Historisch Archief 1877-1940
No. 799
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Eigenhandig.
A. Nu moet je toonen, dat je de noo;lia:o geschiktheid hebt, om mea te kiezen, jongen ...
B. Moet ik rechts of' links beginnen, Mijnheer V
MlliiiiiiiulmiiMiil
imitniiiiiMimimmii
Julius Pruttelman Brorameijer.
't Is al weer zoo.
Sedert y.
TJenhoVen weg is, en
Meinesz de hamer in
handen heeft ge
kregen is er geen
huis te houden met
die bende op het
Stadhuis. Ze doen
daar net wat zij
willen.
v. Lennep is een
knappe jongen, al
tijd geweest, maar
Warner is geen
voorzitter; hij praat
vlot genoeg, maar
praten kunnen ze
haast allemaal. Je
moet ze aandurven,
ze op de stang rij
den, een pak geven,
of' ze loopen com
pleet over je heen
als , nu ja, ik
zal maar niet zeggen als wat.
Daar heb je verleden week die
Duinwaterquaestie. De Maatschappij vraagt behoorlijk,
als een maatschappij die g-een krediet héft,
garantie aan de gemeente, niet-toepassing van
<le concessie-bepalingen, leverantie van
Vechtin plaats van Duinwater; allemaal dingen die
best toegestaan zouden kunnen worden. De
stadsadvocaat had B. en W. duidelijk ge
maakt, dat er wel een accoordje kon getroffen
worden, en Kappeyne is mans genoeg om
zoo iets te beoordeelen.
De heele zaak was te schikken, zoo dat de
1.2 millioen obligatiëii haar waarde konden
behouden, en dat zou een groot voordeel
wezen voor de Bocht; de andere lui ten
minste naar mijzelf gerekend. En nu alleen
uit lust om tegen te spreken, en om ons, die
ons goeie geld gegeven hebben om het volk
zuiver water te laten drinken, te sarren, mocht
<iaar niets van komen, 't Had er veel van
of' de Maatschappij een afzetter was, wij obli
gatiehouders een soort van canaille waren, en
de stadsadvocaat een advocaat van kwade
zaken. Eti wie lappen je dat? Niet al
leen die man met zijn wilde haren, die
altoos met Gijs overhoop lag, neen iemand
als v. Nierop, die waarachtig nogal een
Bank vertegenwoordigt, een Prjnappel, die
om zoo te zeggen in de Bocht thuis hoort,
een Fabius, een van die fatsoenlijke
Amsterdamsche namen, een Heemskerk, zoon
van Heemskerk den minister van .Staat
die nog orthodoxer dan zijn waardige vader
is en eindelijk een Muller, net zoo goed
koopman als ik, al doet hij uitsluitend in
tabak, terwijl ik in alles te gelijk doe. Zulk
soort van mensehen gunnen een
obligatiehouder zijn eerlijk gewonnen geld niet en
zouden in staat zijn, alleen om den grooten
hoop te believen, een maatschappij in ver
legenheid te laten, die van haar geboorte af
. je fijnste en voornaamste burgers tot pleeg
vaders heeft gehad.
Ik vraag maar, waar ga je op zoo'n manier
naar toe; wie zal zijn geld ooit meer in lee
ningen steken? Ik althans verdraai het in 't
vervolg met mijn zuur verdiende penningen
een gemeente bij te springen, die laag genoeg is
om 12 millioen obligaties van haar geldschie
ters in den steek te laten. En ik wil het hier
wel zeggen, dat ik de schrijver ben van dat
ingezonden stukje in het IhndelMad, waarin
te lezen stond, dat wij lui van de Bocht ons
van den domme zouden houden, als de stad
weer eens om geld vroeg. En zoo is het. Laten
ze de D ainwater-maatschappij in haar hemd
staan, dan leg ik een knoop in mijn beurs,
en moeten de lui, die in den Raad zoo'n
hoog woord voeren, maar eens zien hoe zoo'n
?berooide hongerlijder als Arasterdam aan het
noodige kornt. Laten ze dan maar eens bij
Nolting aankloppen, bij Treub, bij Gerritsen
en hoe die soort van heeren meer mogen
heeten. Die inenschen schijnen te denken.
dat de arbeiders alles zijn en wij, de lui van
de dubbeltjes, zoo iets als op den koop toe.
Ik moet zeggen, ik sta meer dan verbaasd
over den onzin dien zij uitkramen, zoo nu
weer met hun minimum loon en maximum
arbeidstijd. Wie heeft dat uitgevonden V Mi
nimum loon, goed! rnaar waar blijft dan de
minimum winst ? Een arbeider moet beschermd
worden, en een aannemer niet? Waarom?
vraag ik. Is een arbeider beter dan een aan
nemer of'een concessionaris?? Onder de aan
nemers en concessionarissen ken ik een heele
boel nette, vlijtige lui; er zijn er met wie ik
als diaken en als ouderling in de Luthersche
kerk gezeten heb , die eiken Zondag
een gulden en bij het Avondmaal en tientje
voor den arme gaven; die zich nooit bedron
ken, enfin, menschen op wie niet zooveel ie
zeggen viel. Kom daar nu bij de arbeiders
eens om! Van de honderd ziju er vijftig die
hun tijd verluieren, hebben er vijf en twintig
hun goud- en ziJverwerk in de lommerd, en
loopen zeker tien dronken over straat, als zij
niet als zwijn in de goot liggen. En nu zou
je dat volk een minimum loon moeten ver
schaffen, en hun werktijd nog bekorten, ter
wijl de aannemers en concessionarissen, die
juist dat schuim voor den hongerdood be
waren en ze beweldadigen, niet eens ver
zekerd zullen zijn van een
minimurnwinst. Dat is immers de verkeerde wereld.
Zorg dat de aannemers [en concessiona
rissen goede .winsten maken, en je zult dat
merken in je belastingen, in je
liefdadigheidsfondsen, in je nering en bedrijf. Want
wat van de hooge boonien druipt, valt op den
grond en zoo krijgt (iie ook een appeltje.
Dan vaart ieder wel, wil ik maar zeggen,
dat is de ware, de natuurlijke, de
ouderwetsche, wel beproefde economie! Och lleere
wat ZTa Van Tienhoven je dat duidelijk
uit de doeken gedaan hebben als hij nog
Burgemeester was geweest. Maar nu!
Meinesz lijdt aan podagra, waarschijnlijk door
zijn verhuizing naar hier, zoodat hij geen
Maaswater meer drinkt. Warner zit te kijken
bij al die dolle redeneeringen, aJ.«of hij zeggen
wil: dat moet ik den commies-redacteur eens
vragen, hebben zij nu gelijk of'ongelijk?
Dyserinck zegt geen stom woord, en dat is ook
maar het beste, want op die manier blijft
hij zioii zelf gelijk. Hoekers had verge
ten de pauselijke encycliek mee te bren
gen, en dorst dus niet van wal steken.
alleen Serrurier praatte zoo wat. maar
volstrekt niet op een manier om de honden
in hun hok te jagen. Het leek, 't zij me ge
permitteerd het te zeggen, nergens op. want
liet had al den schijn alsof' hij verklaren
wilde: nu ik anderhalf jaar over de zaak hel)
nagedacht, ben ik het niet de Hoeren, (iod
beter het, de Hoeren!! Gerriisen en Treub
eens.
Toch ontbreken de goede elementen in den
Raad niet geheel. Maar die elementen zijn
los. ze hebben geen stuur, geen steun. Ach
God, («ijs je moest eens zien wal er van je
familie geworden is? V. d. Wall llake. won,
zou, maar kon niet. Hij hapte naar de
dieren, maar.... beet zich zelf' in zijn staart.
De eenige in wien nog een sikkepilje pit
zit is Jitta Jr, zoowel bij de
duiuwaterquaeslie als bij het arbeidf rsdebat In-viel
die mij nog het best. Wat de vcni zegt is
rationeel. Wanneer er eerst maar weer leiding
kwam zou hij wel durven. Nu evenwel
stemt hij verkeerd, stemmen ze allemaal
verkeerd en zoo is het besluit genomen om
wel te zorgen voor het minimumloon van de
arbeiders, maar had niet een het hart als
amendement daarop voor te stellen: de ver
zekering van een minimum winst voor de
ondernemers. Met zoo'n raad zitten we hier
nu! Voor mijn part mogen ze hem stelen.
Snuifjes.
Mijn goeie vader placht gaarne een paar
regels aan te halen uit een spotvcrs op
Napofeon's tocht naar Rusland:
,En lachend zei toen Kutusow
Och, bloed, wat doe jij in de kou ?"
Die regels komen mij telkens te binnen.
als ik lees en hoor, hoe er over den braven
SeyfTardt wordt gemopperd.
De cavalerie moppert over intriges in hof
kringen en over het voortrekken van vriend
jes. Do infanterie moppert omdat ze, al is 't
maar lijdelijk, een cavalerist en later een man
van den genenden staf' als inspecteur heeft
gekregen, terwijl de oudste divisie comman
dant wordt gepasseerd. De geneeskundige
dienst moppert over het verbod van al te
druk ehloroformeeren en inspuiten, nu de
Tweede Kamer haar neus in hospitaalzaken
heeft gestoken. De genie moppert omdat er
niet genoeg gebouwd wordt (geniaal gebouwd,
bedoelen de heeren). De artillerie moppert,
omdat al de anderen mopperen. De kranten
mopperen, uit naam van liet volk, zooals ze
zeggen, omdat de dubbeltjes worden verknoeid
aan een onhoudbare stelling. De Kamer
moppert, omdat .Seyil'ardt haar tegenvalt.
Ik mopper ook. maar juist over dat ge
mopper. Want Seyfl'ardt heeft het zoo razend
druk met de legerorganisatie en de regeling
van de indeeling der vekltroepen. dat hij wel
wat beters te doen beeft, dan al die vitters
Ie woord te staan. Hij moet zich maar troos
ten niet de gedachte, dat zelfs op den groo
ten Napoleon oneerbiedige glossen werden
gemaakt.
fk zou hem aanraden een klachtenboek
aan te leggen, en ik zal er hom desnoods de
knipsels voor zenden: aan 't ministerie zullen
ze misschien nog wel iemand vinden, die een
kwartiertje per dag over heeft (buiten dienst
tijd, natuurlijk, want de legerorganisatie enz.
gaat voor) om ze op te plakken. Als hij dan
('óns per jaar dat klachtenboek inziet, kan
hij de overige )>(ii dagen rustig doorwerken.
.,De procureur-Generaal bij het gerechtshof
te 's (! ravenhage, f'ungeerend directeur van
rijkspolitie, heeft een schrijven gericht tot de
verschillende autoriteiten, waarbij deze op
merkzaam worden gemaakt, dat in geen geval
landverhuizers uit lïusland, die in eene haven
buitenslands geweigerd zijn, te Rotterdam
'mogen worden toegelaten. In het geval dat
zij zich daar mochten bevinden, moeten z;j
langs denzelfden weg, vanwaar zij zijn ge
komen, worden uitgeleid".
Aan een procureur-generaal mag' men geen
onbarmhartigheid verwijten; daarbij past de
HoogEdel Gestrenge Heer slechts het spreek
woord toe, (lat het hemd nader is dan de
rok, als hij den ongelukkigen modernen
Ahasveros niet te Rotterdam wil hebben.
IIIMIIIIIIIIIIIIlMllllllllmlIimiMIIIMIIUllllMIltMIlllllnllmlMMnlIIIIIIIIIMIIim^
i Maar wordt hier niet wat veel gevergd van,
de Rotterdamsche autoriteiten? De Russische
l emigranten, die gewaagd hebben in de
Maasj stad een voet aan wal te zetten, moeten wor
den uitgeleid, langs denzelfden weg van waar
\ ??'?'} VJH, gekomen. Dus langs den Nieuwen
l Waterweg, over den Atlantischen Oceaan,
i naar een Amerikaansche haven, vandaar te
rug naar Europa, waarschijnlijk naar
Hami burg, verder per spoor door geheel
Duitschl land, over de Russische grens, tot ergens in
de ^binnenlanden van het Czarenrijk.
Een aardig karreweitje! En wie zal dat
betalen? En hoe zal het gaan, als de gelei
der met zijn ongelukkig vrachtje in
buitenlandsche havens wordt geweigerd ?
Mogelijk bedoelt de procureur-generaal met
»den weg" enz., alleen de loopplank van het
stoomschip. Maar dan had hij zich wei wat
duidelijker kunnen uitdrukken.
j Onze groote bladen, en ook de Kleine Cou
rant" het Nieuws van den Dag," nebben
corj respondenten naar Weimar gezonden om de
j gouden bruiloft van den groothertog van
j Saksen-Weimar en prinses Sophie bij te wonen,
j voor zoover zij er kans toezagen. Ik acht het
! bepaald een voorrecht, zoo goed op de hoogte
te worden gehouden van al wat onze
aangetrouwde vorstenfamilie aangaat. Daarom heb
ik dan ook die verslagen met groote belang
stelling gelezen.
Maar nu zegt de speciale man van het
Sieuu-s, dat keizer Wiliielm is afgehaald zon
der eenige praal door den groothertog in een
gewoon rijtuig met twee paarden, en de spe
ciale man van de N. H. Ct. spreekt van een
schitterende ontvangst door de gansche
groothertogelijke familie en van een open rijtuig
met vier paarden.
Zie, dat bracht mijn geloof' aan 't wanke
len. Wie van de twee heeft gelijk? Zouden
ze er soms geen van beiden zijn geweest, en
er in hun Hoilandsche binnenkamers maar
wat op los gefantaseerd hebben 'i
Na lang peinzen heb ik een oplossing ge
vonden. De speciale van de X. U. Ct. is klaar
blijkelijk liet slachtoffer geweest van een
krijgsfist. Toen czar Alexander II Amster
dam bezocht, liet hij zooals men destijds
verzekerde een generaal, die precies op
hem leek, in de mooie koets stappen eu
langs de versierde straten rijden. Hij zelf
ging «zonder eenige praal, in een gewoon
rijtuig met twee paarden", langs een omweg
naar den achterkant van het kaleis op den.
Dam. Men kon niet weten .... de Nihiiisteu.
Denkelijk heeft keizer Wilhelm het e venzoo
aangelegd. Saksen-Weimar zendt immers drie
vrijzinnigen naar den Rijksdag.
Ik heb de diplomatie altijd een mooi vak
gevonden, maar ik zie nu toch, dat er scha
duwzijden aan verbonden zijn. De Duitscha
zaakgelastigde te l'ekin wilde in het huwe
lijk treden met de dochter van zijn Engel
sehen collega en nu komt keizer Wilhelm
met zijn regis volantas aupreina Icx de huwe
lijksplannen in. de war sturen, omdat hij
internationale huwelijken voor den dienst
schadelijk acht.
't Kan. zijn, dat de keizer gelijk heeft. Hij
zal zich wei herinneren, dat zijn. Engelsche
moeder in^ Duitschland juist geen aangenaam
leven heeft gehad, en dat men zijn vader ver
weten heeft, te veel onder den invloed van
die begaafde vorstin te staan. Leeriugen wek
ken, maar voorbeelden trekken.
Toch spijt het mij voor het paartje in Pekin,
en voor alle niet-Duitsche jonge dames, di
een oogje hebben op Duitsche diplomaten.