De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1892 17 juli pagina 3

17 juli 1892 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 786 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. leven ter sprake, die van tijd tot tijd verlammend op de deelneming van het publiek werkt en alleen door uitbreiding van hot répertoire is weg te nemen. AANTEEKENINGEN SCHILDERKUNST. In een welwillend bedoeld artikel mot vluchtige overwegingen naar aanleiding der keuze-tentoonstel ling in Arti, geeft de hoer Do Meester in do N. Rott. ook een opmerking ten boste over do gedragslijn dor commissie, een opmerking die niet onweersproken behoeft te blijven. Hij wil namelijk in deze tentoon stelling weder een bewijs zien van den feilen strijd, welke volgens hem ook hier te lande door do schil ders gestreden wordt, onwel o.a, opgrond hiervan, dat deze tentoonstelling gehouden wordt in do zalen van dat zelfde Arti dat enkele dor voor bereiders van de tentoonstelling vroeger gewei gerd hooft als loden te ontvangen, terwijl nu op hunne beurt (Ie voorbereiders tot hunne kouzetetitoonstelling in Arti, geen bestuursleden van Arti uitnoodigon. Waarlijk zijn volijverige belangstelling in de Woelingen van dezen tijd, hebben den schrijver hier dingen doen zien waar niets van is. Het mag voorkomen dat overigens zelfs ernstige menschen hunne inzichten door rancunes laten leiden, in het onderhavige geval was daar absoluut geen sprake van. Dat een enkele en niet enkelen van de vijf commissarissen indertijd als stemhebbend lid van Arti geweerd werd, is iets dat, ik durf het verzekeren, dit comité, nimmer bij hare in zichten zou hebben geïnfluonceord, en als bewijs daarvan mag ten overvloede golden dat oen der leden van ditzelfde comité, indertijd niet aange nomen werd voor een Haagsch kunstgezolschap waarvan de hoofden wol degelijk op deze tentoon stelling zijn gerepresenteerd. De actieve redacteur van don Rotterdammer weet in deze blijkbaar meer van den klokkonklank dan van den klepel, want als op liet oogenblik, dat hij zijn bewering neerschreef, hij eenvoudig nageslagen had wie do bestmirderen van Arti zijn, dan was zijn opmerking zeker niet uit de pen gekomen. Want men zou hem immers kunnen vragen of naar zijn meening dan nigo commissie voor een beperkte keuze-tentoonstelling van Nederlandsche schilderkunst, behoefte zou gevoelen daar, den schilder Onnaous, die zelf van expozeeren moot hebben afgezien, den graveur Taurel, den schilder Sangster. die in de laatste jaren nooit meer iets zien liet, den architckt van Looy, of wel don schilder van l'hllipoau. die zich even eens in don laatsten tijd terugtrok, vertegenwoor digd te zien. Had de Commissie dezer tentoonstelling, van de heuschhoid waarmee liet Hestuur van Arti hare zalen beschikbaar stelde, misbruik van positie gemaakt door persoonlijke rancunes te luchten, wij zonden dit eene grove onhebbelijkheid achten die slechten dunk van don ernst haror bedoelingen moest neven. Maar aangezien van een dergelijke verkondiging zelfs geen schijn bestaat, is het jammer dat con \ luchtige pon waarschijnlijk uit misverstaan van anderer uitlatingen het gewraakte schreef. En mocht, wie weet. liet zijn, dat men uit 'p heeren De Meesters opmerking den stolligon indruk van een wraakneming der Commissies-den op het l'estunr van Arti krijgt, zonder dat intusschen de auteur dit direkt zoo bedoelde, dan heeft hij zich toch al zeer onvoorzichtig uitgedrukt, on kan het van nut zijn <>p die onvoorzichtigheid gewezen te hebben. Deze keuze-tentoonstelling is als geheel geno men zoo geslaagd, on geeft zoozeer deugdelijk een denkbeeld van de Nedorlandsehe kunst der laatste twintig jaren, dat zij best velen kan dat men wijze op noodwendige leemten in haar sa menstel. Iteeds in de inleiding tot den catalogus deed de commissie dit kortelijk. En ofschoon het aardig is hoe, naar aanleiding dier zelfkritiek. sommigen gretig de hand wilden nomen, waar men slechts den vinger had behoeven te geven. bestaat er geen bezwaar nogmaals op eenigo dotailgobrekon van de collectie als geheel te wij zen. Want wie in staat is van eenig werk' min der dunk te krijgen, omdat een die er aan modoarbeidde er ook do tekortkomingen van weet op te merken. wie zelf niet zien kan dat in deze verza meling verreweghet volledigst relied bijeengebracht werd, dat van de moderne Hollaiidsche knust noy ooit te samen kwam. -?wél, die zoo is, mau' gerust het gaiisehe werk voor mislukt aanzien. Onder de enkelen van de zevononvoortig die niet in hun kracht in Arti zijn te zien, moet Blommers gerekend worden. En dit is te meer jammer omdat oen heel mooi specimen van zijn kunst bij een particulier niet ver van Amsterdam te vinden is. De bezitter heeft echter kortweg geweigerd dit werk tor loon af te staan. Hetzelfde was het geval met een zeldzaam schoon niet geëx poseerd schilderij van Willom M a ris dat naar Moor drecht ging1 en mot twee belangrijke Mauves. Ook de mooist hekondo aquarellen van Uoclmsscn werden voor de expositie geweigerd, en hot beste wat men van Hanratli (die uu niet gesoprosonteerd is) wi-t. kon evenmin verkregen worden. Do l!ock is niet in zijn volle kracht, en dit door ei 11 nood lottig misverstand. \ an Allebéett (iabriël helibon oonioe on/er musea hetero spoeimina dan deze tentoonstelling. en als dit van alle exposanten u'otuiüd kon worden. was deze expositie niet zulk een bijzonder t'eit. Van Jongkind wist men in hot land niets beters, W van do inzending der Heeren Mosd.ao' en ter Moulen past bet ons niet veel te zegden. omd:it zij vertegenwoordigd zijn door bet werk dat , zijzolve daartoe verkozen hebben ; van beiden mooneii wij overigens betere kunst te kennen. Was deze v erzamelino' oen geheel dat niet iu enkele weken was bijeengebracht, maar was hot de blijvende collectie, zooals men die in ons museum behoorde te vinden, dan diende er zeker llOg meer. o. a. ook het vroetrerc werk van Klmkoiiberg (waar b.v. Van \\isselingh een mooi diim' van heeft) dan diende met zijn oorste-periodewerk Dueliattel. en dan hadden zeker ook Houkes en Hakker Korlf' er te zien te zijn. Maar het is de moeite waard ten sloite no.oeens te constateeren dat juist de allergrootsten allen in hun kracht in do keur-verzameling zijn te \ in den. Daarom alleen al heeft dezo tentoonstelling haar grooto waarde on zal /ij niet licht vergoten worden. V. KAPITEIN MARRYAT. In deze week, 10 Juli, was. het honderd jaar geleden, dat oen der naïefste en tevens vindingrijkste vertellers van oude en nieuwe tijdon, tevens een interessant on achtonswaardig man geboren werd, Kapitein Froderiek Marrvat, de lievolingsschrijver van onze jongens. In allo lovende talon zijn zijn werken vertaald, reeds verscheidene geslachten hebbon zijne heerlijke avontuurlijke en humoristische verhalen genoten, on niet enkel zijn jongensboeken, ooi; verscheidene van zijn talrijke romans voor ouderen vinden nog dank bare lozers. Marrvat toch voreonigt juiste waarneming mot de lichte aangename voorstelling, on weet belang in te boezemen. Hij schildert liefst den menscli in strijd mot do elementen ; in storm en onweer, in woeste streken en stoppen, in dichte wonden, maar liefst op de groote opeuo zee. In steeds nieuwe en spannende avonturen, wikkelt hij zijne helden ; vóórdat bet boek uit is. is uien niet be vredigd : on zoo aantrekkelijk is zijn blijmoedige opgewektheid, dat zelfs oude avonturen er friscii, on vrij fantastische er geloofwaardig on natuur lijk door schijnen. Trouwens bet moerondeel van zijn lezers houdt meer van genieten dan van kritisoeron. Ook als bijdrage tot de geschiedenis van bun tijd zijn Marryat's romans belangrijke lectuur. Vele zijnor tigureu zijn echt klassieke tvpen van liritscbe zeelieden uit hot begin onzer eeuw. de tijd waaraan de Ljnnr van Notson haar cachet gat', vroolijk en moedig, trouw en vermetel, een beetje ruw, maar vol echten humor, en ondanks bun zuiver Emrolsohe eigenaardigheden, syrnpathiek. Schijnbaar hebben Marrvat's, romans noch zipie jongensboeken oeniu'o tendenz ot morahsoerend dool, on dat is voor zijn lijd iets zeer opmerkt'lijks; toch is er in The o/tl ('nmmotlore en an deren eene sympalhieke strmvn)in<'' y;ui vrijheid tegen tyrannio. menschlieveniibeid (eiren wreed heid op te merken. Hij leent blijkbaar door on door hot leven eu de menscben waarover bij schrijft; toch zijn het niet enkel de zee, de schepen on de zeelieden die hij teekent: ook van den oiipraelisehon ".vloerde, den lieht/inuuren Ier, de oude jongejnttVouw. de vroolijke Knovlsoho meisjes en menige nViiur uit bet volk. maakt bij 00110 iliuko studie en toekent /.e met krach tige trekken. .Marryat's specialiteit zuilen. lang nadat Jtiphct in settïcli o hia falln-r, The, old, Commo dore, on de andere romans niet meer "vlezen wor den, nog do voortreffe!]|ko jongensboeken bhp en : Mr. MtdslnpmaH A'i>'?/, Peieiral Keene. Muxterman Kctidf/. 'lacoli Faitlifiil, Peter S-m/ile bele\en nog ieder jaar in het eene of andere land hun berdnikkeii. Krollende Marrvat word 10 Juli l 71t_) te \Vcstminster geboren, wilde naar zee. kwam 111 Sep~ tember l SOI i als midshipman (adclbor-t) op bet fregat Impericnse on zeilde naar do Midilellaiidsche /oo. onder kapitein Lord ('ochrano, een streng maar rechtvaardig on respectabel man. die later in al Marryat's romans als model uier den idealen kommandant diende. Onder hem kruiste hij aan de Westkust van Frankrijk, in de Middollaudsclie Xee, iu de (lolt van iscave en be leefde er avonturen, waarbij die van /l/V. Mtdyhij'tmtm J'JWsi/ niet overdreven schijnen. Hij maakte ruim vijftig gevechten mee. In een van deze was hij gewond en lau' bewusteloos op liet dek. Ken oflicier. die den jonnen spotvoirel niet lijden mocht, stootte hem met den voet aai!, en zoule: Hier liu't een jolige haan die het kraaien vorloeril boeit. Do knaap is. wonder genoeg, de irnly ontloopon !'' Mari'vat was iutiissclieii uit zijne bezwijming ontwaakt eu antwoordde koel: l" liegt, mijnheer." Iu |so!i kwam de Imnerieiw naar buis: Marnat uinu' o]i een ander schip naar ile Amerikaaiische wateren, en kwam daarna iu Kngeland toruo' om examen te doen als oilioier. Als luitenant kwam hij in West- en Xuid- Amerika, in 1S1.~> werd hij kapitein Marrvat. liet is niet \erwoiidorlijk. dat hij, die vermetel en hartstochtelijk' was, dikw ijls in ovvaren en dikwijls gewond is "vweest. hl l si l>> had bij Spaaiiseho prijzen op te brengen, geraakte in bet gevecht onder den \oet. word vertrapt, bleet' voor dood liga'oii en was bijna mi't do lijken overboord geworpen; bij l!osa> kreoo- hij een ha joiiotsteek. Xijn schip, de Jleurer. was ] uist \ oor St. Helen.a. toen Napolenii stierf, zooilat bij de "('[openheid had. eene schets van (Ie/on op zipi ster! heit te maken; latei' bracht hij met ditzelfde schip het lijk van koningin ('arolina naar ('uxhaven; in 1S:>O nam hij zijn ontslag. \'an dezen tijil tm zijn dood iu Is Is dateert de verbazende reelis verhalen die hij leverde. romans en novellen, stooils frisch on boeiend : tot kort vóór zijn dood schroot en redigeerde hij nog. De schrijfster Florence Marrvat. door tal van romans bekend, was /ijno dochter. EEN BOEK VAX (JELUK. Extaze, door Louis Corrunus. II. In mijn vorig artikel heb ik beproefd een verklaring {o geven van het verschijnsel, dat ook menschen, dio in hun donken en vooion vrij zijn van bonepeiiheid en die ten volle do belangrijk heid beseffen van do vervormingen, welke het uiterlijk on innerlijk leven dor menschen in een tijd van grooto gedachten als don onzon onder gaat, toch oon boek als Extaze niet zonder telkens opwellende zucht tot tegenspraak lozen kunnen. En ik zie inderdaad geen andere oorzaak dan deze, dat oen modern man als do hoor Couperus tegen over de moderne denkbeelden en idealen blijkbaar toch nog niet de rustige zekerheid heeft, noodig om er als kunstenaar do volle wijding van het genie aan te verleenen. Ook hij helt (.ver tot de font dor verouderde wereldbeschouwingen, dat hij aarde on hemel, materie en geest, realisme on idealisme als kwalijk veroenigbare tegenstellingen tegenover elkander ziet; ook bij kan zich het hoogste en heiligste niet donken, zonder totale nitschoiding van hot aardseho, on al voelt hij daarbij, dat dit op niets anders, uitloopt dan een waan. dat het vernietigen van elke Erdenrest'' oon onmogelijkheid is, toch ka-n hij geen stand houden bij do slotsom dor ervaring, dat het ideale slechts oen bloesem is, aan do realiteit ontloken, dat het heilige alleen geboren wordt uit de wijding van het profane door do toovorgodinnen schoonheid on goedheid, on dat er geen reëel boog geluk bestaat, dan mot liet hoofd in do wolken,maar ook met de voeten op don grond. De grenzen van een weekblad laten geen ver dere verdieping in dit onderworp toe. Alleen zij bier nog opgemerkt, dat hot voorafgegane onder zoek naar do oorzaak dor beschreven oppositiozucht. zelf' geen ander»1 oorzaken kan hebben. dan boogo verwachtingen ten aanzien van den hoor Couperus op het gebied van den modernen roman, do kijkkast, waarin men volgens Sohopenhauer. al het kloppen eu trekken van hot menschelijk' hart moet kunnen zien. Tegenover mid delmatig werk, dat onbowolkomd verschijnt en onbewoond wegzinkt, getroost men zich die moeite niet. Ditzelfde» geldt ook, waar ik omtrent do uiter lijke details van Couperus' kunst mij enkele opmorkingou veroorloof. Ook bij dozen auteur zit de atkeer van hot baiwile er diep en diep in, en zijn gaven zijn rijk genoeg', om zonder kunstjes er buiten te blijven. Toch bezit zijn schrijf kunst enkele eigenschappen, die soms oiiharmonisch af steken teo'en haar voortreifeli|kheden, en die van zelf in het ooi:1 vallen, als wij do eigenaardig heden vau zijn techniek een weinig catalogiseren. De hoor Couperus leeft niet op gespannen voet mot do grammatica. Soms is hij nauwkeuriger zelts dan de meest doctrinaire spraakknusteuaar: zoo b.v. als hij rerl/eliteden ( l.i), liefjrot leden (7:.'}. liclitedeii (\ lioj schrijft, of: :ou een re.rdritt, :<>o een mciibt-l, -tin een rerren til i/,:, enz., zelfs op plaatsen, waar spreektaal afgebeeld wordt. Die voorliefde \oor zuiver theoretische vormen is oorzaak', ikat de spreektaal in K.rltize soms onbegrijpelijk stijf wordt. b.v. (7S): Waarom kun H in ij ::,ch met iiierr run,'s- ellen in de 'irereld ?" Kn ik v. eet ?:<>,] niet. hoe hot in do kringen van don heer Couperus toi'oaat. maar dat daar in oogonblikkeu van hoo"e intimiteit het imi'kerige n mot doctrinaire derde persoonsvormen regel blijtt. - - n is ondeittfcnd, in u f/eliikk;/? en rerlanat a nu . . . niet.-i aiiderx? \ omdat u mij i/errideii h* e f t en me t/eluk /iceftt/et/ere>'. enz. --- is moeilijk aan te nomen. Alleen Cecile komt er toe, (jnaerts een oou'onbliU te dutzen. maat' deze blijll zich steeiN uvlijk, en er mankeert m»"- maar een kleiniohenl aan. of hij vervalt in don toon van een mauutaoturennmtrazijn: u geeft me ".vink. dame!"--- Vermoedelijk heelt do auteur mot dit u Oimerts' eerbied voor zijn madonna willen aangeven, maar waar blijft dan ! bij hem de extase? i 'lemmover de syntaxis staat de schrijver wat j vrijer. Dat is in een kunstenaar a'nijd meer te begrijpen, dan eiueiivv ij-,beid in s|n Hiii"j|imestios, die een artist lielsl aan den corrector behoorde over te 1,'tion. als hij zich daarmee 't hoofd niet breken wil. Ken verrasM-nde w ij/ionu;' in de constructie echter kan wol nu on dan tot vertraaini". van ziiisklank en expressie leidenen men kan nier zogifcu. dat do auteur er misbruik vau maakt : (2> Stccih ni' lende dan kleinen salon niet z;n pas van e'u s;evi?r. kort man. lf.) Altijd ordenend de /aken iu hare kamers. (71) l.eu p -ar diamanten, die waren als droppelen danu. - (l 2(1 i 'l reni'iu', dal l^uaerts met ^wolu-d had /ijii schikken vau de wapen-- op het rek'. (l Idi U, de ueelde te lijden voor een, dien ze ] liet' had al- ze h:.d hem. liet is niet te verwonderen, dat dergelijke zinswendingen den auteur webjevalli::' zijii: ze drukken /oo ooed bet di'oomeri'.'e en slopende uit. dat hem aantrekt, en zoo is het ook' met vreemd, dat i bij evenals de lieer Aletnno veel met ileelw oorden werkt, en er nu en dan absolute nominatieven verschijnen, die do Nedorlaiidscbo syntaxis gewo.id is. als latinismen met een schuin oo^ aan !'? zien: ! Intussi-lien. ofschoon het niet in mij opkomt, ! ill dergelijke v l'i jllOll e|l iets OU o'oooi'l oot'ds U' /.i eu . | toch is er reden voor (ie opuiel'kill'j'. dat een schrij ver, die iiet platgetredeiie schuwt, iu eene an dere soort v'an banaliteit kan v erv allen, door zipi ei'-icn \oml-tou te misbruiken, /.eker. bet be hoort tot c|.' weelden van den stilUt. dat hem ais genaile'j itteu w oorden en v\ end i neen t oe\ loeien. waalman hij o-een bleek vermoeden bat!, toen hij zich iieerxette tot schrijvon; juaar nimmer verlioz.o hij uit hot oou. dat 00k teoenov et', het nieuvi o'ev ondene de Ie/er- van gooilo memorie tot lic v ei'/iicht l uu' van daooh (ieel kunnen komei!: Ach. zijt o'ij daai' al weer V" /.oo heelt enk <le beef Couperus \oudsteU. ?ivaarmoe hij wat zuiniger kon zijn. Noologisj mei; i ft hij woiniu: de jasinijiieu aterrcUlcit wit lanu's hen heen." is het eonigo, dat ik lichtjes vrrast" ----- in Ej;t(t,:u vond. Maar er zijn zoo enkele woorden en wendingen, die zijn particulier eigendom zijn, on die te druk terugkeoren. Zoo is lichtjes een aardig bijwoord, maar de aardigheid gaat er af, als men het zoj vaak ontmoet: (£8) lichtjes veivast. (49) lichtjes hare schonden hevvegend (51) lichtjes verhaasd. (55) lichtje» glimlachend. (61.)) hare ooglo'den knipten lichtjes. (106) zij haaide lichtjes hare schouders op. (130J lichtjes wenkend. Evonzoo zal men zich uit Eline Vere herinne ren het fraaie: <Eon grooto spijt bliksemde in liaar op, dat zij hom niet vroeger gekend had;'' maar begint hot welgevallen niet te kwijnen, als men in Extnzt oen reeks van travosti's van deze expressie vindt} (13) Eene liiomhciil, die haai' il>arclii,-idn. (62) De zilvtrige oneindigheid, die df'oi' /ia"/' K'I'I/ tji^xliolcu. irn* als eene ontvangenis van licht. ? (S:l) 1) KH' hatir gelieele \vezen .v/y/o// eene xachlheid. i/.lO) De zelfki'üiiis, ilie tl^oi' it/w.r lii'/m f '.v ijt'xc.holen als eene vcrwnnderiiig. (11-"') ^!j huiverde voor wat: eensklaps tluni' lninr lit'i'u 1,'lolsli'. ? (1'4-t-) Door liarcjl f/en-tt jlilsle hem' huwelijksleven in een bliksem van her inneringen. Ken andere eigenaardigheid van don auteur is te vindon in zijn attributieve bepalingen met het voorzetsel van, waaraan hij meestal boven een ordinair adjectief de voorkeur geeft : (J) Hare stem van xachten klank. (7) Een viool t.jeaaimosfeer vau bescheiden exquiziteit. (11) ene eentniegc zachtheid van onberoerde kalmte. (15) Kene stemming van raadselachtigheid. (17) ECH cirkel van beselu rming. (62) Slcmmen van vreemd heid. --- (6">) Keir: scheiding van afkeer. (f.)7) Een ti'cni'igheid als een waas van ouderdom. (f2-3) Eeue liefküu^ing van louter kuischheid. ('51) Al^ mei /.ilvei'en ?.oeten van reinheid. liet zijn maar enkele voorbeelden, uit do langs reeks voor de hand weg gekozen en liet is niet tegen te sproken, dat zo zich dikwijls onderscheidon door descriptieve on stemming-wekkende kracht. Fn toch. er zijn er ook: een masker van voordoen, een raas ran zwart, oazen van parady*, die misschien Dr. van Eeden, als hij weer eens een blijspel schrijft, verlokken zullen om ze even vroolijk af te maken, als bij indertijd mot con modern soort van genitieven gedaan hoeft: --Hij vond den hond dor teleurstelling in don pot zijner illusiën." 1) Nog een andere hinderlijke repetitie leveren uitdrukkingen op als do volgende, die boven dien het bezwaar hebben, dat zij wat al te vee) aan Uimmel herinneren en den auteur verleiden, om door een ijdel pooen tot het weergeven va.' het onbeschrijfelijke zijn stijl te verrekken: (62) de essence van licm /xlven. (i M ile essence der waarheid. (^1) in de intime essence zijner waarheid. klll) met de ?iiipreme Aandoening der essence ziuis wezens. ilo-l) l'^asenee der essences dej* dingen van onazeive. De aangehaalde voorbeelden zullen voldoende zijn. om den heer Couperus, eu met hem licht andere strevers naai'het ougemoeno, -te hennnereJij dat ook voor letterkundig nieuw do uitroep i au iluyoens geldt : l\v! hoe soei /i'ja V werelds cüin.-ïl Oa den ei i'sten nieavven da^l" en dat ook do mooiste vonden heel gaiiiv 0111jeiu'hdon" kunnen. Kit ik heb deze opmerkingen met te meer vrijmoedigheid gemaakt, omdat er bewijzen, te over aan te halen zijn, dat de auteur van E^tiïZR ook' zonder inspanning ongemeen kaïi wo'/.on. Intusschen vlo beperktheid dezer koiommra dwingt tot sluiten, doch n specimen van Cou perus' kunst dient hier vooraf toch nog plaatste vinden. Het zij het oon'eublik. waarin do aan vankelijke antipathie togen Quaerts in (Voiles. hart begint te kenteren. \Vas zij ^v el u'oed voor liare kinderen? Bedierf z'j ze niet eu verweekte /j ze niet in hare liefde, in dj /uehiheid van hnir evocl? Zon zij ze niet ongeschikt maken v oor het praetisehe leven, uaai'in z j niet te doen had, ni:no- v\;tai'in de kinderen, als /e <i uot wa ren, /ich /ouden moeten bevveïen: liet u lei'behl te dooi' liaal' heen: M-heidnig en koslsi holen, de Liinki\-n vali haar \ ec\ i-eeiod. teni.ii'^'el.onien a]s groote. l'u vv e jongens, die vookteu en vloekten, cvuiseh in hun nnui l en hint hart; hun !»i uid, die h air met meel' zon /oeiiea, hun Inn'l, waarin ze niet meer tlmis zon zijn. 7. \ 7.-^ z;= reeds mei linnac bia^ne van zeventien en aeh;!ien }a:ir door Inre kamers stappen in uniform vaa ea let en ad-lbor-t, met breedi- scli.mder.s en een harden Inch, de aseh van hun sin'aai' wegknippend op hel. liiii'jt... . \\'aaroin rees dual's door deze w reedheul m eens het jeef! van (||iuierts <>}>'- Was dat toeval oflot;iear 7e kou hel niet inzien; ze wist niet, wat hij daar deed. die man, rijzende door hare smart heen m zijne atinosfc' r van anti pathie. Maar ze voelde zich treurig, treurig, treurig, al.- zij zieh sedert \ au Kvens dood niet meel' gevoeld had, niet v aai;1 w eeumeil ii;'. als zij zieh nieerncdeu gevoelde, maar treurig, duidelijk tl'eüri^ om v- ui er komen r,'m\ < *, zi,i /on zieh vau de kinderen moeien scheiden! Kn dan, alleen Keazaamlieid. aHijd een :aamheid! Ken/aandieid in zieh zelve; nat gevoel, waar Jules zot; voor vrei'sde! Tcrn^et rokken van de- wereld, die haar mei boeide, alleen v, eü'^ezon' en in leegte. Ze \vas derti'r jaren, /e was oud. een oude vrouw. Haal' huis leei;, lienr hari lee::'! Droonien, wolken van Bedroom. die vervlii tre:!, die opklarm als een rocd.c en lecirl.e o tilekken. I.ee-;e. leegte, lei.srte! Hol vielhel wool'li telkens ep h ai' borst neer nix'l den klop van i en hamer. L-egtc. leegte " Men anten'', \vien. als hij zich laat o-aait, ztllki: diim'eu uit de pen vlooien, behoeft niet te zoeken. maar kan tevreden zijn mot wat hem in der schoot geworpen wordt. C. II. M-:.x llr.irnn;. EEN NIEUW WERK VAN KROPOÏKINE. II. (Slof.) De bladzijde, die ik uit Kropotkine's La (.onqurte dn Pain voor de lezers van het Weekblad van 8 Mei afschreef, toonde, hoe de schrijver zich don gang der revolutie in Europa voorstelde en als vervolg daarop wensch ik nu nog ie 't kort mee te deelen, welk betoog de schrijver houdt, om de mogelijkheid van zijn anarchistisch communisme duidelijk te maken.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl