De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1892 21 augustus pagina 4

21 augustus 1892 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No.791 lijkheid vooral bestond tusschen het orkest en de muziek op het tooneel; de onzichtbare koren klonken niet zoo goed als anders en de klokken heb ik nog niet zoo verward gehoord. Hiervan te moeten melding naken is mij zeer onaange naam. Voor mijne rertrouwbaarheid eu voor de kunst zelve, getroost ik mij echter de mededeeling ervan; wellicht was de kunstenaar minder goed gedisponeerd. Vergeten wij niet dat Wagner zelf hem in 1882 de leiding toevertrouwde en dat wij zeer zeker met een groot man te doen hebhen. Om nu nog verkeerde uitlegging te voorkomen, wil ik hier vermeiden, dat de tekortkomingen (behalve de zweving aan het begin van het voor spel, iets wat ik nog nooit heb bijgewoond) overal anders dan te Bayreuth, niet ter sprake zouden gebracht zijn. Voor Bayreuth, dit eens voor altijd mag men, neen moet men eerst tevreden zijn met het allerbeste. In de tweede acte heeft niets ten dezen opzichte mij gestoord en in de derde niet veel. Van de verdere uitvoerenden noem ik van Dyck het allereerst. Hoe dikwijls nu reeds heb ik zijne voordracht als onovertreffelijk bericht! Zegt men onovertreffelijk, dan is dit niet geheel juist. Er behoorde bijgevoegd te worden door een ander. Want v. Dyck overtreft telkens .. zichzelf. Geen keer woont men zijn heerlijke Leistung" bij, of men is overtuigd dat hij opnieuw gearbeid heeft aan zijn taak en van de volmaaktheid nog minder verwijderd is. Hij was niet geheel bij stem dien avond eu toch, zijn geheel optreden heeft daar door niet het minst geleden, ik weusch hierop bizonder de aandacht te vestigen. Vooral de aan dacht van jonge kunstenaars, onder wie er helaas nog altijd zijn, die van de zuivere techniek niet genoeg werk maken. Om technische vaardigheid te toonen is dit waarlijk niet noodig; de hemel bespare ons voor de bloote bewijzen vankeelvaardigheid in concertzaal of theater, de slag van een enkelen nachtegaal in zoelen voorjaarsnacht zegt mij duizend maal meer dan het gekwinkeleer in allen coloratuurzang. Maar degelijke onafgebro ken en oordeelkundige studie is noodig tot het verkrijgen van votteeri/heid.. Daardoor zal een oogenblikkelijke indispositie niet. in staat zijn den grooten indruk van het geheel te verminderen. Zoo ben ik zeker dat slechts een klein percent werkelijk zangkundigen der + 1500 aanwezigen vau een minder goede dispositie iets gemerkt heeft en ik zou die zelfs onaangestipt hebben gelaten als ik ten bate vau de kunst bovenstaande welge meende opmerking aan alle zaugkunstenaars hier niet had willen maken. Hoe treffend heeft v. ijek zich met den held van het drama vereenzelvigd. Hoe juist ontwikkelt hij zich. Zijn optreden, is het niet volkomen dat van den geheel onwetenden niets beseffenden knaap, die op de vraag vau Gurnemauz of hij dan wer kelijk den zwaan geschoten beeft, in allen eenvoud antwoordt: //Gewis?, im Eluge treff ich was fliegt", in 't geheel niet vermoedende, dat hij daarmede iets vergreep. Hoe treffend schoon stijgt zijn ont roering onder de vaderlijke terechtwijzing daarop van Gurnemanz, waardoor hij boog en pijlen breekt en van zich werpt. Kan men zich beter uitgedrukt denken zijn //das weiss ich nicht" dat hij driemaal op Guruemanz' vragen naar zijn afkomst geven moet? Grijpt geen siddering u aan als hij op Kundrys mededeeliug dat zijne moeder dood is, deze in zijn vreeselijke smart, schier woedend naar de keel vliegt? Zijn uitputting daarna en zijn sidderen met het volgend ,/Ich verschmachte!" Is zijn onverbeterlijk stil staan gedurende de geheele t« eede helft na de Vervvandluug in den Gralstempel, ruim drie kwartier, niet op zich zeif reeds bewonderingswaardig! En nu in bet tweede bedrijf! Zijn ongedwongenheid tegenover de bloemenmeisjes. Wat heerlijk beeld als hij bij de veran dering van het tooneel geheel aan 't eind van de scène op de muur staat en vol verwondering in den tuin kijkt; als hij daarna op de weeklacht deimeisjes: //Verwünscht solist du sein" iets meer naar beneden iu den tuin springt en op de vraag: //Was schlug'st du uns're Geliebteu" in de groot ste verwondering vraagt: //Ihr schonen Kinder, musst ich sie nicht schlagen? Zn euch ihr Holden, ja webrten sie m ir den Weg." De uitingen van gemoedelijke onbedorvenheid die dan volgen! Onder het spelen der meisjes als hij met heit'rer Ruhe in der Mitte stehend" opmerkt j-Wie duftet ihr hold!" en vraagt: //Seid ihr denn Blumenr" Hoe onttrekt hij zich daarop aan haar als zij hem haar genegenheid te veel opdringen. En hoe is dit alles nog 'n kleinigheid te noemen in vergelijking van het kolossale gedeelte wat dan volgt. Het weder vernemen vau zijn naam. Zijn smart bij Kundry's verhaal van den dood zijner moeder. Zijn geheel onwillekeurig meegaan met Kundry's aartsvcrleidingsplaunen tot na //der Liebc-crstcn Kuss als Muttersegeiis letzter Gruss", als hij plot seling met een gebaar van hoogste ontzetting op rijst; boe drukt dan werkelijk zijn houding de voorgeschreven totale verandering uit. En wie die het vergeet als hij met de handen krampach tig aan 't hart gedrukt, als om een verscheurende smart te bestrijden, eindelijk losbarst in zijn//Amfortas! Die Wnnde!" Hier wordt de Thor durch Mitleid wissend! en dat de handeling hier haar hoogste punt heeft be reikt, dat van dit oogenblik het, geheele begrip van het drama afhangt, weet ieder die v. Dijck's optreden mocht bijwonen. Zijn spel moet dunkt mij zelfs Eduard Schurc bekeeren tot grooter waardeering van het geheele werk. Deze zeer talentvolle Eranschman geeft na melijk te kennen in zijn ovcrlezenswaardig werk ,,le drame Musical", waarvan het 2e deel geheel aan Wagner iu nagenoeg onbeperkte vereering is gewijd, dat hij Parsifal zoo hoog niet stellen kan. Hij meent dat vooral Parsifal's ontwaken, eensklaps door Kundry's vciieidingskus de grenzen van het geloofwaardige overschrijdt qu'un jeune liomme, qui n'est après tout qu'un niais, pénêtre d'un seul coup toutes les profondeurs do la religion et de la philosophie parce qu'une femme a pose ses lï-vres sur les sieunes, c'est la nne idee qui peut plaire, aux théoricicns du pessimisme, mais qui ne persuadera jamais uu esprit sain, malgró tout l'artifice du dramaturge et du musicicn". Voor een Galliër is het misschien ook wel wat sterk, maar zijn oordeel blijft op z'n zachtst uit gedrukt oppervlakkig. Onder meer gaat hij voorbij dat Parsifal het lijden van Amfortas in den tempel toch reeds heeft gevoeld; tot een heiderzien daar omtrent is het destijds niet gekomen, hetgeen juist, ontstaat door Kund.y's kus, eensklaps, zooals dat bij heiderzien het geval is. De 2e editie van Schuré's werk, waarin de stndie over Parsifal is opgenomen, is van l October 1SS5 en van Dijck's eerste op treden als f. was in 1SS8. Wie weet of de kun stenaar den kundigcn, sympathieken Eranschman niet gunstiger stemde of alreeds gestemd heeft. (Wordt vervolgd). VARIA. PLASTISCHE KUNST. TOONEEL EX MUZIEK. LETTEUEN EN WETENSCHAP. Do directie van het Stedelijk Museum van schilderijen te Haarlem, geeft dikwijls een nieuwen druk van den catalogus uit, zeker een loffelijke j daad, die door de vele bezoekers van deze voor- j name verzameling op hoogen prijs gestold wordt. Nu is het woer de 25ste llolbmdsehe druk dien we voor ons hebben. Als nieuwe aanwinsten merken we op bet voor de topograpliie van de stad zoo belangrijke ge zicht in de St. Havo-kerk door ,lob Berckheyde lo'o'tf, dat verworven werd, dank zij de bemoeiin gen van de Vereeniging tot uitbreiding van de kunstverzameling op het, Stedelijk Museum, Even zoo bezorgde zij een stilleven van l'ieter Claesz van 1<>45 en een genrestukje van een der vele zoons van Krans' Hals, nl. van .lohannes Hals van l(i:S5. We zien hieruit, hoe deze vereeniging er in slaagt, de Ilaarlemscho schildersohool te completeoren, daar, waar dat in de eerste plaats verwacht wordt. Maar wat den catalogus betreft, zoo kan men, dunkt mij, verlangen, dat de bewerkers van een nieuwen druk kennis nemen van hetgeen er over de aan hunne zorgen toevertrouwde schilderijen geschreven wordt, Zoo beeft dr. C. Hofstede do Groot in den Spectator van dit jaar bewezen, dat bet onzin is, een schilderij van ,Io!i ISerkheyde het atelier van Erans Hals te noemen, en er de portretten van tal van diens leerlingon in te zien. Zoo hadden ze al lang in Oud-Holland kunnen lezen, dat het beurtelings aan Uarth. van der Helst en aan .Jan van Havesteyn toege schreven schutterstuk door Hendrik Gorritsz. Pot geschilderd is. Zoo hadden ze kunnen weten, dat het steeds aan Jan Oavidsz. de Heem toege schreven vruelitstuk de echte naamteekening van .Jan Steen's zwager Jaques de ('hieuw draagt. Aan de noodige lust, nu en dan verbeteringen aan te brengen, ontbreekt het de lieeren anders niet. Soms zijn ze daarmee zelfs een beetje al te vlug. Bij een vroegeren druk werden we ver rast door de mededeel!))»', dnt alle portretten van Nicolaes Maes door een onbekenden l'ieter M;ies den Jonge geschilderd waren. Nu is dit stand punt gelukkig weer verlaten, maar nu beet hot weversbinnenhnis van Gillis liomhmits op eens door Salomon Kombonts geschilderd te zijn, niet tegenstaande het duidelijk door den eerste ge merkt is. De National Gallery te Londen is wederom met een aantal oiid-IIollandsHio, kunstwerken verrijkt. Zoo is de lileekerij van Jucob van Ruisdaol, indertijd door Sir .John May gelega teerd, thans tentoongesteld. Een legaat van den heer IJ. W. (,'ooper, bevat o. a. een landschap met ruines van Krederik de Mouchoron, en een legaat van Sir W. Grogory, een lünnenbuis met figuren van Jan Steen. -liiblia Pauperum. Naoh dom Original in der Lycoumsbibliothok zn ('onstanz herausgegeben von Pfarror Laib umi dr. Schwarz.Zweitounveriinderte Auriago. \Viirzhuni, Etlinger'scbe Vorlagshandlung, Itti-J." Van de Biblia Pauperum bestaan maar weinig handschriften, en daar ze door de illustraties steeds merkwaardig zijn, is dit niet hot eerste exemplaar, dat gereproduceerd is. Al dertig jaar geleden werd een dergelijk handschrift, berustend in het klooster St. Florian in Oostenrijk, dooi den druk gemeen gemaakt. De naam, dien men aan deze werken gegeven heeft, waarin liet leven van Jezus met voortdu rende verwijzing naar het Oude Testament, ver haald wordt, is waarschijnlijk door vergissing in de wereld gekomen, on door niets gerechtvaardigd. De belangrijkheid van den tekst wordt geheel in do schaduw gestold door het belang dat de afbeeldingen voor de kunstgeschiedenis hebben, en daarom is deze vernieuwde uitgave dan ook /oor welkom. Maar eenige jaren geledon heeft Prof. Acquoy op de l'J-Jc .laarlijkseho Vergadering van de Maatschappij der Xedorlandscho Letterkunde te Leiden eou redevoering gehouden over do Chris tel ijk e Typologie, en in het gedrukte verslag daarvan zeer belangrijke niededeelingen over do liiblia paiipenim ten beste geloven. Hadden de hoeren l.upb on Sehwarz van die uitgave kennis genomen, dan haddon zo wol is waar niet !io»n zweito nnveriindorte Aulluge" voor den dag kun nen komen, maar hun werk had er zeker door U'Owounon. E. W. Mm-:*. Ji/xi'/ih .S//'/-c//,v. Te Brussel is in den ouderdom van 7^! j;iar de schilder .loseph Stevens gestorven. 11 ij was de oudere broeder vau Alfred Stevens, dio te Parijs zoo beroemd geworden is. Evenals deze, huldigde ook liii de colonstische richting; zijne diercnselictsen verwekten jaarlijks in deu Brusselsclien Salon door hunne waarneming der natuur een welverdiend opzien, vooral geldt dit voor zijne geestige tooncelen uit de hoiideuwcrcld. J n de l'arijsehe Salons had hij iu de jaren 1852, 1S5') en lv")7 medailles verworven. Te Sylt is de Oostenrijksche landschapschililnr J. C. Schindlor op den leeftijd van ;">() jaren overleden. Een beroemd werk uit zijne jeugd waren 24 cartons bij Zodlitz' gedicht IValdfriiutein; later trokken de opmerkzaamheid een stuk Holzschlager im Prater, en eene Landschaft an der Donau, dat door prof. von Angeli werd aangekocht. In het museum van kunstnijverheid te Haarlem is sedert Zondag 14 Augustus gedurende slechts enkele dagen tentoongesteld eene verzameling aanplakbiljetten geteekend door Chérot, den op dit gebied der decoratieve kunst zoo beroemd ge worden kunstenaar. Deze belangrijke verzameling, zoo compleet als men slechts zelden in de gelegenheid zal zijn te aanschouwen, werd bijeengebracht met de wel willende medewerking der hoeren Frans Boersma, Bauor en Martinus Nijhoff te 's Gravenbago. Een groot aantal dezer biljetten worden dooi de firma Nijhoff bier te lande ingevoerd en ver krijgbaar gestold. l)c tentoonstelling van oude en moderne zilversniidswerken die in do rotonde van het museum gehouden wordt, wordt steeds druk bezocht. Het a capella-koor, onder leiding van den heer Dan. de Lange, zal zich in de maand Octobor a. s. op nitnoodiging doen hooren in de Gewandbaus-zaal te Leipzig en drie avonden in de Philbarnionie te Berlijn. Richard Wagner's eerste liefde. Uit de nalaten schap van Kertlinand Priiger, een vriend van Wagner, te Londen, die iu ISill overleed, en wiens Mémoires: >> Wagner zooals ik hem gekend heb" thans verschenen zijn, zijn interessante bijzonderheden bekend geworden. Daarin komt ook Wagner's --eerste liefde" voor. Wagner was toen eigenlijk nog een knaap. Zijne zuster Louise, die hij hartstochtelijk liefhad, bad eene vriendin. Leah Davids, de dochter van oen groothandelaar te Leipzig. Bij dio familie werd voel muziek gemaakt, de jonge Itiohard kwam er ook en werd verliefd op Leah. Een jong Hollander, Myers genaamd, kwam ook bij de familie en maakte blijkbaar ook werk van Jiet jonge meisje. Op oen avond waren zij er samen, en speekion bei den piano, de dilettant goed, Wagner, gelijk men weet, slecht. De jonge maestro, zeer geërgerd over zijn slecht succes, \vas heel onaangenaam, en Hot zich in belcodigendo woorden tegen zijn medeminnaar uit. Eenige dagen later schreef Leah aan Wagner, dat na do eigenaardige be handeling, door boni haren aanstaande aan gedaan, hot bot beste was, dat Itichard voortaan het buis David niet meer bezocht. Een huwelijksplan tusschen dragors van groofc letterkundige namen, houdt op dat oogenblik de lu'langstelling te Christiana bezig. De zoon van Ibsen wil mot eeno dochter van Björnst.jerno Bjömson trouwen. Do jongo man, Siogfriod Ibseii, de eenigo zoon van den Noorsrhen dramaturg, is even :>() jaar, zeer knap en talentvol; hij is in de diplomatie geweest, maar beeft dio carrière moeten laten varen wegens het schrijven eeneropzienbaren de brochure over de eenheid van Zweden en Noor wegen." Do jonge dame, Bergliott Bjornson, is een mooi meisje, lief en geestig, dat te Parijs is op gevoed, terwijl haar vader daar woonde. Verleden jaar was haar portret door Mlle Breslan, in don Salon te zien. Zij is nu sinds kort in Noorw ogen. Wat de vaders betreft, het grieft do jongelieden dat dozo elkaar niet kunnen uitstaan, maar dat kan hun geen beletsel zijn. -Vis men llenrik Ibsen van bot huwelijk van zijn zoon spreekt, zegt hij: Ik weet niets van dat geval." De eandida.it voor het presidentschap dor aanstaande republiek Noorwegen antwoord t ongeveer hetzelfde. Eeno millionnairswodnwe te Manchester, Mrs. liylamls, beeft de beroemde Althorp-Bibliothoek aangekocht, mot liet doel ze aan Manchester, waai' haar man zijne milliocncn verdiend heeft. cadeau te geven. De bockvcrzameling zal dan de Jolin-livlands-bibliothook boeten, l'oeds is door de stichtster oen groot terrein aan de Deansgatestraat aangekocht waar het gebouw moet komen, en jaarlijks koopt /ij duizenden bookdooleii bij. om er de bibliotheek mee aan te vullen. In de Altliorp-hibliotheek zijn tal van kostbare boe ken, maar oiihiiü's nog kocht Mrs. IJylands uit de bibliotheek oruhe<o te Itomo do Inblia pttuperwtn, on wist het boek ook. door behulp eener handelsrirma, uit Italiëto krijgen. Omtrent het Nederlandscli GaxfJtms roor min vermogende oofllijtlers is het l!.".ste jaarverslag uitvowrig door don geneesheer-directeur, prof. dr. II. Snellen en den secretaris-rentmeester, mr. D. liagay, uitgebracht. liet aantal consulten bedroog dit jaar :M.(!7!>, dat is ongeveer SO por dag: het aantal in bet gesticht verpleegde lijders l'_'5. Eeno tentoonstelling van landbouw, veeteelt on nijverheid iu Nederlandse!! Oost- ludië, zal van Mei tot September ISÜ.'i te liatavia gehouden worden. Beschermheer is de gouverneur-generaal van Nedorlainlseh-Indië. eoro-voorzittor de heer 11. C. Kroeseu, \icc-prcsidont vau den raad vau Indië. voorzitter de heer S. B. Zcvorijn, presi dent van de .lavasche !'>;mk, secretaris de heer mr. A. \\ . .lacomotti. advocaat en procureur; presidenten dor afdoeliiiü'en landbouw, veeteelt en n ij verbeid zijn de boeren dr. M. Treub, direc teur vau 's lands plantcntuin te Batavia, E. J. Kerkhoven, landheer en J. D. Mijor, directeur dor ijsfabriek to Batavia. Het plan de/er ondernoming ging uit van do Bataviascho hiudbomv-vorooniging te Buitenzorg. terwijl de uitvoering iu handen werd gestold van een bestuur, waarvan don beer I!. C. Krooson. wegens zijne toe\\ ijdiiiü' en inspanning in deze /aak ^'otooud. het eero-voor/itterschap werd aangeboden. Kr behoet't nauwelijks aan gedacht te worden." zegt het, prospectus, het nut en de belangrijkheid eeiior tentoonstelling, als waarvan hier sprake is. in het licht to stellen. On/o Koloniën zijn zoowol door hare onuitputtelijke rijkdommen op bot gebied van landbouw, als door do meest verschillende iiidustrioelo belangen zoo/eer aan hot moederland verbonden, hare cultures worden meer en moer bronnen van bestaan voor plantors. kooplieden en actieve jongelieden, kortom Indië, on Java in bet bijzonder, biedt ook zelfs in de toekomst zulke schooue gelegenheid voor het scheppen eener goede en loonende carrière voor plaatsing en vermeerdering van kapitaal ? dat men alles, wat tot nut en in het belang van Insulinde ondernomen wordt, moet toejuichen en steunen." De heer J. D. Mijer, die zich tijdelijk in het land bevindt, houdt zich bezig met allerlei schik kingen on voorloopige regelingen. De regeering heeft reeds vrijdom van rechten toegestaan zoowel bij den invoer in Indiöals hij eventueele terugzending in Holland van de goe deren voor de tentoonstelling besteand. -Bij niotterugzcnding naar Holland worden echter do rechten geheven. Do stoomvaartmaatschappijen «Nederland" en »Kottordainscbe Lloyd" stonden con verminderd vrachttarief voor deze tentoonstelling toe. Plaatsruimte tot redelijke afmeting wordt niet in rekening gebracht, terwijl voor het opstellen der etalages vanwege de tentoonstellingscommissie wordt zorg gedragen. Daarentegen moet de in zender de etalage zelf bekostigen. Bekroningen zullen worden toegekend in den vorm van gouden en zilveren medailles en di ploma's. Na Januari worden geen inzendingen meer ter verscheping aangenomen. Het behoeft geen betoog, dat do verscheiden heid van inzendingen, in verband met bot ruime veld dat landbouw, veeteelt en nijverheid bieden, benevens de gunstige ligging van het terrein deitentoonstelling de dierentuin en de erven en gebouwen van wijlen Kaden Saleh zijn door ecu ninken weg verbonden en de personen door wie de onderneming ter band werd genomen, in hooge mate deze tentoonstelling aantrekkelijk zullen maken. Circulaires zijn te bekomen bij den heer J. II. de Bussy, Kokin GO, Amsterdam. Bij II. C. A. Thieme te Nijmegen heeft oen Gids voor ]jcrg en Dal, Nijmegen en Omntrelen, door li. tor Haar Bzn., bet licht gezien. Hoewel bet boekje, waarvan de uitgave door onvoorziene omstandigheden zeer vertraagd werd, wat iaat komt, zal bot toch zeker, n om den aangonainon inlioudsvorm n om de praktische wenken, daarin gegeven, welkom zijn. Onder liet juk. Uit het Deensch van Herman Bang. Met toestemming van den schrijver door Margaretha A. S. Meyboom. Leiden, A. II. Adriani |s;l-_;. Dit boek biedt ons oen waar kunstgenot. Een buitengewoon groot talent spreekt uit 'yt een voudige, aan het dagolijkscb loven o.itleeudo schotsen, do verschillende karakters zijn der waarbeid getrouw met meesterlijke hand geschilderd: overal spreekt diep gevoel, nergens vindt uien effektbejag. Hot loven, tobben on slaven van ?-Juffrouw Cüja" moot op ieder een diepen, woemoedigoii indruk maken. Hoogst amusant on toch uiterst tragisch is do geschiedenis der oude, on beholpen dansmamsol Irene Holin, de mislukte ster van bet corps de ballet. Een hoogo aantrek kelijkheid verleent do lokale tint aan --Een heer lijke (lag. Vertelling van een achtorafbook van bet leven." Voorafgegaan wordt dit drietal schotsen door een warm woord van hulde on dankbaarheid aan Herman Bang's leermeester, don schrijver Jonas l.ie, Aan mejuffrouw Margaretha A. S. Moyboom zoggen wij onzon dank voor de uitstekende verta ling en kunnen niet nalaten don wenscli to uiten. ons spoedig moer te laten genieten van den zoo zeer talentvollen novollendichtor Honmut Bang. Gustaf af Geyerstam. De familie op akötjerum. l it het Zwoedscli door l'na. Leiden, A. H. Adriani ]Sit>. De talentvolle vertaalster l'na schenkt ons ondor bovenstaandou titel andermaal een bundel Zweedsche novellen. Do schriften door haar uokozen on vertaald, mochten zich steeds in oen goed onthaal bij het Ie/end publiek verbeimeii en het valt niet te betwijfelen of aan dezen bundel zal weer een hartelijk welkom bereid zijn. \\ ij willen de vier novellen niet nader bespro ken, maar radon een ieder ten zeerste aan kennis te maken met de/o boeiende karakterschetsen, die getuigenis alleggen van groot talent en dege lijk'e iiiousehoiikonnis. DE SCHAT VAN DE REPUBLIEK. naar P.vn. AIJKXK. ??Je zoudt Bramefaim niet meer kennen: zei de oude Eslcve. 't \\ as waar, ik had de steenachtige hoeve der Estèves niet herkend in deze rijke boerderij, waai de paden kronkelden tussehen de dikke Miuuvulrankcn en het koren groeide ouder de amiiidclbeomen. Dat, heeft, Cadet alles zoo veranderd, /eide de oude Estèvc. l lij heeft hier de stcencu weg geruimd: vroeger sleepten we ze wel op hoopeii luidden in het veld, maar langzamerhand kuamcu ze er weer overheen cu verslonden den grond. Nu, Bramefaim bezat wel ecu half dozijn van dio su 01.hoopcn, die cliijian, sedert koningin .leauiie a! op gestapeld, cu die ons ruïneerden. Maar Cadet had op school het ecu en ander geleerd en idci en op gedaan, eu toen hier de wegen moesten aaiifele^d worden, zadelde hij de grauwe merrie, vulde een zak met die, ronde stecncn, hard als staal waai de houwcclen op afspliiitereu, en reed er mee naai de prefect eu deu ingenieur. Vroeger haalden ze de stccucn heel ver cu betaalden ze duur, wij gaven ze voor niet, en in een oogenblik hadden ze mijn veld schoongemaakt. Kijk maar, ze zijn weg; zooeven heeft je rijtuig er over gereden. liet was waar, liet veld was glad; alleen dicht hij het huis was er een gebleven. En die, vader Estève, heb je die bewaard als aandenken;' Die, antwoordde hij, ecu beetje Vd'icge", ja, die is bewaard..... hij dient als afsluiting voor het huis, hij houdt, tien mistral aan dien kant vau deu tuin tegen. Maar hij zag zeker aan mijn oogen dat de uitleir mij niet geheel voldoende scheen. Eu dan, ik zal je zeggen, er ligt een christen onder.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl