De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1892 27 maart pagina 6

27 maart 1892 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 770 Bekere trouwakte, die eigenlijk juist is, en toch vmlsch... Wij verbranden haar, om haar woord voor woord te vernieuwen... Gravin de SaintAnge, ge zijt ryk. ge zult een millioen van uw ?vermogen tot een stichting besteden, uit welker interest jaarlyks tien arme bruidsparen een bruid schat moet worden gegeven. Dan zal uw vroom bedrog, pia fraus, ten minste eenig geluk rondom n verspreiden... Vertrek met God, myne dochter l" Het hooge bevel werd natuurlek stipt opgevolgd. Alles geschiedde zonder gerucht, in de grootste Stilt*. De huwelijksakte, die in de Abbaye-auxBois bewaard werd, werd voor nul en van geener 'waarde verklaard; tegelijk werd graaf d'Auray ver van Par'js nogmaal getrouwd, en wel met de echte Henriette Saint-Ange. Nu hy' ditmaal ?yne bruid eenigszins oplettender beschouwde, be merkte h\i, dat zjj een bekoorlijk wezen was, in ieder opzicht beminnelijk, en graaf d'Auray ging lyne vrouw liefhebben, ofschoon zulk eene liefde tegen de zeden van den tyd was en met zijn stand niet overeen kwam. En nog een andere verbintenis werd gesloten, het huwelijk tusschen graaf Hector en Thérèse de Roncy Beiden waren overgelukkig. Thans kon h\j haar van de zoete smart vertellen, welke hij gedurende zy'n klöostertyd geleden had en haar ging plotseling een licht op in de verwarring van hare gevoelens, en zij erkende, dat het geen vriendschap, maar liefde geweest was, welke zij voor hem gekoesterd had. Menigmaal leefden zij de wonderlijke da gen, die z\j in het meifjesgesticht met elkander hadden vermijmerd, in de herinnering weder door. Soms tikte zij hem met de waaier op de hand en zeide op vriendelijk boozen meesterstoon: Goed, zijn, lief zyn, anders stuurt men je naar het klooster terug graaf Henriette.'' VOOR DAMES. Mode, Lampenkappen. Bloem potten. Bouquetten. Trouwbebeloften. Hooger onderwijs voor meisjes. De mode rekent waarschijnlijk op een ruw voorjaar, althans zware stoffen is al wat wordt aangeboden: moiréantique, fluweel en velours rasse. Dit laatste is een zware wollen stof, licht of donkergroen, beige, mauve, bordeaux, grijsbruin, waarop heel smalle rose, blauwe of zwarte streepjes en relief uitkomen. Voorts laken, licht of zwaar, vigogne, wollen stof met zyden strepen, gegauf"freerde stoffen ton sur ton, velours chasseur, ge streepte stoffen in drie of vier afwisselingen, glad, gegauffreerd, satijn en fluweel naast elkaar alles betrekkelijk kostbaar, tot 16,20, 24 francs de meter. Als kleur profeteert men steeds lichte nuances; men ziet ze nu reeds 's middags in het Bois de Boulogne, gris-perle met rose of lichtblauw, maïs, mauve met blauw, bleekgroen met rose, rose met heliotrope, oranje met wit; en pp alle toiletten (huis, promenade, visite, receptie) draagt men witte, grijze en zwarte guipurekant en point de Venise, en, gelyk herhaaldelijk werd opgemerkt, nog steeds veel gitten, passementen, kralen, geïmi teerde edele steenen en borduursels. Ook voor de knoopeh heeft men veel over; vieux Saxe, vieux caillou du Rbln, vieux Sèvres, turkooizen, opalen, cameeën, oude geciseleerde metalen knoopen, Zeeuwsche knoopen, zijn voor allerlei toiletten mode. Wat den vorm betreft, is nog steeds ongeveer alles mode; de bafques zijn niet zoo geheel ver vallen als men gedacht had; men ziet nog wel halve, of gespletene, of basques met revers, of extralange ; maar robe princesse is toch het meest de richting. De. paniers gaan niet door, tenzy dat men een schijntje van drapeering op zijde, in verband met den pli-Watteau, zoo zou willen noe men. De rok, nu altoos met een kleinen sleep, en dwars genomen, heeft nog maar een of twee naden; het velours russe, bovengenoemd, is 110 en 120 centimeter breed, en wordt in den vorm yan een peperhuis geknipt. Aan de heupen moet hy geheel glad zijn, hier is dus op maat inrimpelen noodig. Het corsage wordt weer hoe langer hoe meer van achteren dicht gemaakt, geregen of geknoopt; weer meer dan vroeger komen daarbij de jacquettes Figaro van passement, gitten of flu weel, heel kort en zonder mouwen, in gebruik. Nieuw pok, maar niet voor iedereen, omdat zy' een zeer elegante taille vordert, is de blouse russe, op zyde dichtgeknoopt, tot aan de knie reikend en met zwart galon versierd, waarvan ook het ceintuur is. * * * De firma Henri Reeser Jr., 221 Kalverstraat bij de Munt, ontving dezer dagen weder een uitge breide verzameling nieuwe lampenkappen. Het nieuwste op het oogenblik is een elegant zeshoekig model met een buitengewoon groote niche-boa in vert du NU. Andere kappen zy'n geheel vervaardigd van snippers papier op bont gelijkend, andere van veeren. Als men ziet welk een aangename demp'ng en schakeering de ge kleurde kappen aan ieder vertrek geven, begrijpt men nauwelijks, hoe zoo lang deze artistieke en betrekkelijk goedkoope luxe werd verzuimd. De Societédes Lampes heeft gezorgd dat er voor ieder een keuze is. * * * Drie nieuwe soorten van bloempotten worden in den handel gebracht; alle drie meer voor nut dan voor sierlijkheid. De eerste komen uit Amerika en zijn van papier; zij hebben voor, dat zij maar een elfde van de aarden bloempotten aan gewicht bedragen, en dus voor verzending zeer nuttig zy'n; zij worden, als papieren manchetten, met een knoop gesloten, en kunnen, na gebruik, uit elkaar genomen en plat verzonden worden. De tweede soort is van aarde met zelf regelenden watertoevoer, zoodat de bloempot niet te veel kry'gt, het. water wegloopen kan en men toch niet aldoor behoeft te begieten, niet meer dan eens om de twee a vier weken. Hoe de verrich ting precies is, weten wij niet; het water sty'gt omhoog en komt 'van boven in den pot, terwijl toch het reservoir er onder is; de beschrijving komt met afbeelding voor in. den Praktischen Eatgeber in Ort und Gartenbau, die te Frankfort yerschynt. De derde is een houten bloempot, sierlijk, onbreekbaar en licht, ze worden door eene kunst draaierij in het Ertsgebergte in den handel gebracht. * * Eenige dames te Weeuen hebben zicb, met artistieke bedoeling, verbonden, geen bouquet aan te nemen, waar ijzerdraad in voorkomt. Al komen zij van den meest geliefden gever, uit den voornaamsten bloemenwinkel, zy zullen hem weigeren. De bedoeling is, te protesteeren tegen de veel in praktijk gebrachte wijze van bouquetten maken, losse bloempjes zonder steel, met mos en blaadjes, boven aan een ijzerdraadje. De bloemen zijn te spoediger verwelkt, of liever verrot; men kaïi den mosbouquet reeds na een paar uren aan den reuk onderkennen: het is zeker deze consideratie die ook reeds te Parijs en te Londen de bouquets nature" doet begunstigen. ??;.? * * Tot -nog toe kon men in Belgiëeen engage ment, zelfs op den dag vóór het trouwen nog. afmaken, zonder tot eenige schadevergoeding ge houden te zijn. Dit is nu veranderd. Een jong jong Brusselsen koopman was met een meisje uit Riga geëngageerd en gat haar, kort vóór het hu welijk haar woord" terug, meenende daarmede klaar te zijn. De vader echter eischte schadever goeding en wel 50,000 francs, zoowel wegens de moreele schade aan de toekomst van het meisje toegebracht, als wegens de reeds gemaakte kosten van installatie. De rechtbatk heeft zich hiermede vereenigd, oordeelende dat, wel is waar, de hu welijksbelofte op zich zelf geen rechten geeft, maar dat wie een ander schade berokkent deze moet vergoeden, en hier wel geen bedoeling tot bena deeling was gebleken, maar toch een buitenge wone lichtzinnigheid, die als schuld aan te reke nen is. De rechtbank veroordeelde den jongen man tot 8000 francs aan het meisje en 9300 francs aan den vade», benevens tot teruggave van alle brieven, portretten en geschenken. * ** De voornaamste onder do inrichtingen voor hooger onderwijs voor vrouwen in Engeland is Newham college, aan de universiteit van Cambridge verbonden. Aan het hoofd staat miss Clough", onder haar zijn directrices eene dochter van Gladstone en eene dochter van den bekenden rechter Stephen. Miss Clough kwam in 1871 naar Cambridge met vijf meisjes, die eenige colleges aan de universiteit wilden volgen; langzamerhand werd er voor haar en haar steeds toenemenden kring van leerlingen een eigen gebouw gesticht, en nu heeft zij 140 vrouwelijke studenten onder zich. Er zijn nu reeds drie gebouwen in gebruik, Clough Hall, Sedgwick Hall en Lee Hall; in ieder gebouw is eene eetzaal, eene leeszaal, en een afzonderly'ko kamer voor iedere studente. Het werk is hetzelfde als dat van de mannelijke studenten; sedert 1881 zijn de dames tot alle examens toe gelaten; in 1890 was het gloriejaar, toen alle de 28 dames in het examen slaagden en een van hen, miss Fawcett, meer punten behaalde dan de senior Wrangier." De meeste dames studeeren natuurwetenschap pen en wiskunde, enkele historie en klassieken. Het jaar na het succes van miss Fawcett werd haar vak, wiskunde, de groote attraction; dat jaar zonden ook allerlei geleerde genootschappen hun uitgaven voor de bibliotheek, de Pall Mallen ds Woman penny paper openden inschrijvingen er voor; en de aanvragen om plaatsing voor meisjes verdubbelden bijna. Toch is de toekomst niet heel bijzonder. De dames worden onderwijzeres, gouvernante, bibliothecarisse, assistente bij een laboratorium, zooals zij toch zouden kunnen worden; de voordeelige i betrekkingen, door den Staat begeven, zyn haar nog gesloten. Wat de invloed van het universitair onderwijs op de meisjes betreft, juffrouw Clough en juffrouw Gladstone noemen dien zeer gunstig. Blauwkousen worden ze niet; wilde vrouwen" (volgens de uitdrukking van Lynn Linton) ook niet; het groote resultaat en tevredenheid en een gevoel van zelf standigheid is verantwoordelijkheid. In het religieuse (er zy'n geen meisjes die theologie als speciaal vak studeeren. oradat dit in 't geheel geen vooruitzichten geeit) merkte miss Gladstone op, dat, in tegenstelling met hetgeen men beweerde omtrent het conservatief karakter dfir vrouw, by'na al de dames van zeer liberaal godsdienstige rich ting waren. Gladstone bezoekt vaak zijne dochter en de de inrichting. Bij een zijner bezoeken heeft hij zich laten photografeeren een boom plantende. met al de studenten en directrices om zich heen. Het was jammer dat den volgenden dag de boom verdwenen was. # * * Het proefnummer van het nieuwe Tijdschrift Voor onze Dames'' onder redactie van mej. Jo van Sloten, wordt op aanvraag gaarne gratis toege zonden door de uitgevers van Holkema en Warendorf te Amsterdam. * * * De Nieuwendijk is een fraai magazijn rijker geworden. De firma Schade en Oldenkott, die weder haar zaken uitbreidt, heeft tegenover haar magazijn Keizershof een filiale geopend, uitslui tend bestemd voor den verkoop van fijne artike len, uitzetten, expositions de blanc. kanten, enz. Da winkel, verbouwd onder leiding van den heer Springer, door den heer Ilomulle, maakt een voortreffelijken indruk. Het magazijn Gravenstraat, waar vroeger deze afdeeling was gevestigd, is nu ingericht voor den verkoop van handschoenen, dassen en aanver wante artikelen. Een bekend beddenmagazijn, dat van de firma Rijfkogel, is verplaatst van de Nieuwe Spiegelstraat naar Kalverstraat 158. Het magazijn ziet er net jes uit en bevat behalve de gewone artikelen een rijke collectie slaapkamer-ameublementen in groote verscheidenheid van genre en prijs. E?e. Allerlei. Bij den President der Fransclie Republiek. Aan den Frankfurter wordt uit Parijs geschreven; M. Ie Président de la République et Mad. Carnot prient Monsieur N. N. de venir passer la soiree chez eux, a l'Elysée. On dansera. Dit is gelithographeerd op een zeer deftige blauwe kaart, zoo groot, dat men ze onmogelyk in welken zak van ,zijn kleeren ook kan bergen, 's Avonds komt meni dan aanrijden, en vindt reeds op de Place do la Concorde den eersten dubbelen post der Garde républicaine te paard. En daar ook is het met het voortryden gedaan. Want de rijtuigen maken al file langs de geheele Avenue'des Champs-Elysées en de Rue Marigny tot aan het Elysée, en als daar ginds boven bij het Elysée de sleep van eene uitstappende dame aan te trede blijft haken, moet daar beneden, een kwartier verder, op de Place de la Concorde, de koetsier zijn paard in houden en mag niet verder. Te voet dan gaat het vlugger; dwars dcor de boscbjes, waar ach ter het geflikker der lichten door de boomen schemert. Het plein en het Elysée zy'n daghelder verlicht; de voorgevel glanst in duizende gas vlammen, en in het licht patrouilleeren de gar des municipaux, de geweren omgehangen, op en neer. Zoo siapt men door de voorplaats binnen en klimt daar aan het eind de treden op, die tot het eigenlijke paleis voeren; dan echter komt de tweede halt, de vestiaire. Er zijn er verscheidene, maar ieder is met honderden menschen bezet; daar moet men stilstaan, wachten en eerst largzaam vooruit schuiven. Het gaat er zeer stil toe, want men is in goed gezelschap, en wie vloekt doet dat in zich zelf. Dan naar buiten en weer eeii trap op; die is niet hoog, maar vyftien tre den; maar zoo breed, dat op iedere trede dertig menschen naast elkaar kunnen staan. En die staan er ook wel op; het wil maar niet vooruit; iedere twee of drie minuten kan men een pas doen. Eindelijk boven; de lakeien en huissiers zorgen voor het vormen van rijen, en men hoort door de drie zalen de stemmen der huissiers die de namen afroepen. En weer gaat het voetje voor voetje, minuut voor minuut, tot het licht wordt en men hem" ziet, terwijl hij het zwartharige hoofd, tot een lichten groet buigt en innemend glimlacht. Zoo staat hij daar al een uur, en als men denkt aan alles wat nog in de rijtuigen zit tot op , de Place de la Concorde, en al die an deren, die over een uur nog datzelfde buigen van het hoofd en datzelfde innemende glim lachje verwachten, en dan nog de anderen, die weer een uur later komen evenzoo, dan ziet men wel dat het nog niet gemakkelijk is, presi dent te zijn. Dat alles zon intusschen nog beter te zien zijn, als daar voor ons nog niet een dikke heer stond met twee dames, die zich zeer breed maken, zooals eene renteniersfamilie uit Batignolles dat maar doen kan. Het is echter geen rentenier uit Batignolles, maar integendeel Son Excellence Ie ministre des Pays-Bas, gelijk de huissier juist uitroept. (Wy laten deze per soonbeschrijving voor rekening van de Frankfur ter). Dan komt men zelf, en mijnheer Carnot is zichtbaar verheugd en madame Carnot evenzeer. Maar de begroeting duurt niet lang; men heeft precies tijd genoeg, om den president wegens zijn onberispelijk zittenden kamgaren frac te benij den, en te vinden dat het zwarte haar van ma dame Carnot, in 't midden gedeeld en glad langs haar hoofd liggend, haar zoo niet bijzonder goed staat. Dan gaat men het luisterrijk vergulde militaire huis voorbij, werpt een blik op den veelbesproken generaal Brugère, vindt dat hij verbazend jeugdig is voor een generaal, en vraagt den lakei, die aan de volgende deur op post staat, drni weg naar het buffet. Van dit buffet kry'gt men eerst niets anders te zien, dan de wonderfraaie bloemstukken, waarmede het gedecoreerd is; maar het gezicht van die bloemen werkt op den druk toch tame lijk onbevredigend en men beproeft dan, zich door den tienvoudigen menschenmuur heen te slaan, die den toegang tot de meer substantiële kunstwerken verspert. Vooral de gewapende macht levert een groot contingent tot de aspi ranten voor het buffet, en als men het ongeluk heeft, een paar jonge luitenants als voormannen te hebben, dan kan men vooral lang wachten; die houden met militaire dapperheid de eenmaal voor het witte tafellaken veroverde plaats vast. En wordt eenmaal de terugtocht aangenomen, dan vindt de na hen komende niets dan geheel woest terrein voor zich, en alleen een paar me lancholieke vruchtenpitten op het bord vertellen van de heerlijkheden, waarmede vroeger het zil veren servies gevuld was. On dansera." Inderdaad, trompetgeschal dwaalt hierheen en de bas bromt in de maat zijn partij. Door een soort van wintertuin komt men in de danszaal, dicht gevuld met paren, welke elkaar de ruimte betwisten. Die onder de jonge meisjes, die een danser hebben kunnen krijgen, kunnen niet dansen, omdat er, hoe reusachtig de zaal ook is-, geen ruimte is, en nog veel meer zitten er aan den wand en langs de paden, en dansen niet, omdat zij geen dansers hebben. Maar er zijn weinig mooie onder, verbazend weinig. En overal in de zalen, met kostbare gobelins behan gen, met duizenden menschen gevuld, en wemelend van galafracs en gondborduursels, waar allts hoen en weer golft wat in den Franschen staat macht of positie heeft, ontbreekt bijna dit alleen: mooie vrouwen. En daarom kan het er wel zeer plechtig en feestelijk zijn op het bal bij den pre sident, maar er zijn gasten, die met niets tevre den zijn. en lichtzinnig genoeg zijn om te beweren dat hun het gezicht van een enkel paar schitterende oogen liever is, dan dat van een dozijn grandscordons van het Legioen van Eer. De Australische mail brengt uit Melbourjie be richt van een avontuur tusschen twee groote haaien en eenige dames en kinderen, die in 't damesbad aan het baden waren. liet waren mrs. Percy Macmeikan, mrs. Ffrench en hunne twee doch tertjes. Mrs. Ferry Macmeikan was de eerste, die zich in het water waagde, zij nam haar dochtertje Roy en het dochtertje van mrs. Ffrench mee. De badenden liepen tot aan het touw, dat over de open vlakte gespannen is. Daar doken en zwom men zij en de kinderen dartelden vroolijk rond. Mrs. Macmeikan zag de meisjes veilig aan het touw schommelen in drie voet water, en ging toen zelf in het diepere gedeelte. Nu bemerkte het zoontje van mrs. Ffrench, die nog niet aan 't baden was, een groote haai, die snel het trorpje naderde, hij riep dit terstond tot mrs. Macmeikan; zy' keek rond en met schrik zag zij een haa;, op een voet afstands van haar, opduiken. Zij gaf een gil en viel bijna flauw. De haai kwam op de kinderen af, hij was tus schen het touw en het strand. Mrs. Macmeitan had spoedig haar tegenwoordigheid van geest terug, en schoot de kinderen te hulp. Zij greep spoedig Roy en bracht het kind in ongeveer een voet water in veiligheid. Toen keerde zij zich om, om het kind van mrs. Ffrench in zekerheid te bren gen. Zij kwam juist bijtyds om ook dit te redden; terwijl zij de kleine greep en er mee naar het strand wilde zwemmen, schoot de haai, van een tweeden nog grooteren vergezeld, vooruit in het water. De onverschrokken dame slaagde er in, de monsters schrik aan te jagen, en ze even te doen wijken; nu bracht zij de kinderen buiten alle gevaar. De strijd tusschen leven en dood was zeer spannend, twee dames op het strand vielen flauw. De haaien waren mooie exemplaren, de grootste was ongeveer 12 voet lang en de andere ongeveer 6 voet. Het paar had zich tot het bad toegang verschaft door eenige gebroken palen in de om heining. Eenige mannen slaagden nu er in, den kleinsten haai te dooden. De groote ontsnapte naar de open zee, ofschoon de mannen hem zes maal met een bootshaak staken. De haai schoot door het gat en verbrijzelde byna den haak, ter wijl door den ruk een der harpoeniers in het water geslingerd werd. Harry Furniss, de bekende teekenaar van Punch, antwoordde deze week op eene uitncodiging om afdeelings-president van eene kiesvereeniging te worden, het volgende: Ik ontving uw vleiende uitnoodiging. Het is de eerste maal, dat mijn naam ooit met partij politiek in verband gebracht is, en ik ben zelf nieuwsgierig te weten of ik radicaal, tory, liberaal, of liberaal-unionist ben. Eiken morgen lees ik de Times, eiken avond de Star en de Pall Mail Gasetie. Ik lees de sportbladen om de politiek en de politieke bladen om hun berichten omtrent kunst en litteratuur. Ik werk zelf zestien uur daags, en zou er niets tegen hebben my'n beroepsgenooten een normalen arbeidsdag van drie uren op te leggen. Ik ben sterk tegen Home Rule, want «het verdwijnen van de lersche leden zou mij in mijn vak een ernstig verlies zijn. Ik vind dat men de leden van het Parlement moet be zoldigen, maar dat men hen moest beboeten voor verzuim en voor het voorrecht te lang, te dikwijls of niet dikwijls genoeg te spreken. Die boeten zouden zeker wel drie maal het bedrag der be zoldiging bedragen. Ik ben geen voorstander van de doodstraf, en zou gaarne alle rechters en jury's afschaffen; de pers kon de rechtspraak onder elkaar wel uitvechten. Ik geloof aan vrij onder wijs, vrije bibliotheken, en vrij ontbijt, en zou. ook voorstellen dat vrij boekenkiosken en vrij restaurants verplicht zouden zijn op alle spoor lijnen. Ik ben sterk tegen vivisectie en acht het leven van een konijn evenveel waard als dat van een professor; maar toch zou ik geene wet steunen die het strafbaar stelde een kreeft levend te ko ken. Ik geloof aan hypnotisme, gedachtenlezen en theosophie (ik heb zelf een bee'je in geestenbezweren geliefhebberd). Voor het recht van openbare meetings? Stellig; wij moeten in een vrij land leven, ieder moet doen wat, hij verkiest. Football in Ilyde-Park en kermis op TrafalgarSquare. Gelijke vrijheid voor alle optochten. Als Booth het verkeer mag stremmen, waarom dan Sanger's menagerie niet? Wat betreft local option", laat alle kroegen maar sluiten, ik kom er nooit; en alle clubs, als men de mijne maar vrijlaat. Indien u, deze geloofsbelijdenis nagaand, mij nog voor den rechten man op de rechte plaats houdt, wil ik gaarne uw president worden. Correspondentie. Voor Beets ontvangen: v. d. V. f60.?; postwissel ?2.50: NN. ?10. ; postzegels ?0.50; postwissel B. ?2.50. Reclames 40 cents per regel Magazijn Keizershof", Nieuwend ijk. Gravenstraat. Grootstn scrteeiirg JAPON^ TOEEEN. Dagelijksche ontvangst der laatste Xoiiveaiités, S C II A D E- & OLDENKOTT. Dr. JAEGEK's Orig. Jform. Wolartikelen, K. F. QEUSGHLE-BENGER, Kaherstraat 157, Amsterdam. Eenige specialiteit in Heze artikelen in Nederland H Corsets Frangais, Leidschestraat 1C.J, Amsterdam. Grootste sorteering CORSETTEX . in alle mogelijke genres voor Dames j/ ?. A en Kinderei:. Speciale Soorten voor j /'/,.?[, J\ corpulente Dames tot 100 cM. taille- 4A^T wijdte. Bi ^ l Koninklijke Stoom- Verwerij, Chemitche van Utreclitscliestra&t 43 en Earienstiaal 32, AMSTERDAM. DEN HAAG, Passage 11.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl