De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1892 29 mei pagina 3

29 mei 1892 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 779 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. merking; het spreekt tot ons steeds en steeds meer in breede en algemeene trekken, als ver klarend en vermooiend beeld, als symbool. Het lotos-sprookje, het oplegselfje kunstmatige,' gewilde symboliek, dun als het mahoniehout op meubelen, is bij deze onbewuste symbolische kracht vergeleken benepen peuterig kinderwerk. De personen hebben weinig of geen realiteit; om den totaalindruk is het te doen. Als bladzijde liistoire amoureuse, steeds oud, steeds nieuw, heeft Lotos waarde. Men herinnert zich het fraaie woord van madame de Staël: L'amour est l'histoire de la vie' des femmes; c'est un episode dans celle des hommes. Het is de beste lof en tegelijk de beste kritiek op Lotos. Dat een vrouw het drama schreef, zouden wij, als wij het niet wisten, geraden hebben. Lotos is het treurspel van de waarachtige, onbaatzuchtige, opofferende liefde, doch van de liefde, zooals de vrouw die voelt en denkt, zooals alleen de vrouw die waar acht en waar maakt. Leonard's kwezelachtïge weilelliefde boezemt ons matig belang in; in haar gemaniereerde kracht en coquette spitsvondigheid zal zij velen overdreven, onwaar, onmannelijk toeschijnen. Leonard is een mijnheer Cecile, een tweede afdruk van hetzelfde type, minder scherp en minder vol, minder juist en overtuigend ook, omdat de liefde in het leven van man en vrouw niet dezelfde rol speelt, niet de zelfde tint en kleur heeft. De grondstemming van het drama is hierdoor zonder twijfel een beetje eentonig en eenzijdig, tegelijk voller, breeder, krachtiger ge worden. Cecile is de hoofdpersoon ; op haar valt alle licht, moest alle licht vallen. Het schaduwachtige van Leonard's beeld komt het hare ten goede : het dofte en bleeke ervan doet den glans en den gloed van het hare des te feller uitschitteren. In haar, de vrouw, voor wie de liefde de geschie denis van haar le^en is, die bemint, met geheel haar hart, geheel haar ziel en zinnen, kon de liefde zich het best verdichten en verzinlijken. Als drama in den engsten zin van het woord heeft Lotos de verdienste, ongekunsteld en ongeknutseld te schijnen, zonder kiinsteloos te zijn. Alleen het slot van Lotos heeft mij niet over tuigd; het schijnt mij kunstmatig, niet.noodza kelijk, tooneekifect. Wordt Cecile's offer door de slotcatastrophe grootscher, tragischer, aan grijpender ? Haar verwoest geluk, haar schrij nende smart treffen mij .dieper dan haar opera achtig Ophelia-einde. De taal van Lotos heeft men mooi genoemd; haar kracht en waarde schijnen mij, dat zij zoo weinig mogelijk den indruk geeft mooi te zijn, dat zij eenvoudig, vloeiend, natuurlijk is, zonder alledaagscb, duf en kleurloos te zijn. Men spreekt sinds eenigen tijd van een nieuw, modern Nederlandsen tooneel en bedoelt daarmee Eerloos", Het Goudvischje", Droomleven" en Lotos". Wat is het nieuwe van deze fooneelwerkenV Voor mij dit. dat het werkelijk tooneolwerken zijn. Of zij geheel nieuw zijn, wat zij aan liet buitenland to danken hebben, of zij eenigo abso lute waarde hebber, zal men over eenige jaren beter kunnen uitmaken dan thans. Hun drama tische verdiensten springen ook r.u reeds in het oog. Aan onvertoonbare tooneelwerkcn hebben wij in ons lieve vaderland nooit gebrek gehad. Vertoonbare zijn hier steeds witte raven geweest. Tooneelschrijvers, die de geheimen van hun kunst verstaan, die hun personen weten te laten spreken als ge wone menschen en niet als redeneermachines of houten Klazen, zijn voor ons manna in de woestijn. Zouden wij werkelijk weder eens op een ilauwe opflikkering onzer tooneelleUerkunde mogen hopen'.' De dames Ifanna en Snijder gaven in hun eer stelingen beloften. Na Eerloos", kwam ,.llet goudvischje '. De heer Nouhuys is tooneelschrijve.r; dat is voorloopig de hoofdzaak. Het eerste bedrijf van .,Het goudvischje'' is een meesterstuk van tooneelschrijfkust; het derde van Eerloos" trof mij deze week opnieuw door de meesterlijke trouvaille in den opzet. De droge, dorre dribbel toontjes van de versleten piano, die met onver stoorbare regelmatigheid, eentonigheid en gelijk vormigheid de aangrijpende handeling begeleiden, geven het geheel ontzettende, booze, sataiiieke kracht van kleur. Over de vertolking van Lotos kan ik kort zijn. Het bevat .'ïrollen van beteekenis. Twee ervan werden uitstekend, een roer goed vertolkt. Den heer Jan C. de Vos ('Johau van Reyde) noem ik het eerst. In het uitbeelden van eenvoudige, kalme. gemoedelijke naturen zullen weinigen hem over treffen. Zijn spel is solier en natuurlijk in de hoogüte mate; alle effectbejag schijnt in den ban gedaan. Tegen een gebrek van de deugd, tegen eentonigheid in de voordracht, diene de heer de Vos te strijden. Niet minder warm moet mijn loi'voor liet spel van den heer lloyaards (Leonard) zijn. De figuur schijnt voor hem en hij voor de figuur geschapen. De illusie is volkomen. Toch heb ik een bezwaar. Spelen n de lieer de Vos n de heer RooyaarJs niet een weinig te veel zichzelf"? Voor den toeschouwer is het voorloopig gewin. Voor hen zelf kon het later wel eens het tegendeel blijken. Draagt men hun niet wat te veel rollen van dezelfde kleur en stemming op''. Een'groot acteur moet voor mij een veelzijdig acteur zijn. Jiirersilf. c'e.at mn r'iv/«;, zeg ik met Lafontaine. Mevrouw Mulder (Cecile'* muntte uit door kieschhcid en soberheid; ik zou haar ver tolking warmer en sappiger, glanziger en mol liger gewenscht hebben. Stem en gebaren waren mij vaak te scherp en hoekig. In den Artis-Schouwburg heeft men Jl'irt en Imnd, Lefocii's bevallige operette, in vroeger .jaren hier vertoond, weder voor liet voetlicht gebracht. Tekst en muziek vereenigen zich tot een aller liefste, doiiïig cCMiiette jimnYiormu/e. liet komisch element ontbreekt evenmin; .ie meesterlijke creaties van mevrouw van Westerhoven ( Donna Scholastica. de preutsche carnerera) en de. heeren kreeft (de koning) en Kiehl (de kolonel) brengen bet zelfs geheel op den voorgrond, in Rarl en Intin! debu teerden de hoeren Dons en Stevens; beiden heb ben goede stemmen en reeds vrij vrat tooneelervaring. Ditzelfde geldt van juffrouw Terhoeven (Michaëia). En zij en de heer Dons dienen zich nog beter te overtuigen van den stijl van het werkje: hun spel moet lichter, luchtiger, prccieu, ser en geparfümeerder worden, meer in overeen stemming met het snoezige poederen moesjes-gcI schiedenisje. De koren hielden zich flink; de de coraties, vooral die van het laatste bedrijf, waren zeer fraai. H. J. M. MUZIEK IN DE HOOFDSTAD. Nog iets over de waarde van Tristun und holde te wiilen schrijven of eene beschouwing over Wagner's principe, in dit werk neergelegd, te willen geven, zou gelijkstaan met: carryitig cooïs to Neiecastle. Men sla de geschriften van Wagner op, men leze wat de voornaamste Wagner-bïographen over dit muziekdrama schrijven en men zal een beter en vollediger beeld vinden, dan ik in deze beperkte ruimte in staat ben te geven. Ook over het onderwerp: Liefdedrank", dat vroeger in deze rubriek zoo uitvoerig is besproken, of wel de quaestie, hoeveel dat werk mij wel waard is, acht ik het onnoüdig mij uit te laten. De lezer weet, hoop ik. nu reeds welke mijne meeuing over de verschillende kunstrichtingen is, en voor heri, die het nog niet weten, voeg ik er bij, dat ik Tristan und holde als een der heerlijkste dramatische kunstwerken beschouw en dat Wagner mij bijna nergens grootcr. machtiger en verheve ner toeschijnt, dan juist in die nog altijd: vielgescholtene" ristan und Inolde". Het zij mij dus vergund, mij in hoofdzaak te bepalen tot de bespreking van de uitvoering van de Ie en ,'ie acte van dit muziekdrama, door de Wagncrvereeniging alhier, onder leiding van mr. H. Viotta. Er was voor de solopartijen (die, wat het vocale betreft, het geheele werk beheersehen) eene voor treffelijke keuze gedaan. Men had in hoofdzaak den blik naar Uayreuth gewend; men had dus moeielijk beter kunnen doen; terwijl men zelfs, wat men te Uayreuth niet had moeten doen, nl. den tenor Alvary de rol va». Trit-tan laten zin gen, hier had nagelaten en daarvoor den tenor Gudehus had gekozen. Behalve dezen zanger werk ten als solisten mede: de dames Kosa Sucher (Isolde), Gisela Staudigl (lirangüne) en de heeren Plank (Kuvwcnal), Staudigl (Marke; en Liebeskind (Seeaiann en Hirte). Het is niet gemakkelijk met enkele woorden den indruk weer te geven, die deze uitvoering op mij gemaakt heeft, want die indruk was op vele plaatsen zoo machtig, dat ik er zoo gaarne lang bij zou willen vertoeven. Erau Sucher is eene ideale Isolde. Jtecds bij haar eerste vraag: \Ver w/t//!- nnch. su Itöhneii'? komt men onder den invloed van hare artistieke persoonlijkheid. Men k;in niet zeggen waarin zij meer uitkomt, in de weeke oi' in de meest harts tochtelijke momenten. fielden waren zoo schoon en zoo waar van uitdrukking, dat men slechts bewonderen kan. Men vraagt dan ook niet: Hoeft hare stem reeds geienen'.' is do stom van l'Vau Staudigl als stem eigenlijk uier mooier? Neen. men vraagt alleen: Kun mei' /i» ii schoener vtrtolking denken'.' is schoener declamatie ondieper gevoelde opvatting denkbaar? Hierop antwoord ik voor mij: Neen! al zal menigeen mij misschien de bekende variant van Seuiller's woorden toeroepen: Jtfii». rff>'i;'">llr6 die Snclicr nic/it. Frau Staudigl stond deze zangeres waardig 'er zijde. Ook dcz-o partij verlangt eene zangeres met machtige stem en vee! zti.'giiiijskrac.lit'. Krau Staudii;! was tegen hare taak die. hoewei lang zoo zwaar niet als die van Isolde, niettemin zeer veel verlangt, ten volle opgewassen. Van de heeren staat Entz Plank m. i. beslist bovenaan. Bij hem is alles vereenigd: zeer schoo;:e stem, declamatie, schoone opvatting en zeggings kracht. Ik zal dan ook niet spoedig vergeten hoe hij in de derde arte 051 zoo scboone, v/are en aan grijpende wijze dit ideaal v .111 echte, alles opoffe rende vriendschap uitbeeldde. Van Gudehus was mijn indruk gemengd. Hoe wel stem niet het alie.s beheorschoridu element bij Wagner's drama's is, bleek toch dat te weinig kracht en Atisdauer" oen beletsel is. Op choone wijze declameerde hij op veiu' plaat sen zijne omvangrijke en do hoogste eiicherc stel lende partij; dat hij echter In de hartstochtelijke gedeelten geheel tekort schoof, kan met onlki-nd worden. In de meer weeke gedeelten gat' hij echter veel schoons. (ik herinner o. a. aar. de uitdruk king bij het gedicht: Wie n i e hol'i inir tiïtlnie trinlti). Aan het slot spande lij alle krachten nocr eens in en wist toen ook nog wat klank te ver krijgen. Evenmin schoon voiul ik zijn ruim ge bruik maken van open vocalen. Dit is echter een eigenschap die veie Wagner-tenorzangers ont wikkelen. De beer Liebeskind zom; zijn kleine partijen goed (de solo zonder begeleiding bleei goed op tooi;.; eu de beer S'audii;!. <i,'o voor den hoei1 Messehaert idie ongesteld was inviel, vor lieut dank voor zijne bereidwilligheid en ccrn/kte verioiki.M:. Van even groot, iiiis.-chien nog irrooter gewicht is in dit werk het orke.iu'::.lo i(ciiee!ie (aïbeweert Hubin.-.teln ook dat 'iet jammer i-, dal in;!, orkest niet eens zwijgt, opdat ir.eu i.'.e si/h.-ite:; oetor /.nu kunnen hoorc-üi. Met verrassing hccrd',,- :!L de wij/e, waarop iict versterkte i'aleis-orke-t <!e/e i!'^e\Y!i:kel<]e e;i heer lijke purtitie \ertoiku). lio--\\e; jn r-omici^e hai\stociittlijke gedeelte.;-! i'o kracht v.'a! fT't'einperd had kunnen worden ju'H'h dit sel\njl Jk in iiooidzaak toe aan het riet overdek het orkest zich zou voyiinffc.ii.;: gekweten, j-iIs raec <Ie IK SiaU'ii'.i'1 verlangd kon worden. D<iv i.'rcnk waren spreekt van /.;?!). ei;"1;! hè: te relevoeren. vau zoo v,oi:ii^ tioi vevhüiuhn;; tut i:et g''i;i.io. Ik zou zoo gaarne in de'ii!.^ ii'ii-.:;; 0:1 over schoon ui^evntrde s^;:uireiij,_^ .-pri ken, duc.i ik iicperk iij en v,ij'! n'.g ee;i i.'in ^-n>i-i a.iii mr. Vioitii. de :',iei \hii i ie:-, e u;Lvn;-]-:nu. Indien bij liet niet i'i.eii.-. i:uic oo^'e/e;; JKIÜ, zi;:i deze aveud \euioenue i'.ev.'ces; ;'L;;I], oï;i :u_';(i tot een. dirige'.it van den ee:-iei: )a.nj; 10 si'j);i|ieio;'.. /AC,! steeds bel;eetvch;'nd, veet in.j 'vca luien ie ver wannen en te Ijozicie;:. ^ieeds <et;;.'i\ï' ;ia;i (ï.; liayreuther ti'aditién, v.'':et hij tocii a!ie.-> v/at naar cojiie zweemt te vermijden. Hem dank ik in de eerste piuats een geuotvollen avoinl, Zou, nu de \Vagnervereeniging dit hoogtepunt bereikt heeft, de proef niet eens kunnen gewaagd worden met eene uitvoering met overdekt orkest en tooneelschikking ? Zoo juist woonde ik de generale repetitie van Nicolai's nieuwste werk: Jahveh's toraak, te Utrecht bij. Deze compositie is geheel in nieuweren stijl geschreven. Voor de hoof'dtoestanden zijn leitmotieven gekozen, terwijl de orkestratie zeer modern en zeer karakteristiek gekleurd is. Op den inhoud en de détails van dit zeer belangrijke werk even als op de vertolking hoop ik in oen volgend artikel terug te komen. VAN MILLIGEN. 's Heeren v. M.'s bespreking van de uitvoeringen in de Luthersche Kerk en Euterpe moet tot een volgende week blijven liggen. KED. AANTEEKENINGEN SCHILDERKUNST. Hollandsere kunst ginds en bij ons. In het l Mei-nummer van een gezaghebbend Ainerikaansch kunstblad leest men : ,Een' gedeelte der Kuoedler-galorij (te NewYork) is nu gevuld met een verzameling Hollandsche kunst, waarin Jozef Israëls, wijlen A. Mauve j en Jacob Maris zoo goed vertegenwoordigd zijn als men dat hier nog nimmer zag. Behalve orn hare merkwaardige uitgelezenheid en het belang der kunstsoort, waartoe het Hollandsch aandeel der verzameling behoort, is zij bizoudere vermel! ding waard om de voorstelling die men er door krijgen kan van Jacob Maris, een kunstenaar van i buitengewone kracht, die in Amerika over het j algemeen nog te weinig bekend is." Jacob Maris is de oudste van drie broers, waar van de anderen Matthijs en Willem geueeten zijn, die, in belangrijke hoedanigheden verschil lend, een eenige familie-groep vormen in de geschiedenis der kunst. In 1S37 in den Haag geboren, studeerde hij eerst in zijn geboortescad, daarna in Antwerpen, en later in l'arijs. Hij begon cp zijn dertigste in den Salon tentoon te j stellen, maar beeft in den laatsten tijd, geloof ik in Engeiand gewoond en gewerkt (Hier wordt Jabob Maris verward met zijn broeder Thijs). Het groridkarakter der oudste twee van de drie broeders in zeer uiteenloopend. f'e werken van Matthijs Maris zijn dichterlijke droomen. Zij wor den beheerscht door een zonderling plechtige emotie, die ons treft, zooals ons de stille ernst van inirer aandoet; maar zij verschillen van i liiirer en van elk ander meester in de betooverende gratie der iiguren, welker vormen, half ontsluierd en halt verborgen den toeschouwer bo>jien ais de droomeu der my.itieken. ' ...lacub Maris. daa~ Mitegen is niet van een andere v-.u1. '- ???.?-.ar va;i tle>;e. Hij be^it een bij de ir.ooie schilders ontbrekende intieme teeigevoe ligheid voi r de aanblikken der natuur, die aan Tiiorcau doet de;.ken fi'iioreau io een buiten Amerika minder bekende iandschapsclülder wet j het woord). In een der landschappen in de Knoedler-gaierij schildert hij een onstuimige wolkenvlucht, in losse wildheid drijvend over het l vlakke land, een gezvvuüeu wuikparu; die >poedig in hevigon regen zal uitbarsten. een zwerk zooais men er aüeen kan zien in noordelijke ! landen \vanr de, .stormen aanhoudend woeden. Niets ': kon meer liramatieseh zijn dan dit landschap,en toch is de stof w.'ü'.ruit het is samengesteld bijna eentonig ; in zijn eenvoud. Als men net goed beschouwt. waardeert men de innige geeste.svorwantsehap die er tusschen Con.-.tabie en Jacob Maris bestaat, en : toch is de laatste in zijn Mijl geheel zich zelf. Maar er in misschien geen kunstenaar van dezen : tijd. van wien met meer recht mug worden gezegd, dat de mantel van den grooten meester-lauiiscJiapschüder op hem neergevallen is.'' J.'e vergelijking tuaschen Constable en Maris is zelden gemaakt, en ons die dieper kunnen xiji; ; ir gedaan op iiet talent van ,)ac"!i .\la:is in heel zijn r;jk(iom, za! zij niet licht voldoen. En toch ; ziju er in de \vij/;e waarop door beide is voort1 gebouwd op de wetenschap en de zienswijze der [ Oude Hul!anders, zijn er in beider hartstoch telijke toonkradif, in hun gespierde gezwoiionbeid. j en in hun vermogen om bet lamlscnap ais vanzeli te (Iroinatizcerjii inderdaad ianiiiietrekken op i te nierken. l .. | liij Hollander en ('n-metti te Londen zal den j iKden Juni a.s. een Inrurls-exposiiie wuidun goI ojiend. w;i,arvour de heci' Staats i'\,riif-.s eüdo voorna:v:ii-t'j verzamelaars in Engeland hunne medewerking hebben toegezegd. Ook de lirnia ln::i:i. zal er enkele israëlsen jcenzenden. I'IZM- d<i:;en, den ?Jïnten en i'.-wcn Mei, wordt : ii: 110 gaK'iij Diininu-Uuel te l':mjS dr-uitgebreide: ', verxamelin;; ,!iu\eiid van den verleden jaar in Canada gestorven kiir.digcn kur.stiiandeiaar i:aniel (eliii'f. Do liolhuidern zijn in du rijke collectie i beianynjk verte^envvdordi^d. 'ienaive van de ouden j\;'Jiïeu .''.iiereveit. vindt me:: er ',n.-r j iïosbiKims. niet minder dan ti'-u v,erke:i van Jacob ^ïari.-,. twee \an Thijs Maris. twee Mauve s n;:; Mesdag en n-u Albert Nenlniys m. l Du diii; biivei^taande aantc'ekeiiin,Lren zoo te j samen zijn gi'nrliikt een. lloliaiKler 'etvat \vreveli,,' j te maken. Onzu ^rooi-te .schilders van thans lüogeu iii o:;, land r.i''^ .-.oc' wei gewaardeerd vvordui;. j -- iiot Ijiijf: t r iiij dat hun meeste, hun be.-ïe i \vriieii. nasir het lüiitenland iraan. en dat de j Hüilaiider, die i.ei> ge^chiedeiii.-, onzer Ijedendiiaiii si hèkniist zou wiiion sc;;rijven. cernt -Ie wi-reid j diccile rond (e reizen, zoowei als men dat ve-or i iie \i)liv.diüKCiV.iis (vi/er e.ii>io:ïhecH te doe.!;. ! !n Ne-A-York een tenk'onstéliirig van \cr-.chi!iohde j der :>=???;<' ,;aa]i .Marin^en, in l'arys eo:: uucüe i vva;tr<,'Lui"L' (ivervUicii vaa or.zo voornaini;--tj kunst. i in Londen oen tentoonstelling van het werk van l ui./.en eerst;;;! schilder, een expositie waartoe de j rijke verzamelaar* zich iioijveren mee te werken. i -- het is ronihve^; (nu er jaloer^-cb \'an te v/orue;i. j \\'aut ai si aai ons dezen zomer in Amsterdam j ee;. ke.uzc-teiïtoonstel:i;ig van jloliaiulsche schil| dcriicn te vachten, hoe zal de commissie slechts uit een miniem aandeel van wat er in de laatste twintig jaar hier gemaakt is, te kiezen hebben'. Er wordt in Holland zoo heel veel meer mooi's voortgebracht dan de Hollanders wenschen te be zitten, of het kunnen. Als men nu werkelijk het mooiste van wat in het land bleef dan nog maar vinden mag op die, Amsterdamsche loan-exliibition. Wind-mee mag de zaak wel zijn toegewenscht. Uit den Haag. Het portret van Eoelofs door Israëls is in het stedelijk Museum op den Vijver berg zoo hoog geplaatst dat het bijna niet te ! zien is. Het hangt boven den grooten Mesdag' ! in plaats van b. v. tusschen den Jacob Maris en den Mesdag, waar nu de .Bles hangt, want dat is de mooiste plaats in het zaaltje, de middenste in het middenvak, die passen zou voor dit het mooiste werk wat er is, en dat nu ternauwenood te vinden is. Ook het groote strand van Mauve hangt er allerslechtst, niet eens a la rampe, en tusschen bonte dingen van het jaar dertig. In de Spuistraat bij den heer Delboy, spiegel en lijstemaker is achter het magazijn een zaaltje gebouwd dat er niet onaardig uitziet. Het licht is zeer goed, maar slecht doet een balustrade van gepolijst staal die in de rondte blinkendlangs de schilderijen loopt. Onder allerlei schilderijen, waaronder elk-wat?wils, zooals ongeveer in de circulaire stond, han gen een stuk of vijf prachtige studies van Mauve, zoo goed als er op zijn tentoonstelling in Pulchri maar waren. Vooral een schuur met een boerenerf en een hoogo takkige boom is een bepaald juweel, dat met een van de andere, een rcodbonte koe, Mauve's talent mooier laten zien dan veel van zijn schilderijen. Deze stukjes zijn zeer onoordeelkundig, bij den grond, in de schaduw van hun lijsten geplaatst. Er is ook nog oen tweede kunsthandel geopend, | van den heer l'. Spruijt op het Buitenhof. Deze i begon met een Willem Maris en een Tholen voor zijn raam te zetten, maar is nu. zeker ook om elk wat wils te gunnen, aan een Stroebel toege! komen. Een konsekwente kunsthandel vsn voor| naam werk als die van den heer van Wisselingh^ die tot schade der Hagenaars zijn zaak naar elders verplaatste, is er met al deze o''de1'ncmiri;.;en in ' den Haag toch niet meer, al vimAt men ra':uurlijk. l vooral van Maris. dikwijls mooi werk b:j Tersteegh l in het achterzaal!je en ook doorgaants bij Uicsing j iets goeds. j In den Kunstkring trekt de expositie-van Gogh | de aandacht. Zeven van de beste wei ken daar | zijn al \vce.r naar Antwerpen naar de A^neixtion jionr l'Art. De verzameling is intnssc.hen door andere stukken van den schilder aangevuld. ? Ken Londenschn Correspondent van Het Jfanilrlt,//l/id citeerde vóór kort iets wat door George Mooro in 77(6 Sivuhr geschreven was. en wat - om bet knrifiuse het weder-c!torrc;; v aard is: ., A' v.pf gu;;>t ''s ei> leven kracht l',.';;i( :n onze kunst, kwam uit Holland tot ons. 7o^ lans wij i der lloilandsche tiaditie getrouw blijven, blijft i onze kunst sterk en krachtig . . . Alleen olland! scl'.e stekken schoten hier wortel en wij schijnen i alleen Hollandse!) talent te kunr.cm opnemen en ! voor Engeland geschikt maken.1' ! Maar al nemen wij Hollanders van zulk een | bewering gaarne eens kennis, hut voor o:,s volks) gevoel streelende er van ma;; zeker uk»- j-eliee! | worden aanvaard. Het is waar dat van. de kunst 'i van (iainsboror.fb, Crome, ('oiü-taWe. Boriïngton, l Turner, gezegd kan worden dat zij voor een goed deel van onze oude kunst gestekt was. Maar het gaat l ;.;anst:!i v.iet aan hierop een zoo a'i-,olnte stelling i te bazcoren. Er is in de laatste veertig jaar in ' Engeland hoe! wat moois gemaakt dat met dien i aard dor HoUandsche kunst ai bi/.onder weinig uitstaande heeft, en het zou al te in-krompen zijn , ter wille van een ietwat willekeurig idee aan de kunst van l;.<ssetti. Uurne Joiies, Holman H uut, Madex Hro\vn. WaM* en veie anderen van ver wante geaardheid, groote en blijvende kracht te gaan ontzeggen. En Goorge Moore /elf ;s dan ook een te wel-ondcrricht, te ruim ziend en te verlicht ! auteur om gaarne aan, een parodoxale stelling als; ? de aangehaalde te worden gehouden. ! En in Haarlem is verleden week in l'dij' J'V 1 i'ori' do invitat.ie- tentoonstelling geopend, die we nog niet hebben gezien. Y ETHISCHE l'UAGMENTKN. door Dl;. P. H. HIÏTKI;. Dit boek bevat voorschriften hoe snen zich moet kleecien; prpctische wenken voor de inrichting van f c/:;?,!! v? e avondjes; lc.-,sen voor i'ssliewinnc-iuk', huisvro'i\v;'i, die gHon onde dioiiMbode villen, ..omdat deze- hare onknr.de zal doorzien, en geen jonge, omdat zij vreezon, dat n mevrouw, er. de dienst bode er dan niets van zullen vvetcn"; vermaningen aan menschen die vloeken, slnrd)'.-; zijn. te laat aan. tafel komen. en. zoo zij pijn lijden, hiinr.e huisgenooteu vervelen met onophoudelijke klachten. leelrei-els voor personen die opstuiven, toornig worden en het woeden laten hooren van de zee. die inwendig bij hen kookt. Het bevat mee". De naasts weg tot het T.erkriiircn van monschkunde. nenscher.kenr.is en zelf kennis wordt bier aangegeven ; over huwelijk. ouders, kinderen en vrienden deelt de schrijver /iji;e gedachten, i>f die. van anderen mede : da veilii.-udinu- van den mcr.seh tot s'1 u a t, maatscbr'.';]iij en menschlieid. (Ie wijze, waarop wij de ach ting v.iu ons zeiveii bevaren en tevens die der menschen verkrijgen kunnen, over dit alle-, en nog wat. ontsteekt Dr. Jutter zijn licht. Ik ver gat ri:j.r. dat ook vaders. <h'^ aan !:u:;nn /ener; l lij vertrek uit liet ouderlijk huis, r. o c; een i-nkcleu volzin willen iiillni-.teren. als kort hrgr'p van alles, wit zij voor hon ')]i bet hart hebben, hier ierecht kuiiVi'.Vji. De srhvijver le.fit isaai'zulk een volzin gezocht en er ..reeds aanstonds5'' een ge vonden. Dit hoek is tevens een ar,n te. bevelen 'lectuur voor lieve menschen. die over h.et <_roede sproken maar het kwade liever dood willen zwijgen: die hoe-wel bun. elkei' dag illusie:; wurden ontnomen hoewel hun vertrouwen vermindert bij het toe.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl