Historisch Archief 1877-1940
No. 750
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
tels, de kopjes en schoteltjes, de bladen van
biscu.it en de grootere tafelstukken van de laatste
eeuw, zooals zij in de koninklijke fabriek voor koningen
of voor de ganstelingen van koningen werden ver
vaardigd, ziet men hier in verblindenden overvloed.
Zij vormen den buit uit eenige der prachtigste
collecties van Europa, publieke en particuliere,
en in hun volkomen t amenvoeging van eiken vorm
van schoonheid eigen aan deze soort van werk, kan
men zeggen, dat zij tot een der verloren kunsten
behooren." De inleiding van Garnier bevat een
helder overzicht van den oorsprong en het verloop
der industrie, met facsimiles van alle meer be
langrijke werken.
HET KLEINE STADJE.
Schetsen door MAX C.
VI. De Kluis."
Het stadje ligt in een dal, het eene gedeelte
nauwelijks hooger dan de oppervlakte der rivier,
het andere gedeelte op een lage heuvelhelling
gebouwd, en het geheel omsloten door hooge
heuvelen.
Met de drie groote grintwegen en de verschil
lende landwegen, die er op uit loopen, maakt het,
op de landkaart gezien, den indruk van een groote
spin te zijn, die naar alle kanten haar magere
pooten heeft uitgestrekt.
Nadert men het stadje langs den grintweg ten
?westen, die, in de laagte, langs de rivi r loopt,
dan is de aanblik niet zoo verrassend als indien
men van het noorden of oosten afkomt.
Langs den noorder weg heeft men het stadje
?op een paar minuten, een honderd meters, na
be?reikt, zonder daarvan iets te bespeuren. Men be
treedt een bergpas, in de rotsen uitgehouwen,
waar het bij dag zelfs niet zoo helder is als elders,
en aan het eind van den bergpas (of heuvelpas)
ziet men eensklaps het stadje in zijn geheel voor
zich liggen. Men staat dan nog op een betrekke
lijk groote hoogte en geen enkel huis der geheele
stad ontsnapt aan den blik.
Langs den ooster weg is het op de stad aan
wandelen wel niet zóó rijk aan schilderachtige
verrassingen, maar biedt toch altijd nog eeu fraai
gezicht aan, des zomers ten minste, als de geheele
bebouwde ruimte half verscholen ligt in het welige
groen.
Van de hoogvlakte af, daalt deze weg geleide
lijk naar omlaag, door de hooge-stad heen, tot
aan den brug over de rivier, die de hooge-stad
van de lage-stad scheidt. Nog op do vlakte
richt de weg zich plotseling met een scherpen
hoek naar links en in de verte, tusschen de
hooge boomen, ziet men de glimmende daken
van de eerste, nog afgelegen, huizen, en enkele
plekken der witte muren door het groen uit
komen.
Het eerste huis, aan den voet der
heuvelhclling, waarover de weg loopt, gelegen, is de zoo
genaamde Kluis", een soort oud heerenhuis met
twee verdiepingen, groote binnenplaats en geflan
keerd door eene daarbij behoorende
boereuhofstede.
De Kluis is aldus genoemd om de eenzaamheid
der ligging. Het huis is slechts langs een smallen
zandweg met diepe wagensporen te bereiken. Het
ligt geheel in de diepte, in het door steile
heuvelhelliugen omsloten enge dal; aan het oog der
wandelaars bijna geheel onttrokken door het dicht
geboomte zijner onmiddellijke omgeving, dat, met
de heuvels, tevens voor de bewoners den omtrek
-geheel en al verbergt.
Het huis, voor spotprijs indertijd het
eigen
Schaakspel.
3de Jaargang. 8 November 1891.
Eedacteur RÜD. J. LOMAN te Londen.
Adres: Mira Lodge, Deronda Road, Herne HUI,
Londen. S. E.
Verzoeke alle berichten, de schaakrubriek be
treffende, aan bovenstaand adres te richten.
Probleem no. 105.
Zwart 6 stukken.
abc. de fgh
Wit i) stukken.
Wit geeft in 2 zetten mat.
Probleem no. 10t>.
Zwart 8 stukken.
a b cd e f g
Wit 5 stukken.
Wit geeft in 3 zetten mat.
dom geworden van een der notabelen uit de
stad, staat nog al eens ledig, want de enkele
vreemdelingen, die des zomers de streek bezoe
ken en die, vrij zijnde zich te vestigen waar zij
willen, bekoord door den poëtischen aanblik der
woning, voor een tijdje beproeven willen er ver
blijf te houden, betreuren in den eersten zomer
zelf reeds het gesloten huurkoutrakt, of voorzien
zich, indien er geene verbintenis bestaat, zoo
spoedig mogelijk van eene andere woning, wijl
zij niet langer teil prooi willen zijn aau de
vochtigheid en andere eigenaardigheden, door de
lage ligging in het enge moerassige dal veroor
zaakt.
Het laatst woonde er een zonderling, wat
grillig, alleenleveud rentenier, liefhebber slechts
van lektuur, jacht en visscherij, en wiens gevoe
lige, dichterlijke, aard verschalkt was door den
vriendelijken aanblik der heldere witte mureu,
het hooge, dichte, rijke groen der bosschage, de
dartelend pikkende kippetjes en de gemoedelijk
waggelende eendjes op de open plaats, liet
kwispelstaarten van den makken wachtlund en de
minzame voorkomendheid der hoevebewoners.
O, wat een aangenaam leventje, verdeeld tus
schen zijn meest geliefde bezigheden, had de ren
tenier zich voorgesteld daar te zullen leiden, en
ach, hoe bitter was het hem tegengevallen l Toen
hij dien eersten ochtend zijner vestiging, tegen
zijn vroegere gewoonte, zoo tijdig op de been was
geweest om, recht landelijk, het volle genot van
den ochtendstond te smaken, en hij, vol verwach
ting, het venster en de blinden van zijn slaap
vertrek opende, wat had hij toen moeten ervaren'.
Zijne bedoeling, toen hij zich hoopvol het bod
uitspoedde bij de plotselinge herinnering aau zijn
nieuwe verblijfplaats, die hem stil deed glimlachen,
was geweest: voor het geopende venster te zitten,
op het venster te leunen, en zoo, den door het
welkom-getrompetter van den haan begeleiden
zonsopgang te zien plaats hebben. Maar o wee,
nauwelijks waren de veusterdeurtjes naar binnen
opengetrokken, of een kille natte mist, veel gelij
kend op dooi-weer in bet hartje van den winter
zooals hem dit heugde van de vroeger door hem
bewoonde stadsgracht, was tegen zijn aangezicht
gewascmd en had de kamer met een onaangename
atmosfeer vervuld. De haan kraaide in dor daad en
heel in de verte werd die lustige kreet, als door
een echo, door een andere hanenstem beantwoord.
Maar de rentenier vloekte heel onrechtvaardig
tegen den haan, omdat, hij niet van den dageraad,
maar alleen vau de mist de heraut, scheen te zijn.
Van den dageraad was geen spoor te zien. In de
lucht boven, was het bleek licht, maar dat was
nog nauwelijks te bespeuren door de blauw-wittc
mistwolk heen, die alles had omsluierd. De ven
sterbank was nat, de boomen waren nat. het, vocht,
was gesproeid over alle bladeren en droop van do
stammen, zooals, neen, erger clan, -wanneer het
regent. De rentenier begreep dat dit de hoogge
roemde dauw was. Ja, de dauw. dien had hij wis
en zeker niet vergeten, toen hij zijn voornemen
overwoog om ergens op ecu schilderachtig plekje
buiten" te gaan wonen. Hij had zich herinnerd,
hoe do dichter zong van Persephonc, die 's och
tends met haar bloote voetjes door het hooge
blauwe dauwtapijt huppelde, en ofschoon hij liet
zich nauwelijks bekennen durfde, had hij vergelijkin
gen gemaakt... . Hij was wei geen kind meer,
maar zijn hart was jong gebleven en hij ook,
waarom niet, in de nabijheid van zijn kluis",
waar geen spotter hem zoude opmerken! stolde
zich voor te wandelen en te huppelen in deii
dauw. Maar vau eeu dauw, die zich huizen hoog
verhief, die door klecrcn en alles heendrong en
OPLOSSINGEN DEI! OCTOBEK-l'llOBLEJIEN.
No. 95 van T. Taverner te Bolton. l Db5 enz.
No. 96 van baron Wardener te Klosterneuburg.
l Tdl, h5 2 Tel!!, Kd5: 3 Lf'5, enz.
No. 97 van G. Chooliolous te Bodenbach.
l La5, Kb3: 2 Db5 t en/.
Kd5 2 Dh5f:
Lb3: 2 De:6 f ,.
Kd4 2 DeG
Ti'2: 2 DeG f met meer varianten.
No. 98 van Shinkman en Jones. l Le2! enz.
No. 9!l van A. E. 11. te Delft.
l Kda, Kf3 2 Dg5:! enz.
Overige varianten gemakkelijk.
No. 100 van Moiïtz Ehrenstein te Prcllenkirelien.
l Pf"), d2 2 Ldl. Kfö: 3 Dg-1:-;-' enz
d4 3 Lb3
-;P speelt 3 Hel f
de2: 2 Dc7, Kfü3 Lc2 f .,
Pe7 3 Dc7:
Pe7 2 De?:-!-, Kt'5: 3 Df"
l'bü2 el!, Pa4f 3 Kal
Pc4f 3 Li-4 :
met meer varianten.
No 101 van J. Obermann te I.eipzig.
l 1'eS, Pf5 2 Pe5:! en/.
riiö: 2 Dli.V.
l'g ad lib 2 Pe2 T
LaG ad lib 2 Pb.j f
Lb8 2 Dbfi: t .
LV7 2 Dg7 ' .,
b5 2 Dg7
e-t 2 Dg7 v
eü2 Pi.-5 :
No. 102 van l' J. ('oliën te Ams:eL-dum.
l Tg5 enz.
i Goede oplossingen (van allo S problemen) van C. T.
i van Ham, Gorredijli : Haannan, 's Bosdi : A II. do Yo.s,
Dordt: schaakclub Morphy", Kaatsheuvel:
S.vanCmningen, 's Hage: J. J. Speet, J. Ilne^e .n \V. Se-verijn,
Breda: J. Hoes, llottenlam en W. J;. II. .Mciner.s,
Amsterdam. Behalve No 100, van W. A. Wi;bramls
en (i. J. Nol te, Amsterdam. Behalve No. '.ifl. van .7. A.
Termos, Kotterdam en W. v. H., Delft. Behalve No. !U
en 100, van '\V. Muntjewerlï, Amsterdam, lielialve
No. 119, 100 en 101, van W. Alhreg:*. AiM-t»rdam
Goede oplossingen van No. 1)7 en U-i van J. A. Kocde-rs
\Vzn., Amsterdam.
Wij richten aan allo secretarissen van
-.rliaakclulis in ons land 't beleefde verzoek ons van tijd
j tot tijd op de hoogte te brengen van 'tgcon in
j hun rcsp. verceriigingen voorvalt. Alle partijen en
berichten zijn ons hoogst welkom.
i CORRESPONDENTIE.
i
i V. M. C. te Arnhem. De lieer .). r. Hei n^k,rk,
Noordeinde 's Hage kan n de noodige inlichtingen
verschaffen. Doe uw best alle 12 leden tot den bond
te doen toetreden en zoodoende een i'niki- ahl. te
stichten, l'-en bondswedstrijd te Arnhem ; liefst iu 't
schoon gelegen Bellevue) zou ongetwijfeld alle leden
uw hoofd en handen als met koud zweet over
dekte, daarvan had hij nooit gedroomd.
Mistroostig wendde hij zich van het venster af
en keek de kamer rond. Het glimmende mahonie
hout der stoelen was door den liefelijken dauw
beslagen, de leuningen voelden reeds vochtig aan.
Kuorrig kleedde hij zich verder aan; de voering
van zijn kleedingstukken was vochtig geworden,
als eeu bad-handdoek streken de mouwen over
zijn armen.
Hij wilde zich echter zoo spoedig niet laten te
leurstellen en wilde vluchten, naar boven, naar
de hoogvlakte, om boven den dauw verheven te
zijn en den dageraad werkelijk te zien. Hij greep
zijn hoed. Ook die klemde zich als een natte
band om zijn slapen. Eeu kroon van parelende
dauw ! Kou hij het nog dichterlijker wenschen.
Hij werd Apollo gelijk, die aan Aurora ziju
hoffelijken groet ging brengen. Geen kroon! het
lijkt meer op een kompres, gromde de rentenier.
Eeu verband, gelegd om de kwetsuren, die aan
mijn illusies worden geslagen !
Met snelleu stap verliet hij zijn nieuwe wouing.
Op de plaats, door de open staldeur, zag hij de
vrouw van de hoeve, die bezig was haar koe te
meikou.
Goeie morgen!" riep zij hem toe.
Hm ! Goeje morgen !" bromde hij terug, zon
der op te letten met welke verwondering de vrouw
hem nakeek, die in 't minst niet vermoeden kon,
om welke reden de nieuwe heer van de Kluis"
zulk een stuursch gezicht zette, hij, die zoo min
zaam van natuur scheen en zoo in de wolkeu was
over zijn nieuwe huisvesting. In de wolken
was hij nu niet meer, alleen in de dauwwolkeu,
waar hij, het kostte wat liet wilde, aau wilde ont
komen, al moest hij er tot de wolkeu des hemels
voor stijgen.
Met rappeu tred spoedde de buiten-man" zich
op den zandweg uaar boven. Maar gemakkelijk
ging het uiet. Hij was niet gewend bergen te
beklimmen en zich over zoo goed als ougcbaande
wegen te spoeden. Telkens stapte hij mis, wan
kelde, verzwikte zijn voet op de harde aardkorsten
der wagonsporcn en indrukken van paarden
hoeven.
Toen hij den Rijks-grintweg had bereikt, was
hij buiteu adem en: den dauw was hij nog lang
uiet ontweken. liet moeiclijkste vau den tocht
moest nog komen: om tot de hoogvlakte te gera
ken moest hij of deu langen grintweg in zijn
geleidclijken opgang volgen, wat een heele wandeling
zou ziju, of wei zich aan de beklautering der
steile helling wagen, over de geiten- en
jagerspaadjes, dwars door het kreupelhout, dwars door
het dicht samcngegroeide heestergewas, dat
zoo nat was vau don dauw.
Mistroostig keek hij rond. Hij zag nu het
i onrustbarende verschijnsel aan alle kanten, in de
verte en dicht bij. Op de bergruggen in het ver
schiet, zag hij het als groote stroomen van witten
] stoom bewegen en dan opstijgen in de lucht. Dit
j deed hem wanhopen om op de hoogte deu vrede
to vinden. Hij wilde het evenwel beproeven, en,
in ziju ongeduld, koos hij een steil jagerspad. Hij
wilde immers ook jager zijn ! Hij, die zoo goed
i schieten kon, had immers alom verteld, dat de
jacht tot zijn grootste liefhebberijen behoorde, nu,
dan moest hij zich ook in zijn eentje in het be
klimmen van steile hoogten oefenen.
7>oo gezegd, zoo gedaan. Hij keek nog ccus of
niemand het zou kunnen zien als hij op het
geitenpad oen bokkensprong mocht maken, cu zette
den voet in het gele zand, waai' een paadje naar
boven begon,
Hij sulde uit cu viel met de knie in het zand,
welkom zijn. Diagram zullen wij zoeken.
J. l1. H. te 's Hage. Vriendelijk bedankt voor toe
zending. Ik Loop dat de af d. te Arnhem tot stand
komt, ik heb ruijn best gedaan. Een blindséance
uwerzijds in de nieuw opgerichte elnb aldaar zou
wellicht den doorslag geven en tevens zou dit ge
schikt zijn om de club meer algemeen bekend te
maken. Hond dit eens in gedaehte. Hoeveel hebt ge
reeds voor internat, wedstrijd bij elkaar?
W. MuiitjewcifT te A. in No. 99 volgt op l Kc5
Pelï'j' en verhindert mat.
Voor den correspondentiewedstrijd hebben zich tot
nog toe slechts acht heeren aangemeld. (C. T'V. Ham,
Goi-redijk: J. F. Heemskerk, 's Hage : W. K. H. Mei
ners, W. Muntjewerlïen \V. H. v. d. Menlen, Amster
dam : -7. Steegstra, Druten: J. Hoes, lïotterdam en
J. J. Speet, lïreda). ]Mct 't oog op deze geringe
deelneiüing achten wij 't beter den wedstrijd tot, Jan. '92
uit te stellen, hopende dat in dien tnsschentijel meer
deelnemers zullen opdagen, zoo niet onder de oude
dan onder de nieuwe abonnes.
Overzicht van. den voorgift-wedstrijd, gehouden
onder de leden van het Schaakgezelschap
,,l)isccndo discimus" te 's Ilage.
TEUUGl'.LIK <>!> DEX WF.DSTUUD.
Hel. ideaal van ecu voorgii'i wedstrijd is dat ieder
ih-r spelers ovemeel partijen wint als verliest. Daarbij
kan men niet. rekenen op te groot welslagen van een
ecr.^tr klasse speler ot' te gering van een iaagstc klasse
speler, Hoogste'ns zou dit hewij/en dat er nog eoiie
klasse ]mi(-r nooilig is, en Jal is onuitvoerbaar, waai
de- onderlinge kracht der spelers van iedere klasse
splitsing verbiedt.
\Vaar bovendien enkele speler.' zich terugtrekken
moeten, en dus hun ware klacht niet toonen, kan hun
dat een weinig nat was van den dauw. Maar
hij greep zich aan een boomwortel boven zijn
hoofd vast en trok zich op tot hij op een hoogte
van ongeveer drie meter boven den grintweg op
de helling was gevorderd, waar het kreupelhout
en heestergewas begon.
Hij drong de dicht samengegroeide massa bin
nen, maar de grond was er glibberig door de
dorre blaren van tien herfsten, die alom dicht
opgehoopt lagen en het spoor van het voetpad
was de koene wandelaar weldra bijster. Bij eiken
pas greep hij de takken voor zich uit in de
hoogte om zich, door ze op zij te buigen, den
doorgang mogelijk te maken en te gelijk zich er
aan op te trekken en zich voor een val te be
hoeden. Maar hij kou niet beletten, dat zijne
handen op die wijze vuil en nat werden, en dat
de natte eiken-blaadjes zijn wangen streelden en
ziju jas en broekspijpen door en door bevoch
tigden.
Na eenigcn tijd stond hij stil Er scheen geen
eind aau het kreupelhout te komen. Van alle
kanten was hij door het dicht gewas omsloten.
Hij dacht: zou ik ook maar liever weer
terugkeoren': Hij vermoedde dat de afgelegde afstand
nog steeds kleiner was dan die, welke hem van
de hoogvlakte scheidde. Maar hij bedacht zich :
neen, hij wilde uiet vertsageu, hij zou standvastig
ziju en den tocht voortzetten. En dus begon lui.
mot vernieuwden moed. Zij voet raakte beklemd
tusschen de tronken van het houtgewas, dat was
niets, hij trok hem voorzichtig los en trad voor
waarts. Hij gleed uit en viel lang-uit op den
grond : dat deed er niet toe, hij stond weer op
en ging vorder. Hij kwetste zijne hand aan een
scherpe takpunt: dat liet hem koud, hij zou er
boven een goudvliesje opleggen Hij greep de
takken maar en trok zich op, vooruit, altijd maar
vooruit.
Eindelijk werd er iu de verte eene opsning
zichtbaar. Nu eu dan verloor hij haar uit het
oog, als hij zich wat veel links of' rechts
wendde, eu zij zich achter het gebladerte
verj school. Maar telkens kwam zij weer voor den dag
j cu telkens was zij grooter.
i Nog twintig passen, nog tien, nog vijf, en hij
trad in het vrije veld en had het onaangenaamste
gedeelte van den tocht achter zich. Met een blik
vol van ziju zegepraal keek hij om naar het vij
andelijke lage eikeubosch.
l)c hoogte was echter nog altijd niet bereikt,
de berghelling was nog slechts ten halve be
klommen.
De helft waar de wandelaar nu aau toe was,
werd geheel ingenomen door versch beploegde
akkers. Nu nog eeu beetje door de vochtige,
mulle aarde te kuieren mocht al niet het voor
uitzicht wezen, waarop mijnheer zicli had ver
wacht, hij zou uu in elk geval zijn plan door
zetten, daarover kou hij niet eens aarzelen.
j Hij zou wel een anderen terugweg trachten te
i vinden.
Hij zocht, oen paadje tussclieu de akkers, maar
vond niets dat dien naam mocht dragen. De grens
tusschen de verschillende landen, werd gevormd
door eene voor, die nauwelijks breeder eu meer
begaanbaar was dan de evenwijdige ploegsporen.
i Hij sloeg zijn broekspijpen wat op tot boven de
j schoenen en stapte wat aau.
Plotseling werd zijn aandacht, in hooge mate
j gaande gemaakt door iets bruins, dat, hij, op
geringen afstand, snel zag bewegen. Het was een
haas! Ecu wezenlijke, een heusche haas! Het
i bloed steeg onzen wandelaar on aspirant-jager naar
i het. hoofd. Welk ecu verrassende gcïegenhei4,
j om onbespied ilc proef te nemen vau zijn
jachtcijfer ook niet medetelleu. Ook dwong het behalen
van den eersten prijs in een tweede klasse wedstrijd
(geschat op een paarel zwakker elan de eerste klasse)
den heer Van Eek de vierde klasse blank te laten,
terwijl hij bovendien nu beneden zijne kracht speelde,
zooelat ten slotte alleen de $]:-2 punten van den heer
Moresco eenigszins abnormaal blijken, te meer daar
hij door het verspelen van eene gewonnen partij tegeu
Eelersheim eersten prijs en hooger winstpunten
verj loor en bovendien verloor tegen Van Yoornveld, die
tegen Moresco's mededingers winststellingen uithan*
: den gal', ef ook niet speelde. Echter wees niets vaa
vroeger aan, dat de heer Moresco in eene hooger
i klasse tehuis behoorde; wellicht zelfs eerder ineens
? lagere.
Hoe het zij, het ongeveer gelijk eindigen van
Andriessen, Heemskerk, TUttenbogaard, Elseiij Van eler
Pot, Prins en d'Aumerie pleit sterk voor de regeling
der voorgift.
Wat het verkregen nut van elen wedstrijd betreft,
dit is gering.
7n ele e-erste plaats teekende ongeveer niemand
zijne partij op: en toch. indien men zijne partijen
niet opteekent, zal men nooit hooger dan een zeker
' (laag) peil van schaakkracht bereiken.
In ele tweede plaats werden de meeste wedstrijd.
partijen bijna even onachtzaam ge>peelel als ete ge
wone partijtjes op de vereenigingsavondcn.
In ele derde plaats spe-len sedert elen vvedstrijcl
alleen de- he-eren Eisen en d'Aumerie wat sterker dan
te voren: de meesten zelfs schijnen achteruit te gaan;
tionweiis natuurlijk waar niet opgeteekend worelt.
Het is te hopen dat een klassewedstrijd dezen
wiater moer belangstelling en meer oefening zal wekken.
(l'i-riottii'kr, medfd'''-l!ngen),
Onlangs gespeeld in het Vereenigd Amsterdamseh
Schaabgenootsctap.
SCIIOTSC1IE PARTIJ.
A. JJleykmans. Jhr. A. E. van Foreest.
l e4 ' e"> 10 0?0 ha
:> Pf.'! Peil 11 f4 h4
;; dl ed4: 12 Kul (?) Lf5
4 1M4: l.rf) 13 h3 Lc2!
5 Leo ]>W 1-1 IM2 Pf4
l! e.'! PgcT 15 Li'2 Le4
7 Le2 Ld4: 1H Lg4 Dg4:
8 d4: [15 17 g4: b.3
!t c"> DJ(> Opgegeven.
Gelegenheden om te Amsterdam te schaken:
Yereeiiigd Amst. Sehaakgenootschap CaféRoocle
Leeuw, Vijgendam. Speelavonden Woensdag en
Zaterdag 8?12, jiarl. contributie /' G.
Amst. Schaakclub. CaféWiederholt, Damrak»
Speelavond Maandag 8?12, contributie /' 3.