvoudig het publiek over deu aard van verschillende kunst heeft voor te lichten, dan heelt men er tegenwoordig bij ons die aan zulken eisch zeer wel voldoen. Tegen de vooroordeelcn van het publiek althans nemen zij het op voor de vrijheid van werkelijke kunst. Zoo vond ik, met name, verleden Zondag in de -Ar. Itott. Ct van haar nieuwen medewerker een zuiver explicatief artikel over Toorop die te Rot terdam bij Oldenzeel een tentoonstelling geeft van zijn werk, en, of men nu van Toorop's kunst verder houdt of niet, het bedoelde artikel kan als een van burgerlijke kunstbegrippen zeldzaam onaf. hankelijke uiting in een onzer invloedrijkste bla den, als een gebeurtenis werden aangemerkt. Al is men er overigens niet naar, van kunstkritiek zoo gauw te vinden dat zij is wat zij zijn kon, men mag zich in een verrassing zoo wel eens verheugen. 24 Oct. '91. V. EEN PASSIE. *) Ik heb een prettigen dag gehad, want ik heb weer eens een goed boek gelezen, in 't Hollandsen. Gelezon heb ik Ken Passie" van Vosmeer de Spie CWagenvoort) en fmch vau de lezing wil ik er iets van zeggen. Als ik tegenwoordig Kunst wil hebben, dan moet ik lezen romans in 't Fransch, Engelsen, Russisch, en als ik van mijn eigen taal wil ge nieten, dan heb ik alleen de Nieuwe Gids en Couperus on Van Groeningen; daar buiten is niets voor mij. Maar geschreven wordt er, mijn hemel, stapels, bergen van klodderproza, allemaal oud slcurwerk, een onooglijke nabloeiïng van iets, dat ik mij niet herinner ooit mooi te hebben ge vonden. Ik heb altijd zoo heeleinaal buiten dat soort van mooi" gestaan, dat niet eens het idee ooit bij mij opkomt om die boeken van tegen woordig open te slaan. Je hebt dan ook een vriend noodig om j; te waarschuwen als er iets is uitgekomen, dat de moeite waard is, die je een bepaald boek aanwijst en je don schrijver noemt, want het lust raij niet om op al dat ignobel gcschrijt onder mij te letten. En zo hebben mij gezegd: lees E::n Passie" van Wagenvoort, en ik heb 't vlalelijlc gedaan, gedaan met een ge nieting, waarover ik blij bon, want ik heb gezien, dat er weer wat moois vau mijn mooi ge schreven is in mijn taal. Nu ben ik nog volstrekt niet anthousiast, want er ontbreekt nog to veel aan mijn gor.ot om mij opgewonden te voelen, en te zoeken naar hooge, starre woorden van een brutale zekerheid, dat hjt voornaam, cxkios mooi is, en dat ik iedereen mijn niet te weerspreken overtuiging zoo plompweg zeggen durf. Wagenvoort's Passie" is eeu boek zooals ik dacht, dat 't wezen zou. Want ik zie de i ieuwe kunst van Loden als iets bizondors aan, of liever als iets, waarmee iets bizonders gebeurd is. Gomakkelijksbalve zal ik maar spreken van do Xieuioe G«1<-kunst (on daar versta alles en ullon onder, die tegenwoordig kunst kunnen maken, Couperus ook, en Van Groeningen ook. en Josephine Giese ook, die dien kant op won, maar weer ineen is ge zakt), en die beweging van 1885 heeft geen voorloopers gehad, want uucb Multatuli, noch Einants begrepen, waar 't naartoe wilde en gaan zou. De Nietiicc-Uiiln-kunat stond ineens, waar ze wezen wou, ineens boel hoog, ineens op een soort van hoogtepunt; en artiesten als Van Dcyssel en Van Iv.ideu on Verwoy waren meesters tnet den dag, en wekten onmiddellijk op tot aansluiting, tot imitatie. Dat is gebeurd; en toen ik dat heb aangezien, was 't ai zeker bij mij, dat als er nu weer nieuwe, jonge artiesten kwamen, men dadelijk die Niaiivc(ïidu invloed ia bon zou zien, dat imn in hm werk zou lozen tlo, intl'ienceerlng van proza o^ poëzie vau Van IVyssel of Vcrwey. Ik goloot niet aan de waarschijnlijkheid, dat er uinncii de eerste vijf ol tien jaar oen heel groot artiest naast hen zal komen. Van bon is dus ineens imitatie-opwekking, schoolvoniiing uitgegaan; niou vindt bun kunst terug in h.st werk vau eenige lateren. Ook in den roman van Wagenvoort; dat moest bijna, dat kon baast niet anders. En nu is 't m;j r.iet moeilijk boel kort te zesgou wat Wagenvoort is, wat hij kau, hoc hij ge werkt hooft. Wagenvoort is cou artiest; hij beeft tempera ment. Ook hij heeft don hoclon santenkraam van mooi vcrklaanlüschrijvers gelezen, evenals wij, «lic bom vijf jaar zijn vóór geweest. Nu is dio boel ook iu zijn hoofd gekomen, en bij begreep, dat 'i leolijk was. Maar voordat hij zelf is gaan werken on dit is oen voordeeltje geweest, dat bij boven ons heeft voor gehad, heelt hij de nieuwe litteratuur dor laatste vijf jaren in zich kunnen opnamen; deze beeft hciu wol. machtig gcïiiijirossioiioord, on hij hseit hot goede vau een gedeelte baror techniek, van hare kunsthartstochtelijkheden geapprecieerd. Toen bij dus nu zelf aan bot schrijven ging, was er a! 0011 boclo.boel verandering in bom gokomor,, laat ik zeegen: vorm-uitcrlijkheden, ilïc MI bowu-it of jnbowtist bovenop zijn schrijven liggen. Maar dat deert mij niet, want er ouder, onder dit kunstvlie» vau anderen, heb ik hem zelf govonih.-ïi, hem ilen artiest, hem den man met ecu tampcrai'Kiut. /ijn eerste boek is nu de geschiedenis van een jongen, maagdelijkun kerel, dio een passie opvat voor oen actrice; deze twee rnensehen ko men met elkaar in aanraking, koppelen zich voor cciiigcu tij.l; Ja reactie tier walgii.g volgt, eu

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl