Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 771
vindt men zoowel van twee manchons, (dus
mouwen) als van een manchon, een mof gesproken.
De dames (en heeren) waren toen zoo verstandig
het bont naar binnen en de stof, fluweel of zijde,
naar buiten te dragen.
]Jet verder verloop der mode ziet men, behalve
uit de platen, vooral uit de wetten tegen de
weelde. In 1567 werd aan de burgervrouwen ver
boden, zijde, maskers of gekeurde moffen te dra
gen; zij die niet rijk genoeg waren om de hooge
boete te betalen, droegen dus laken en camelot en
een zwarten mof. De naam was toen ook
contenance of bonne c/rdce. Men ziet ze op de platen
onder Hendrik II. maar niet meer onder Hendrik
IV; eerst onder Lodewijk XIII op het laatst,
komen moffen en maskers weer terug, de moffen
ook voor heeren. De vorm is dan soms zeer lang
en smal. van stof, met heel dikke randen bont,
ook wel uitgeschulpt of gepunt aan de randen ;
ook wel van twee kleuren bont, de een binnen,
de ander van buiten; de dames van het hof droe
gen sabelbont en marter; de bourgeoises
hondenof kattenvel. Men bewaarde de kostbare moffen in
fraaie kistjes van zeldzame houtsoorten.
Onder Lodewijk XIV werd de mof eerst
werkel\jk mode. Men maakte ze van sabelbont, petit
gris, otter,- beren-, tijgervel; van groene, blauwe
of roode veeren. De heeren droegen zelfs bij het
leger kostbare moffen; de dames hadden soms een
hondje of katje in haar mof, en borgen er ook
een heel arsenaal van kleine toilet-artikelen in.
Nu gaat men ze op de portretten ook met linten
versierd zien, aan kostbare snoeren hangend, aan
charpes gedragen, met kettinkjes aan het cein
tuur gehecht. Ook op de heerer.portretten ziet
men ze; voor officieren was het de gewoonte, een
streep tijger- of pantervel in het midden te hebben.
In 1741 vindt men moffen van chenille, veeren,
peluche, enz. vermeld. De prinsessen hadden toen
moffen van de borstveeren der grèbes", een water
vogel uit de Alpen; (deze grebbe-veeren zijn ook
tusschen 1860 en 1880 weer mode geweest) zij
waren zilverwit en blinkend; voor f n mof
waren vijf vogels noodig. Op het eind der acht
tiende eeuw droeg arm en rijk, zelfs in een heel
gering werkmanshuishouden de vrouw en de kin
deren, moffen. De uitvoer van moffen uit Frank
rijk vormde een belangrijken tak van industrie.
Op dien tijd begonnen de heeren zich te verge
noegen met een klein zwart of grijs satijnen mpfje,
met dons gevoerd; toch was dat niet het einde
van de mode, want in den strengen winter van
1788 vindt men juist weer reusachtige metten,
die kin, borst en maag bedekten; en voor de
dames bepaalde zelfs de vorm van deze moffen
de coupe van het costuum, want omdat de mot
zwaar was en hoog gedragen werd, kwamen van
zelf de armen aangesloten, de heupen een weinig
achteruit, en de houding een weinig gebogen,
zooals in 1860 met de tournure weer het geval
was. Ook satijnen moffen, couleur -centre de
puce, suif de cheminée de Londres, entrailles de
petit-maïtre, agitation momentanée, lioue de Paris,
vindt men vermeld.
Vlak vóór de Revolutie vindt men moffen van
zulk lang haar van Angora-geiten en Mongoolsche
geiten, dat ze bijna op den grond sleepten; ook
van wit satijn met strepen van marterbont of
vossenbont er over: of van rose zijde met strepen
van zwanendons of zilvervos. In 1769 is er een
heel mooi bont, Siberische wolf, langharig en
goudkleurig; zulk een mof vindt men op het
portret van Mad. Molédoor Mad. Vigée-Lebrun
in het Louvre. Onder de Revolutie droeg men er
nationale strikken aan; maar weldra werden ze
met andere soorten van weelde-artikelen ver
bannen, als te verwijld ; de incroyables en
morveilleuses droegen liever een boa, en eerst laat
onder het Keizerrijk vindt men den mot weer
vermeld.
*
* *
Benige doctoren schrijven tegenwoordig als kuur
voor zenuwachtige of zwakke vrouwen en man
nen voor, twee of drie dagen volkomen rust
te nemen, in bed te blijven en zich te laten ver
zorgen. Anderen lachen er om en beweren dat
de goede gevolgen die de kuur
ontegenzegeeHjk heeft, alleen het gevolg zijn van de
ve-veI;ng welke de patiënte gedurende die drie dagen
ondergaat, en die haar vatbaarder en dankbaar
der maakt voor de genoegen van het dagelijksch
leven. Al ware dat zoo, dan zou deze tevreden
gemoedstoestand met drie dagen rust dikwijls niet
te duur gekocht zijn. Maar historische voorbeelden
bewijzen, dat werkelijk de maatregel hygiënisch
is, en onder de heldinnen der Londensche seoso»,
de professional beauties1', zijn er verleden jaar
verscheidene geweest die hem in praktijk gebracht
hebben. Om de veertien dagen namen zij twee
dagen absolute rust; 's morgens stonden zij op om
een geurig bad te nemen, gevolgd door een ste
vige behandeling door eene ervaren massense;
dan gingen zij weer in bed, ontbeten daar. ble
ven rusten tot den middag, om een heel eenvou
dig maal, lichte ziektenkost, te nemen, bleven
dan nog een uurtje zitten, dronken slappe thee,
ontvingen niemand en lieten zich in slaap lezen.
De volgende dag werd juist evenzoo doorgebracht
en de patiënte was weer gereed voor de tallooze
bezigheden, vermaken en plichten, die de
rustelooze wereld van haar eischte.
Eigenlijk kwam de oude gewoonte van vol
komen Zondagsrust voor vrouwen en mannen ook
in hygiënische werking allicht op zoo iets neer.
* *
Eene nouveautéte Londen, in verband met de
solo-dansen voor dames, zijn gekleurde dans
schoentjes (bleek groen, rose,hemelsblauw,cardinal.
goudhruin), versierd met vergulde munten en
belletjes, die bij het, dansen kunnen rinkelen.
Iets nieuws te Parijs is de gnnt-miroir, een
handschoen, waarin, onder een lapje peau de
Suède of glacé, een klein spiegeltje verborgen is.
Een tijdlang heeft men dat in den waaier gehad,
maar de mode voor de waaiers h nu: hoe dunner
en doorschijnender gaas, hoe modieuser. zoodat
er geen gelegenheid is voor een spiegeltje.
#
* *
Een der fraaiste kamerplanten is de araucaria,
een conifeer, die in haar eigen land, Australië, 50
a 60 meter wordt, maar hier, dank zij een soort
van d ergcultuur, door onze bloemisten van de
Chineezen afgezien, in bescheidener verhoudingen
blijft. De araucaria met haar takken, als mei pluche
bedekt, is niet veeleischend; zij is tevreden met
eene gewone kamer, mits zonder vorst en zonder
al te schroeiende hitte. De plant heeft licht noodig,
maar geen zon, ook is het noodig haar van tijd
tot tijd om te keeren, opdat haar takken niet naar
het licht groeien en dus ongelijk worden. Een
bezwaar is. dat het moeielijk is haar af te spon
zen, terwijl toch natuurlijk stof haar evenzeer
kwaad doet a's een andere plant; het beste is
dus, haar zoo dikwijls het regent wat buiten te
te zetten en haar anders maar flink met den
vaporisateur (do doelmatigste kamergieter) te
behar,delen en te laten afdruipen.
Porseleinen potten zijn voor de araucaria even
als voor andere planten gevaarlijk; het beste is
een gewoi o aarden pot op een paar scherven of
steentjes gezet, in de porseleinen jardinière; dit
kan te gemakkelijker, omdat de araucaria eer
bang is voor te veel aarde dan voor weinig; zij
heeft aan een zeer kiemen pot genoeg.
* * *
Wie met de aanstaande wereldtentoonstelling
zijne reis verder dan Chicago wil uitstrekken, zal
door bv. eene expeditie naar den staat Florida te
ondernemen, een voor Europeanen nog zoo goed
als nieuw land kunnen bezoeken. Het is het land
der heerlijke vruchten bij uitnemendheid, en,
een bewijs dat men terecht het geregeld eten van
vruchten een voorbehoedmiddel tegen zucht tot
spiritualiën noemt, in Florida wordt zoo goed
als geen wijn of brandewijn gedronken. Men eet
in de hotels, bv. te Palatka, driemaal daags copieus,
maar als drank kornen enkel water, koifie en thee
op tafel.
Het menu is ongeveer het volgende: Een
chinaasappel of' een glas water; oestersoep, forellen,
biefstuk, gebraden varkensvleesch met boonen of
gekookt varkensvleesch met kool: macaroni; ge
farceerde kalkoen met bessenvla, wilde eenden met
tomaten; homiwy, gesloofde aardappelen, zoete
pat aten of andere groenten. Voor .dessert: taart,
pudding, peren, bananen en andere vruchten.
De nationale schotel is de hominy", een soort
van witte brij, van koren of maïs gemaakt, en die
zoowel in hotels als bij families bij iederen maaltijd
behoort; om er smaak aan te geven, gaat er stroop \
van versch suikerriet overheen. De pot met suiker
stroop staat altoos op tafel; de echte Floriders
gebruiken die bij alles, bij vleesch en groenten;
zij eten ook bij visch, bij tomaten, bij vleesch en alle
andere spijzen een soort van kleine wafeltjes die
zij met deze stroop besmeren.
Voor het bereiden van tomaten, pataten en
oes'ers heeft de Floiïdasche keukennegerin wel
honderd recepten; de oesters worden versch, ge
stoofd, gemarineerd, gebakken, gebraden, in soep,
in saus, in pastei enz. gegeten. Ook vogels, kal
koenen, kippen, zijn er veel, maar het ossenvleesch
is er taai en oneetbaar.
lïier komt in Florida bijna alleen in de stad
Jacksonville voor; op alle tijden van den dag drinkt
men koifie, thee, melk, ijswater, of wie dorst hutft.
zuigt maar liefst een stuk suikerriet of' een
chinaasappel.
E?e.
Allerlei.
Sedert de optocht van den Mardi-Gras
atgeschaft is, geldt als voornaamste feest van carna
val en na-carnaval te Parijs de optocht van den
Mi-carême. Hij is dit jaar door uitgezocht weer
begunstigd geworden, en op den boulevard ver
drongen zich honderdduizend kijkers, monsieur
Prudhomme in alle formaat en figuur.
Meest menschen die vroolijk willen zijn,"
schrijft de correspondent van den Frankfurter,
omdat zij vrijaf hebber, en nu leven maken en
valsche neuzen opzetten om zich wijs te maken
dat zij vroolijk zijn. Daartusschen allerlei meis
jes met en zonder hoed; er zijn er eenige onder
die avonturen zoeken, anderen die er bang voor
zijn, maar toch wel wenschten dat ze uit den een
of anderen hoek opdoken. Mooie zijn er niet vele
bij, maar alle lachend en vriendelijk, eigenlijk
meer op haltlicht. dan op de volle zon berekend.
En dan de confetti! De jonge mannen hebben
hun zakken vol met witte en bonte papier
snippers, en komen zij een meisje tegen, dan
worden spoedig gezicht, hals eu haar volgegooid.
Weldra is de boulevard met die witte warme
droge sneeuw bedekt, heel zindelijk, en hier en
daar met gekleurde wolkjes er in. Zij dringt
de winkels binnen en hecht zich aan schoen en jas.
Alleen, de reclame heeft er zich al meester van
gemaakt. Op eenige snippersleest men in miniatuur
schrift, waar men de lichtste hoeden koopen kan."
Nog altoos naar oud-Parijsch gebruik behoort
de mi-caièina aan de wasch vrouwen. De oplucht
duurt anderhalf uur; alle wagens zijn volgens het
gewone optochten-decoratie! gedrapeerd en ver
sierd; er is veel muziek bij en op de wagens zijn
veel ridders, krijgslieden, herders en edelvrouwen.
Vooral edelvrouwen; de koningin, de reine
des reines'' (want ieder Itintir kiest zijn koningin
en deze samen kiezen er weer een) heet dit jaar
Henriette Delabarre, is zestien jaar oud,
waschmeisje te Kelleville. donker van oogen, heel mooi
en heel deugdzaam; zij troont ouder een vergul
den baldakijn, niet een cartonncn kroon in het
bruine haar en een purperen mantel om de schou
ders. Als zij voorbij hot Ely.-ée komt, waar de
heer Carnot op het balcon ;>ta:it, stapt zij van den
wagen en hij geelt haar een km. Du .\[nr>n:t!/ni*c
werd gespeeld en daarna de Ih/tnnc A'USM'. die
thans overal bij behoort.
De TeiniM heeft de reine des reines" laten
interviewen.
Tien uur 's morgens, 4 rue des trois
Cuuronnes, te Belleville.
Mlle Henriette Delabarre alsjeblieft.
Tweede verdieping, de deur links, zij is zich
aan 't kluedcn.
Ik ga naar boven. ()p de trap kom ik een markies
Louis XV tegen in zwart fluweelen frac, mei witte
linten, den tricorne onder den arm en den degen
op zijde; een allerliefst ventje van twaalf jaar.
met witte poederpruik, waaronder zijn bruine
oogen, een beetje verlegen als van een klein
meisje, donkerder lijken.
Op de tweede verdieping komt de vader, in
hemdsmouwen en bretels, mij opendoen. Hij is
kregel, hij heeft moeite om zijn witte dai vast
l n gezonde n.
te krijgen, en zonder den steun van de koningin
moeder, die in de naaste kamer voor den spiegel
zit en get'riseerd wordt, zou de pers buitenge
sloten worden.
Ik kom dus binnen en bekijk, terwijl madame
Delabarre, onbewegelijk onder de handen van den
kapper, die haar een tak kunstbloemen, hyacin
ten, in het haar steekt, mij een vriendelijk wel
kom toewuift, op mijn gemak de reine des reines.
Zij is in rose corsetlijfje en witten gesteven rok.
Om haar mooi kopje is een krans van goudblonde
stralen; de kapper heeft er nog niet de
friseerspelden uitgehaald. Met haar jongere zusje, Anaïs,
of zooals haar moeder zegt, Naïse, in rose tricot
en gesteven rokje evenals zij, staat zij met het
gezicht tegen de ruiten geplakt, Wat een
menschen! c'est patant, .mes enfants! Mannen,
vrouwen, jongens, ze dringen en tuimelen over
elkaar. Eindelijk een agent.... Wat laat hij ze
opwandelen. Oh, mazette!
Naïse, Henriette, roept de moeder, je moet
eerst je soep eter.
Xaise en Henriette komen naar hunr.e borden.
Ah fli'ite! roept de reine des reines, de
soep is niet gaar!
Hoe kau je, 't zoggen! roept de portierstcr,
die do soep heeft bovengebracht, il a bouillu
plus d'uno heuro.
Maar de reine des reines lust de soep niet.
VA geniet liever aan het raam haar succes. Ik
profiteer ervan om haar te ondervragen.
Waarom noemen ze u la reine des reines?
We!, mijnheer, omdat de koningin van de
waschvrouwen gekozen wordt door de koningin
nen van al de waschhuizen van Parijs.
Ze hebben een goede keus gedaan,
mademoiselle. Gefeliciteerd. Hoe oud bent u?
Ze is bijna zestien, verklaart met majesteit
de koningin-moeder. En wat een knap meisje
voor haar leeftijd, niet waar?
We), madame, wat bent u geagiteerd. Hoe
zult u wei zijn op haar trouwdag V
Dat zal me lang niet zoo aandoen, mijnheer,
dat verzeker ik u. Kijk u haar japon even, mijn
heer, daar op het bed, en die allerliefste kroon,
alles van valsche diamanten en verguld brons!
Ik bewonder. Maar mijnheer Delabarre vindt dat
ik er al wat lang ben, en ik stap op, na nog een
enkelen blik in h',-.t kamertje met zijn twee
tagères vol porceleinen prulLtjes, hondjes van
gesponnen glas, doosjes van schelpen, de portretten
van Xaïse en Henriette in haar communie-pakjes
naast don spiegel, en daarboven twee gekleurde
platen, met Russische moujiks van de bcrenjacht
terugkomend, in besneeuwde pelzen onder een
bessenrooden hemel.
In de straat wordt het steeds drukker; mijn
liacre schokt weg onder een ovatie : vive la reine'."
Heden heeft de bekende Firma Peek en
Cloppenburg op den Xieuwcndijk alhier, haar geheel
verbouwd en vergroot magazijn van Heeren-.
Jongeheeren- en Kinderkleeding heropend.
Door den aankoop van n huis op den
Xieuwendijk en vier huizen in de Nieuwstraat heeft
het magazijn thans ecu oppervlakte van luim
000 vierkante meter. De aangekochte buizen die
5 .Januari nog stonden, werden door do aanne
mers Gebr. Xienaber, onder leiding van den ar
chitect Welsing. afgebroken en verbouwd, zoodat
in nog geen drie maanden tijd de geheelc om
vangrijke verandering is geschied.
Inderdaad wel een bewijs wat goede leiding en
bewame handen vermogen. Behalve de maga
zijnen voor Hoeren-Confectie en afzonderlijk ma
gazijn voor Kinderkleedereii.gelijkstraats, bevinden
zich boven in het gebouw een ruime paskamcr
voor kleederen naar maat, elegant en met comfort
ingericht, verschillende magazijnen en ateliers
voor coupeurs. kleedermakers enz.
De firma Peek & Cloppenburg is de eenigste
in Nederland, die uitsluitend zelf
(jecoti/ectionetrdc ldt<edere,n levert. Voor baar wir.kcis to !
Amsterdam, Rotterdam, den Haag, Leiden, rirecht, j
Groningen en Haarlem zijn voortdurend 40
coupeurs aan 't werk, terwijl zij in het geheel ca. OO
werklieden in haar dienst heeft.
Te Avesnes werd dezer dagen, terwijl de com
missaris van politie in de komedie was, zijn bureau
op het stadhuis opengebroken en geplunderd. Alle
laden werden geledigd, de papieren verscheurd
of meegenomen, het beet j 3 geld dat er in was,
gestolen. Het nasporen was geheel gegaan op do
wijs zooals de politie zelve dat gewoon is. :
Op het oogenbiik der inbraak lag op de schrijf
tafel van den commissaris eene dépêche uit Denain.
waarin een dergelijk vergrijp werd mudegede"M.
De dieven lieten haar liggen, met de woorden
eronder: Wat zeg je ervan?" Ondertceke:ul :
Dezelfden." i
het recht werd ontzegd over de zaak mee te pra
ten, omdat ik was... en dan volgden er eenige
mirder vleiende epitheta, zooals dat gebruikelijk
is als de heeren meenen, dat een der twaalf ge
loofsartikelen van het nieuwe Kunst-Evangelium
wordt aangetast.
Nu brengt uw blad van 27 Maart de
mededeeling :
Sprekende over het kleuren lioorcn, d. i. de
eigenschap, die veel menschen hebben of althans
meenen te hebben, om bij hot hooren van een
geluid den indruk van kleuren-zien te krijgen,
zegt dr. E. Monin, in zijn Misères nerveuses",
dat het waarschijnlijk is, dat de geluid-waarne
ming en die der kleuren plaats hebben op twee
dicht bij elkarder gelegen plaatsen in de hersenen.,
zoodat de zenuwvezelen van buiten in de gele
genheid zijn zich met elkaar te vermengen en
ineen te groeien. Deze hypothese vindt steun in
het feit, dat dergelijke vermenging van zenuw
draden in het lichaam meermalen voorkomen.
zoowel physiologisch als pathologisch."
Den lezer het oordeel.
U dank zeggende voor de plaatsing.
Uw Div. Dienaar,
WILLEJI OTTO.
Amst., 29/3 92.
Aan de liednulie i'nn de .,Amslcïdumm:.r" \
Mijne Heeren! '.
Ik wenschte do aandacht uwer lezers en ook
de uwe te vestigen op het volgende:
In uw blad Xos. 7(>2 en 703 van Januari ji.
schrei f ik een opste! entier den titel: l\Jrmi.\'n
en Kleuren", met de !njvo;'-ging: Proeven van
verklaring.
Mijn proeve om het zien van klnnkfn te ver
klaren, kwam neer op de volgende hypothese, die.
ik herhaal, alleen ais proeve gold en dus geen
aanspraak maakte op wetenschappelijke waarde.
Aangenomen de juistheid van de bekende ver- j
gelijkir.g van het zenuwstelsel met een
telegraafr.ot. waarin het ccntraalbiircau de hersenen ver
tegenwoordigt, dau zou het zien van een geluid
verklaard kunnen worden door het aannemen van |
contacten, zooals die ook bij telegraafdraden plaats ,
vinden, waardoor een telegram van den eenen j
draad op den anderen overloopt. Een telegram
van het oor, een geluid dus, zou als \an het oog
komend, dus als ccn kieur-j'inpressio bet hoofd- |
kantoor, de hersenen, bereiken. Men zou dus een
j/tlii'Ul zie».''
De daarop volgende week bracht uw blad een j
ingezonden stuk van den heer Eldar, getiteld : j
Nog eens Kleuren en Klanken'' met de bijvoe
ging: (Geen proeve van verklaring), waarin niij
Amsterdam, 21 Maart 1892.
Den Heer D. G. JEI.GERSIIA.
In de laatste uwer beschouwingen, onder het
opschrift Socialisme'1, in het Wee/Mud van den
20sten Maart, trekt u een parallel tusschen de
romeinsche latifundia met wat daaruit ontstond
en de tegenwoordige nijverheidsinrichtingen met
hun streven naar centralisatie. U komt daarbij
tot de slotsom, dat trusts, bonds, naamlooze ven
nootschappen en dergelijken, nog lang voor zij
hunne grootst mogelijke volmaaktheid bereiken
kunnen, zullen uiteenvallen en versnipperen, om
dat het gevoel van verantwoordelijkheid bij de
werklieden {ik bedoel hiermede natuurlijk alle
geëmployecrden) naar gelang van de uitbreiding
der inrichting of onderneming vermindert.
Dat die vermindering reeds nu te constateeren
is, ik zal de laatste zijn om het te ontkennen.
Echter zeer te betreuren zou het zijn, naar
mijne meening, wanneer daarvoor geen genees
middel te vinden ware en ik mag veronderstellen,
dat u mij dit zult toestcmmep, daar ik uit uwe
vroegere beschouwing niet heb gezien, dat cen
tralisatie der productie op zichzelf, door u nadeelig
wordt geacht.
Naar ik meen is het geneesmiddel of liever het
voorbehoedmiddel tegen vermindering van het ge
voel van verantwoordelijkheid reeds sinds lang
gevonden eu toegepast. Reeds voor jaren hebben
bestuurderen van groote inricht ir gen. ook hier
ter stede, die eigenbelang met dat van hunne
ondergeschikten wisten to vercenigen, eene wijze
van loonbctaling ingevoerd, die vercorzcakt. dat
het in 't belang van den werkman is, de onder.
neming niet te benadeelen.
Door den werkman een aandeel in de winst
toe te kennen, heeft men hem een gestadigen
prikkel om het belang van de zaak, waarin hij
werkzaam is, voor te staan. De uitkomsten van
de praktijk hebben dit herhaaldelijk bevestigd.
Ook in de door u besproken Fabian Essays of
Socialism" wordt een sprekend voorbeeld daar
van aangehaald en het zou daarom ten zeerste
moeten verwonderen, dat uw betoog geen mol
ding maakt van deze uitvloeing van het recht
vaardigheidsgevoel der werkgevers van de 19e
eeuw, indien daarmede aan do kracht van ge
noemd betoog niet op zijn minst genomen, groote
afbreuk werd gedaan.
Hoogachtend
G. L. N.
Toen ik mijn parallel trok tusschen de Romein
sche latifur.dia en de gecentraliseerde industrie
van tegenwoordig, bob ik ook bedacht, da,t het
participatiestelsel n der vele cxceptiën was.
diemen tegen de juistheid der gemaakte vorgelijkii.g
kan opwerpen. Ik stelde het in mijn gedachten
als palliatief iets boven de dror Romeinsche
grondbezitters aangewende pogingen, om te be
werken, dat de onmiddellijke chefs hunner slaven
(de voorlieden der werkploegen zou men ze kun
non noemen) belang hadden bij de opbrengst van
den arbeid. Dit uitvoerig te motiveeren zou te
veel plaats vorderen. Misschien doe ik het later,
Toeh wil ik bier den beer (i. L N., naar aan
leiding der door hem gemaakte opmerkingen, een
paar vragen doen.
Gelooft hij wi-rkelijk, dat er eenige kans bestaat
het participaüestclsel zoo algemeen te maken
dat men er, nadenkende over de toekomst der
tegenwoordige industrie, ernstig rekening mede
zal moeten bonden? En verder: Zijn er niet even
veel voorbeelden te noemen van mislukte als ',an
geslaagde participatie? Heeft de beer N. wel er-:. s
over de oorzaken daarvan nagedacht? Men z.-i;
er een groot nantal kunnen noemen en daaronder
enkele van i-...;ev algemeenrn aard. in deze rich
ting moet men, naar ik meen. ii,i redenen zoeken.
v. aarom de gr<-en!ralise< rde industrie, ui* ze
oentr.aa,] dreigt uiteen te vallen, niet gered kan wor
den door hel participatie-stelsel. Ik geef echter
t'Siii'ue toe, dat het geenszins zeker is, dot die
industrie iiïde toekomst -'?</ uitecnva-llcn. Slechts
op de iiw</t'lijkli<'id daarvan, op het onvoldoende
dus van bet betoog der socialisten heb ik willen
wijzen.
D. (';. ,]I-:U;I-:HSMA.
Reclames
40 c e r. t s p ft r r c g e. 'i
Magazijn Keizershof",
Grootste sorteer ing
J A P O N S' T- O E B R N.
Dagelijksdic ontvangst der laatste Xouveau1ös«
SCHADE & OLDEXKOTT.
H< KJSiMJUJIflJPOT vn-i.
Dr. JAEiiEK's Orig. Xorin, Wolarlikelen,
K. F. EUSCHLE-BENGE.R,
Kalvcrstraat 157, Amsterdam.
Eenige specialiteit in deze artikelen in Nederland