Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 750
verruimde gevoel gekend, dat de kennismaking
met een wezenlek vrij standpunt in letterkunde
en kunst geeft; gij hebt dus nooit den tijd, en dat
legt iets, vergeten, omdat gij gansch waart inge
nomen door die lectuur; nooit hebt gij de echte
verontwaardiging over het leelijke daar kunnen
bewonderen. Ik weet wel, dat g\j zult zeggen,
eok wel die gevoelens te kennen, maar dat zij
door andere lectuur vroeger ot later bij u zijn
gewekt, doch bedenk, dat deze menschen uitdruk
king geven aan de sentimenten (neen, geen Nieu
we £?wfe-woorden) aan de gevoelens en meeningen
en ijjne schakeeringen in de waardeering van
deeen tyd; van de jaren, waarin wij zelven leven,
en dat die gevoelens bij hen ontstaan onder
dexelfde impulsies van buiten, die wij zelf ook eiken
dag door wat het wereldtooneel ons te aanschou
wen geeft, ontvangen dus dat er daardoor, door
hun frissche actualiteit nl., een soort van band
is, die ons aan hen verbindt, terwjjl we Eliot en
Thackeray, ja ook Stuart Mill en Multatuli en
Heine anders bewonderen, minder intiem, minder
zelf-meevoelend.
En hunne kritieken ? Neen, ge wilt ze immers
heusch niet vergelijken met de pasklaar gemaakte
recensietjes voor onze gewone tijdschriften ? Ge
weet, dat er geen spoor van overeenkomst
daartusschen bestaat, maar als ge ooit zoo gul en
fceerlyk had gelachen, om 't aan de kaak stellen
tan letterkundig prulwerk, als ik bij 't lezen van
de N. Gids-kritieken deed, dan alleen reeds zou
dankbaarheid u weerhouden hebben, zóó over de
lieuwe Gids te schrijven. Want, ik deel het u
in confesso gaarne mede, voor mij is lang niet
alles helder, noch in Gorters verzen, noch in
't proza van van Looy of van Deyssel, en slechts
zeer zelden krijg ik by geluiden kleurindrukken,
ja, ik vrees, dat ze die enkele keeren nog niet
eens spontaan komen, maar zoo'n klein beetje
weerslag zijn op vroegere lectuur,?maar toch, daar
Wjjft zooveel schoons over, dat ik den sfinx voorbij
ga, om mij aan de koele frischheid om hem heen,
aan de heerlijke uitzichten op de hoogten, die
hem omgeven, te verkwikken. En daarom hinderde
imj uw scherpe afkeuring, daarom moest mij dit
«ven van het hart.
F. J. v. .
Uit bovenstaand spreekt of ik vergis mij
leer een teeder vrouwenhart, dat trilt van
vreeze, dat een harer zusteren door den
ijdelieididemon te pakken wordt genomen. Stel u
gerust, bezorgde ziel, ik vind ijdelheid zóó
belaehelijk, dat ik haar zelfs iu vermomming
niet meer, dan een staanplaatsje vergun onder
mijn gebreken.
Uw bezc rgdheid is roerend, doch uw inconse
quentie om, bijvoorbeeld, te beginnen met: Uw
artikel van de vorige week dringt mij op papier
te zetten welken indruk het op mümaakte" en
dan juist te vertellen, welken indruk het niét op
n maakte ; is dat tegenstrijdige: geen haar op
uw hootd zal gekrenkt worden, omringd als ge u
moet voelen door een onafzienbare menigte be
schermers, die, in hoofdzaak, nog al erg laffe
luidjes" blijken te zijn; dat theekransjesachtige
in confesso," aan het slot, waaronder alle lezers
begrepen zija, doen uw logica niet op het
voordeeligst uitkomen.
Edoch, in uw hartelijke bezorgdheid kondt ge
daar niet op letten, evenmin als op het feit, dat
ik volstrekt geen aanspraak gemaakt, en zelfs niet
gezinspeeld heb, op het verrichten van een moe
dige daad. Eenigen bengels een tik te geven, sluit
vrees uit, maar vereischt nog geen moed. Intus ?
fchen hebt ge op u zelf een ik veronderstel
valechen schijn geworpen; uit uw aanhef toch,
distilleert zich dit:
Niet gij, Jo van Sloten, zijt moedig, om
ringd als ge u moet voelen dooreen onafzienbare
menigte beschermers," welk een naïve over
drijving maar ik, F. J. van Uüdriks, ben dat,
die tégen u en dus ook tegen die
naflienbare menigte'' optreed als een Jeanne d'Arc,
ter verdediging van ... van ... Ja, van wat ?
Niet van zenuwzieke knapen, die kunst noch
politiek begrijpen, maar van mannen, die op een
wezenlijk vrij standpunt" staan, die letterkundig
prulwerk" dus niet den maker aan de
kaak stellen", die door hun frissche actualiteit
een band vormen, die ons aan hen verbindt."
Ik heb jongens aangevallen, die, bij hun slaafsch
navolgen, in het kleinste opstel een taalbankroetje
slaan en u gaat mannen verdedigen, die op een
wezenlijk vrij standpunt staan in de letterkunde".
Ge zijt ontwijfelbaar een goed-meenende vrouw.
maar een slecht advocaat, zuster Uildriks. Ge
terdedigt, wat niet is aangevallen en vertoont dus
een Don-Quichotterietje, dat juist niet van slecht
heid des harten, maar ook niet van groote han
digheid getuigt, want het releveert de gebreken
der aangevallenen", het valt aan, in den vorm
sener verdediging: een aardig geval van onbe
doelde ironie.
Ik vraag me af, hoe dat komt'? Hebt ge mijn
irtikel waarin gezond" van ziek" werd onder
scheiden te vluchtig gelezen? Of heeft het
gezicht op die <'» n afzien bare menigte" achter
.mij, u verleid? Waart ge voor het wassen van
mijn hoogmoed misschien beducht, omdat uw eigen
ijdelheidsduiveltje werkelijk aan het hoorntjes
krijgen is V
Jo VAN' Si. "T K N".
VARIA.
TOONEEL EN MUZIEK.
Uit Leipzig wordt geschreven: 13innen weinige
dagen zal hier bij Senft't het aangekondigde boek
yan Anton Rubinstein over muziek en musici ver
schijnen. Het begint met een voorrede, waarin de
schrijver aan eene dame in zijn salon, de busten
der vijf mmici toont, die hij het meest vereert:
Bach, Beethoven, Schubert, Cliopin en Glinka.
LETTEREN EN WETENSCHAP.
De lotaini ren de liurtogi». ifl'^i-x. Uit Parijs
wordt van (J dezer geschreven : Ongeveer
gelijktijdig niet den onverwachten zelfmoord van
Boulanger is te Parijs een nieuwe roman verschenen
waarvan de schrijfster zich Manuela noemt. Wie
Manucla is, weten de bezoekers va» den salou
eeds lang. Men leest namelijk bijna iu iedere
salon-catalogus Manuela (Mlle Auna) als
beeldhouwster aangeduid, aaa wie in het jaar 1887
zelfs eene mention honorable ten deel viel. DJZC
naam is echter het pseudoniem van de bekende
hertogin d'Uzès, de edelste en meest zelfopoffe
rende vriendin van Boulanger. In dsn laatsten
salon, waar de jury bijzonder streng was, is de
hertogelijke kunstenares eeu ongeluk overkomen.
Esn groot standbeeld van de Jonkvrouw van
Orléans vau haar werd teruggezonden en alleen een
kleine Diana toegelaten. Wellicht is deze gedeel
telijk mislukking de oorzaak geweest, dat zij zich
van het beeldhouwen afgewend en aan den roman
overgegeven heeft. Of heeft /ij alleen daarom
naar de pen gegrepen, om volgens liet voorbeeld
van zoovele anderen tegen het naturalisme te
protesteeren ? Wij vinden namelijk in het dagboek
van haar van liefde smachtenden held Julien Masly,
wiens naam den titel vau het boek vormt, eene
tamelijk ongemotiveerde philippica tegen Zola.
Oeze litteratuur ziet alleen door het vuil. Hoe
kan mon iemand tot .1 oofd van eeu school maken,
die zijn groot energiek talent alleen aanwendt
om door het vuil te waden ? Ik lieb geen harts
tocht voor het vuil en begrijp den roes dor ver
rotting niet!"
Overigens is de roman zelf, die deze
geloofsbekentenis bevat, volstrekt niet z 10 ver van het na
turalisme verwijderd, als meu wel denken zou.
De hertogin d'Üzès is namelijk niet alleen
beeldhouwster, schrijfster, politieke vrouw en
sportswoman, maar ook eene groote vriendin der armen.
Zij brengt een groot gedeelte van haren tijd met,
armenbezoek door en heeft, zooals bekend is, hierbij
kennis gemaakt met Louise Mtchel, eene kennis
making, die tot een soort vriendschap geklommen
is. Zij schildert ons nu in haar roman wel is
waar in zeer onvolledige, maar met vele juiste en
interessante, op eigene beschouwing berustende
trekken, eeue verarmde, familie, die door eene voor
name dame ondersteund wordt.üe man, Julien Masly,
is de zoon vau een echtbreekster uit, den burger
stand, die door zijn wettigen vader, welke hem
haat, als scheepsjongen weggestuurd wordt. In
het jaar 1871 onderscheidt hij zich ouder de
marine-soldaten die Parijs verdedigen. Hij redt
een officier liet leven, die hem, later, wanneer hij
als wapenvoerend eommunard gevangen wordt ge
nomen, hem in den krijgsraad voorspreekt. Hij
verdient daarna zijn kost als vioolspeler in kleine
theaters en verleidt een onervaren laudmeisje, dat
naar Parijs gekomen is. Hij wordt haar echter
spoedig moede en zendt haar weg. Alleen de
bedreiging, dat zij in de eine zal springen, maakt
dat hij haar en haar kind bij zich houdt. In
een oogcublik van grooten nood wendt Masly
zich tot de weduwe van den ollicit;r, de prinses
van Viermornas, ouder het voorwendsel dat hij
kapitaal voor de stichting vau een
modetijdschriftzoekt. De prinses is onzeker, of hij de gewe/.eii
eommunard is, die zich voor haar man heeft opge
offerd, /ij waagt het niet er naar te vragen, en hij
is te trotsch om haar daaraan te herinneren, /ij on
dersteunt hem toch maar grootmoedig en bekeert
hem tot betere beginselen, zoodat hij zijne
maitresse trouwt en zelfs naar de kerk gaat. Maar uu
wil het ongeluk dat Masly op do' vooruams dame
verliefd wordt, daarom zijne vrouw mishandelt en
door zijue ruwheid haar dood bespoedigt. De
prinses heeft van dezen hartstocht minder afkeer,
dan men denken zou. /ij laat zich de band kus
sen en ontvangt zelfs deu proletariër bij zich. /ij
keert zich eerst van hem af als Masly's vrouw
gestorven is en hij opdringend begint te worden.
Daarop verliest hij het verstand en komt iu het
krankzinnigengesticht. De prinses zal voor de op
voeding van zijn dochter zorgen. Daar de roman
van eeue zeer voorname dame afkomstig is, die
feitelijk zeer vele zulke armenbezoeken maakt, kan
men daaruit de gevolgtrekking opmaken, dat onder
dit werk der barmhartigheid ook wel eenige lust
tot avonturen loopt.
Tot lof der hertogin moet nog vermeld worden,
dat haar boek ver verwijde.'d is van vrouwelijke
brecdsprakigheid. De uitgever heeft de grootste
moeite gedaan, uit haar roman het gebruikelijke
beau volume a, trois fraccs cinquaiite ' te maken.
Vijftien regels vallen op eene b.iidzijde, die voor
vicr-vijfde uit, rand bestaat. Men heeft, liet boek
bijna even gauw gele/en als opengesneden. -\a
Deroulrde, Barrès, Paul Adam, C'ahu is Mannela
reeds de vijfde Boulangist, die zicli door roman
schrijven over de begraven politieke illusies troost.
Maar niets vau al wat zij geschreven hebben,
komt in belangrijkheid den doorleefden roman
nabij, die hun heer en meester iu den dood ge
leid heeft.
liet origineel van Lorle. Ken der voornaamste
anatomen van onzen tijd, professor Jacob Ilenle
uit Göttingen, die zes jaar geleden gestorven is,
heeft in zijn opvolger en schoonzoon, prof. Merkei,
onlangs een zeer sympathiek biograaf gevonden.
Henle was niet alleen de hervormer der algemeene
anatomie, maar ook als mensch eene krachtige
j persoonlijkheid; als volksleider leerde hij de
ver[ schrikkingen der Ilausvogtci': te lierlijn kennen
en was met mannen als Ilcrwegh, Gervinns, Jolly
zeer bevriend. In dit opzicht biedt bet boek, meer
dan 400 bladzijden dil<. allerlei interessante bij
dragen tot de geschiedenis onzer eeuw. Xaar de
Tiigliche Jtumlschtiu mededeelt, leeft Ilenle in
de Duitsche litteratuur in twee bekende wei ken
voort, niet als schrijver, maar als model. Ken dezer
werken is de novelle van erthold Aiicrbach : Die
Fr au Professorin; voor professor Keinhold is Ilenle
het model geweest. Hcnle woonde als professor te
Xiirich in n huis met zijn vriend, den chemicus
Löwig, die onlangs in hoogen ouderdom te
Breslau overleden is. Bij dezen was Klise Kgiotl, <'en
mooi meisje van ongeveer .'i tot 4 jaar. als kin
dermeisje in dienst en werd doodelijk op den ge
leerde verliefd. Zooals zij later bekend heelt, ver
goot zij, achter de deur staande, tranen van ont
roering, wanneer bij bij zijn vriend aan de piano
zat en zong. Bij den romantisch-sentitnenteelen ge
moedsaard, die den geleerde kenmerkte, deed hem
j deze diepe en innige liefde zoo zeer aan, dat hij
spoedig baar van barte beantwoordde. Na langou
zielenstrijd en vele moeielijkheden besloot llenle,
Klise, die intusschen naaister geworden was. in
eene kostschool aan den Rijn te laten opvoeden en
haar dan als echtgenoote in zijn huis te voeren.
Op Paasclidag in 1<S4G had de echtverbinteriis
plaats; Henle, intusschen naar Heidelberg opge
roepen, kon spoedig zijne vrouw als beminnelijke,
schoone en met gemak optredende huisvrouw roe
men. Doeh reeds na een echt van nauwelijks twee
jaar sleepte eene longziekte de jonge vrouw in
het graf. Barthold Auberbach kwam dagelijks als
vriend bij Henle. Maar later was Henle er weinig
door gesticht, dat de dichter den roman van den
geleerde in eene van zijne Dorfsgeschieliten als
stof aanwendde. Men kan begrijpen, dat bij nog
minder in zijn schik was, toen Lorle in het veel
gespeelde stuk van Birch-Pfeiffer, Dorfund Stadt,
zelfs het tooneel betrad. Het tweede gedicht, dat
den persoon van Henle aan het nageslacht over
leverde, is de Grüner Heinrich van Gottfried
Keiler. Henle leerde den jongen dichter in 1848 op
eene reis in Zwitserland kennen, maar kon bij de
bekende stilzwijgendheid van Keiler weinig met
hem aanvangen. Henle had daarentegen op den
dichter een des te grooteren indruk gemaakt,
want Keiler bezocht hem terstond, nadat hij in
de helft van 1848 naar Heidelberg vertrokken
was, hoorde zijne beroemde voorlezing over
anthropologie en vlocht ze later in zijn Ordner Hein
rich, waarin zij een schoon gedenkteeken van den
aanzienlijken invloed van Henle ook op niet-medici
uitmaakt.
Annie Besant's eerste redevoering. In het voor
jaar vau 1873 hield mrs. Besant, toen 26 jaar
oud, hare eerste rede, waarvan zij zelf het vol
gende heeft gezegd; Ik sprak die rede voor nie
mand uit, hoe vreemd dat ook moge klinken. En
het was ook inderdaad zonderling. Ik leerde
orgelspelen en was gewoon in de kerk alleen te
stuieeren, zonder orgeltrapper. Eens, toen alle
deuren goed dicht waren, wilde ik eens proberen,
welk gevoel" het was, om van den preekstoel af
te spreken.... Hoe dwaas het moge schijnen, ik
beklom in een groote, leege, eenzame kerk den
preekstoel en begon mijn eersten speech. Ik zal
nooit vergeten wat heerlijk gevoel van macht en
genot ik had, toen mijn stem door de gewelven
rolde en toen, wat er in mij omging, invloeiende
zinnen hoorbaar werd, terwijl ik mij bewust werd,
dat al wat ik begeerde was, om de kerk vol op
geheven aangezichten te zien, in plaats van die
leege. stille banken. En als in een droom werd
do stilte bevolkt; ik zag de luisterende oogen en
de belangstellende aangezichten en terwijl de
zinnen ongeroepen mij op de lippen kwamen en
mijn eigen klanken tot mij terugkwamen tusschen
de pilaren der oude kerk door, wist ik met zeker
heid, dat ik de gave des woords bezat en dat
als ik ooit, wat mij toen nog onmogelijk scheen,
voor de openbare zaak zou werken, ik ten minste
het talent had, om op welluidende wijze uiting te
geven aan de blijde boodschap, die ik zou bren
gen .... En werkelijk, niemand, dan wie het ge
voeld heeft, kan weten, wat vreugde er is in die
macht over de taal, die ontroert en meesleept;
als ge gevoelt, dat de menigte op alle wenken
antwoordt; dat de aangezichten ernstig of vroolijk
staan op uw bevel, als ge u bewust zijt, dat de
bronnen van menschelijken hartstocht en
menschelijke ontroering op uw woord gaan springen en
als ge weet, dat de gedachte, die een duizendtal
hoorders bezielt, van u is uitgegaan en tot u terug
keert, voller, sterker door het meekloppen dier
duizenden harten. Is er grooter, edeler vreugde
denkbaar, een triomf, die inniger intellectueel
genot geeft?"
Te Detmold is de oriëntalist Georg Rnsen over
leden; hij was 70 jaar oud. Bahalve tallooze klei
nere opstellen heeft men van hem eene Geschichte
der Tiirkei ron lH;i<> 1S,~HJ en een aantal verta
lingen van Oostersche sprookjes en vertellingen.
Onder zijn grootere wetenschappelijke werken zijn
bekend zijne linilimenttt Persica, Ueber die prache
der Lazen en Oésetische Grammatik. Rosen was
lang Pruisisch consul in verschillende plaatsen
van het Oosten; het laatst was hij consul-generaal
te Belgrado, tot 1875.
Wetenschap.
SKVliKS PORSELEIN.
De porscleinfabriek te Sèvres verkeert sedert
ccnige jaren iu een kritieke periode eu in de/.e
periode schijnt liet (ogenblik der crisis aange
broken te zijn. Het, Sèvrcs-porselciu is niet meer
wat het geweest, is, en erger, ander porselein gaat
voorvit eu zal liet weldra overtreffen. Ondanks
de vorstelijke dotatie, die de Republiek blijft
volhouden. (i()0,000 francs per jaar, is de zaak
in verval. Dat op dit oogenblik al de harde
woorden gesproken worden, waartoe de toestand
reden geeft, \iixlt zij» aanleiding in de aanstaande
benoeming van een nieuwen directeur. De ver
schillende camlidafen brengen deu toestand in
de bladen ter sprake, y.oodat meu er alles van
weet.
IV schuld ligt, reu weinig aan de
vrocgercdireclcurcncn natuurlijk (iu Frankrijk) aan de ministers die
de/.e gekozen hebben. Soms waren /.ij eenvoudige ad
ministrateurs, zonals de lieer Deck, soms geologen
/ooals Broirniart, of rollretioiiiieurs zooals
('lianipIh'iirv. Maar meestal Maren liet chemici, die ;ils
hun voornaamste taak beschouwden, liet geheim
vau hel, beroemde hlc/i-XV/vv,- goed toe te passen
en 1e bewaren ol eeu nieuwe tint, ecu nieuwe
pate uit te vinden, /ij rekenden op het subsidie.
lieden reusachtig kostbare proeven, en letten in 't
geheel niet op den verkoop. Hun producten waren
\aak onberispelijk en hun proclneiniiigcn hebben
vaak tot interessante ontdekkingen geleid, maar
toch niet in veurclijking vau de kosten, omdat zij
hel product, waar liet eigenlijk op a:iu komt, tocli
niet hebben kunnen terugvinden.
Dit product is de ]K/'<<- Icm/n'. liet. was van pate
teuiire dat de beroemde xervic/cn van lijn porse
lein met het Pompadour-blocmwcrk vervaardigd
waren: in pul e tendre werd op de petits levers het
drjcunor op^edrau'en. Maar zelfs het proecdc is
verloren gegaan toen de /iiitu i/nn' uitgevonden
was. Deze uil vinding dankt men aan den direc
teur Macquer. die op Kerstdag, \\aarop ieder jaar
in de appartementen te Vrrsaillrs cru tentoon
stelling van de mooiste stukken vau dat jaar werd
<_'ehouden, aan l.odcwijk XV ecu kofliekan MUI
/,/,-/!' lii'iv aünbooil. De verdienste der nieuwe uit
vinding was, dat hel porselein tegen liet vuur kon.
De koffiekau was vol kokend water, het was op
een komfoor aau de kook gekomen, 's Namiddags
toen Mesdames kwamen, stond de kan nog te vuur
en was niet gesprongen.
De koning was er zeer tevreden over, klopte
den directeur op de hand en beval, dat de
oadeaux, die hij voor het volgend jaar zou aanbieden,
alle van pate dure zouden zijn. Sedert werd er
geen pate tendre meer gemaakt.
En nu blijkt het, dat het verval van het S
vresporselein juist aan het verlaten vau het procédéis
toe te schrijven, omdat de pate dure voor de
nieuwere kunst niet te decoreeren is. Dit althans
beweert do heer Bracquemond, die als artistiek
directeur der inrichting genoemd is. Bracquemond
is de beroemde graveur, die onder anderen
Edmond de Goncourt en meer moderne roman
ciers gegraveerd heeft. Bracquemond, die reeds
te Sèvres woont, is ook eeu geleerd ceramicus eu
heeft eene brochure geschreven, waarin hij de in
richting critiseert. Met het email vau de pate
dure," zeide hij, is iedere vrijheid, iedere
imporovisatie, iedere fantasie uitgesloten. Daarentegen
eischt zij eeu nauwkeurigheid van uitvoering, eeu
zorg, een technische kunstgrepen, die ook al aan
het kunstwerk niet tot voordeel strekken."
Kunstwerk is daarom het Sèvres bijna niet
meer. De vervaardigers werken bijna altoos naar
dezelfde moules. In de ateliers is alles ofiicieele
routine en slaapt men als ambtenaren; decorateurs,
kunstenaars, schilders, alles gevoelt zich bezorgd,
iu ruste, onafzetbaar. Er staat iu het museum
eene vaas, die 30,000 francs waard is; zij is
imposant, schitterend van verguldsel, maar het
decoratief is in den stijl van David, nieuw klassiek,
zeventig jaar oud. Verbeeld u eens hoe Puvis
de Chavaunes of Rodin zulke klei- en
porseleinranden zouden betooverd hebben!"
Bracquemond wil wel de directie op zich
nemen, maar stelt zijn condities. Hij wril her
vormen en vooral de pitfe dure afschaffen om zich
minder met volmaakte p»te, dan met artistieke
motieven, patronen en decoraties te bemoeien.
Maar voor dat alles is juist de pate tenilre noodig,
waarvan tot, heden het geheim verloren was. u
zie, toevallig is juist nu dat geheim teruggevon
den, door een chemicus, deu heer Vogt, maar zie
ook, deze heer Vogt vraagt, als conditie om het
aan de fabriek van S'vres af te staan datzelfde
directeurschap.
De minister heeft zich uit deze mocielijkheid
willen redden door drie directeuren te beuoemeu:
den heer Vogt voor de wetenschappelijke directie,
Bracqucmond voor de artistieke en den lieer
Baumgart als directeur-generaal, voor de administratie
eu de leiding van het, personeel. Bracquemond
echter weigert, want hij vreest dat meu hem dan
zijue revolutie niet zal laten maken.
De fabriek zal dus allicht blijven wat zij was,
eeu mooi museum, waar men al de oude S
vressoorteu met allerlei mooie Japausche,
Mexicaansclic on Jtaliaansehe ceramiek verccuigd viudt, al
het vergulde porselein van liet Keizerrijk, al het
oude, als 't ware gepoederde julle Inrfre, eu de
nieuwe soorten, op Japausche wijze in het vuur
geëmailleerd.
In de ateliers zal meu waarschijnlijk blijven
sluimeren ; men zal er de werklieden weer hun
gouden randjes op blauwe bordjes zien
lithografeereu en deu rand van kopjes uitwerken tot een
tulle-aehtig a, jour. Vau tijd tot, tijd zal men op
schrikken, als de presid'mt, C'aniot een paar
S;'vresva/.eu bestelt, eu daarna weer indommelen als ze
afgeleverd zijn.
Er is juist een boek verschenen, dat aan de
hoogc artistieke waarde van het, oude p/ite tem/re
volle recht doet wedervaren en er ook de geschie
denis vau geeft. De linna Nimmo te Londen
heeft vau het l'ranschc opstel vau L'duard Garuier
eene vertaling doen verschijnen, eu deze voorzien
vau ?-?.">() prachtige platen, aquarellen naar de be
roemdste origiuccicu, zoodat het geheel een der
kostbaarste litions de luxe wordt, die de liefheb
bers elkander zullen benijden. 'Keu Kngelsch blad
zegt er van:
tiet zou onmogelijk zijn iets prachtigers iu dit
opzicht te vinden dan de illustratiëu vau dit, boek.
De platen hebbeu al de kieschheid vau kleur van
j lid, porselein zelf en, uit de voortreffelijkste histo
rische exemplaren bestaande, .stellen /ij deu
!''rauschen kuustgeest in zijn grootste volkomenheid
voor, in eeue wij/.e van artistieke productie welke
thaus iu onbruik is geraakt. Do julli' Icudfe was
\ het resultaat, vau talloo/.e pogingen van de beste
l platcel bak kers vau Europa om door de uitvinding
van kunstmatige klei iict ('hiueesclie goed te
! evenaren.
Toen' liet porselein voor het eerst, in Europa
j werd ingevoerd, iu de l Ule eeuw, wekte het de
| jilucmocm: bewondering, en eeu tijd lang bezat het
alleen alle markten. Toen beproefden Kuropresche
| fabrikanten het na te bootsen, eu liun eerste stap
l was, de chemici te raadplegen om de klei te helpen
j namaken, /ij wisten niet dat, de Chineczen de
j hardheid van hun poivcli in, da', wil zeggen zijn
venuogen om een hoogc lemp'.'ratiiur in bet, vuur
l te doorstaan, te danken luidden i mi het gebruiken
vau een natuurlijke v itte klei. die voor hei grootste
gedeelte uit kiczclverbindingcn bestaat, /ij kouden
de origiiieelcn iu de onutmcntciring overtreffen,
t maar bun zoeken naar den steen der wijzen" wat,
! liet materiaal betreft, bleef lang vruchteloos.
Eiu| delijk ontdekte een Dnitsi-her bij toeval eeu rijke
natuurlijke ader vau kaolin" en richtte terstond
, daarop, onder koninklijke bescherming, de beroemde
fabriek vau Drrsdcner porselein te Meisscu op.
De l'ransclieu gingen HOLT jaren daarna voort
met jnj'li /,'/"//'<; te maken uil hun kunstmatige klei.
totdat zij toevallig ook een bedding vau kaoliu
ontdekten in hun eigen land, nabij Limoges, en
toen eerst, werd dit, nieuw materiaal ook te Srvres
; aangenomen. Maar het lijnsU' werk vau die fabriek,
l in schoonheid eu zuiverheid vau stijl, was vau
! de piili- l<'iir/ri' gemaakt, en 1oeu liet. gebruik hiervan
l gestaakt, werd, in liet;eind van de vorige eeuw, werden
deze vrocü'cre exemplaren uiterst zeldzaam en
kost! baar. Het uu verschenen werk is ecu soort vau
j artistiek gedenkboek ervan voor/oever /.ij nog
be! staan, en liet doet. on/e bewondering voor l ransch
| talent en 'l-'ransclie kiinstvaardiglicid tot deu
hoogl sten ^raad khmnirn.
j -\iets mooicrs kan meu zich voorstellen, dan
de vormen, de kleuren, de algemeene geest, van
} decoratie vau dit oude S: vrcs, e \u/,eu, de
scho